E' FOTO-TENTOONSTELLING eedlmne Hêtfsistcm. M* ^%'ml j /AS» '.V t 25 25 OUDE KRANTEN Is een strenge winter op komst? GEEN RADIO...! W. ALPHENAAR Drukkerij Haarlem's Dagblad 2 CENT PER K.G. De tuinman ontdekt al het voorjaar. ZATERDAG 24 OCTOBER 1936 HAARLEM'S D A G B E A D 26 Een herhaling van den winter 1564-65 te verwachten r bestaat een oud geloof, dat bij zee lieden voor een vaste waarheid door gaat, namelijk dat de equinoxe of dag en nachtevening (21 Maart en 21 Sep tember» door stormachtig weer wordt opge volgd. Inderdaad valt op te merken, dat Sep tember zelden passeert zonder eenige storm achtige dagen. Het merkwaardige van den af- geloopen zomer is, dat het mooie weer lang op zich heeft laten wachten, doch vervolgens ook tot 25 September heeft geduurd, in wel ken toestand vrij plotseling verandering is ge komen. De depressie die Centraal-Europa be- lieerscht bracht overvloedige regens, terwijl de temperatuur snel daalde. De winter wordt aangekondigd door donkere herfstdagen, die ons reeds thans uitnoodigen, maatregelen in den vorm van het aanschaf fen van winterkleeding en kolen te nemen. Ve len worden thans bezig gehouden door de vraag, hoe de komende winter zal vcrloopen. Alle voorspellingen ten spijt is de vorige win ter immers zoel en zacht geweest, zoodat het begrijpelijk is dat men alle voorspellingen om trent het aanstaande winterseizoen met eenig wantrouwen begroet. Abbé Gabriel, een vermaard Parijsch astro noom, heeft in een der belangrijkste Fransche tijdschriften zijn weervoorspelling gepubli ceerd. Hij wijst er op, dat zijn waarnemingen alle berusten op goede gronden. De weersgesteldheid wordt bepaald door de „cycle lunisolaire" (maan en zonnestelsel) volgens hetwelk de winter van 1936-'37 over een moet komen met dien van 1564-'65. In dien winter nu is de koude buitengewoon lang en streng geweest in geheel West Europa. De buitengewone koude begon op den 20sten December en duurde tot einde Februari-begin Maart. Alle rivieren waren toegevroren. De bevolking van Antwerpen organiseerde win terfeesten op de Schelde en zelfs wordt ver teld dat de inwoners van Arles de Rhóne te voet overstaken. Overal berokkende de vorst groote schade aan vruchtboomen en wijngaarden. Boven dien was de sneeuwval dien winter buitenge woon groot; het aantal sterfgevallen was schrikbarend hoog. Er is echter tegenover al deze sombere voor spellingen een lichtpunt. De invloed, welke de koude zal kunnen hebben, kan in geen geval zoo groot zijn, als dit in de 'zestiende eeuw het geval was. De huisvesting immers is veel verbeterd. Bovendien is het nog niet gezegd, dat deze pessimistische voorspelling bewaarheid zal worden. Er kan een uitzondering op den re gel van deze theorie voorkomen. Doch het kan niet verkeerd zijn, dat men voorbereid is op de mogelijkheid van een zeer strengen win ter. OPNAMEN, gemaakt bij NATRIüMLICHT, door M. C. MEYBOOM, Kunstfotograaf, VOSSIUSSTRAAT 4 AMSTERDAM. Te bezichtigen FOTO-KINO HANDEL „F. F.", Zijlweg 86, Haarlem. Dagelijksch 1022 uur. 's Zondags 10—17 uur. of het moet een „W A L D O R P'Moestel zij'n Voor den waren muziekliefhebber. Levering ook op termijn. Electr. Techn. Bur. G. J. MUNTINGA Mr. CORNELISSTRAAT 14. TELEF. 16142 NOG DE OUDE Te SANTPOORT TE KOOP, in Burg. legen LANDHUIZEN, met veel grond, bevatten: ben. kamers en suite, keuk. verd.: 2 gr. slaapkam. met v. wascht., met ingeb. bad en W.C., balcon; 2e lichte zolder. Ruime garage. Voor le Het eéne juist voor 5 jaar verh. Dag Wüstelaan 5, Santpoort (st.). Bouwt Neethof: Willem de Zwijgerlaan. PRIJZEN Rijkenspark: prachtig ge- ten deele bosch. De huizen kelderk., W.C. en hal; le één kleinere slaapk., badk. verd.: ruimte kam. en gr. hyp. kan worden gezorgd, .te zien. Inl. bij KASPERS, billijk in opdracht in het Lippe-Detmold Marsch. Beautiful Isle of Somewhere. De Rozenkrans (Crooks). Wiegenlied, van Mozart. De zingende kellner. Tummers. Standchen, van Schubert. Ay-Ay-Ay. Fremersberg. Witte rozen (Willy Derby) L'Addio a Napoli Twee Gitaren, Russisch Lied. Sarie Marijs, Marschlied. La Paloma. An der schonen blauen Donau. Tiritomba (Joseph Schmidt). TWEE HOLLANDSCHE POTPOURRI'S Sterrenregen - Bonte Bloemen. Al deze dagelijks gevraagde succes-nummers kosten slechts Polly-Wolly-doodle. Some of these days. Zilverdraden tussclien het goud. Guter Mond du gehst so stille. Sannie Brandt. In einem kühlen Grunde. The clock is playing. Wij zijn niet bang. Brautlied (Wagner). Wien bleibt Wien (Marseh). Home sweet home. Waar in 't bronsgroen eikenhout. My Curly-headed Baby. Plaisir d'amour. 's Nachts na het bal. CENT PER STUK CENT LET WEL KOOP SNEL! WAAR? bij ALPHENAAR! ALGEMEENE MUZIEKHANDEL KRUISWEG 49 - HAARLEM VERKRIJGBAAR BIJ: (AFGEHAALD) Wringerbok f 1.25 Klompen Centrale op het pleintje. Reitzstraat 1, Dr. Leydsstr. 10. SANTPOORT Op DONDERDAG 1» NOVEMBER'36 n.m. 7 uur zullen in het Notaris huis, Bilclerdijkstraat te Haarlem, ten overstaan van den Notaris T. C. DAEY OUWENS te HAARLEM PUBLIEK WORDEN VERKOCHT: I. ZEVEN VILLA's met erven, tuinen en bijbehooren te Santpoort (Velsen) Willem de Zwijgerlaa» 1, 5, 7. 11, 13. 15 en 17. uitmakende de helft van een blok van twee huizen en drie blokken van twee huizen te veilen als volgt: a. het hu met bijbehooren groot ongeveer net bijbehooren (root ongeveer c. het huis met bijbehooren no. 7 groot ongeveer 7.aren. d. het huis niet bijbehooren no. 11 groot 6.70 aren. e. het huis niet bijbehooren no. 13 groot 6.70 aren. f. het huis met bijbehooren no. 15 groot 6.69 ai-en. g. het huis met bijbehooren no. 17 groot 6.70 aren. Verhuurd als volgt: sub a voor 45.p. m. tot 1 Juni '37, sub b voor 50.p. m. tot 1 Nov. '37, sub c voor 52.50 p. m. tot 1 Sept. '37. sub d voor 55.p. m. tot 1 April '30, sub e voor 57.50 p. m. tot 1 Mei '3S, sub f voor 52.50 p. m. tot 1 Mei '37 en sub g voor 57.50 p. m. tot 1 Mei '38, alles bij vooruitbe taling. Eerst afzonderlijk en daarna in combinaties. II. Een woonhuis genaamd Jo hanna met bijbehooren te Santpoort (Velsen) Hoofd straat 143 groot 1.45 aren. Verhuurd voor 6.50 per en bij de week. III. Een winkel en woonhuis te Santpoort (Velsen) Voor plaats Anemouenstraat 23, groot 1.28 aren, onverliuurd. IV. Een villa genaamd Chantïl- ly, met erf, tniu en bijbehoo ren te Santpoort (Velsen) Duinweg 12, groot 23.27 aren, gelegen tegenover het sta tion Santpoort. Verhuurd voor 10.per week tot 20 Maart '37. Aanvaarding bij betaling op 31 December '36. HYPOTHEEK BESCHIKBAAR Bez. Dinsdag en Donderdag Inl. bij voorn. Notaris, Nieuwe Gracht 11. KANARIES mooie jonge mannen met garan tie, nog slechts korten tijd voor 2.75 p. st. Fa. A. C. VAN NIK KELEN KUIJPER, Doelstraat IS Tel. 123.16 HEEFT U STOF? Colb.cost. n. maat 18. Overjas n. maat ƒ16. Met prima coupe en fournituren. Regenjas n. maat m. stof 17.50. Damesmantel f 10. Overjas keren S.J. MULLER, Joh. de Brciiksti I Tel. 16077 Keukentafel 70 ct. Klompen Centrale op het pleintje. Reitzstraat 1, Dr. Leydsstr. 10. iek's oog bleef onafwendbaar hangen aan den boom voor het huis, die in een triest waas van neersiepelenden regen gevangen was. Haar gedachten waren ver weg, vaag, of ze niet bij haar hoorden en haar handen draaiden gedachte loos aan de groote koperen knoop die brutaal plekte op de ceintuur van de modern-lila japon. Het paars kleurde goed tegen het blonde haar en het deed haar gezicht jong en blozend schijnen. Waarom gaf ze zich eigenlijk al die moeite? Waarom had ze plotseling zoo'n groote in teresse voor japonnen, schoenen, ja vooral schoenen en ragdunne kousen, die haar ranke enkel, haar kleine voet, zoo flatteus onder streepten? Wat had het voor zin? Dreinig zeurde een melodie door haar geest „it keeps on raining all the time" en ze rilde even om de kille najaarskou buiten. Ze keek intenser nu naar den boom, zag hem eigenlijk nu pas en ze volgde met haar blik een blad dat, geel-omrand en ingekrompen, langzaam naar beneden dwarrelde. Even werd het weer omhooggedreven door een windvlaag, maar toen daalde het ook neer, lag daar op straat, om straks met duizenden andere ver treden te worden tot een bruine glibberige pap, die den weg glad en gevaarlijk zou maken. Herfst koud, kil. regenachtig, maar bo venal eenzaam Tranen drongen in haar oogen. Toen keerde ze zich om, keek door de kamer, zuchtte en greep de schrijfmap uit een la van het bu reautje. Eerst aarzelend, langzaam en zoekend naar woorden, schreef ze den aanhef, toen ging het sneller „Denk niet dat het is, omdat ik niet van je houd. Juist omdat ik je zoo liefheb kan ik niet met je trouwen. Ik ben veertig jaar, de herfst van het leven is voor mij begonnen. Voor een man is dat anders, jij met je twee en veertig bent jong, kunt een vrouw vinden van dertig, die naast jou altijd jong zal blij ven, die de levensvreugde voor je vast zal houden, als die jou zou willen ontglippen. Ik stond voor het raam en zag hoe een geel geworden blad naar beneden dwarrelde van den boom die kort geleden nog zoo geurig en groen was. Zoo ben ik ook, een boom die ont bladert, die zich gaat wenden tot den winter. Ik dank je dat je me liefde hebt willen geven en m'n leven zal minder eenzaam zijn nu ik de liefde voor jou in m'n hart kan meedragen. Probeer niet, m'n besluit te veranderen, het is beter zoo en je maakt het er me alleen maar moeilijker mee. je Riek." Ze zuchtte toen ze tot slot haar naam schreef „Riek" ouderwetsch, degelijk, hoorend bij een verleden tijd. Frederike heette ze. tegenwoordig zouden ze daar Fredie, Ria of zooiets gezelligs van maken. Maar zij, op haar leeftijd, zij moest maar bij haar „Riek" blijven. Zou ze den brief per post sturen? Ze had een paar dagen tijd gevraagd, hij zou haar antwoord nog niet verwachten. Of nee, ze stuurde Marie even met den brief, Wim zou toch ook wel in spanning uitkijken. Wat had ze eigenlijk verwacht? Dat Wim toch nog op haar brief terug zou komen? Ze had immers duidelijk en dringend gevraagd dat hij zich bij haar besluit zou neerleggen. Toch was ze onrustig in spanning van ver wachten. Ze stond voor het raam, zag hoe een bestel ler voor het huis afstapte, zag een vleug van bloemen en in overmoedige haast holde ze de gang door, trok de deur open, nog voor er gebeld was. Juffrouw de Bruin? Met ongeduldige vingers scheurde ze den brief open „Klein vrouwtje van me! Maak gauw voort, maak je mooi voor me en trek die bruine pluizige jurk aan, die zoo precies bij je oogen past. We gaan samen ergens lunchen, ergens waar we buiten zijn, midden in de kleuren van den herfst. Ik ben dol op herfst, m'n klein bescheiden vrouwke, en wist je het niet, dat in den herfst tegenwoordig de mooiste dagen vallen? Over een uur ben ik bij je. Wim. P.S. Heb je veel tijd noodig voor je uitzet? Ik heb haast! Riek drukte de bloemen tegen haar gezicht, groote sterke goudgele chrysanten en toen schalde haar stem hoog en blij. „Marie! Marie breng eens gauw wat warm water boven en heb je m'n bontjasje al op geklopt? En oh ja, leg intusschen die nieuwe bruine kousen klaar met m'n krokodil pumps!" En Marie schudde haar hoofd over zooveel opwinding en mompelde „die het zeker 't voorjaar in d'r hoofd!" HELEN. et een zucht liet de grijskop zich langs den slootkant op den grond zakken, zich hurkend in een kuil, zoodat hij beschut was voor de herfstvlagen, welke de Westenwind nu en dan over het land joeg, het einde van den zomer kondigend. De stok, waarop hij straks zoo zwaar had geleund, lag nu naast hem, bewe gingloos, thans een dood stuk hout, zooeven nog een makker, die hem gedragen had langs het smalle wegelke, dat naar dit stille plekje leidde, waar enkele knooten stonden, breed- borstige reuzen, gedrongen en sterk over de spiegeling van het water hellend. Hier zou hij kunnen rusten en straks weer opstaan om verder te trekken, om het geluk, dat hem ergens wachtte, te vinden. De oude zuchtte. Zoo moe als vandaag had hij zich nooit ge voeld. Z'n vaalgrauwe pet schoof hij met een rukje naar achter, zoodat het zweet dampend van z'n doorgroefd voorhoofd sloeg. V'rdikkeme, zoo he'k nog nooit gezweet, 't Lijkt wel of 'k drie dagen aneen gesjouwd heb". Hij veegde met zijn mouw de warme drup pels weg en viel dan even stil. „Dat zitten hier deej 'm goed. Zoo da'lek stapte-n-ie weer op, nam z'n zak weer op z'n schouder en zou 'n boer zoeken." H et zitten duurde lang. De zon raakte nu nog slechts de oude, overwoekerde koppen van de knotwilgen, dan het jonghout en verdween met vuurrossig afscheid achter wolkenbanken, die in het Westen gingen torenen. De grijsaard had gedommeld en telkens als z'n kop met een schokje wat lager was ge- *<r ■w3 J/ i* i' De rijp heeft het bosch in een sprookjeswoud omgetooverd. (Foto-. Een jaar natuurleven). zakt, was er iets van den zwerver uit z'n trek ken verdwenen. Z'n baard leek verzorgder, z'n groeven minder scherp. Stil droomde-n-ie voor zich heen. „Die kopwulgedat was als in z'n jon gensjaren, toen hij de duistere, holle stompen vol griezelig geheim naspeurde naar de brooze eitjes van een verschrikte merel of zanglijster. Dan klakte je met de tong, als je zoo'n vondst deed, als in de uitholling de zachte ronding van een nest opdoemde. Je zag verrukt naar die kleine schaaltjes, waarin zich jong leven ontwikkelde, en meestal liet je alles onaange roerd. Of je trof, onbeweeglijk in den oksel van een takstomp gedrukt, een wijze velduil, wiens groote ronde oogen je beangstigend aan staarden. En de taaie takken leverden je de fluiten, waarmee je thuis en op school zoo glorieerde, omdat geen ze zoo goed wist te maken als jij? Thuisschool. School, hoe goed ging het leeren, hoewel je bijna altijd dacht aan buiten. Hoe brandde je van verlangen te weten wat ginds, in de verte, was. Ja, dat eeuwig hunkeren naar de ruimte, naar den horizon, naar de plaats, waar je zoo van de aarde in den hemel meende te kunnen stappen. Maar die gekke gedachte was op den achter grond geraakt. De zenuwspanning van alle menschen had hem gegrepen. Hij was opge gaan in z'n werk, had succes gehad, veel suc ces. Een vrouwkinderen. Toen...." 'n oude karkas schokte. Fel doorleefde hij weer het keerpunt in zijn bestaan. „Dien lentemorgen, toen hij z'n goede posi tie had prijsgegevenwaarvoor? Toen hij z'n vrouw, z'n zoon, z'n dochter had verlatenwaarvoor? Voor het hollen achter het geluk aan? Voor het leven in de vrije ruimte? Het had hem besprongen. Onverwachts. En willoos had hij zich laten voeren door zijn onbestemden drang naar de wijdheid, naar het mysterie der verte. Spoorloos was hij geworden. Ongetwijfeld had men naar hem gezocht, overal en lang. Doch hij was nooit gevonden en in al die 20 jaar had hij er nooit aan gedacht terug te keeren. Dat dat was voor goed begraven. Nu was er slechts één doel: eiken dag zoover mo gelijk zien te komen. Rust had hij nergens gekend. Zelfs geen paar uur kon ie op één plek blijven. Dan werd hij weer voortgedreven en liep maar rechtdoor, naar de kim. Geen der mede-zwervers had zich bij hem aangesloten. Z'n voortdurend jagen was hun vreemd. Zij vonden hem een zonderling in hun zonderlingen kring." Zijn droom werd onrustig. Even werd ie wakker: „Wat mankeert me; 'k mot voort". Dan viel hij terug. „Hoe zou Marie zich gered hebben? De kin deren zouden haar wel geholpen hebben. Jan was flink genoeg en Cor zou zich er ook wel doorheen slaan. Gek, dat 'k ze nooit wat ge zegd heb, geen afscheid genomen zelfs, 'k Wou me niet laten vinden. En waarom? Waarom? Al die jaren heb ik gepeesd, heb voortdurend weer de latten genomen en zal dat blijven doen, tot; Even was het in den grijze heel stil. Nu was hij precies een volkomen uitgeleefd mensch, wien jaren lang een zwaren las op den schoer heeft gedrukt doch die zich nu bevrijd weet en 't einde in zicht krijgt. Langzaam gingen z'n lippen dan mummelen, haast klanklooze woorden uitsprekend; „Tottot Nee, nog niet. Na dezen winter." 4L/ 'n tastende handen schoven de pet weer over z'n spierig-witte haren. Hij wrikte den zak over z'n linkerschouder en hervond z'n stok. Rillerig, alsof hij zware koorts had, richtte-n-ie zich langzaam op. In de verte begon de herfststorm te grom men, rukte de takken van de boomen, bolder de over het wijde land en greep den oude. Zonder weerstand zakte hij achterover en gleed stil weg onder de donkere rimpels van het water. Midden tusschen een vlek afgezwiepte wil genblaren kwam de stok boven en dreef met den stroom mee. Ls. e laatste chrysanthen kleuren in het matte zonlicht; een enkele dahlia en hier en daar 'n herfstaster houdt den strijd nog vol, maar het zaaigoed heeft het al opgegeven. De najaarsstormen hebben huisgehouden in den wingerd en den jongen blauwen regen, die in ordelooze slier ten over het pad ligt. Najaar Wie tuiniert, althans een tuin heeft, is nu druk in de weer. Neen, niet alleen omdat er veel op te ruimen, te planten en te verplan ten valt. Niet alleen, omdat er fruit geraapt moet worden en kunstmest op het gazon ge bracht. Tuinieren is dat kunnen, buiten staanders nóóit begrijpen! allereerst een intellectueele bezigheid. En onze gedachten zijn het dan ook, die in deze dagen zoo heel druk in de weer zijn. Even druk als de handen. Is daar niet die lange, lange lijst van wenschen en verlangens, op- en aanmerkingen, die we dit jaar aanlegden? De nieuwe polynth-roos viel tegen en moet in ieder geval verplaatst. Maar waar? Wie van huis en tuin houdt, zal zich alle moeite geven om zich de roos voor te stellen in bloei op dit of dat punt, met al wat in diezelfde weken bloeit er omheen. Hoe veel tijd kost het dan niet om een plekje te vinden, dat bij benadering het eenig-juiste lijkt? En dan blijft het immers nóg afwachten, want dachten we verleden jaar ook niet, dat de roos juist op deze plaats zoo goed zou staan? Dat is één van de tientallen problemen des tiiinmans in den herfst. Een ander is en dat is al evenzeer werken aan de toekomst het kiezen en planten van de bollen voor het komende voorjaar. De avonden lengen steeds en onder de lamp buigen wij ons over prijs couranten en de zuinig bewaarde, maar on leesbaar geworden aanteekeningen, die we hier en daar dit voorjaar maakten, 't Komt er nu op aan om in Maart, April en Mei een bloemenfeest van onzen tuin te maken. En er alles in te brengen, wat ons getroffen heeft bij anderen, op tentoonstellingen en in parken, of op verlokkelijke foto's in onze tuintijd- schriften. Er zijn eischen van grond en licht, van kleur en hoogte. De wenschen zijn vele, maar het terrein tenslotte onvergrootbaar al is het wonderlijk hoeveel bollen er op één vierkante meter gaan. En tegenwoordig spreekt het budget ook een woordje mee. Maar dat maakt de zaak alleen maar sportiever. M—i oo droomen wij nu alweer van tulpen. Van hooge, zachtwiegelende Breeder-tulpen in warme donkere tinten of fluweelige zachte kleu ren, overtogen van een paarl- moeren gloed. Van grillige Parkie ten en hooggesteelde Meibloeiers, de gedrongen Darwins en de eivormige Cottagetulpen. Van de wilde soorten, waaraan we ons hart hebben verpand, omdat ze zoo grillig en ontembaar zijn als de wind, boven de Aziatische step pen waar ze gevonden worden. En hierheen gebracht, ten koste van heel veel, in moeizame expedities. We houden van de wilde soorten, omdat ze in den rotstuin al evenzeer op hun plaats zijn als in den border en in kleine losse groepjes al hun charme ontplooien: het verschil in hoogte onderling, de speling in kleur en vorm, het losse hunner bloemen en de uitbundig heid van het heerlijke, in wilde tulpen zoo algemeene, rood. Als laaiende vlammen zijn ze, sommige soorten groot en hoog van sten gel. andere laag en dan is het of er vuurton- getjes lekken tusschen de kale heesters in onzen tuin. En dat zijn nog maar alleen de tulpen. We hebben ook narcissendroomen en geurige vizioenen van hyacinten. We zien in gedachten het kleingoed, de crocussen, sneeuwroem, aco- nietsjes en de andere ongewonere dingen, al kleuren op den natten voorjaarsbodem. Er is zoo veel in deze dagen, waar een tuinliefheb- ber mee bezig is. En terwijl nachtvorsten en najaars regens langzaam zijn tuin sloopen, bouwt hij zich alweer een nieuwe op; wat zijn handen nu in den grond bren gen is voor z'n geestesoog al in volle glorie verrezen. Zoo is zijn brein in den herfst vol voorjaafegedachten: want voor den tuinier bestaan geen seizoenen. L, 4

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 22