Als het slecht weer is.
DE GROOT
DE GROOT
DONDERDAG 18 MAART 1937
HA ARE EM'S DAG BE AD
Elegant en flatteus.
Nieuwe waterdichte jassen in
alle kleuren van den regenboog.
Iedere échte vrouw zal het verlangen in zich
voelen, er aantrekkelijk uit te zien onder let
terlijk alle ornstandoigiheen, zelfs als 't regent.
En de evolutie van de menschheid op een klein
speciaal punt: die voorschrijding van de klee-
diingindustrie en van den goeden smaak, komt
haar hierbij wonderbaarlijk te hulp!
,'t Is haast té mooi om waar te zijd maar 't
is waar; niemand behoeft meer leelijk te zijn,
als het regent. Geen enkele vrouw behoeft
meer te lijken op eentragisch om het léven
gekomen poesje of op iemand, die „in zak en
asch" zit. Parijs komt met een keur van aan
trekkelijke modellen, die ons, wanneer we er
straks ijlings een paar aanschaffen, onze re
genschoonheid weer voor een half jaar minis
tens zuilen garandeeren.
De lange gummijas linies heeft de coupe van
een sportmantel en wordt gedragen in kastan
jebruin, helder marineblauw of groen, Groote
zakken dienen om het bij nat weer zoo ön-
practische taschje overbodig te maken.
Bijzonder flatteus is de diriekwartj as 'daar
naast, die meer geschikt is voor een licht
buitje. De Parisienne kiest, voor dit aardige
kleedingstuk een tint (tortelduif grijs, he
melsblauw, okergeel?) die harmonieert met de
ruiten van rok en mutsje.
Het voordeel van een cape is vooral dat ze
ook over een mantelcostuum kan worden ge
dragen en sommige jonge vrouwen een aar
dige bohemiënallure geeft. Maar niet ieder
kan een cape dragen
Bij sommige nieuwe modellen van wit leer
dure exemplaren, die echter veel worden
gedragen is een capuchon aangeknipt. Een
voorbeeld ziet u onderaan op de teekening.
Zondag:
G-evulde eieren
Varkensschijf
Spruitjes
Aardappelen
Turquoise
Maandag
Bloemkoolsoep
Runderlappen
Koolraap
Aardappelen
Citroen vla
Dinsdag:
Stamppot van zuur
kool met spek
Vanillevla met bitter
koekjes
Woensdag:
Bruine boonen
Gebakken spek
Gebakken uien
Aardappelen
Beschuit met bessen
sap
Donderdag:
Kalfslappen
Bloemkool
Aardappelen
Broodschotel met ap
pelmoes
Vrijdag:
Gebakken eieren
Bonte sla
Botersaus
Aardappelen
Rijst met torenten
Zaterdag:
Haché
Roode kool
Aardappelen
Vruchitengruel
RECEPTEN.
Gevulde eieren:
Benoodigd: 75 gr. boter, mosterd, peper,
zout gehakte peterselie.
De eieren 10 minuten koken, afkoelen en
pellen. Ze met een draad ga-ren in de helft
snijden en de dooiers er uit nemen. Van de
halve witten een klein stukje afsnijden, zoo
dat ze kunnen staan. De dooiers volkomen
fyinwrij'ven en bij de tot room geroerde boter
voegen. Naai- smaak zout, peper, mosterd en ge
hakte peterselie er dooi- roeren. De halve wit
ten hiermee vullen door het mengsel er met
een spuitzak je in te spuiten of met een lepel
tje er in te doen, en den bovenkant met een
warm vochtig mesje glad te strijken. De
eieren op een schotel zetten en deze met sla
of peterselie garneeren.
Geroosterd brood erbij geven.
VEGETARISCHE MENU'S.
1. Bruine boonen, Tomatensaus, Bonte sla,
Aard-appele n, Griesmeelschotel
2. Magere groentesoep met c-roü-tons, Ge
smoorde koolraap, Aardappelen, Rijst anet ap
pelen.
3. Stamppot van rauwe zuurkool, flensjes,
vruchten.
4. Schotel van rauwe groentenwortel, krop-
slag, knolselderij, appelen, Brusselsch Lof met
mayonnaise aangemengd, Aardappelkoekjes,
Warme vermioellipudding met vanillesaus.
Gezondh. en Schoonheids-
A |k Instituut.
BSÊ Geopend 106 uur en volgens
H afspraak.
tX\W C. VINKKRIJGSMAN.
Gedipl. Verpl., Huid- en
Schoonh.-spec.
WAGENWEG 2 A rd. - Telefoon 15694
Geen vroegtijdige rimpels! Geen ontsierende
haren meer Gezichtabeh. m. maskers en
stoombad. Electr. ontharing volgens nieuwste
methode. - Vermageringsmassage (ook para-
fine beh.) - Hand- en voetverz. incl. massage
Verrassende resultaten bij Nerveuse of Rheu
matische aandoeningen. - Billijke tarieven
(Adv. Ingez. Med.)
HEEFT ALLES VOOR U
KNOPEN
C E S P E N
CEINTUURS
KRAAGJES
JABOTS
CORSAGES
ENORME SORTERING
CROOTE HOUTSTRAAT 98
ALLES VOOR NAAISTERS
EN KLEERMAKERS
(Adv. ingez. Med.)
In Argentinië is een wetsontwerp inge
diend, dat de volgende arbeidsvoorwaarden
voor dienstmeisjes en huishoudsters wil vast
leggen: veertien uren per etmaal vrij voor
slaap en ontspanning en iedere week een ge-
heelen dag vrij-af.
WEGGAAN EN TERUGKOMEN
Weggaan uit de plaats waar men zijn jeugd
heeft doorgebracht, dat moet ieder me-nsch,
soms voor -korten tijd, soms voor lang, maar
o-ok wel voor goed. Ea* zijn er die het met de
grootste moeite doen, zij m-oeten zich losscheu
ren uit de oude, vertrouwde omgeving, en zij
zien met weemoed een stuk leven achterblij
ven dat hun dierbaar was. Anderen en dit
zijn de meeste jonge menschen doen het
miet jubelend gemak: eindelijk weg uit die
duffe, overbekende omgeving, nu zal het leven
dan toch beusch beginnen. Er zijn de onver
schilligen, wien het een noch het ander koud
of warm -kan maken, er zijn de bangelijken,
die het liefst alles ma-ai' bij het oude lieten,
en er zijn de dapperen die weten dat de nieu
we omgeving evenmin ideaal zal zijn als de
oude, maar die zich er wel doorheen zullen
slaan.
Al deze menschen verbreken den band met
het vertrouw.de, een ketting van personen en
omstandigheden, waarvan zij zelf een schakel
vörmden, en dii-e niu door hun vertrek geen
rond geheel meer vormt, maar waaraan twee
einden hangen -die den samenhang van het
geheel hebben verbroken.
Wanneer de reiziger aan dien band terug
denkt, en dat zal hij stell-ig doen, wanneer hij
niet tot uiterste onverschilligheid in staat is,
dan zal hij zich die ai-tijd voorstellen als de
verbroken ketting, waarin de schakel van zijn
aanwezigheid ontbreekt. Hij kan zich „thuis"
niet anders voorstellen dan met hemzelf erbij
-be.hooren.de, en hij weet dat hij van het
oogenbl-ik van terugkomst af, dadelijk weer in
den kring zal worden opgenomen, waarna die
eindelijk weer een sluitend geheel zal vormen.
Wanneer hij nu inderdaad terugkomt, blijkt-
de werkelijkheid intusschen wel ietwat anders
te zijn. Al spoedig na zijn vertrek hebben de
-bei-de losse einden van den ketting zich weer
aaneengevoegd, omdat het leven niet van de-
achterblijvers e-ischt, dat zij met d-e handen
in den schoot werkloos op den terugkomst
van den ander zullen wachten, maa-r dat zij
verder leven zónder dien andere. En de reizi
ger bemerkt dat hij niet met vreugde in de
kring wordt gesloten, maar er eigenlijk wel
wat overbodig tn is geworden.
Da-t is voor velen een hevige teleurstelling
„als je lanig weggeweest bent", zegt men dan
bitter, „hebben die menschen je niet meer
noodi-g als je terugkomt". En de thuiskomers
vin-den hun mediemeaischen koud en ongevoe
lig. Maar zij vergeten dat het zwaartepunt
v-an deze situatie niet bij de thuisblij-ve-nden
maar bij henzelf ligt. Wie d-e band met het.
oude zelf verbreekt, kan niet meenen, dat d-i-t
oude blijft zitten wachten, totdat het hem be
haagt, de vroegere plaats weer in te ne-men.
Integendeel, -het is nu aan hem om te zorgen,
dat in de nieuwe omgeving een nieuwe band
wordt gemaakt, waaraan hij met hart en ziel
deel heeft en die hem bindt aan de nieuwe
plaats van inwo-niing.
Sommige menschen doen dit welbewust en
meestal lukt hun dat ook, omdat zij het tot
een der doelstellingen van hun leven maken.
Anderen doen het onbewust, in hun hart mee
nen zij dat zij nog volkomen aan de oude om
geving vastzitten; maar als zij er dan tenslotte
tijdelijk in terugkomen, blijkt pas hoe los zij
geworden zijn van het oude, en hoe sterk dp
band met het nieuwe hen daar weer heentrekt.
Het meest beklagenswaardig zijn zij, die wil
lens en w-etens de nieuwe band-en buiten de
deu-r houden, en maar één wensch kennen: de
oude weer op te nemen en er zich tussoh-en te
voegen. Wanneer daarvan de onmogelijkheid
blijkt, gevoelen zij zich nergens meer geluk
kig, noch in de oude, noch in de nieuwe om
geving, en zij ioopen gevaar het geluk van eer)
eigen omgeving nooit meer te leeren kennen.
Het zou intusschen dwaasheid zijn, om maar
botweg tegen iedereen die zich in een andere
omgeving gaat vestigen te zeggen: zorg nu
maar gauw dat j-e een eigen kring hebt, dan
zul je je wel thuis gevoelen. In zijn algemeen
heid is di-t volkomen waar, -maar de eene
m-ensch past zich eenanaal veel gemakkelijker
aan dan de andere. Wel is het echter van be
lang, om de nieuwe omgeving m-et belangstel
lende oogen te gaan zien, om er het goede
van op te zoeken, en om vooral ge-en verge
lijkingen te maken met de oude. Wie nieuw
wil beginnen, moet alles ook nieuw zien, en
daarbij het oude op den achtergrond schui
ven, d-an krijgt het nieuwe een eigen sfeer
en is al spoedig vertrouwd en geliefd.
E. E. J.—P.
Getailleerde Zomermantel.
Voor de-ze -moderne 7/8 zomermantel hebben
we 20 knot (50 Gr.) frotté wol noodi-g, en d-an
breien we m-et een dubbele draad op pennen
no. 4V2. H-e-t -patroon is 1 r., 1 ave-r. verspringen,
d-e z.g. geirstekorrel. Dit model is maat 42,
kl-é-ur naturel.
We beginnen met de rug en zette-n hiervoor
117 st. op. Voor het „-klokken" minderen we
bij het begin en eind en op 1/3 en 2/3 van de
breedte. Die laatste 2 minderingen worde-n
dubbel dus n-iiet twee, maar drie tezamen.
Die mind-eringpennien komen resp. na 15 25
35 45 50 55 60 64 68 en 72
c.M. van den onderkant af gerekend.
Na 15 c.M. breien we dus de volgende pen.:
2 tezamen, 36 st. -breien 1 r., 1 aver, versprin
gen, dan dubbel minderen, weer 36 st. breien,
weer dubbel minderen en die laatste 2 st. weer
tezamen. Bij elke volgende minderingstoer
berekenen we nauwkeurig het derde deel. We
hebben nu 72 c.M. gebreid en hebben 57 st. in
de .taille. Voor langere figuren moeten de
laatste 3 minderingen ook -met 5 c.M. tus-
schenruimte geschieden, dit naar verkiezing.
Bij de rug meerderen we om de 6 toeren aan
weerszijden 1 st. Als -de zijnaad 21 c.M. is be
ginnen we aan het armsgat. We minderen
hiervoor aan weerszijden 8 st. af (3 3 2)
De overgebleven 53 st. breien we tot de hals
waarna de 17 st. in het midden af-kanten voor
de -hals en die 18 s-t. voor de schouder schuin
opbreienvan de hals -af eerst 12 st., dan 6,
dan afkanten.
Voorpand. Voor het voorpand zetten we 66
st. op en minderen aan de zijnaad en een dub
bele mindering in 't midden. Na 15 c.M. wordt
de mixiderinjgsitoer dus: 2 tezamen, 32 st.
breien een dubbele mindering maken en de
pen -uitbreien.
Dit herhalen we telken-s na 25 35 45
enz. c.M. -precies als bij de rug. We breien dus
de vereisebte lengte tot -de taille, w-aarna we
8 .pennen boven de taille breien. Daarna meer
deren we bij de zijnaad 1 st. en maken in het
midden van 2 st. 4. Dit gaat met een dubbele
draad heel eenvoudig door van 2 dubbele st.
4 enkele te maken. Dit herhalen we ara 8 pen
nen. Dan staan er 42 st. op de pen. Na 8 pen
nen meerderen we aan de zijnaad nog 1 st. en
na 6 pennen nog eens. Nu beginnen we aan de
revers. Er staan 44 s-t. op de pen. Nu meerde
ren we aan beide zij-den om de 4 pennen één
st. bij, doen dit 8 maal, waarna we aan het
armsgat, beginnen. Hiervoor minderen we 12
st. af (4 3 3 2) en aan de re-verskant
blijven we meerderen om -de 4 pennen.
Na het af-kanten van het armsgat, maken
we voor de fi-guumaad een dubbele mindering
en wel 10 st. v-an het armsgat -af en 6 pennen
weer een dubbele mindering. We meerderen
nu de revers nog 2 m-a.al en als de revers 33
c.M. lang is (van de taille af) minderen we
voor de ronding 2 maai achter e-lkaar 1 st. af,
dus -de laatste 2 st. van de revers tezamen
breien. Nu -kanten we aan -de reveiiskant 30 s-t.
af. Voo-r de schouder blijven dian nog 18 st.
die we als bij de rug schuin opbreien, na eerst
4 pennen gewoon gebreid te hebben. Het an
dere voorpand is een spiegelbeeld van het
eerste.
Voor -d-e stukken tegen de voorkant en revers
zette-n we 15 st. op en breien van de ondernaad
to-t de revers. Daarna meerderen we aan beide
kan-ten om de 4 pennen 1 st. bij -to-t de revers
even groot is als die van. de mantel. N-u 30 s-t.
afkanten en de rest 4 pennen opbreien. Deze
stukken worden er na tussche-nvoeging van
linnen tegenigenaaid.
Mouw: We beginnen onderaan en zetten 40
st. op. 60 toeren breien. Om de 6 pennen aan
beide kan-ten 1 bijmeerderen tot 82 st. A-an
elke -kant 8 st. afkanten, daarna aan 't begin
vap. elke pen 2 st. tot er 50 st. over zijn. 6 pen
nen zonder minderen, dan het werk in drieën
ver-deelen14 22 14. Deze 3 stukken wor
den in drie punten opgebreid. Heit middenste
stuk, wordt aan weerskanten bij elke pe-n af-
geminderd tot er 6 st. overblijven. Afkanten.
De zijipunteai worden alleen aan de binnen
kant afigeminderd tot ze evenliang zijn als de
middenpunt. Deze „kopnade-n" worden n-u met
tusschenvoeging van linnen dichtgenaaid, de
zijnaden dichtgenaaid en die mouw ingezet.
Kraag. Opze-tten 44 st. 4 maal achtereen
volgens aan -beide kanten 1 st. bij meerderen
tot 52 st. 10 c.M. breien en strak afkanten. We
breien een tweede kraag, voeren die met lin
nen, zetten -de 2 kragen op elkaar en naaien
vervolgens de kraag aan hals en revers. Daar
na voeren we de jas. Hij wordt gesloten met
een breede ceintuur, eventueel met een sluiit-
gesp.
SP. TH.
VERWIJDER VLEKKEN ZORGVULDIG.
Moddervlekken komen, vooral in dezen tijd
met modderige wegen en straten, zeer vaak
voor, als bijv. een auto met een 60 a 70 K.M.
vaartje langs ons suist en wij bij thuiskomst
bemerken, dat onze kleeren met modder be
smeurd zijn. Er zijn dames, die meenen, dat
ook hiervoor benzine het middel is. Niets is
echter minder juist. Deze vlekken worden zon
der schade met een sponsje en lauw water af-
gesponst, daarna met een zachte leeren lap
zoo droog mogelijk geklopt en de vochtige plek
bedekt met een laagje magnesia, dat na één a
twee uur weer afgeborsteld wordt.
Bescherm Handen
en CSelaat met Parol.
Dit verzachtende, geneeskrachtige,
huidversterkende middel verleent U
een jeugdige, natuurlijke, frissche
teint, houdt Uw huid gezond, gaaf
en soepel en brengt verzachting en
genezing indien ze schraal, ruw of
rood is. Naast goudgele is thans ook
witte Purol verkrijgbaar. Deze wrijft
onzichtbaar uit en is daarom voor
Dames en Meisjes zoo aangenaam bij
de verzorging van handen en gelaat.
PUROL<$>
zuivert - verzacht - geneest
Proefdoosje Purol Wit 10 cl. - Proef Lu be PurolWif 15ct.
Doos 30 Ju be 4-5ct\Bij Apoth.en Drogisten
(Adv. ingez. Med.)
Tulpen en klokjes, fresia en anemoon, in
groote verscheidenheid, zullen %e
ons huis weer sieren!
Sfeer van zon en zomer.
Nog teisteren de gure stormvlagen van Maart
ons en al wat bij ons behoort; de struiken in
onzen tuin, de al te vroeg ontloken sneeuw
klokjes en crocusjes in het groenende grasveld
voor ons raam.
De lente is er, omdatde lentebloemen er
zijn! In milden, toch prill en overvloed vullen
ze met haar teere, jonge tinten de etalages dei-
winkels en de groote manden op de hoeken dei-
straten, waarbij meestal nog een huiverende,
biauwneuzige koopman de wacht houdt.
Met een jubelkreet hebben we ze weer be
groet, de eerste lentekinderen en het allereer
ste, nog wat schriele bosje narcisjes of druif -
hyacintjes, dat we hebben thuis gebraclit,
heeft weer een wondere sfeer van hoop en van
zachte vreugde uitgestraald, toen. het daar zoo
fijntjes stond in ons vertrouwd interieur, waai
de behaaglijk gloeiende haard nog een winter -
sche atmosfeer gaf
Weet u 't nog! Dat is een intiem blijdschapje
van iedere vrouw, ieder voorjaar weer. En nu
zitten we er volop in. Fijne, teere tinten sieren
onze tafels en vensterbanken, geuren van lente
zweven ons tegemoet, als we 's morgens onze
huiskamer binnentreden. Ons huis geniet vol
op van den bloemenzegen, die het interieur be
koorlijk maakt als wellicht geen ander.
Een tocht langs de bloemenwinkels, alleen
maar om te kijken, te genieten te speuren wat
er voor nieuws en origineels is dit jaar, is ook
nu weer genot.
Wat zullen we kiezen?
Natuurlijk onze trouwe tulpen, schoon van
lijn en slank van steel. Zoo prachtig passen ze
in een modem stijlvol interieur, als we maar
niet de fout maken, er té veel te koopen. Met
enkelen bijeen in een hooge pul van lichtgroen,
6ÜNI v. tAEb
grijs of zacht gevlamd aardewerk kunnen ze
van een ontroerende schoonheid zijn.
De Darwintulp is ons nog altijd lief; daar
naast boeit de dubbele tulp sterk onze aan
dacht: in een pul van zwart aardewerk zal de
goudgele soort, die openbloeit tot „roosje", zich
uitstekend thuisvoelen; de veelkleurige dub
bele, korter van steel dan de Dartwintulp,
vraagt een wijde glazen vaas of tonnen kroes.
Wist u, dat Darwintulpen, rood of lila, ge
kozen in harmonie met- de omgeving, hét
nieuwste zijn voor tafelversiering? Als stralen
de sterren prijken ze op het geborduurde, met
ranken fijn groen getooide, tafellaken, in niet
te hooge pullen geschikt, fungeeren. ze als
„pièce de milieu".
De trompetnarcis vult nog steeds, pretentie
loos, al onze groene en grijze pulletjesde
fijnere Narcissus Poëticus iedere slanke vaas,
die we misschien nog in voorraad hebben.
En dan zijn er dit jaar weer de stralend
schoone Japansehe sierkers, de slanke takken,
van het warmgetinte Chineesche klokje, beide
zich eigenend als artistieke vulling van zwart
aardewerkmaar onthoudt u het: niet bij
bossen tegelijk.
Natuurlijk zijn er de sneeuwig witte kas-
seringen en de nog wat onwenniggroene
sneeuwballen, die we dit keer nu eens niet in
glas maar ter afwisseling in een rood-koperen
kan willen plaatsen, de fiere Aaronskelken voor
al onze statige vazen, bij voorkeur zwart, stoe-
penblauw of donkergroen.
Azalea Mollis, Rhododendron-bloemen of een
enkele uitgelezen mooie dubbele tulp zullen
onze drijf schalen sieren.
Ook zijn er nog altijd de gezellige druif-
hyacintjes die roepen om een zachtgeel glaasje,
de fresia takken, die zich 't beste thuis voelen
in slank wit glaswerk denkt eraan, dat al
leen de witte fresia's geuren? de anemone
de Caën, zoo prachtig in blank tin!