erzekert
MILE BANKZAKEN
•- "a -
DE HAARL.
BRANDVERZEKERING-MIJ.
et opzienbarend nieuwtje
mm
Wij gaan bollen planten.
van
BANKIERS HAARLEM
ZATERDAG 24 OCTOBER 1936
HAARLE M'S DAGBEAD
If
- - -
Winter in de stad.
(Naar een vertelling van Denis Dunn bewerkt door J. H. V.)
Ik poogde een boek te lezen, maar Bar
tholomew las de krant en als Bartho
lomew de krant leest, leest iedereen de
krant. Hij heeft de onhebbelijke ge
woonte zoo stomweg heele brokstukken op te
dreunen. Je bent juist zoo'n beetje wegge
dommeld-, als van den anderen kant van de
kamer poltseling de explosie komt: Steek
vlam velt kathedraal of: Millionnairsdochter
ontvlucht ouderlijke woning of wel: Baby
slikt vermogen in.
Ditmaal schreeuwde hij: ,,Weet jij hoe je
't goedkoopst op jacht kunt gaan, Frits?"
„Met pijl en boog", antwoordde ik ver
moeid.
„Patrijzen", zei Bartholomew met een
lachje, dat me allerminst beviel. Ik wilde
nog wat zeggen, maar Bartholomew ging
voort: „Hier staat het te lezen. De patrijs
ligt. binnen het bereik van elke beurs. En
kerel, ik bedenk me daar juist, dat het op
boer Geitenbeek's land vol zit met die bees
ten. Voor een paar gulden laat ie d'r ons
wel op en misschien valt er ook nog wel een
konijntje te verschalken".
„Precies", zei ik ijskoud. „En hoe denk je
die dieren te lijf te gaan? Met een catapult
soms? Of wil je ze achtereenvolgens be
sluipen. bespringen en tenslotte worgen?"
„We hebben een geweer".
„Een geweerbracht is er met
(moeite uit.
„Bij Linke Flip gekocht op de markt", ging
Bartholomew onverstoord door. „Ik kon 't
op den pof meekrijgen, toen ik hem vertelde,
dat er Woensdag geld binnen kwam
En je hebt geen rooie cent te waqh-
ten", beet ik hem toe.
„Nu ja. maar jij immers".
Toen haalde Bartholomew het wapen voor
den dag. Ik verbleekte. Het was lang, zwart
en leelijk en er zat een dubbele loop op. Ik
herinner me iets soortgelijks bij de manoeu
vres te hebben gezien, maar toen stonden er
wielen onder.
„In 's hemelsnaam, leg 't neer!" riep ik
trillend van angst uit, want Bartholomew
had het gevaarte aan den schouder gebracht
en mij blijkbaar op het vizier genomen.
„Doe niet zoo kinderachtig", zei Bartholo
mew. „Ik weet best met vuurwapens om te
gaan en bovendien is het ding ongeladen",
en hij legde het met haast moederlijke tee-
derheid op de sofa neer, Het eenige redmid
del was, Bartholomew met een zoet lijntje
naar bed te krijgen in de hoop, dat de mor
gen een weldadige vergeetachtigheid over
hem zou brengen. Die opzet lukte, ofschoon
Ik moet bekennen, dat al mijn gaven aan
strategie en tactiek er aan te pas moesten
komen.
Maar om zes uur den volgenden ochtend
werden de dekens wreed van mij afgetrok
ken en daar stond Bartholomew met het
kanon in de eene en den afzichtelijksten
hond. die ik ooit van mijn leven gezien beb.
aan een eind touw in de andere hand.
„Sam is zijn naam", zette de onverlaat uit
een. „Ik heb 'm van den baanwachter ge
leend. Hij heeft een zwak voor patrijzen en
wijst precies aan. waar je ze kan vinden".
„Een leelijke karaktertrek", vond ik. ter
wijl ik het scharminkel met slaperige oogen
opnam.
Twintig minuten later strompelde ik in
den mistigen, kouden morgen over boer Gei
tenbeek's stoppelveld achter den houwitser.
Sam en Bartholomew.
Nauwlettend sloegen wij Sam's staart ga
de. Op dat oogenblik wees hij recht naar het
noorden, zoodat we den hemel zorgvuldig op
Wild afzochten. Plotseling liet Sam zijn
staart echter zakken, blijkbaar aangevende
.dat de patrijzen neergestreken waren.
„Vreemd", zei Bartholomeus.
„Geef hem een kans", pleitte ik. „Hij
oriënteert zich".
Even stond Sam als versteend. Toen, met
den neus langs den grond, begon hij te dra
ven. Vijf minuten van wilde achtervolging
brachten ons bij een greppel. Sam begon te
graven. Bartholomew haalde den trekker
over, zoodat ik mij achter een boom op
stelde.
„Hij heeft iets verstopt!" schreeuwde Bar
tholomew, wild van opwinding.
Inderdaad, zoo was het. Een schaapspoot
van ongeloofelijk formaat kwam te voor
schijn. Die legde hij met kennelijken trots
voor onze voeten neer. terwijl zijn staart in
zuid-zuidwestelijke richting wees.
Op dat oogenblik werden wij blijkbaar door
een patrijs opgemerkt. Althans er vloog er
een uit het stoppelveld op. die koers zette
naar het bosch. Bartholomew bracht den
vlammenwerper naar den schouder.
Er kwam een slag, een vuurstraal en een
dikke wolk rook. Sam maakte, dat hij uit de
voeten kwam en hij had gelijk. Maar waar
ter wereld was Bartholomeus gebleven? Geen
spoor van he mte bekennen! Hij scheen vol
komen van het aardoppervlak te zijn weg
gevaagd.
Plotseling rees een hoofd boven den grep
pel uit. Het was zwart en vertrokken en
bediende zich van een taal
„Wat gebeurde er?" vroeg ik, terwijl ik
een sigaret aanstak.
De menschelijke modderpudding kwakte
naast mij neer en gaf een verwarde verkla
ring van een dubbel geladen geweer en een
klap van de kolf. Nadien oordeelde ik het
noodzakelijk zelf de zorg over het vuurwapen
op mij te nemen.
Bartholomeus liep bedroefd naast mij
voort. De arme kerel mist het juiste tempe
rament voor dit soort sport. Het eischt een
man met snelle reacties, een zeker oog en een
koel hoofd. Ik besloot op den terugweg een
paar schoten te lossen.
Ik meende een konijn in een boschje te
zien verdwijnen en aarzelde niet uit den dub
belen loop op den vermeenden vluchteling te
vuren.
Nimmer heb ik geweten, dat een eenvoudig
stukje struikgewas zooveel kon bevatten. Een
doodelijk verschrikte koe kwam voorop, ach
ter haar boer Geitenbeek met een mestvork
in de eene hand en een hoed met een gat
er in, in de andere! En vervolgens vrouw
Geitenbeek en twee kleine Geitenbeekjes.
„We zitten toch niet om een praatje ver
legen, is 't wel?" zei Bartholomeus. „Tenslot
te" is Geitenbeek een man, die z'n dagelijk-
sche drukke bezigheden heeft misschien
is hij er niet eens op gesteld".
„Nee, lat^n we er vandoor gaan", stelde ik
voor.
We lieten het geweer vallen en zetten het
op een loopen.
Wat er toen gebeurde kan ik niet met ze
kerheid zeggen. In mijn herinnering is het
geluid van een verre explosie en een scher
pen gil achtergebleven.
Hoe het ook zij, op dit oogenblik ligt Bar
tholomeus languit op de sofa, terwijl ik bezig
ben stukjes lood uit zijn haar te verwijderen
met behulp van een nagelschaartje.
(Uit.Answers")
Als we éénmaal het moedig besluit geno
men hebben om onszelf niet langer te
bedriegen en er eerlijk vcor uit te ko
men, dat het over eenige weken
winter is, dan valt de rest ook wel mee.
De rest, dat is: bestellen wat er dit na
jaar geplant moet worden in den tuin en het
bestelde vervolgens in den grond zetten,
't Lijkt een soort beleediging aan het adres
van Moeder Natuur, die ons zoo'n kostelijk na-
zomertje cadeau doet, om nu tusschen allerlei
bloeiende of in ieder geval nog fleurig-groene
planten te gaan wroeten en bollen in den grond
te stoppenmaar het wordt heusch tijd.
Of wacht u liever tot het weer omslaat en onze
planterijen plaats hebben in striemenden re
gen, najaarsstorm of nijpende kou
We beginnen dus; en we pijnigen onze her
sens met de vraag, wat we ook weer allemaal
voor moois en bijzonders hadden opgeteekend
dit voorjaar, met het stellige voornemen om
het nu allemaal te bestellen. Waar is het lijst
je gebleven van de Prima vera, dit voorjaar in
Rotterdam? En waar de aanteekeningen die we
toen op die en die kweekerijen maakten?
Iets heel practisch is een tuinboek, niet zoo'n
aanteekenboekje dat na een jaar zijn betee-
kenis heeft verloren, maar een flink boek met-
rubrieken: planten die ik beloofd heb, planten
die mij beloofd zijn, planten die ik hebben wil,
en dat dan liefst nog gespecificeerd in bollen,
vaste planten, een- en tweejarig goed, boomen
en struiken. Er is dit jaar in Engeland zoo iets
verschenen, een keurig-verzorgde uitgave van
„My Garden", waar ieder tuiniiefhebber jaren
lang plezier van kan hebben omdat het, als we
het goed aanleggen, meteen een beeld geeft
van alles wat we zoo langzamerhand in onzen
tuin hebben gewijzigd en verbeterd- en ten
slotte let niets ons, om er ook foto's bij te
plakken. Als we zoo'n boek hebben, dan vinden
we onder iedere rubriek keurig opgeteekend
wat we dit voorjaar voor begeerlijks hebben
gezien en dat bespaart ons veèl gezoek in prijs
couranten en allerlei oude paperassen.
-1 Intusschen komen we daar nog niet verder
mee. aangezien we nü zoo'n boek nog niet be
zitten. Gelukkig dat er op 't oogenblik dank
zij m'n t-uinboek! een lijstje van notities,
dit voorjaar gemaakt, naast, me klaarligt en
misschien vindt u er wel enkele dingen.bij, die
ook tot uw wenschen behooren.
We noteerden verschillende bolgewassen:
Narcissus triandus albus, de „Engelen-tranen"
met hun allersierlijkste gebogen witte bloem
pjes, en de heel bijzonder mooie N. triajndus
Thalia, een wondermooie Narcis met veel groo-
tere bloemen dan de gewone albus, waar het
trouwens een hybride van is. Dan Erythronium,
het Hondstandviooltje, de Keizerskronen (Fri-
tillaria imperialis), niet alleen de gewone
oranjegele, maar ook de roode en de helder
gele vormen, en de bijzondere Anemone Pul
satilla met blauwe, witte of bruinroode bloe
men op ruigen stengel en omgeven door zil
verwitte haren. Bij de grootere Narcissen vie
len de nieuwe dubbele dit voorjaar zoo op: in
crème, wit of geel met oranje of roode veer
tjes in het hart en soms ook effen. Bij de tul
pen de wilde, de z.g. species, ideaal voor den
rotstuin en voor kleine groepen in het boord-
bed. En de Breeders, de oud-Hollandsche Een-
kleurtulpen met hun prachtige warme tinten
en zachten paarlmoerglans. En herinnert u
zich nog, dat u stellig' van plan was, het ook
eens met de wilde crocussen te probeeren?
Iets heel bijzonders echt een gewasje voor
liefhebbers van fijn goed was Puschkinia
libanotica, met losse zachtblauwe trosjes. In
tusschen is er ook een witte variëteit, die niet
minder mooi is. En weet u nog, hoe prachtig
de witte, zachtblauwe en rose Meibloeiende
Scilla's waren in dien halfbeschaduwden hoek
bij uw buurman? Vergeet u dan ook de dub
bele witte bloempjes niet van „Haarlem's
Klokkenspel", Saxifraga granulata fol. pl„
een knolgewasje dat trossen bloempjes maakt
en lichte schaduw moet hebben.
Dit zijn enkele lang niet alle wenschen
van het voorjaarslijstje.
L. S.
II
Kruisweg 70
hoek Parklaan
1846
tegen Brand, Onbewoonbaarheid,
Huurderving, Inbraak, Storm, Bedrijf,
Persoonl. Ongevallen, Wettl. Aanspra
kelijkheid en Waterleidingschaden.
Telefoon 13870 (2 lijnen)
POSTGIRO 4 14 6 0
Tulpen op hun slanke steleji.