De Landverrader
Prof. dr. L. Broekema, oud-hoogleeraar
aan de Landbouwhoogeschool te Wa-
geningen, wiens onderzoekingen zich
bijzonder op het gebied der veredeling
van landbouwgewassen bewogen, is
op 86-jarigen leeftijd overleden
Minister-president dr. H. Colijn strooit
bloemen op het graf van den heer G.
J. Staal, oud-gouverneur van Suriname,
wiens stoffelijk overschot Woensdag te
's Gravenhage ter aarde besteld werd
De burgeroorlog in Spanje. Een frissche dronk na den hardnekkigen Ter gelegenheid van het 5e lustrum van Unitas Studiosorum Rheno Trajectina
strijd, waarbij generaal Franco's troepen de stad Navalcarneros te Utrecht, werd Woensdagavond aan den rector magnificus, prof. Ringers,
wisten te veroveren een serenade bij fakkellicht gebracht Een groep uit den optocht
De vroegere trein-veerboot van Enkhuizen naar Stavoren,
wordt thans te Zaltbommel bij de Scheepsbouw Mij. Meyer Co.
omgebouwd tot een zeewaardig passagiersschip voor rekening
van een buitenlandsche regeering. Het demonteeren der rails
Hr. Ms. O. 16, aan boord waarvan prof. dr. F. A. Vening Meinesz van
11 Januari tot 17 Maart e.k. een nieuwen tocht zal maken voor onderzoekingen
op den Atlantischen Oceaan, ligt thans te Nieuwediep, om gereed te worden
gemaakt voor de reis
De bescherming van Londen. Luchtafweergeschut
in stelling in de onmiddellijke omgeving der Engel-
sche hoofdstad tijdens de nachtelijke oefeningen,
welke deze week werden gehouden
De ontploffingsramp te St.
Chamas nabij Marseille. Een
overzicht van de door de
explosie verwoeste gebouwen,
waar tientallen slachtoffers
den dood vonden
FEUILLETON
Naar het Engelsch bewerkt door
THEA BLOEMERS.
(Nadruk verboden).
4)
Wat zal tante blij zijn als er Iedere drie
maanden wat extra geld komt. Dan moeten
we hier zéker niet blijven wonen. Een
paar straten verder staat zoo'n leuke étage
leeg. Die zal niet zoo duur zijn ook. Als ze
daar konden heentrekken. Wat een weelde,
een kamer aan den straatkant te hebben. Of
misschien zouden ze ook in dit huis een paar
andere kamers kunnen zoeken. Hier was het
goedkoop wonen. En ze kon zichzelf nog eens
iets nieuws koopen. Het werd hoog tijd dat
ze zich een nieuwe jurk maakte. Deze was
aardig. (Gladys bekeek zich met voldoening
in den spiegel), maar ze had haar besten tijd
toch gehad. Voor den zomer mocht ze heusch
wel iets hebben. Ze had in een van de groote
warenhuizen al iets naar haar smaak gezien
en niet duur. Misschien kon er nog wel een
extra jurk van blauwe voile af.
Ze kreeg opeens echten zin om zich allerlei
mooie en aardige spullen aan te schaffen.
Hoeveel gezelliger zou ze de kamers die
ze met tante bewoonde, kunnen maken, als
ze maar de beschikking over wat geld zou
hebben. Stel je voor, dat ze vijf pond in de
maand extra zouden uitbetaald krijgen.
Daar konden ze misschien van den zomer wel
een week voor naar een goedkoope badplaats
gaan. Dat zou tante goed doen. Die mocht
ook wel eens iets hebben. Klagen hoorde je
haar niet, maar je kon maar al te dikwijls
aan haar merken, dat dit bestaan met zijn
geldzorgen van iederen dag haar lang niet
gemakkelijk viel. Qp die manier zou ook
wat meer kunnen vergoeden al de zorgen,
waarmede tante haar van 't zevende jaar af
omgeven had.
Tante Clare nog eens een mooien, zorge-
loozen ouden dag kunnen bezorgen, dat zou
wel tien bezoeken aan een notaris waard
zijn.
Toen waren haar gedachten weer op het
punt van uitgang gekomen.
Wat zou de man haar toch te vertellen
hebben?
Het was al middernacht. Gladys besloot
te gaan slapen. Maar toen ze in bed lag,
duurde het lang voor de slaap over haar
kwam. En toen het eenmaal zoover was,
droomde ze onrustig van een notaris, die
portretten van haar vader had verzameld,
maar het waren geen portretten van hem,
het waren foto's van den chef-binnenland
en er was er een bij van den heer, die haar
vanmiddag gevraagd had mee te rijden in
zijn auto, en Mary Brown lachte haar uit,
en tante Clare weende, en zij zelf ging met
den notaris, die een heele lange, blonde
man was, een nieuw huis zoeken. In de def
tige buurt, waar hij woonde, en, en, en
Den volgenden morgen werd Gladys wak
ker, zoo kalm en frisch, alsof er niets was
gebeurd en alsof haar vandaag niets bijzon
ders te wachtend stond.
TWEEDE HOOFDSTUK.
Ik wensch je het beste vandaag, had
tante Clare gezegd, toen Gladys met haar
klein koffertje in de hand den dagelijkschen
weg naar kantoor wilde gaan.
Gladys had enkel maar geknikt, ze voelde
geen lust om weer eens opnieuw een gesprek
te beginnen, waarvan ze van te voren wist,
dat het haar niets wijzer zou maken. Af
wachten was op het oogenblik het eenige
wat ze doen kon en daarbij moest ze pro-
beeren zoo kalm mogelijk te blijven, want
meer dan ooit zou het er vandaag op aan
komen te zorgen, dat de zenuwen haar jyet
de baas werden,
Maar daar was ze nogal gerust op.
Het weer was plotseling omgeslagen en in
tegenstelling met den vorigen dag was de
lucht heider en de temperatuur zorgde er
voor, dat de menschen de hoop op den zo
mer nog niet opgaven. Alles leek veel vroo-
lijker en toen Gladys dan ookaan het groo
te krantengebouw aankwam was ze in de
opgewekste stemming.
Met de lift ging ze naar de vierde verdie
ping, waar de lokalen van de redactie bin
nenland waren gevestigd. Eerst hing ze haar
goed in de garderobe, maakte haar toilet nog
even ln orde en trad toen met een vriende
lijk „goede morgen" de hooge, goed verlichte
zaal in.
Alleen Mary Brown en de Jongste verslag
gever waren aanwezig. Deze laatste bromde
een onverstaanbaar antwoord en schreef
weer verder aan zijn verslag van een brand,
die ln den afgeloopen nacht in het Zuidelijke
deel van Londen had gewoed.
Mary daarentegen hield met haar werk op
en begroette haar vriendin recht, hartelijk.
Ze wilde juist eens vertellen, hoe het kwam,
dat ze gisteravond niet gekomen was, hoewel
ze het zich toch vast had voorgenomen, toen
Gladys haar vóór was en zonder iets te zeg
gen den blief .van den notaris op de lesse
naar van Mary neerlegde.
Wat denk je er van, Mary? vroeg Gladys
toen haar vriendin het korte briefje gelezen
en nog eens herlezen had.
Wat ik er van denk? Nu eigenlijk niets,
om het je eerlijk te zeggen. Ik heb dien naam
Branton wel eens gehoord of gelezen, maar
jij, heb jij zelf wel eens iets met den notaris
uit te staan gehad?
Neen, antwoordde Gladys openhartig,
ik zelf niet, maar ik weet dat mijn vader be
trekkingen met hem onderhield. Maar waar
voor hij me noodig kan hebben, vermoed ik
in de verste verte niet. Tante Clare is bang,
dat het niet veel goeds zal zijn, maar waar
om ze dat denkt, weet ze niet.
Nu ik zou me maar niet bezorgd ma
ken, raadde Mary, aan. Je zult zien* dat het
heele geval niet veel te beteekenen heeft.
De dagtaak van Gladys was begonnen.
De „London News" was een blad, dat niet
een bepaald gunstige reputatie bezat. Het
was belust op schandaaltjes, vooral, wan
neer die zich voordeden in de toonaangeven
de leringen der hoofdstad. Dan werd zoo'n
geval aan alle kanten uitgebuit, het geheel
nog wat aangedikt en vervolgens geplaatst
op een in het oogloopende plaats in de krant,
zoodat het publiek weer iets had „om van te
smullen". Evenzoo ging het met sommige
rechtbankzaken. Als het maar sensatie-copy
was, dan was de „London News" er heel vlug
bij om zijn lezers het verhaal zoo uitvoerig
mogelijk op te disschen.
Het stuitte Gladys vaak tegen te borst om,
zij het dan ook op zeer bescheiden wijze, aan
deze krant mede te werken en meer dan
eens had ze, terwijl ze weer een of ander
duister zaakje aan het overtikken was, de
neiging gevoeld om het werk er bij neer te
gooien en haar ontslag op staanden voet te
nemen. Tot heden echter was ze er in ge
slaagd, dit voornemen to onderdrukken. Ze
begreep immers wat de gevolgen er van zou
den zijn: broodeloosheid en totale armoede
voor tante Clare en voor zichzelf. En ze wist
maar al te goed, dat behoorlijk betaalde be
trekkingen zooals zij ei- toch een had, zeld
zaam waren. Nu en dan solliciteerde ze wel
eens naar een soortgelijke plaats als ze nu
bekleedde, maar tot nu toe zonder goed ge
volg. Overigens had ze veel plezier in haar
werk.
Langzamerhand kwamen nu ook de an
dere redacteuren binnen.
Er werd gewerkt in een gejaagd tempo.
Een krant redigeeren is nu eenmaal een
werk, waarbij de minuut een groote, soms de
allesoverheerschende rol speelt. Wanneer
men het krantenbedrijf niet kent, is het
moeilijk aan de hardheid van deze waarheid
te gelooven. Maar zij, die er ondervinding
van hebben, zullen het bevestigen. Ook
Gladys wist, dat een oogenblik talmen de
fataalste gevolgen kon hebben. Wanneer zij
niet zorgde, dat de geschreven stukken, die
haar werden toevertrouwd, zoo snel moge
lijk op de zetterij werden bezorgd, waren de
zetters niet op tijd klaar met hun werk en
het gevolg daarvan was weer dat het druk
ken van de krant niet op tijd kon beginnen
en dit had weer tot resultaat, dat de bladen,
te laat uit de rotatiepersen werden gewor
pen, dat de trein werd gemist, dat de abon-
né's buiten de stad hun krant niet, of veel
te laat ontvingen, dat de lezers in Londen
op hun beurt tevergeefs naar de brievenbus
liepen Juist omdat iedereen in een kranten
gebouw van dit alles is doordrongen, doet
ieder zijn best om te zorgen, dat alle scha
kels In het bedrijf op tijd in elkaar grijpen
en iederen dag opnieuw is het dan ook een
voldoening als alles behoorlijk is gereed ge
komen, zoodat men eenige oogenblikken
heeft om op verhaal te komen en krachten
te verzamelen voor het volgende ochtend
blad.
Het is dan ook niet verwonderlijk, dat de
arbeid aan een krant en vooral die, welke
door de redacteuren wordt verricht, onder
„hoogdruk" moet geschieden. Den heelen dag
is het een leven in spanning, om te zorgen,
dat alle berichten, die binnenkomen, behoor
lijk worden verwerkt, dat geen nieuws van
eenig belang onvermeld blijft, dat de berich
ten, die op^het laatste oogenblik voor het
afdrukken van het blad nog binnenloopen,
nog worden opgenomen en alles moet zóó ge
schieden, dat de lezers die meestal geen be
grip hebben van de zorgen van een journa
list, 's avonds met voldoening, hun blad van
de eerste tot de laatste pagina uitspellen.
(Wordt vervolgd).