De geheimzinnige Gastheer Een nieuw vliegtuig voor de K.L.M. FEUILLETON door ELSA KAISER. 22) „Freule de Tracy, Ik betreur het dat lk sir Edward nog geen bezoek heb gebracht", zeide de notaris gewichtig, „maar ik kan ook nu tilet. want ik moet nog naar kolonel Grand en daarna naar de stad, ambtsbezigheden" voegde hij er met een air van gewicht aan toe „Wat moet u in 's hemelsnaam bij den kolonel doen?" riep William, alle vormen van wellevendheid vergetend, uit. De notaris schrok zichtbaar. Hij scheen zich te hebben versproken. „Jaach ziet u ambtsbezigheden", stotterde hij. ..Kent u den kolonel ook al?" vroeg Angèle lachend, „papa zegt dat hij zoo enorm goed bridget". De notaris voelde zich gered, hij was weer op neutraal terrein. „De kolonel is een oude achoolvriend van mij", zeide hij. William keek hem doordringend aan. „Komt D ons vanavond nog bezoeken?" noodigde hij. „we kunnen dan een glas wijn drinken en wat praten". .Neen. dank u, het spijt mij... ik... zal den avond bij den kolonel doorbrengen". „Zal lk den wagen voor u laten inspannen?' vroeg William beleefd. „Neen. dank u duizend maal, lk heb mijn flets bij mij". „Nu. dan tot ziens". William drukte zijn hand ..Mag ik u nno °pn indiscrete vraag doen mr Dickson?" „Zeker, natuurlijk", lachte de ander eoed- taoedig. „Hoe oud bent u eigenlijk?" Angèle keek Lutton met opgetrokken wenk brauwen aan en schudde het hoofd. Maar Lutton knipoogde oolijk. „Veertig ben ik, ja mijnheer Kings, ik ben veertig", antwoordde de notaris vroolijk. William die nog altijd zijn hand vasthield zeide: „Merkwaardig, dat zou men niet zeg gen". „Vleier", spotte de notaris. „Integendeel," wat het koele antwoord. „Ik hield u voor veel ouder, als de kolonel een schoolvriend van u isde kolonel is name- lijk zeventig". Angèle hield met moeite een lachbui in, maar haar opvoeding kwam haar te hulp, zij bleef ernstig. Lutton begon iets te begrijpen, hij keek den notaris aan. Deze draaide verlegen zijn hoed tusschen de vingers rond. „Ik bedoelde niet zoozeer een schoolvriend dan wel een kennis uit ons ouderlijk huis", mompelde hij. „Goeden avond, mr. Dickson", zeide William plotseling en liet de hand van den ander los. De notaris keek een oogenblik bedremmeld rond. kuchte en maakte toen een buiging voor de aanwezigen en haastte zich naar de deur. Daar gekomen keerde hij zich nog eens om: „Freule de Tracy, mijn respect aan Sir Ed ward". Daarna deed hij een snellen greep naai de deurknop en verdween. „Het ziet er uit als een vlucht", lachte Angèle geamuseerd. „Je deed erg onaardig Will, de arme man, ik had medelijden met hem, hij wist geen raad met zijn figuur". William was in twee stappen bij haar en legde zijn arm om haai heen. „Lieveling, wel vertel eens, ben je nog zoo ongelukkig". „Nu lij er bent niet meer!" „Ja maar ik ben niet. voor jou gekomen maar om naar ip vader tp zien" riep Ang-ni en lachte Lutton schelmsch toe. maar waar is Karei opeens gebleven?" „Hier ben ik freule", zeide een grove stem. Het was de man die bij haar in den wagen had gezeten en nu binnen kwam met een arm vol bloemen die hij Angèle gaf. „Karei, neem jij de mand", commandeerde zij met een grappig gebaartje. „Will, waar Is je vader? Of moeten we eerst even belet vragen?" „Neen, neen, het zal vader veel genoegen doen", zeide William en bracht zijn verloofde naar de kamer van den ouden heer. De knecht liep met zware stappen ach ter. het tweetal aan. Lutton ging naar het binnenplein en vond daar tot zijn verwondering den notaris og die met inspanning van alle krachten de achter band van zijn fiets oppompte waaruit de lucht met een suizend geluid weer- terugfloot. „Wel," begon Lutton „pech. mijnheer?" „Ja, ik begrijp er niets van, toen ik daar straks de fiets hier neerzette was alles nog in orde en nuhij zuchtte, „ik zal den.jongen mijnheer toch om een rijtuig moeten vragen". „Hij is op het oogenblik bij zijn vader, maar hij zal wel dadelijk komen", zeide Lutton en ging het huis binnen om de huishoudster de boodschap over te brengen. Hij vond haar in de gang en droeg haar de boodschap op. Lutton bleef in de eetkamer op zijn vriend wachten en dacht over den notaris. „Wat had die man in den zin. waarom ge droeg hij zich zoo vreemd en wat was er ineens met de fiets, of was alles maar een smoesje? Toen hij zijn vriend naar de stallen hoorde gaan, besloot, hij nog een oogenblik op zijn kamer te gaan werken. Een half uur later kwam William bij hem en vertelde dan Angèle nog steedi bij zijn vader was De no taris had inderdaad zijn fiets niet in orde kunnen kriieen en was daardoor vreeselijk uit zijn humeur geweest Tenslotte was hij met een rijtuig naar den kolonel gereden. Als vanzelf kwam hun gesprek weder op den toestand en de houding van den ouden heer Kings en terwijl zii hierover van gedachten wissplder boorden 7ij dp huishoudster hpn^dcr roepen- Mr. Lutton. mr. Lutton. waar bent u, er is een telegram voor u gekomen en de Jongen-vraagt of er nog antwoord ia!" De twee vrienden renden naar beneden. Het telegram was van Dennis. „Den ouden man geen oogenblik alleen laten". Dat was alles. Meer stond er niet. De twee jongelui keken elkander verbluft aan. „Enfin", zeide William, „het is waarschijnlijk het beste dat wij doen, zooals hij zegt". HOOFDSTUK X. Het telegram was intusschen toch een ge ruststelling voor de jongelui want zij zagen er uit dat Dennis zich wel degelijk met hun zaak bezig hield. Hij scheen precies te weten welke aanwijzing hij moest geven. Hoe hij, die nog geen stap in het huis had gedaan, alles zoo nauwkeurig scheen te weten was hen een raadsel. „Wij moeten nu eens goed overleggen hoe wij er voor kunnen zorgen dat vader geen oogenblik alleen wordt gelaten", begon Wil liam den morgen na de ontvangst van het telegram. „Het lijkt mij het beste", raadde Lutton. „dat wij elkander afwisselen en ook de huis houdster bij hem laten zitten, zoo genaamd om hem de krant voor te lezen, of wat te praten". Dit leek William ook het beste, want, zijn vader kennende, wist hij wel dat deze van alles altijd een reden wilde weten. Als hij merkte dat men hem opzettelijk niet alleen liet, zou hij hen allerlei moeilijkheden in den weg leggen. Toen de vrienden zaten te overleggen kwam de huishoudster binnen om hem te zeggen dat het slaapmiddel dat de dokter gegeven had. goed werkte, want de oude heer sliep rustig. „Hoort u eens", begon William, „de dokter heeft gezegd, dat vader geen oogenblik alleen mag blijven, want de aanval kan zlcb her halen wilt u dus nu met uw werk bij hem gaa> 'it,ten mocht hij wakker worden zee hem dan niet wat de dokter heeft bevolen" De huishoudster stemde onmiddellijk toe, nadat zij één der dienstmeisjes het toezicht over de huishouding had opgedragen, ging zij naar de kamer van den ouden heer. Nu liep alles verder op rolletjes. De vrienden - waren niet meer zoo ongerust en William meende dat hij nu wel eens naar de akkers kon gaan kijken, men was daar druk bezig en zijn toe zicht was dringend noodzakelijk, Als Dennis vandaag kwam zou hij er toch pas tegen den avond kunnen zijn. Lutton beloofde thuis te blijven voor het geval er hulp noodig zou zijn. Hij zou, wanneer het noodig was, Peter sen dadelijk naar Willam toezenden. Intusschen zat de vijand in zijn huisje en wachte op het afgesproken teeken van den ouden heer Kings. Hij wist wel dat de oude man ziek was, maar hij geloofde zoo vast in zijn macht over hem. dat hij het niet waagde een stap bui ten de deur te doen. „Wacht totdat ik het sein geef en kom dan op de afgesproken plaats", had de oude man herhaalde malen gezegd en dus wachtte hij. Hij had den tijd want Kings moest gehoor zamen en Kings zou gehoorzamen! Uren verliepen. Ineengehurkt zat de man voor het kleine venster en staarde naar buiten in de richting van het huis. Langzamerhand begon het tusschen de boomen te schemeren,, schaduwen zweefden als levende wezens onder de hooge stammen en fluisterende geluiden werden hoorbaar. De geheimen van het bosch ontwaakten en slopen rond. De man aan het venster stond op en nam zijn cape en hoed. „Hands up", zeide een heldere stem achter hem. De man keerde zich om. hij bukte zich, zijn spieren spanden, het was als wilde hij toe springen. In de deuropening stond een lange slanke gestalte. „Ik zocht je al jaren Jack, geef het maar op. het spel is verloren", zeide de vreemde weer en Jack keek in den loop van een revolver. (Wordt vervolgd). Aan het Victorie-monument te Alk maar werd Donderdag op den feest dag van .Alkmaars Ontzet* een krans gehecht Rie Mastenbroek vertrok Donderdag met mevrouw Braun naar Engeland om daar te Londen, Cardiff, Derby en Liverpool aan wedstrijden deel te nemen Daar het spoorwegverkeer Woerden Utrecht door het ernstig j l ongeluk in beide richtingen versperd was, werd het verkeer tusschen Ee" fra9ment Ult den 9roolen Oosterschen optocht welke Donderdagmiddag beide plaatsen door A.T.O-bussen onderhouden door Alkmaar trok ter gelegenheid van de viering van Alkmaars Ontzet Het ernstig treinongeluk bij Woerden. Een overzicht Yan de ontzettende ruïne welke werd aangericht De eerste Douglas D.C. 3, de nieuwste aanwinst voor de K.L.M., welke met de .Statendam te Rotterdam arriveerde, werd Donderdag met de bok .Titania van boord geheschen en naar Waalhaven getransporteerd Het monument ter nagedachtenis aan Koning Alexander van Yougoslavië is in tegenwoordigheid van president Lebrun onthuld. Het beeldhouwwerk van Real Del Sarte wordt op zijn voetstuk geplaatst Een aardig detail uit den kin deroptocht te Alkmaar bij de viering van Alkmaars Ontzet. Verschillende interessante groepen waren er te bewon deren

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 9