H.D.*
VERTELLING
iiiiieiiiiiRiiiiiiiB
Wat zonder
haar te doen
URODONAL
ff tam stktiifi.
DONDERDAG 28 J A N U A R I 1937
HA'ARLE M'S D A G B E A D
6
De Vrouw in de Maatschappij.
Er is reden tot dankbaarheid.
Gisteravond hield mej. mr, J.
Zeelenberg uit Rotterdam in het Re
monstrantenhuis aan de Wilhelmi-
nastraat, voor de afd. Haarlem van
de Ned. Vereen, voor Vrouwen-belan
gen en. GelijUa Staatsburgerschap
een lezing over „De huidige positie
der vrouw".
De tegenwoordige positie van de vrouw kan
pas van het juiste standpunt bezien worden,
aldus spreekster, als wij haar vergelijken met
de positie van de vrouw van een halve eeuw
geleden. De vrouw bemoeide zich toen weinig
met het maatschappelijk leven, een toestand
waarin pas de wouwenbeweging verandering
bracht
Wij zijn vervuld, aldus spr., van een gevoel
van dankbaarheid voor den huldigen toe
stand, ondanks de critiek, die er misschien
mag zijn
Het passief en actief kiesrecht voor vrou
wen bracht geen groote invasie van vrou
welijke Kamerleden. Toch waren er wel en
kele vrouwen, die een plaats in de vertegen
woordigende lichamen kregen, doch hun aan
tal loopt weer langzaam terug'. In de ge
meenteraden heerscht dezelfde toestand.
Ben belangrijke factor hierbij is, dat in de
groote partijen de stemdwang zoo groot is.
dat er vrijwel geen voorkeurstemmen wor
den uitgebracht.
Er zijn, meende spr., in de Kamer weinig
vrouwen, die een voorname rol spelen. Trou
wens, er zijn misschien ook slechts vier of
vijf mannen, die iets van belang hebben mede
te deeien. De vrouwen behooren echter tok.de
goede middelmaat.
De vrouw heeft over het algemeen maar
weinig interesse voor het staatkundig leven.
Het noodige élan ontbreekt hier
In het maatschappelijk leven is de positie
van de vrouw sterk veranderd. Zij is. aldus
spr. op de arbeidsmarkt een bijna even be
langrijke rol gaan spelen als de man. Ook in
de staatsbetrekkingen is dit vrij gemakkelijk
gegaan.
De crisis bracht ook hierin eenige veran
dering. De vrouw werd uit sommige beroe
pen stelselmatig geweerd. Dit vond uiting in
„de circulaire van minister de Wilde", waarin
werd geadviseerd dat bij sollicitaties de man
steeds voor de vrouw zou gaan.
Men heeft verschillende crisismoeilijkhe
den trachten te bestrijden, door de schuld
van veel van die moeilijkheden op den vrou
wenarbeid te schuiven. Daarbij heeft men.
aldus spr. niet altijd met eerlijke wapenen
gestreden, wat aanleiding gaf tot verzet uit
de vrouwenbeweging.
Dit heeft echter het voordeel gehad, dat
voor al deze zaken veel meer belangstelling
is gewekt. Dit was heel noodig, want sinds
het vrouwenkiesrecht veroverd werd, was de
belangstelling toch sterk verslapt.
Het is voor de vrouw vaak heel moeilijk
om bepaalden arbeid te verrichten. Het gaat
echter niet op, deze plaatsen voor de man
nen in te ruimen. Dat zou zich zeker wreken.
De oplossing ligt ergens anders. Werk kan
pas bevrediging schenken en productief zijn,
wanneer het arbeidsvreugde schenkt. In het
scheppen van die arbeidsvreugde zal de op
lossing van dit vraagstuk moeten liggen.
Na de pauze was er gelegenheid tot het
stellen van vragen, wat tot een levendige ge-
dachténwisseling aanleiding gaf.
PROGRAMMA VAN DE HAARLEMSCHE
RADIO CENTRALE OP VRIJDAG
29 JANUARI 1937.
Prog. I. Hilversum n
Progr. n. Hilversum I (Huizen).
Progr. Hl. 8.00 Keulen. Concert door een ka
merkwintet 8.50. 9.05 Keulen Tijdsein.
Nieuwsberichten. Waterstandberichten. 9.20
Keulen. Programma van Hamburg 9.50.
10.10 Deutsehl.sender. Kindergarten 10.35.
11.20 Keulen. Programma van den Deutsch-
landsenaer. 12.20 Vlaamsch Brussel. Gramo-
foonmuziek. 12.50 Vlaamsch Brussel. Weerbe
richt. 12.51 Vlaamsch Brussel. Het omroep
orkest o.l.v. Paul Gason. 1.20 Vlaamsch Brus
sel. Gesproken dagblad van het N. I. R. 1.30
Vlaamsch Brussel. Salonorkest o.l.v. Walter
Feron. 1.50 Vlaamsch Brussel. Gramofoomnu-
ziek. 2.20 Diversen. 2.55 Parijs Radio. Gramo-
foonmuziek. 4.20 Parijs Radio. Kamermuziek
d. h. Krettly-kwartet. 5.20 Keulen. Program
ma van Leipzig (populair concert). S.20 Keu
len „Sing uns Spielmusik der ju-ngen Mann-
schaft!" 7.05 Keulen Programma van Mün-
chen (reportage uit Garm. Partenkirchen).
7.20 Berlijn. Nieuwsberichten. Wir teilen mit...
7.30 Berlijn. Concert d. h. omroeporkest o.lv.
H. Steiner m.m.v. W. Stuhlfaut, viool. 8.20
Berlijn. Populair concert d. h. kl. omroepor
kest o.l.v. W. Steiner. 9.20 Droitwich. Weer- en
nieuwsberichten. 9.40 Weenen. Verzoekpro
gramma Concert d. h. omroeporkest o.l.v. J
Holz. 10.50 Berlijn. Programma van de
Deutsehl.sender (Otto Dobrindt). 11.20 Di
versen.
Progr. IV. 8.00 Vlaamsch Brussel. Gym
nastiek. 8.20 Vlaamsch Brussel. Gramofoon-
muziek. 8.30 Vlaamsch Brussel. Kroniek van
den deg. 8.40 Vlaamsch Brussel. Gramofoon-
plaat. 8.45 Vlaamsch Brussel. Gesproken dag
blad van het N. I. R. 9.00 Vlaamsch Brussel.
Gramofoonmuziek. 9.20 Diversen. 10.35 Londen
Regional. Korte Godsdienstoefening. 10.50
Londen Regional. Tijdsein van Greenwich.
Weerbericht. 11.05 Londen Regional. Orgel
concert door Sydney Gustard. 11.50 Londen
Regional. Het Rutland Square en New Victoria
orkest. 12.05 Parijs Radio. Causerie voor Israë
lieten. 12.35 Parijs Radio. Gramofoonmuziek.
12.50 Londen Regional. Concert van Sheffield.
I.35 Londen Regional. Medvedeff's Balalaika
orkest. 2.20 Londen Regional. B.B.C. Welsch
orkest o.l.v. Idris Lewis. 3.05 Londen Regional.
Piano recital door Johanne Chambard. 3.35
Londen Regonal. Gramofoonmuziek. 4.05 Lon
den Regional. Alan Ivimey: „What is the West
End?" 4.20 Droitwich. B.B.C. Midland orkest
o.l.v. Leslie Heward. 5.35 Droitwich. Frank
Biffo's Kwintet met Eleonor Warren, cello. 6.20
Nieuwsberichten. 6.45 Droitwich. Piano recital
door York Brown. 7.20 Droitwich. Sir Walford
Davies: Music and the ordinary listener. 7.40
Droitwich. The Kentucky Minstrels. 8.40
Diversen. 10.50 Droitwich. „Midnight Laugh
ter". Cabaret in het Dorchester Hotel. 11.20
Droitwich. Bram Martin met zijn dansorkest.
11.50 Droitwich. Dansmuziek gr.pl.
Progr. V. 8.00—7.00 Diversen. 7.008.00
Eigen gramofoonplatenconcert.
Acc.: 1. Seaddle your blues to a wild mustang,
Gypsy Accordeon Band. 2. Please believe me.
London Piano Acc. Band. 3. Alone, Gypsy
Accordeon Band. 4. Poor little Angeline, Lon
don Piano Acc. Band. 5. Reine de Musette,
Orchestre Musette. 6. The Apache dance,
Scott Wood. 7. Je m' en fous, Orchestre Mu
sette. 8. La Paloma, Scott Wood.
Boswell Sisters: 9. Dinah, Boswel! Sisters.
10 The lonesome Road, Idem. 11. Alex. Rag
time Band, Idem. 12, Going home. Idem.
Piano-muziek: 13. Piano Medley, Peter Kreu-
der. 14. Piano Medley, Charley Kunz. 15. Piano
Medley, Fred. Stein.
8.00—12.00 Diver,sen.
Ordening in het winkelbedrijf.
Volgens B. en W. van Haarlem is dit een
Rijkszaak,
B. en W. van Haarlem schrijven aan den
Raad
Met betrekking tot de zoogenaamde orde
ning van het winkelbedrijf, een vraagstuk, dat
reeds geruimen tijd hier en elders de gemoe
deren beroerde, werd op 10 Juli j.l. door den
heer Mr. L. G. van Dam een concreet voorstel
bij den Raad ingediend, beoogende beperking
der vestiging van nieuwe winkelzaken door
het uitvaardigen van eenige verbodsbepa
lingen van gemeentewege. Een nader voorstel
van Mi-. Van Dam in de raadsvergadering van
22 Juli gedaan met het doel een spoedig prae-
advies van Burgemeester en Wethouders uit
te lokken, werd echter na eenige gedachten-
wisseling door den Raad met 28 tegen 8 stem
men verworpen.
De moeilijkheden, waarin een deel van den
middenstand ten gevolge van de crisis ver
keert, en de denkbeelden om door een zekere
ordening verbetering op dit terrein tot stand
te brengen, zijn bij de behandeling der laatste
gemeentebegrooting en ook daarna eenige ma
len in den Raad ter sprake geweest, doch prin
cipieel werd het vraagstuk der ordening hier
nog nimmer behandeld. Daartoe wenschte ook
de Raad eerst de beschikking te hebben over
de adviezen der belanghebbende organisaties,
in verband waarmede begin Februari van het
vorig jaar de bekende vragenlijst aan betrok
kenen werd verzonden.
Het vraagstuk kwam na Februari in een
ander stadium, toen bij Koninklijke boodschap
van 21 Maart j.l. bij de Tweede Kamer der Sta-
ten-Generaal 't ontwerp Vestigingswet Klein
bedrijf werd ingediend. De Regeering, overwe
gende, dat het noodzakelijk is regelen vast te
stellen nopens het vestigen van inrichtingen
waarin eenige tak van detailhandel, ambacht
of kleine nijverheid zal worden uitgeoefend,
heeft in dit wetsontwerp de mogelijkheid ge
opend tot het stellen van zekere vestigings-
eischen met betrekking tot deskundigheid en
financieele draagkracht van adspirant-onder-
nemers, waarmede zij beoogt langs indirecten
weg de bestaande overbezetting in het klein
bedrijf tegen te gaan. Nadrukkelijk werd in de
memorie van toelichting verklaard, dat aan
dezen modus de voorkeur wordt gegeven bo
ven een rechtstreeksche afweer, welke met
inschakeling van het z.g. behoefte-element de
toestrooming van nieuwe levenskrachtige ele
menten in den. weg zou staan.
Strikt formeel bleef nu weliswaar, zoolang
dit ontwerp niet tot wet was verheven, de ge
meente bevoegd zelfstandig deze zaak ter hand
te nemen en de materie plaatselijk te regelen,
gebruikelijk in ons staatsleven mocht een der
gelijke handelwijze echter niet worden ge
noemd en zeker leek ons dit hier niet de aan
gewezen houding, waar het betrof een aange
legenheid, welke uit den aard reeds als zaak
van algemeen rijksbelang werd aangevoeld en
welke vele principieele kanten had, ten aan
zien waarvan de Rijksregeering, gehoord ook
belanghebbenden, inmiddels haar standpunt
had kenbaar gemaakt.
Daarbij kwam, dat de ervaring elders had
geleerd, dit ook practisch van een dergelijk
plaatselijk ingrijpen vooralsnog weinig resul
taat mocht worden verwacht. Een besluit n.l.
van den Gemeenteraad van Bussum d.d. Fe
bruari j.l. tot vaststelling van een vestigings
verbod voor nieuwe winkels - door den Burge
meester als strijdig met het algemeen belang
niet uitgevoerd, maar ingevolge art. 76 Ge
meentewet ter kennis gebracht van Gedepu
teerde Staten was bij Koninklijk besluit ge
schorst tot Augustus 1936, welke schorsing na
dien tot 1 Jahuari 1937 werd verlengd. Een
soortgelijke verordening van de gemeente Hil-
legersb'erg d.d. Mei 1936 werd ambtshalve door
Gedeputeerde Staten aan het oordeel van de
Kroon onderworpen. Ook toen werd bij Ko
ninklijk besluit (20 Juli 1936) de schorsing-
uitgesproken.
Aanleiding tot ingrijpen van gemeentewege
met de bedoeling om ontduiking der nieuwe
Alonso zat in den pijler.
door
FRANZ TAUT.
Ze hadden op onze farm twee koeien en een
kalf gekocht en ik dreef de beesten naar hun
kamp. Ik had het vee drie uur voor mij uit
gedreven. De steppenlucht trilde in de felle
zon. Ik kwam voorbij de donkergroene euca-
lyptusboschjes, en reeds lag de Rio Grande
voor mij. Het rivierbed was droog. Half ver
gane rommel en karkassen lagen in stinkende
poelen te rotten. Zwermen muskieten zoemden
in de lucht. Daarbovenuit hoorde men de mu
ziek van het oerwoud.
Ik kwam bij de F.C.R.G.A.-mannen. De let
ters be teekenen Ferrocaril Rio'Grande Argen
tina (de Rio Grande Spoorweg van Argen
tinië), en de mannen arbeidden aan weg en
werken. Hier zwoegden zij als duivels aan de
pijlers van de spoorbrug, die zij over de rivier
bouwden, en daarom hadden ze verder stroom
opwaarts de stroöm afgedamd. Nu hadden ze
een vollen dag een watervrij rivierbed om hun
pijlers te gieten.
De dag neeg ten einde. Spoedig zou het
water komen. Daarom haastten zij zich. De
ingenieur brulde. Ik dreef mijn runderen dich
terbij. Zij werden door de helpers van den
kampkok gegrepen en vastgemaakt.
Juist toen ik afsteeg ik was nat van *t
zweet en doodmoe hoorde ik een kreet in
het rivierbed. De arbeiders liepen te hoop. Laat
ze maar schreeuwen, dacht ik, ik wil eerst uit
dien emmer wat koude thee drinken en mij
ergens in.de schaduw neerleggen. Ik nam het
zadel van mijn merrie, die dampte alsof ze
gekookt was.
Toen ik, met de handen op haar rug ge
steund, naar de menschen in het rivierdal
keek. begreep ik. dat er iets gebeurd moest
zijn. Zij schreeuwden naar beneden en klopten
tegen een pijler en eenige arbeiders renden
bleek van schrik naar boven, waar de tenten
stonden.
De „ingeniero" was de eerste. Hijgend
schreeuwde hij zijn peons bevelen toe. Dan
keek hij op zijn polshorloge en zeeg vol ont
zetting op een leeg potroleumblik neer. Het
was een kerel als een buldog, met rossig haar.
Het zweet straalde hem langs het gelaat.
„Waar zijn de paarden?" riep hij ver
bijsterd.
„Buiten in het kamp", antwoordde een peon
en rende weg om ze te halen.
„Vervloekt.
De ingeniero schopte het petroleumblik zoo
krachtig tegen een palmstam, dat het zoo
plat werd als een koek. Toen zag hij mij. Zijn
kleine muizenoogen vielen op mijn merrie.
Haastig kwam hij nader.
Onder de begeer
lijke dingen, die wij
ons op aarde wen-
sehen, noemt oen
goede gezondheid
ae eerste plaats in.
Hoe kan men in
derdaad van le
vensgeluk genie
ten, indien men lijdt
aan steeds woerk-
eerende aanvallen
van rheumatiek en
slechte spiisverte-
ring?lndienU daar
van last hebt, is het
zoak U zoo spoe
dig mogelijk aaar-
tegen te vrijwarent
Urodonal is een
onvergelijkelijk
middel ter verwij
dering van urine
zuur, ureum, afval
stoffen en micro-
bische kiemen.
Ontspant en zuivert de organen,
herstelt de verminderde levenskracht.
Goedgekeurd door Profettor POUCHET, Lid
aan de Académie de Médecine te Parijm.
(Adv. Ingez. Medj
wet te helpen voorkomen door nu reeds plaat
selijk het detailbedrijf vrijwel af te sluiten,
was er evenmin, omdat de Rijkswetgever vol
komen bij machte mocht worden geacht daar
tegen door een zekere terugwerkende kracht
desgewenscht maatregelen te nemen. Boven
dien zou men daarmede reeds in zekeren zin
op de zaak zijn vooruit geloopen en een
methode hebben gevolgd, welke de Regeering
nadrukkelijk had verworpen.
Om al deze redenen meenden wij het vraag
stuk der ordening van het winkelbedrijf en
het desbetreffende voorstel-Van Dam hier
voorloopig te moeten laten rusten, deze gehee-
le zaak voorshands beter over te laten aan de
prudentie der Rijksregeering en eerst te moe
ten afwachten wat de lotgevallen van het in
gediende wetsontwerp zouden zijn.
In het laatst van het af geloopen jaar nu is
dit ontwerp Vestigingswet Kleinbedrijf in
openbare behandeling gekomen en eenige we
ken geleden door de Tweede Kamer aanvaard,
ongewijzigd wat betreft de principieele uit
schakeling van het z.g. behoefte-element en
van de bevoegdheid der gemeentebesturen.
Daarmede is. aannemende dat ook de Eerste
Kamer haar goedkeuring aan het wetsont
werp zal hechten, thans dus in deze zaak
klaarheid gekomen en deze aangelegenheid
definitief als rijkszaak aangemerkt. Als gevolg
hiervan werden dan ook een dezer dagen de
genoemde raadsbesluiten der gemeenten Bus
sum en Hillegersberg door de Kroon vernie
tigd.
Het zal den Raad duidelijk zijn zoo be
sluiten B. en W. gelet op bovenstaande uit
eenzetting en den inhoud van het wetsöhtwerp
dat wij in deze omstandighederf op dit oogen-
blik geen aanleiding kunnen vinden den Raad
te adviseeren het voorstel-Van Dam aan te
nemen.
Met de uitkomsten der gehouden bedrijfs-
telling, welke voor dit vraagstuk van beteeke-
nis is gebleven, hopen B. en W. den raad« bin
nenkort in kennis te kunnen stellen.
„Caballero", zei hij, „er is iets ontzettends
gebeurd. Die Alonso is vanmiddag moe ge
worden en heeft zich in een pijler gelegd, om
dat het daar binnenin koel is. Hij ls Ingemet
seld. Nu zit hij in het beton en hapt naar
lucht, die Alonso
„Par Dios!"
„U ziet. al zijn kameraden werken met bijlen
en mokers aan den pijler om Alonso te redden.
Maar dat vraagt tijd, begrijpt u?"
„Er moet iemand, zoo snel hij kan, de ri
vier langs, naar boven rijden en verhinderen,
dat bij den stuwdam het dynamiet ontploft. U
hebt daar een paard
„Hoe ver is het naar den stuwdam?"
„Een uur".
„En wanneer springt de dam?"
„Klokslag zeven!"
„Hoe laat is het nu?"
Hij keek op zijn horloge: „Half zeven!"
Wij zwegen. Dan riep ik om een emmer
water, dat ik mijn merrie over den rug goot.
Toen wierp ik haar het zadel op. Onwillig
kwam zij ter been en ik trok de riemen aan.
Op hetzelfde oogenblik kwamen twee peons
aangegaloppeerd. Zij hadden de paarden ge
vonden.
„Half zeven!" riep de ingeniero en reikte mij
zijn horloge. „Een van jullie drieën moet vóór
zeven uur aan den stuwdam zijn, levend of
dood!"
„Adios", riepen wij en suisden weg, dat de
harde aardkluiten in 't rond vlogen. De lucht
was zoo heet als vuur. Wij bogen voorover
en klapten met de tong. De paarden legden de
ooren naar achteren en vlogen als een pijl uit
den boog. Zij spanden zich bijzonder in, zooals
altijd, wanneer zij niet alleen galoppeerden.
Spoedig bleek het, dat er een slecht ros bij
was. Hij kon niet mee. De peon trok met
geweld aan de teugels, vloekte, behamerde
met de naakte voeten zijn ribben en sloeg hem
niet een afgerukte tak op den nek. Maar wij
bekommerden ons om niets en holden slechts
voorwaarts, niet ophoudend pnz-e paarden
aan te vuren.
Zouden wij de ontploffing kunnen ver
hinderen en Alonso redden?
Het paard van mijn metgezel was uitge
rust en jong, zooals ik al spoedig bemerkte.
De peon, met zijn breed, ijzeren Indianen-
gezicht, lag over den nek van zijn paard ge
bogen. Hij zou het wel uithouden
Ik trok het horloge uit den zak: 12 minuten
voor zeven!
Ik schrok en zocht te vergeefs met m'n
oogen den stuwdam: ik zag niets dan de zil
verachtige, trillende steppen, waarover onze
paarden renden. Ik besloot het uiterste te
doen, wat ik tot nog toe bij mijn paard niet
gewaagd had, want zij was het edelste dier
van de geheele provincie Corrientes, een slan
ke, hoogbeenige, vierjarige stamboekmerrie.
Ik rukte onder het galoppeeren een tak van
een boom, waarbij mijn hand opengereten
werd. Toen sloeg ik de merrie. Ze vloog, bij
wijze van spreken, nog sneller dan de blik
sem. Het andere paard bleef terstond achter.
Ik bemerkte hoe mijn merrie het laatste ons
energie uit haar hart haalde. Haar hoeven
trommelden een roffel op de schaduwlooze
steppe.
De conductrices.
En de financiëele positie der N. Z. H. T. M.
Eenigen tijd geleden deelden wij mede, dat
de directie der N.Z.H.T.M. bij wijze van proef
een 20-tal conductrices zal aanstellen. In een
interview deelde de directeur mede, dat de
ongunstige financieele toestand van het be
drijf opnieuw tot bezuiniging dwingt.
Wij lezen thans in het Maandblad voor het
personeel der N.Z.H.T.M. het volgende:
In het jaar 1930 is er een monster opge
staan dat „Crisis" genaamd werd. Dit beest
had één wachtwoord hetwelk ons allen
heeft geïnfecteerd: goedkoop, nog goedkoo-
per. Deze kreet werd krachtig versterkt door
het crisis-kind: ..Honger". Wie niet zakte in
prijs, kon niet meer mee, want de honger
dreef om het nog goedkooper dan A te doen
en C trachtte daarna B te overvleugelen. Ook
ons bedrijf werd opgejaagd door den crisis-
schreeuw, De tarieven werden al goedkooper
en de inkomsten verminderden sterk. Sub
sidies werden verlaagd, hielden ten slotte ge
heel op. En de vaste lasten bleven onvermin
derd drukken. Toen moest de Directie zij
deed het niet zonder een intens leedgevoel
de loonen er aan laten gelooven: éénmaal,
andermaal, derde maal, totdat ongeveer 30 pet
daling was bereikt.
Nu is het 1936. We zijn door het dieptepunt
van de crisis heen, zeggen de economisten,
't Is mogelijk, Maar bij de N.Z.H. bemerken we
er slechts dit van, dat er nog blijkbaar veel
armoe onder onze klanten is.We zijn al heel op
timistisch als we zeggen, dat die verschrik
kelijke daling gedurende 6 jaren de laatste
maanden minder sterk is. Zijn de onderstaan
de cijfers der ontvangsten niet sterk spre
kend?
1929 f 4.276.000
1930 4.144.000
1931 3.907.000
1932 3.618,000
1933 3.868.000
1934 3.481.000
1935 3,356.000
1936 3.134.000
Sinds 1929 is de N.Z.H. derhalve in ont
vangsten terug geloopen met f 1,140.000—,
welk bedrag feitelijk nog beduidend hooger is,
omdat in 1929 de opbrengsten der Water-
landlijnen nog niet waren inbegrepen. Hier
staat weliswaar tegenover, dat de exploitatie
kosten door de van het personeel gevraagde
offers en door andere bezuinigingen gedaald
zijn, doch bij lange na niet in de mate van
de ontvangstendaling. En hoe moeten nu
weer worden opgevangen de angstwekkende
stijgingen van de materiaalprijzen na den val
van den gulden? Wie neemt die onverlichte
vaste lasten voor een deel voor zijn rekening?
Ik zou nu gaarne alle/dames en heeren op
ponenten tegen de toepassing van het conduc
trice-systeem in gedachten om mij heen willen
verzamelen om enkele vragen met hen te be
spreken. Daarbij herhaal ik de van levenswijs
heid getuigende opmerking: ,,niemand ma:
critiek oefenen, of hij moet tevens een bete
ren weg kunnen aanwijzen".
Het zal nu wel voor alle onpartijdig oordee
lenden vast staan dat de Directie niet licht
vaardig handelt, als zij zegt: er moet wat
gebeuren! Met ons bedrijf staat of valt een
een moeilijk te vervangen frequente vervoers-
gelegenheid en:... de boterham van de dui
zend gezinnen, welke in het N.Z.H.-bedrijf nog
steeds een bestaan vinden.
Nog meer plukken aan de reeds zoo geha-
vende loonen? Menschen-met 'n grein sociaal
gevoel in hun body zullen ongetwijfeld zeg
gen: man, hou op! loonsverlaging en dat in
dezen tij d
De vrachtprijzen verhoogen? Het middel
zou nog erger blijken dan de kwaal. Met 1
Januari 1934 werd de derde en zwaarste loons
verlaging toegepast. Deze was evenwel niet
afdoende. Toen werd van onze reizigers een
tijdelijke crisistoeslag gevraagd, opdat het
personeel niet geheel zou worden geruïneerd.
Ik ril echter nog, als ik aan de uitwerking van
dit middel terugdenk. Geltanker zonder eind
en klantenverlies, Zou de uitwerking in 1937
anders en milder zijn?
Weer keek ik op 't horloge: acht minuten
voor zeven! Zouden wij de explosie verhinde
ren?
Ik klemde mijn tanden op elkaar en gaf
de merrie een tweeden slag. Schuimvlokken
vlogen op mijn laarzen. Er was geen stuwdam
te ziep. Ik boog mij naar voren en riep schril
en vol vertwijfeling mijn paard in de ooren:
„Hou vol, Chica!Hou vol
Zes minuten voor zeven! Plotseling een
breede beek. Het paard vloog er doorheen,
dat mij 't water om de ooren spatte. Eindelijk
dacht ik in de verte den stuwdam in het ri
vierbed te herkennen. De steppe werd heuvel
achtig. Bosschages doken op.
Drie minuten voor zeven! Het ging om
Alonso, die in den pijler zat! Het viel mij in,
dat het 't beste was in de rivierbedding te rij
den, omdat men mij daarginds dan eerder in
't oog zou krijgen. Ik stuurde de merrie den
zwart-modderigen oever af, zij gleed uit. Be
smeurd kwamen wij beneden aan. In galop
ging het over het losse rotsgesteente, de hoe
ven kletterden, de steenen vlogen
Zeven uur! Om Gods wil! Zij zouden het
dynamiet doen ontploffen.
Wij vlogen door een wolk van muskieten.
Plotseling werd het levendig op den oever.
Eenige mannen, die zich achter groote rots-
steenen opgesteld hadden, renden op mij toe
en wenkten: „Hallo, voorzichtig! stop
Ik zag den hoogen stuwdam uit het stroom
bed ven-ijzen en brulde: „Niet springen
Een ongeluk!.... Niet laten springen!
„Te laat!" schreeuwden de mannen terug.
„De rivier uit! Redt u!"
Ik stuurde het paard uit de rivierbedding in
.de richting van den dam. Twee mannen
renden op mij toe: „Terug, senor! De lont
brandt!"
„Dooft de lont! Een man ligt in het rivier
bed! Een ongeluk! Ni-et laten springen!"
„Terug! Het is te laat!"
„Vervloekt!"
Zij grepen het paard bij de teugels. Ik steeg
af en wij holden allen terug Op hetzelfde
oogenblik benam de luchtdruk ons den adem.
Steenen ploften links en rechts neer. En toen
begon het lang opgestuwde water donderend
en loeiend zijn doodsweg
's Avonds laat, toe wij uitgerust waren,
draafden wij terug. Toen wij in het kamp
kwamen vonden wij de arbeiders rondom het
vuur, vroolijk een rummetje drinken. De inge
niero met zijn muizenoogen straalde van ge
noegen. Ze hadden iets doLs gewaagd. Ze had
den hun kamerdaad op de laatste minuut met
een kleine explosie uit den peiler geheald. daar
hij toch voor de haaien zou geweest zijn. Het
was een meesterstuk van den ingeniero. Alon
so had heel wat beenderen gebroken en zag
er uit of hij geslacht was. Maar hij leefde en
lag in de zieken tent.
Later werkte diezelfde Alonso ons machtig
op onze zenuwen, omdat hij van des morgens
vroeg tot des avonds laat over niets anders
sprak dan over zijn avontuur in het beton.
Hij dronk zijn suikerrietsnaps bij den liter en
was zoo gezond als een visch. Ja, senor, man-
men van ons land zijn taai!
De Buitenrustbrug.
Geen bruggeld.
In de raadsvergadering van 27 Mei jl. werd
in handen van B. en W. om prae-advies ge
steld een adres van de beurtvaartvereeniging
..Haarlem", behelzende o.m. het verzoek om
de verordening op de heffing van bruggeld
niet toepasselijk te verklaren op de Buiten
rustbrug. Zonder geheel in te gaan op de
niet in alle opzichten steekhoudende motie
ven, waarop requestrante haar verzoek
steunt, achten B. en W. toch voldoenden
grond aanwezig, die het verzoek voor inwil
liging vatbaar maakt. De abnormale tijds
omstandigheden, het steeds toenemend goe
derentransport per auto en de evenredige
vrachtverd-eeling hebben niet nagelaten er
het hunne toe bij te dragen, een niet te
miskennen verslechtering in den toestand
der binnenschipperij te doen ontstaan. Dit in
aanmerking nemende, dient de gemeente een
open oog te hebben voor de belangen der
scheepvaart binnen haar grenzen.
De ingebruikstelling van de ..Buitenrust-
brug" had tot gevolg, d-at krachtens het be
paalde in art. 1 der verordening op de hef
fing van .brugeld de schippers voortaan voor
het openen dier brug bruggeld moeten be
talen. Daar de schippers reeds voor vijf
bruggen hebben te betalen, achten B. en W.
het redelijk om door het achterwege laten
van de heffing van bruggeld voor het ope
nen van meergenoemde brug de op de bin
nenschipperij drukkende lasten niet te ver
zwaren.
Ik had ongelijk.
Er was ruzie geweest.
Het was begonnen om een kleinigheid. De
meeste ruzies beginnen om een kleinigheid.
Later wist niemand meer precies hoe het was
aangekomen en waarom.
Een misverstand om een verkeerd verstaan
woord.
Een ondoordacht antwoordverwij ten
over en weer en het lieve leven was aan
den gang.
Hoor eenshiernaastze hebben al
weer ruzie! zeiden de buren.
Ik zal straks wel eens gaan .kijkensprak
de buurvrouw, een lieve oude optimistische
ziel; en na een uürtje nam zij een söhaaltje
en ging' kwansuis een beetje meel leenen.
De jonge vrouw deed zelf open met dikbe-
huilde oogen.
Och ben je zoo verkouden kind? vroeg de
bezoekster meewarig.
N-neenslikte het vrouwtje niet
ver-verkoudenmaareik mijn
man ik bedoelen toen kwam al gauw
het heele zielige verhaal.
En wanneer komt die booswicht thuis? in
formeerde de oude dame streng.
Van-vanavondsnikte de vrouw van de
booswicht.
Dan moet je nog een heele poos wachten
voor je het weer in orde kunt maken.
De jonge vrouw keek haar bezoekster aan
met open mond.
In in orde makeli?! maar u begrijpt het
nietik heb niets gedaan! Hij is degeen
die uitgevallen is en met de vuist op tafel
heeft geslagen hij heeft leelijk gedaan maar
ik niet!
Ik zeihmdat je nog een heele poos
moest wachten eer je het weer goed kunt
maken herhaalde de buurvrouw.
Maar ik denk er niet aan om zoete brood
jes te bakken als het zijn schuld is viel de
jonge vrouw heftig uit. Verbééld jenee maar
verbééld jedat zou heelemaal mooi
zijnDat doe ik niet hoor! nooit van z'n
leven
Dat is jammer zei de oude vrouw en
ging. Een beetje teleurgesteld, een beetje ver
drietigen toch met de hoop dat het wel
allemaal terecht zou komen.
Maar het kwam niet terecht.
Mokkend en wrokkend bleef het jonge stel
wederzij dsche grieven koesteren. Geen van
beiden wilde toegeven.
Verbeeld je.dacht zij.
Stel je voordacht hij.
Telkens waren zij er heel dicht bij om het
weer goed te maken, want zij hielden oprecht
veel van elkaar, maar als het er dan op aan
kwam om dat eene kleine zinnetje te zeggen,
dat simpele zinnetje van drie woorden: ik had
ongelijk zie dan was het of er plotseling
iets was dat hen weerhield.
Zij konden het eenvoudig niet over de lip
pen krijgen.
Het was te moejlijk.
En hoe langer'het duurde hoe moeilijker
het werd.
Toen kwam de jonge echtgenoot thuis met
griep.
De jonge vrouw paste hem op met alle toe
wijding en liefde waarover zij beschikte, maar
dat eene, dat moeilijke dat zei ze niet. En
toen kwam er geheel onverwacht een ongun
stige wending in de ziekte. Niemand was er op
verdacht. Het ging allemaal zoo gauw. Binnen
drie dagen stond er een wanhopige jonge
vrouw aan een doodsbed en maakte zich de
bitterste verwijten.
Hoe velen zijn er onder ons die grif en ge
makkelijk kunnen bekennen: ik had ongelijk?
Drie zulke allerdaagsche simpele woorden.
En hoevelen zijn er niet die er tot aan het
einde van hun dagen in slagen ze te leeren
uitspreken?
Wij leeren onze kinderen Fransch en
Duitsch en Engelsch met het juist accent, wij
leeren hen gedichten opzeggen en beleefd
heidsformules uitspreken met de vereischte
intonatie.
Laten wij bij dit alles niet vergeten hun te
leeren, eerlijk en overtuigd die drie simpele
woorden uit te spreken: ik had ongelijk.
Is er schooner zelf-overwinning denkbaar?
AMY GROSKAMPTEN HAVE, j