Java-Suiker wordt gesteund. GEEF HAAR EEN PERS Büitenlandsche Suiker wordt geweerd. Haarlem's Kunstbezit. Dieselmechanische spoorwagens. De ouderdom en Sinterklaas. WOENSDAG 25 NOVEMBER 1936 HAARLEM'S DAGBLAD Contingenteering begint heden. Aan de Tweede Kamer is aange boden een nota van wijzigingen op hoofdstuk 13 (Koloniën) van de rijks- begrooting voor 1937, waarbij een post wordt opgebracht, strekkende om de mogelijkheid te openen uit Java af komstige ruwe en wit-suiker tegen kostprijs in Nederland in te voeren. In verband hiermede kan worden medegedeeld, dat maatregelen in voor bereiding zijn om den invoer van ruwen en wit-suiker in Nederland zoo spoedig mogelijk in 1937 uit sluitend te doen bestaan uit product afkomstig uit de overzeesche gebieds- deelen. De regeering heeft tot dezen maatregel besloten in het kader der economische samenwerking tusschen Nederland en Ned.-Indië en naar aan leiding van haar door de commissie voor de economische samenwerking tusschen Nederland en Nederlandsch- Indië (commissie-Rutgers) gedane voorstellen. Een afzet van ca. 85.000 ton per jaar in Nederland zal hierdoor aan Indië worden verzekerd. In verband met het bovenstaande is de invoer in Nederland van ruwen beetwortelsuiker ruwen rietsuiker, wit- suiker en basterdsuiker met ingang van 25 November gecontingenteerd voor den tijd van 6 maanden en wel op basis van 50 procent der gemid delde halfjaarlijksche invoeren van 1935 Deze laatste maatregel is noodzakelijk ge bleken, omdat anders overmatige invoeren van buitenlandschen suiker zouden kunnen plaats hebben in de periode voordat de Nederland- sehe markt voor dezen suiker gesloten wordt. Het Nederlandsche raffinage-bedrijf zou door zulke overmatige invoeren ernstig worden be nadeeld, terwijl bovendien het effect der ten bate van Indië te nemen maatregelen er voor geruimen tijd door ongedaan zou kunnen worden gemaakt. Aangezien de bedoeling dezer contingen teering uitsluitend is het weren van over matige invoeren gedurende het tijdvak, dat de definitieve, ten bate van Indischen suiker te nemen maatregelen nog niet tot uitvoering- zijn gekomen, zal zij op voor den handell gemakkelijke wijze kunnen worden gehanteerd en zullen hoeveelheden ten invoer kunnen worden toegelaten, welke zich aanpassen aan de normale behoeften. De contingenteerin; beoogt ook niet om gedurende de overgangs periode den invoer van Java-suïker te ver meerderen. In den voor Indië te nemen maatregelen zal ook wit suiker worden betrokken ten einde de Nederlandschen handel in dit product zijn positie als leverancier van ingevoerde wit- suiker te doen behouden. Ten overvloede moge worden onderstreept, dat door den thans voorgestelden maatregel geen er lei wijziging wordt gebracht in de be- Het drama te Broek op Langendijk. Tegen de drie verdachten twee jaar geëischt. 't Was op 21 September kermis in Zuid- Scharwoude en de bevolking van het dorp vierde met velen uit de omliggende dorpen buitengewoon gezellig dit volksfeest. Om 2 uur 's nachts was het sluitingstijd en de ge meente- en rijkspolitie waarschuwde de eige naars van verschillende lokaliteiten, dat het „de hoogste tijd was". Dit was niet heele- maal naar den zin van een aantal jongelui, die niet gewend aan zoo'n streng optreden van de politie meenden, dat de politie veel te streng optrad. En ze maakten het de agen ten danig lastig, zij het dan ook op een groo- t%n afstand. De rust was spoedig over het dorp geko men en ook de nieuwe rijksveldwachter-bri gadier wonende te Broek op Langendijk, keerde huiswaarts en sliep weldra, doch plotseling werd hij gewekt door het lawaai, dat onbekenden maakten bij zijn woning: zij tartten hem en verzochten hem tenslotte „dringend", om eens buiten te komen. De agent kleedde zich, begaf zich naar buiten en stond toen geplaatst tegenover een groepje kermisvierders, die ontevreden waren geweest over het politioneele optre den tijdens de kermis te Zuid-Scharwoude. Nadat de agent de onruststokers eerst met den klewang had verdreven, kwamen ze op nieuw naderbij en de agent dreigde toen met den revolver. Een dreigement bleek niet ge noeg en weldra klonken er eenige schoten in den duisteren nacht. Toen daarna plotseling een schim opdoemde uit den walkant van de naast den weg loopende vaart, volgde een vierde schot en de nog jonge M. K. werd doodelijk getroffen. Dinsdag stonden voor de Alkmaarsche rechtbank terecht D. S., S. G. en M. K. we gens het met openlijke krachten geweld ple gen tegen den rijksveldwachter-brigadier. Na het getuigenverhoor eischte de Officier van Justitie tegen elk der drie verdachten een gevangenisstraf van twee jaar. De verdediger vroeg vrijspraak. CURSUSSEN VOOR HUISHOUDELIJKE VOORLICHTING. Ged. Staten stellen Prov. Staten voor. te besluiten, aan de Stichting: Commissie inzake huishoudelijke voorlichting en gezinsleiding, gevestigd te 's Gravenhage, ten behoeve van in de provincie Noord-Holland georgani seerde cursussen in huishoudelijke voorlich ting in grootere gemeenten en steden, welke hetzij in 1936 zijn aangevangen en in 1937 worden voortgezet, hetzij in laatstgenoemd jaar worden gehouden, een bijdrage te ver- leenen van ten hoogste f 1000, met dien ver stande, dat deze bijdrage zal worden uitge keerd voor zoover daaraan naar het oordeel van Ged. Staten in verband met de oprich ting van cursussen behoefte bestaat, en on der^ voorwaarde, dat een rekening en ver antwoording en een verslag aan Ged. Staten worden ingezonden. staande regeling ten aanzien van de pro ductie en den afzet van binnenlandsch geteel de bietsu.&er. Ter toelichting deelt de minister het volgen de mede Zooals bekend, verkeert de Indische suiker cultuur reeds sinds jaren in zorgelijke om standigheden. Niet alleen zijn de prijzen, waartegen de Javasuiker op de büitenland sche markten wordt verhandeld, beneden den kostprijs gedaald ook onder de huidige mo netaire omstandigheden zijn zij gemiddeld nog niet op winstbasis doch ook zijn de afzetmogelijkheden aanzienlijk ingekrompen. De voorraden onverkochte suiker op Java zijn nog zoo groot, dat zonder aanmerkelijke af- zetverrüiming het handhaven van den aan plant voor 1937 op het peil van dien van 193S niet verantwoord ware, hetgeen zoowel voor de industrie als voor de bevolking uiterst schade lijke gevolgen zal medebrengen. Met het oog- op een en ander diende opnieuw te worden overwogen, in hoeverre het moederland steun zou kunnen bieden. De op de Londensche noteeringen geba seerde prijs, waarvoor büitenlandsche suiker hier te lande wordt geleverd, en die belang rijk beneden den kostprijs dier suikers ligt, is lager dan het bedrag, waarvoor Javasuiker zelfs tegen kostprijs zou kunnen worden inge voerd. Daarom zal het noodzakelijk zijn die marge te overbruggen door aan de Javasuiker een toeslag toe te kennen boven den prijs van de suiker op de vrije markt. Deze toeslag kan noch rechtstreeks op de binnenlandsche consumptie, noch op de suikerverwerkende in dustrie worden verhaald, aangezien de hier te lande uit het buitenland aangevoerde suiker na te zijn geraf fineerd, dan wel in suikerhoudende producten te zijn verwerkt, nagenoeg geheel weder wordt uitgevoerd. Even min is het met het oog op het karakter van het landbouwcrisisfonds mogelijk den financieelen last, die het gevolg van deze aankoopen van Javasuiker zal zijn, zonder meer op dat fonds te doen drukken. In het raam van de politiek, welke ten aanzien van de economische samenwerking tusschen Nederland en Nederlandseh-Indië wordt gevolgt, acht de minister, in overeenstemming met zijn ambtge- nooten van landbouw en visscherij van handel, nijverheid en scheepvaart en van financiën het den meest aan gewezen weg de betaling van de toe slag over het landbouwcrisisfonds te doen loopen, doch deze uitgave door een uitkeering aan dit fonds te ver goeden. Het bedrag in geld, dat hiermede gemoeid zal zijn, is niet met zekerheid te ramen, aan gezien noch de ontwikkeling van den Londen- schen marktprijs noch de voor de Nederland sche industrie benoodigde hoeveelheid in te voeren suiker met genoegzame zekerheid te voorspellen vallen. Ongerekend de uit Suri name afkomstige suiker, wordt hier te lande ongeveer 85.000 ton büitenlandsche suiker verwerkt. De meerdere uitgaven, aan den aan voer van deze hoeveelheid Javasuiker ver bonden, zullen bij de huidige prijzen een extra last van f 800.000 op het landbouwcrisisfonds leggen. Bij de doorvoering van den hierbedoelden maatregel zullen de belangen van den be- staanden witsuikerlnvoerhandel worden ont zien. Het ligt dan ook in het voornemen om de genoemde hoeveelheid van maximaal 85000 ton over ruw- en witsuiker te verdeelen naar rato van het aandeel, dat deze beide in de afgeloopen jaren in den invoer hier te lande hebben gehad. ER MOEDER'S PARAPLUIE loopt Zus als een groote meid Stevige schoen tjes - warm inge pakt - haar deert geen regen! Geen vrees voor kou vatten. Moeder gaf haar Wybert tabletten. 50 - 35 - 20 ct. (Adv. ingez. Medj Portretstudies door Jan Veth in Teyler. De teekeningen door Jan Veth, thans in Teyler bijeengelegd in de vitrines, geven ons aanleiding over dien merkwaardigen kunste naar hier iets na te vertellen. Hij is in de beweging, die na de Haagsche School kwam en in Amsterdam haar brandpunt had, een op velerlei gebied leidende persoonlijkheid geweest; een man met groot talent, een veelzijdig ontwikkelde kennis, een verwonder lijke arbeidskracht en een zich vèrstrekken- den invloed. Na zijn dood in 1925 heeft zijn vriend, Prof. Huizinga het „Leven en Werk van Jan Veth" uitvoerig en grondig beschreven en beschouwd, en wie op dat rijke leven een eenigszins volledigen kijk wil hebben zal die in veel opzichten Uitmuntende biographisehe studie niet kunnen missen. Het is met Jan Veth zóó gelegen, dat men in hem niet slechts den meest begeerden Hollandschen portrettist van zijn periode heeft te zien, doch ïem tevens als schrijver, als kunsthistoricus criticus, als man van de wereld en als mensch heeft te waardeeren. Een zeldzaam voorko mende samenvloeing van begaafdheden en een misschien nog zeldzamer samenloop van omstandigheden, die het mogelijk maakte van die begaafdheden een nuttig gebruik te maken. Want voor den eenvoudigen Dordt- schen jongen, die daar in 1865 geboren was en op zijn zestiende jaar reeds op de Am- sterdamsche Akademie werd toegelaten, bood juist de tijd van zijn entrée in de wereld een aantal mogelijkheden, die hij heeft weten te benutten door aan de beroering in de gees ten der jeugd van die dagen onmiddellijk actief deel te nemen. Wel bracht hij uit zijn provinciestad goede connecties mee, die hem in de hoofdstad van dienst konden zijn, doch van meer belang was dat hij dadelijk in een milieu terecht kwam waar de knoppen in bloei stonden om aanstonds uit te botten in de glorieuse, nieuwe fase in de schilderkunst en de litteratuur, die men wel als ..de bewe ging van tachtig" pleegt aan te duiden Hij, die in Dordrecht een zeer solide, eenvoudig onderricht in de kunstvakken van den plaat selijk gewaardeerden schilder Terwen geno ten had, kwam nu ter Akademie onder Alle- bé's leiding, vond er als klasgenooten Toorop en Derkinderen en sloot er spoedig vriend schap met de meest belovende leerlingen uit hoogere klassen: Karsen, Van der Vaer en Witsen. Het zal wel door dezen laatsten ge weest zijn, dat hij met de litteratoren, die toen hun potje nog te vuur hadden staan, geen cadeau geeft méér voldoening BEZOEKT ONZE SPECIALE AFD. PERZISCHE T A P IJ T E N GR. HOUTSTR. VANAF VRIJDAG TOT 30 UUR GEOPEND lAav. ingez. Mea.i De contractactie in het Visscherijbedrijf. Vergaderingen van de zeelieden. De verschillende besturen van de organi saties van werknemers in het visscherijbedrijf zijn thans druk bezig met het vergaderen met hunne leden ter bespreking van de voorwaar den van een eventueel collectief contract. De belangstelling van de zijde van de zeelieden is zeer groot Alle vergaderingen zijn steeds druk bezocht. DE RIJNSTROOM KRIJGT EEN ZENDER. Met de modemlseering van de IJmuidensche trawlervloot gaat het gestadig vooruit. Thans wordt de stoomtrawler Rijnstroom van een zendinstallatie voor radiotelefonie voorzien. Nieuwe verschijning op onze spoorbanen. Terwijl de Nederlandsche industrie nog pas begonnen is met de uitvoering van de groote order der Nederlandsche Spoorwegen, welke het gevolg was van het besluit tot electrifi- catie van de thans door Dieseltreinen bere den trajecten, vernemen wij thans, dat de N. S. een nieuwe opdracht aan „Werkspoor" hebben verleend. Het verkeer met stoomtreinen op trajecten, waar het reizigersverkeer minder druk is als voorbeeld denke men aan de lijn Alk maarDen Helder heeft daar tot nu toe een onevenredig kostbare accomodate aan materiaal en bediening geëischt. Er werd een sterke behoefte gevoeld aan zuiniger mate riaal op deze lijn-gedeelten. Om deze reden heeft de directie van de Nederlandsche Spoorwegen thans besloten de proef te ne men met een nieuw type Diesel-mechani- schen spoorwagen en heeft zij aan Werk spoor order gegeven acht van deze wagens te maken. Een nieuwe verschijning zal daarmede op onze spoorwegen haar intree doen. Uiterlijk lijkt deze Diesel-mechanische spoorwagen het meest op de electrische stroomlij nwa- gens, welke thans dienst doen op het baan vak RotterdamHoek van Holland Hij heeft denzelfden gestroomlijnden neus en dezelfde groene kleur. Doch dit type kent geen trein stellen, zooals zijn Diesel-electrische familie leden. Elke trein zal slechts bestaan -uit een en- kelvoudigen spoorwagen, die met zijn onge wone lengte van 26.70 meter de langste on der de Nederlandsche Spoorwagentypen zal zijn. Elke wagen bevat een groote afdeeling derde klasse met 56 zitplaatsen en acht staan plaatsen, en een afdeeling tweede klasse met 15 zitplaatsen en acht staanplaatsen. Het in wendige komt overeen met dat van den Die- sel-electrischen trein, met dit verschil, dat eenige verbeteringen zijn aangebracht, waar toe de ervaring met de oudere gestroomlijn de treinen heeft doen besluiten, Aangezien het in de bedoeling ligt de acht bestelde wagens in October van het volgend jaar in gebruik te nemen, kan men de eer ste proefritten in den volgenden zomer te gemoet zien. reeds kennis maakte en met Kloos, Verwey, Van Eeden, Aletrino en hun kring omgang zocht en behield. Toen, in de Nieuwe Gids ook aan kunstbeschouwing en kritiek zou gedaan worden, was Veth de aangewezen man on der de schilderende vrienden, omdat deze zich ook al op het litteraire terrein begeven had en de eerste af levingen van het nieuwe tijd schrift met gedichten had opgeluisterd. Het dualisme van schilder-schrijver te zijn, dat in geheel Veth's verder leven zulk een belang rijke plaats zou innemen, is dan reeds gelegd en alleen zijn veelzijdigheid, die bij hem te vens grondigheid insloot, zou daar later nog een derde faculteit, die van den kunstgeleer de en oudheidkundige aan toevoegen. Het is voor hemzelf niet immer een uitge maakte zaak geweest dat hij, alls schilder, slechts portrettist zou zijn. In die jonge ja ren moet het hem zelfs vaak als ideaal zijn voorgekomen acht maanden van het jaar landschapsschilder te wezen om in de overige vier door het schilderen van portretten het daarvoor benoodigde geld te verdienen. Het is anders geloopen: hij zou in latere jaren aan vier en twintig maanden per jaar nog niet genoeg hebben gehad om aan alle por tret-aanvragen te voldoen! En wat er in zijn levenswerk buiten de portretten aan kunstproductie vermeld wordt, mag beteeke- nis hebben, omdat het van hèm istot de belangrijkheid zijner verschijning draagt het niet veel bij. Zoo bracht zijn geheele wezens-aard hem op de plaats, die de zijne blijven zou, die van den maker van het psychologisch portret, van den portrettist van intellectueelen en van lie den, op wier facie het leven het merk hunner bijzonderheid had gedrukt. Vrouwen- en kin derportretten komen in zijn oeuvre slechts occosioneel voor, hoewel hij ook daarin eenige bijzondere dingen gepresteerd heeft. Doch de doorgroefde koppen van denkers en geleerden, de bijzondere expressie van staatslieden en kunstenaars waren de zaken, die hem aan trokken en de veelzijdigheid van zijn kunde stelde hem in staat voor ieder model de werk wijs te kiezen, die hem voor dat speciale ge val dan weer de meest geëigende scheen. Men kan zich daarvan in de serie voorstu dies, die Teyler bezit, een idee vormen. Ner- veus, als een gehaaste penteekening is de be- Schriftelijk beantwoorde vragen. Op de vragen van den heer Donker be treffende het instellen van een onderzoek naar aanleiding van een uitlating van een getuige bij de behandeling van een strafzaak voor de arrondissmentsrechtbank te Haarlem, dat le der eener partij van nationaal-socialistische richting naar Berlijn en München zouden zijn geweest om geldelijken steun van de Duitsc.he regeering, althans van officieele Duitsche instanties of personen, voor hun partij te verkrijgen, heeft mr. Van Schalk, mi nister van justitie geantwoord: 1. Uit het proces-ver baal der openbare terechtzitting van de arrondissementsrecht bank te Haarlem, dd. 8 October 1936, waarop de in deze vraag bedoelde strafzaak is be handeld geworden, blijkt niet, dat een getui ge bij die behandeling zou hebben erkend, dat leden eener partij van nationaal-socialistische richting naar Berlijn en München zouden zouden zijn geweest om geldelijken steun van de Duitsche regeering, althans van offi cieele Duitsche instanties of personen, voor hun partij te verkrijgen. Wel blijkt de ver dachte ter terechtzitting te hebben beweerd, dat een getuige zich voor een dergelijk doel naar Berlijn zou hebben begeven, dit werd echter door dien getuige ontkend. Overigens heeft de verdachte bekend het indertijd in strijd met de waarheid te hebben doen voor komen, alsof door zijn bemoeiing steun van de Duitsche regeering zou worden ontvangen. 2 en 3. Naar de betrokken aangelegenheid, welke zich reeds langeren tijd geleden heeft afgespeeld, kan bezwaarlijk een nader onder zoek dat zich tot het buitenland zou moeten uitstrekken worden ingesteld. llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllilillllllllillllllillllllllll'lllMI^^ wegelijke kop van Prof. Cosijn neergeschreven: in zware contouren de massale kop van de dan twintig jarigen Van Deyssel getrokken. De fijne voornaamheid van den ouden Heems kerk eischte en voorzichtig-tastende behan deling, de stille peinzing van den taohtigjari- gen, door Veth zoo zeer vereerden Israels be nadert hij met en haast verliefde uitvoerig heid. Het is aangenaam in Teyler's bezit deze zoo uiteenioopende attaques op de modellen te kunnen vergelijken, ze bewijzen Veth's kunde niet alleen, maar ook zijn doordringend be grip van het wezen zijner zitters. Deze eerste, soms vaak herhaalde aanvallen op zijn sujetten werkte hij daarna in schilderij of teekening verder uit, ze steeds completeerend met de geestelijke finesses van zijn model, tot dat, als in het geval met Prof. Kapteyn's por tret, iemand uit diens omgeving opmerkte, dat het méér Kapteyn was dan Kapteyn zelf, óf, als in het geval met den geleerden Winkler, den psychiater, die met een zekeren humor constateerde, dat eVth in zijn portret de noo- dig degeneratie-kenmerken had vastgelegd. Den kop van den ouden Israël reproducee- ren wij bij dit stukje. Veth heeft den Haag- schen meester herhaaldelijk geteekend, het. laatst toen deze 85 jaar geworden was. En Israël von het altijd weer prettig Veth bij zich te hebben. Prof. Huizing-a citeert een brief van Veth uit die periode: ,,'s Avonds laat ik mener Israels met juf frouw Keiler schaken en dan zit hij met de hand onder de kin aandachtig op het bord te kijken, en zoo wou ik wat van hem maken. Maar het is wèl moeilijk, want hij doet tóch ongedurig en kan geen licht verdragen, zoodat we in "het halfdonker zitten. Hij is, ik weet het al van ouds, vreeselijk moeilijk, omdat zijn kop zoo weinig vaste vormen heeft en zooveel expressieve bewegelijkheid". Wij zullen het hierbij laten. Wie over Veth's rijke leven meer wil weten zij naai- Huizinga's biografie verwezen, die in de Stadsbibliotheek wel aanwezig zal zijn. Mijn persoonlijke her inneringen aan den schilder zijn nog steeds gevuld met respect voor zijn wezen, zijn kunde, zijn bereidwilligheid tot voorlichting als hem iets gevraagd werd. Vooral in de latere jaren kon hij met zijn gesoigneerde verschijning, zijn fijne handen, de scherpte, waarmee hij iemand aankeek of vragen stelde, op mij meer den indruk soms maken van een beroemd chirurg dan van een schilder. In geen geval heb ik een tweede persoonlijkheid in mijn herinnering, waarin op zoo eigenaardige wijze wetenschap en artisticiteit vermengd waren als bij Jan Veth. En ik geloof dat mijn eenige grief teeen hem zou geweest zijn als ik Prof. Huizinga's boek gelooven mag dat hij noch van kinde-1 ren, noch van beesten hield. Ook hierin zou hij i dan, voor een artiest althans, een uitzondering vormen. J. H. DE BOIS, I Vooral tegen Sinterklaas merk ik, dat ik ouwer word. Oud worden, dat is: sceptisch worden: min der vertrouwen hebben in de goedheid van de menschen; een beetje wèggroeien van de menschen. Oud worden, langzaam, ongemerkt oud- worden, dat is: minder gauw vertoornd zijn, minder gauw verliefd zijn; minder gauw ver drietig zijn; minder gauw blij zijn. Oud worden is niet alleen: niet meer bij vijf treden de trap oprennen; niet meer naar H.F.C. gaan; niet meer een scène maken tegen je vrouw; maar het is óók: niet meer den heelen nacht niet slapen, omdat je mor gen jarig bent, niet meer warme handen en kloppingen in je keel krijgen, als een aardig meisje tegen je lacht; niet meer geen enkelen-dans over slaan op een avondje-uit. Oud worden is; naar de bioscoop gaan, om dat. je niet drie weken lederen avond thuis wilt zitten; naar den schouwburg gaan, omdat je vrouw daar zoo van houdt; naar een feestdiner gaan met de gedachte: enfin, over vier uur lig ik lekker in m'n bedje; naar een tent-met-muziek gaan en denken: „chut, zit die Jan Willemsen nu nog altijd in dat leven, hoe hoüdt-ie het vol?" Oud worden ls denken: Vroeger vond ik het reuze als er visite kwam en ik mocht er bij zitten. Vroeger deed ik een lief ding voor gries meelpudding met bessensap. Vroeger vond ik een man van veertig stok oud en zéér wijs. Vroeger vond ik de lui uit de zesde klas mannen. Vroeger vond ik de vrouwen vreemde won deren. Vroeger hield ik van katjesdrop. Nu heb ik er een rijksdaalder voor over, als ik niet bij de visite behoef te zitten. Nu zeg ik: „Chut vrouw, is er nou wéér griesmeelpudding met bessensap?" Nu vind ik vele mannen van veertig onver beterlijk jong en onwijs. Nu vind ik zelfs een zesde-j aars-student een broekemannetje. Nu houd ik van pepermunt. Nu vind ik de vrouwen nog altijd vreemd, maar géén wonderen. Maar vooral tegen Sinterklaas merk je, dat je oud wordt. Versjes maken? Hoe krijg je het in je hoofd! Chocoladeletters? Man, m'n tanden „Wat zag je? O.een das.ja, goed een dasdie kan ik altijd gebruiken, hè?" „Wat zeg je? Wou je liever geld voor een avondtaschje dan een avondtaschje? Goed, krijg je geld voor avondtaschje. Maar 't hoeft toch niet meer dan een tientje te zijn?" Wat zei u? Verrassingen? Mensch. ik op mijn leeftijd verrassingen? Ik zal u precies vertellen: een das van mijn vrouw: een das van tante Lize, een das van nicht Emma, een das van schoonzuster Jo hanna, een das van de Van der Polls, een das van nicht Jozefien en tenslotte een das van nicht Marie. En wijhandschoenen aan tante Lize, hand schoenen aan nicht Emma, handschoenen aan schoonzuster Johanna, handschoenen en een das aan de Van der Polls, handschoenen aan tante Jozefien en tenslotte handschoenen aan nicht Marie. Verrassingen? Zeker een suikeren hart van dat gekke, ouwe mensch van den hoek? Of een marsepeinen big van dien raren big, waar ik 's ochtends altijd mee in de tram zit. In vredesnaam géén verrassingen! Dat geeft niet dan last. Dan moet ik mijn vrouw weer uitleggen, dat 't héélemaal-niks-geks is. En dit is niet gemakkelijk. Op ónzen leeftijd MR. E. ELTAS. De dubbele moord te Merkel beek. Met bloed besmeurde voor werpen in beslag genomen. Merkwaardige bijzonderheden aan het licht gekomen. Inzake den gruwelijken moord te Merkel beek vernemen we nog het volgende: In de kamer, waar de vrouw vermoord is gevonden, zijn enkele merkwaardige bijzonder heden gebleken. De kamer vertoonde geen enkel spoor van geweld, het was alsof alles netjes was opgeruimd. Eenige voorwerpen, die de verslagene bij zich had, toen zij uit de kerk huiswaarts keerde lagen rondom het lijk ge groepeerd. De kachel moet Zondagmiddag, toen de menschen binnenkamen, roodgloeiend gestaan hebben. Als verdere bijzonderheid kunnen wij nog melden, dat ook het vee in den stal heel rustig was, zoodat het blijkbaar op den gewonen tijd gevoederd en gemolken was. Gevraagd wordt nu hoe een en ander mogelijk is, want de huishoudster beweert, dat zij den heelen dag vanaf 8 a 9 uur des morgens tot half zes in den namiddag op den zolder heeft gezeten. Ook beweert zij door den aanvaller verwond, te zijn en toont eenige schrammen aan den hals en bulten op het hoofd, maar vast is komen te staan, dat de schrammen maar eigenlijk kleine krabben zijn, terwijl de slagen met een hamer wel eenige kleine bul tjes, maar geen bloeduitstortingen tengevolge hebben gehad. Bebloede hakbijl in beslag genomen. Verder vernemen wij, dat enkele voorwer pen in beslag zijn genomen, die sterke aanwij zingen in een bepaalde richting kunnen in houden. Op de eerste plaats heeft men beslag gelegd op een hakbijltje, welk voorwerp nog al met bloed was besmeurd. Verder heeft men ook een handtaschje van de huishoudster ge vonden, waaraan nog een paar spatjes bloed kleefden, terwijl zich in het taschje een zak doek bevond eveneens met wat bloedspatten besmeurd. Verder heeft men in de woning nog twee kuipen met waschgoed gevonden, waarin zich ondergoed bevindt. Bij het verhoor heeft de vrouw als haar naam opgegeven van Helden, geboren "an Schoffelen. Zij was geboren te Stevens'w ^rt in 1872, op het eind van December. Zij ver klaarde evenwel den juisten geboortedatum niet te weten. De Maastrichtsche scheikundige, dr. van Wa peningen, zal eenige dingen nader onder zoeken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 5