Maandag behandeling der Pachtwet. Driemaal per week naar Indië. Twee scheepsbotsingen bij Terschelling. Voorbereidingen voor Jamboree vorderen. Onderwijsconcentratie goedgekeurd. VR IJD A G 21 M E I 1937 HA A RE EM'S DAGBEAD 3 Plannen bij de K. L. M. BANDOENG, 20 Mei (Aneta-A.N.P.) Het a.i.d. de Preangerbode verneemt dat, indien voldoende ervaring met de D.C. 3's zal zijn verkregen, met ingang van 1 November de K.L.M. een driemaal weekschen dienst op Indië zal onder houden. Bepaalde vertrekdagen zijn nog niet vastge steld. Bij informatie deelde de K.L.M. ons mede, dat omtrent een drie maal weekschen dienst naar Indië nog niets is vastgesteld. De terugkeer van liet Prinselijk Paar. Zaterdagavond in ÏJmuiden. Prinses Juliana en Prins Bernhard zullen zich Zaterdag a.s. te Harwich aan boord van Hr. Ms. „Java" in schepen voor den overtocht naar Ne derland. De Java zal denzelfden avond om zeven uur te ÏJmuiden aankomen, waar het Prinselijk paar zal debar- keer.en. Het incident op het Blauwe Zand. Het zweepje thans aan Officier van Justitie overhandigd. Donderdagochtend heeft de algemeen leider van de N.S.B., ir. A. A. Mussert, vergezeld van mr. van Vessem, een onderhoud gehad met den Officier van Justitie te Amsterdam mr. dr. J. A. van Thiel. Tijdens dit onderhoud heeft mr. Van Vessem het zweepje overhandigd, waarmede geslagen is. TENTOONSTELLING DIALECTEN EN VOLKSKUNDECOMMISSIE. Donderdag is in het Trippenhuis te Amster dam onder groote belangstelling een tentoon stelling van de dialecten- en volkskundecom missie van de afdeeling letterkunde van de koninklijke academie voor wetenschappen ge opend. DROEVIGE AFLOOP VAN ONGELUK Donderdag is op den Daalschenweg te Nij megen de 14-jarige T. W., die op de fiets naar zijn werk ging, geslipt, doordat hij te gen het achterwiel van een andere fiets reed. De jongen viel en kwam met het hoofd onder een der achterwielen van een juist pas- seerende vrachtauto terecht. Hij werd op slag gedood. A. N. V. V. krijgt meer subsidie. Onderhandelingen met Regeering geslaagd. De onderhandelingen, welke reeds gerui- men tijd tusschen de regeering en de alge- meene Nederlandsche Vereeniging voor Vreemdelingenverkeer gevoerd werden, zijn thans tot een einde gekomen. De A.N.V.V. is over het bereikte resultaat tevreden, naar wij van den voorzitter, C. R. T. baron Krayenhoff vernamen, al zijn dan niet al haar wenschen vervuld. Voor de me dewerking van den minister Handel onder vonden, was baron Krayenhoff zeer voldaan. Naar men weet. ressorteert de bemoeienis van de regeering met het vreemdelingenver keer onder genoemden minister. Regeerings- commissaris van het Vreemdelingenverkeer is Dr. Groeneveld Meyer, administrateur aan het departement van Handel. Over het be reikte accoord tusschen de regeering en de A.N.V.V. valt in de eerste plaats te melden, dat de regeering haar jaarlijksche subsidie op f 50 a f 60.000 heeft gesteld. Het vorige jaar bedroeg deze subsidie f 28.000. Ook hechtte de regeering haar goedkeu ring aan de statutenwijziging van"de AH. V.V. Deze wijziging betreft voornamelijk de samenwerking tusschen deze organisatie en de plaatselijke vereenigingen voor vreemde lingenverkeer. Van deze wijziging wordt een ■betere samenwerking verwacht. Op verzoek van het department van Han del zullen in het dagelijksch bestuur zitting nemen de heeren Hudig, directeur van de K.N.S.M. en Van der Paauw van de K.L.M. Verder zal op verzoek van de AH.V.V. ook een vertegenwoordiger van den minister van Waterstaat in het dagelijksch bestuur zitting nemen. Onze boterinvoer in Ned.-Indië. Contingenteering ivas nood zakelijk Om onzen thee-uitvoer naar Australië niet in gevaar te brengen. Op de desbetreffende vragen van het Tweede Kamerlid Louwes heeft minister Colijn. mede namens minister Deckers, het volgende geant woord Het is den minister bekend, dat in Neder- landsch-Indië gevestigde importeurs van Ne derlandsche boter, op instigatie van het de partement van economische zaken te Batavia, in Februari j.l. hebben besloten om in de eerst volgende zes maanden niet meer boter uit Ne derland te betrekken dan hun gemiddelde maandelijksche invoeren in 1936 bedroegen, d.i. ongeveer 24 y2 pet. van den totalen Indi- schen boterinvoer in dat jaar. Deze regeling komt inderdaad aan den invoer van Australi sche boter ten goede Niet uit het oog mag worden verloren, dat de belangen van den algemeenen moederland- schen invoer in Nederlandsch-Indië in de laatste jaren krachtig werd bevorderd door middel van het vaststellen van Nederlandsche invoercontingenten ter waarde van 30 millioen 's ja ars. Vorenbedoelde tijdelijke boterregeling zal geen ernstige gevolgen voor den Nederland- schen zuivelexport kunnen hebben, omdat in 1936 de uitvoer van Nederlandsche boter naar Nederlandsch-Indië 1371 tons, ter waarde van ongeveer f 725.000 bedroeg, d.i. slechts ruim 2 pet. van den totalen uitvoer van Nederland sche boter. Indien Nederland de geheele Indi sche behoefte aan ingevoerde boter kon dek ken. zou daarbij nog geen 10 pet. van zijn geheelen boteruitvoer zijn betrokken. Van een diep.ingrijpenden en in haar gevol gen ver strekkenden maatregel kan hier niet gesproken worden. Vorenbedoelde regeling werd uitgelokt, omdat het wensehelijk was ge bleken op een eenvoudige wijze te geraken tot een tijdelijke fixeering van den toenemenden invoer in Nederlandsch-Indië van Nederland sche boter, ten einde gelegenheid te verkrijgen voor overleg nopens de bij den Indischen boter- import betrokken Australische belangen. Van Australische zijde werd namelijk herhaaldelijk uiting gegeven aan de ernstige bezorgdheid over de vermindering van den invoer in Neder landsch-Indië van Australische boter. Hoewel Australië uiteraard geen aanspraak kan ma ken op interventie in den boterafzet in Neder landsch-Indië de boterpolitiek van Australië doet daarbij niet ter zake bleek beschou wing van de Australische belangen bij den boterimport in Nederlandsch-Indië raadzaam te zijn, omdat dat gebiedsdeel er groot belang bij heeft, dat zijn export naar Australië onge moeid voortgang kan vinden. Nederlandsch- Indië voerde namelijk in 1936 voor een waarde van ongeveer 24 millioen naar Australië uit (waarvan voor ongeveer 8y2 millioen aan thee), terwijl de Australische uitvoer naar Neder- landsch-Indië in dat jaar slechts ongeveer 8 millioen bedroeg (waarvan voor ongeveer 2!/2 millioen aan boter)Het is daarom van groote beteekenis, dat Australië tot dusver geen ta riefpreferentie heeft toegekend aan de Britsch- Indische en de Ceylon-thee. De omstandigheid, dat de Nederlandsche zui velexport op een ander gebied bezwaar onder vindt van de activiteit der Nederlandsch- Indische handelsbalans ten aanzien van Duitschland, kon geen voldoende aanleiding vormen om groot risico te blijven loopen ter zake van den Indischen thee-uitvoer naar Australië. De regeering is bereid om, in overleg met de bij deze aangelegenheid in het moederland be trokken instanties, te onderzoeken, of een meer bevredigende oplossing kan worden tot stand gebracht. Eén schip gezonken. Twee andere schepen naar Amsterdam gevaren. Het Britsche tankschip „Helka" is Donder dagmorgen tengevolge van den mist ter hoog te van Terschelling in botsing gekomen met het Duitsche stoomschip „Pretoria". De „Helka" kreeg een groot gat in de scheepshuid, terwijl verder een groot gedeelte van de brug aan bakboordzijde werd wegge slagen. Het schip is naar Amsterdam gesleept door de „Holland" van de firma Doeksen. De „Helka", die 3471 bruto ton meet, had te Rot terdam gebunkerd en bevond zich op weg naar Klaipeda in Finland. De „Pretoria" is een der nieuwe dubbel- schroef-passagierschepen van de Duitsch- Oost-Afrikalijn te Hamburg en werd in 1936 op de werf van Blohrn u. Voss te Hamburg ge bouwd. De inhoud van het schip bedraagt 15.500 bruto ton. De „Pretoria" was op een zoogenaamde voorreis, welke in het zomerseizoen meestal aan de groote reis naar Afrika voorafgaat. De schepen gaan dan van Hamburg naar Rotter dam en antwerpen, om via Bremen naer Hamburg terug te keeren. Op deze voorreizen, welke als een speciale trip voor passagiers zijn bedoeld, wordt in de genoemde havens lading ingenomen voor de groote reis. De „Pretoria" is Donderdagavond te Am sterdam aangekomen en in het dok van de Nederlandsche Dok Maatschappij aan een on derzoek onderworpen. Gebleken is, dat in de voorpiek aan stuur boordzijde een gat is ontstaan ter grootte van een manshoofd. Eenige platen zijn omgekruld. In den modern gevormden steven bevindt zich het gat juist op de plaats waar de boeg onder water breed uitloopt. Het zal de vraag zijn of het herstel in korten tijd zal kunnen geschie den. De vijfhonderd passagiers, die de trip Ham- burg-Rotterdam-Antwerpen meemaakten, zijn van boord gegaan. Naar verluidt zouden heden de bollenvelden gaan bezoeken. De „Helka" was tegen middernacht voor- gaats te ÏJmuiden. Op last van de haven autoriteiten moest het schip voorloopig in de buitenhaven aan de meerstoelen achter het fort worden gemeerd teneinde een onderzoek in te stellen, voordat het naar Amsterdam op vaart. Nog een botsing. Tengevolge van den dichten mist zijn gisteren ter hoogte van Terschel ling nog twee schepen in botsing ge komen, n.l. het stoomschip Visurgis, dat 1306 ton meet en afkomstig is uit Bremen, en het Italiaansche stoom schip Siena. De Visurgis is direct na de hevige botsing gezonken. De be manning van dit schip is opgepikt door de Siena. De Visurgus was met een .ladin g stukgoederen van Rotterdam op weg naar Riga. De botsing is geschied op 53 graden 28 1/2 min. Noorderbreedte en 4 graden 52 1/2 min. Oosterlengte, d.i. op 31/4 mijl afstand van het lichtschip Terschellingerbank. Gebr. Gerzoii's Modemagazijnen. Resultaten in 1936 weinig veranderd. Gebr. Gerzon's Modemagazijnen N.V. schrijft in het jaarverslag over 1936 o.m. het volgende: De bereikten resultaten verschillen niet veel met die in het voorafgaande boekjaar verkregen. De gang van zaken zoowel hier te lande als in Indië, wees gedurende 9 maan den nog op voortdurend dalende omzetten. Hoewel na 1 October 1936 een vrij plotselinge opleving ontstond, was deze van betrekkelijk korten duur. Wij mogen aannemen dat dit van groote magazijnen in overleg met de re- mede een gevolg was van de door een groep geering getroffen maatregelen, waardoor prijsvei-hoogingen in den eersten tijd na de devaluatie niet plaatsvonden. Voor het doen van z.g. „angstinkoopen", zooals wij in andere landen hebben kunnen zien, bestond dan ook in ons land niet de minste aanleiding. Slechts zéér geleidelijk werd, bij het in verkoop brengen van nieuwe voorraden, die tegen vaak belangrijk hoogere prijzen moesten, worden ingekocht, het prijs niveau verhoogd, waarbij dan aanvankelijk slechts gemiddelden tusschen de oude en nieuwe prijzen werden toegepast. Voor onze onderneming als importbedrijf had de deva luatie bij den inkoop in verschillende landen plotselinge en belangrijke prijsstijgingen ten gevolge. In het achter ons liggende gedeelte van het thans loopende boekjaar kunnen wij eenige stijging in den omzet wel constateeren. Wij zijn er van overtuigd, dat, wanneer de verbetering in het geheele bedrijfsleven zal blijken te zijn van blijvenden aard en de daar verkregen resultaten tot uitdrukking zul len komen in een duurzaam verhoogde koop kracht, distributiebedrijven als het onze betere resultaten zullen behalen. Ook het verlichten der vaak drukkende maatregelen van de Overheid, als de Contingenteering, zal daar mede toe kunnen bijdragen. Een en ander geeft ons aanleiding de toe komst met gematigd optimisme tegemoet te zien. De waardeering der goederen had op de door ons steeds toegepaste conservatieve wijze plaats, zonder dat er rekening werd gehouden met de hoogere waarde der voorraden. De effecten staan te boek voor de beurs waarde op 30 December 1936; de gemaakte koerswinst is gereserveerd en tezamen met eenige andere kleine reserves, die vroeger onder Crediteuren geboekt waren, thans ge bracht onder het verzamelhoofd .Reserve voor Diverse Belangen". Onder de op de Ba lans van 1935 voorkomende Effecten bevond zich f 250.000 aan Schatkistpapier; wegens het zéér geringe rendement hebben wij in 1936 deze wijze niet gecontinueerd. De netto winst bedroeg f 222.715 (221.934). Van deze som komt aan de houders van pre ferente aandeelen f 132.060 (130.987). Aan de gewone aandeelhouders komt f 90.655 (90.947). Aan de houders van preferente aandeelen kan na aftrek van het voor dividendbelasting verschuldigde, worden uitgekeerd een dividend van 6 pet. (onv.) Aan de houders van gewone aandeelen kan uit het voor hen beschikbare bedrag, ver meerderd met het onverdeeld dividend 1935 en na aftrek van het voor dividendbelastinj verschuldigde, een dividend van 4 pet. (onv.) worden uitgekeerd, waarna een onverdeeld dividend van f 5859 (3244) op nieuwe rekening kan worden gebracht. De winst- en verliesrekening 1936 vermeldt in het debet; Algemeene onkosten f 3.550.118 (3.686.756); Afschrijving op vaste goederen winkelinrichtingen, enz. f 276.156 (74.629) Winst f 222.715 (221.934); en in het credit: Goederenwinst, Interest, enz. f 4.048.990 (3.983.319). EERSTE KAMER. UITSPRAAK-COMMISSIE GERBRANDY INZAKE PRIJS TARWEBLOEM B. Naar aanleiding van de ontvangen aanvul ling harer gegevens inzake de regeeringsmaat- regelen ten aanzien van tarwebloem B heeft de commissie Gerbrandy, bedoeld in de alge meene verkoopvoorwaarden voor tarwebloem en tarwemeel en voor roggebloem en rogge meel van de fabrikanten van deze producten, heden beslist, dat: le. de prijs van de tarwebloem B sedert 4 April j.l. geleverd of nog te leveren op grond van vnorverkoopcontracten tarwebloem B, af gesloten voor dien datum met 70 cents per 100 K.G. wordt verlaagd; 2e. de prijs van het per 25 April j.l. nog niet uitgevoerde gedeelte van op dien datum nog loopende voor verkoopcontracten tarwebloem B met f 0.17 per 100 K.G. wordt verhoogd. Als uitvloeisel van de vorenomschreven be slissingen alsook van de omstandigheid, dat de heffing op tarwebloem B zoowel voor de voorverkoopcontracten, afgesloten vóór 4 April j.l. als voor die, welke tusschen 4 en 25 April j.l. werden afgesloten, op f 3.15 is gehandhaafd of vastgesteld, zullen practische de volgende wijzigingen plaats vinden in de prijzen per 100 K.G. tarwebloem B. te leveren op loopende voorverkoopcontracten le. Voorverkoopcontracten, afgesloten vóór 4 April 1937, voor wat betreft de afleveringen tusschen 4 en 25 April j.l.: verlaging met f 0.70; 2e. idem, voor wat betreft de afleveringen na 25 April j.l.: verlaging met f 0.53: 3e. voorverkoopcontracten, afgesloten tus schen 4 en 25 April 1937. voor wat. betreft de afleveringen na 25 April j.l.: verhooging met f 0.17. Mededeeling inzake zwijgrecht vervalt. DEN HAAG Donderdag. De huidige voorzitter van de Eerste Kamer is een man met wien niet te spotten valt. Doch ook hij moet somwijlen bukken voor een hoogere macht, te weten, die van den wil van de Kamer als zoodanig. Toen vanmiddag na de koffie-pauze het voorstel van Mr. Sasse v. IJsselt (R.-K.) aan de orde kwam om op Donderdag 27 dezer het ontwerp-Pachtwet nog in openbare behan deling te nemen, stak de voorzitter een iheele redevoering af ten einde dit denkbeeld te bestrijden. Zonder te treden in de verdien sten van het ontwerp, voerde baron de Vos van Steenwijk drie argumenten voor nïet- meer-aan de orde stellen van dit wetsvoor stel aan. In de eerste plaats achtte hij den tijd, die na de pas verschenen Memorie van Antwoord nog restte om dit stuk rustig te bestudeeren. te kort. Ten tweede vond hij het zeer onjuist om dit punt nog af te han delen, nadat de candidaatstelling voor de op 27 Mei te houden verkiezing van de Eer ste Kamer heeft plaats gehad en men al weet, dat liefst 1/3 van de huidige senatoren niet meer op het Binnenhof zal terugkeeren. Sterker nog, de beslissing over het ontwerp zou zelfs vallen op een oogenblik, waarop de verkiezing voor de nieuwe Eerste Kamer al achter den rug zou zijn. Behalve in 1916 en toen was het slech'js geweest na de ge wone periodieke verkiezing terwijl de vernieuwing van 1/3 der zetels eerst in Sep tember 1/6 zou intreden en bovendien de in ternationale omstandigheden van buitenge wonen aard het na die verkiezing vergade ren gewenscht deed zijn had de Eerste Kamer nooit meer iets in haar oude samen stelling behandeld op een oogenblik. waarop reeds de verkiezing voor de nieuwe samen stelling tot het verleden behoorde. En ten slotte wees de President er op. dat z.i. de Kamer door het al vroeger gevallen ontbin- dingsbesluit, eigenlijk wat haar volksverte genwoordigend karakter betreft, gedisquali- ficeerd is. Het stelsel van ontbinding op ter mijn is volgens hem alleen gebruikt om het mogelijk te maken dat in geval van nood de Kamers nog zouden kunnen werken. Al deze argumenten tezamen deden den voorzitter het voorstel Sasse v. IJsselt sterk ontraden. Door de Pachtwet thans nog wel te behandelen zou er z.i. op die wet een 'be denkelijk stigma komen te rusten. Viel de heer v. Citters (a.-r.) den Pre sident bij in een betoogje, waarin hij het terloops laakt, dat slechts één partij had voorgesteld de Pachtwet nog aan de orde te stellen en waarin hij verder aanbeval met het oog op de waardigheid vfin de Kamer later het ontwerp aan de orde te stellen (want dan sou een en ander veel rustiger be keken kunnen worden) een andere anti- revolutionnair, Prof. An erna koos de zijde van hen, die de Pachtwet nog wel op de agenda wilden brengen. Doordat de Eerste Kamer tot nu toe altijd de leer heeft aangehangen, dat na Kamer ontbinding niet afgedane wetsontwerpen weer heelemaal opnieuw in de Tweede Ka mer aan de orde moeten komen, zou het ont werp in kwestie aanvankelijk geheel en al van het tapijt verdwijnen. Hiervoor wensch- ten de anti-revolutionnairen de verantwoor delijkheid niet te dragen en al voelde deze senator alles voor een rustige en deugdelijke behandeling, in dit geval ging een pleidooi hiervoor in zooverre niet op, dat het toch geenszins een nieuwe materie betrof, maar een zaak, waar men nu al een viertal jaren tegen aan zit te kijken, zoodat langer be studeeren heusch niet meer noodig is. Mr. Sasse v. IJsselt vond het met het oog op het gezag van de Eerste Kamer veel beter thans alles wat gereed is af te han delen en te voorkomen, dat er. dank zij die leer van „sluiting, althans ontbinding, is stuiting", nog ontwerpen zouden komen te vervallen. Tusschen nu en de volgende week is er voldoende tijd om de Memorie van Ant woord te bekijken; voorts kon men in dezen crisistijd zeker hetzelfde doen als in 1916. Mr. M e n d e 1 s (s.-d.) tenslotte gaf te ver staan. dat hij niet begreep, waarom de voor zitter alleen voor niet behandeling van de Pachtwet de argumenten liet gelden, waar aan hij voor de heele verdere lange agenda welke hij zelf na het ontbindingsbesluit had opgesteld, geen bezwaar had ontleend! Ove rigens bracht deze spreker in herinnering, dat de Kamer in haar huidige samenstelling tot 7 Juni a.s. in leven blijft. In tusschen stelde hij voor om niet op 27 Mei, doch op 24 Mei de Pachtwet aan de orde te stellen dus nog voor de Eerste Kamerverkiezing, welke op 27 Mei geschiedt. Dit amendement ging er met 2415 door. waarna slechts 7 Teden, waaronder natuurlijk de President, zich tegen het aldus gewijzigde voorstel Sasse v. IJsselt verklaarden. Niet onvermakelijk was vervolgens de mededeeling van den voorzitter, dat hij. slaaf zijnde van het Re glement v. Orde. dit voorstel toch niet ge heel en al zou kunnen ten uitvoer brengen doordat er nl. ook het aanvangsuur in stond en dat heeft volgens het Reglement van Orde de voorzitter vast te stellen. Vóór dezen merkwaardigen strijd over de regeling van werkzaamheden, had Minister Slotemaker de Bruine eerst met suc ces het wetsontwerp \z. de onderwijs-con- eentratie verdedigd. Want slechts 3 afgevaar digden (de sociaal-democraten Ossendorp Rugge en Mr. Mendels) stemden tegen. De Mi nister wees er op, hoe in vele gevallen het bijzonder onderwijs niet had kunnen concern treeren) doordat en zoolang er een regeling aangaande de waarborgsommen ontbrak) en hoe dikwerf gemeentebesturen tot opheffing van openbare scholen waren overgegaan, zoo dat men werkelijk onbillijk was geweest met de felle kritiek op Mr. Marchant, die nu van alles de schuld kreeg. Het resultaat van het werk in de staatscommissie was geweest, dat er tusschen de voorstanders van het openbaar en de voorstanders van het bijzonder onder wijs overeenstemming werd bereikt. Zoo deed men van rechts een belangrijke concessie dooi de belemmerende regeling t. o. v. oprichting van nieuwe scholen te aanvaarden. Dank zij een en ander was herstel van de tijdelijke ver stoorde onderwijs-pacificatie ingetreden, wat zeker in het belang van het onderwijs genoemd kan worden. Tegenover den heer De Jong zette de Minister nog uiteen, dat en waarom het juist is de openbare school als uiting van een bepaalde paedagogische gedachte en te vens ook als „vluchtheuvel" te handhaven. De geheele namiddag en nog een deel van den ochtend ging overigens heen met het, debat over het wetsontwerp tot schrapping uit ons Wetboek van Strafvordering van de bepa ling, dat verdachte moet worden meegedeeld, dat hij op hem bij het verhoor gestelde vragen niet behoeft te antwoorden. Minister van Schaik had aanvankelijk voorgesteld ook het zwijgrecht zelf te laten vervallen. Doch dit had de Tweede Kamer tenslotte gehandhaafd. Uitvoerig kwam Mr. Mendels (s.d.) tegen het aanhangige voorstel op, aangezien hij daarin een bedenkelijke stap terug zag, op den aanvankelijk 12 jaar geleden ingeslagen weg naar een humanere regeling van ons straf proces. Deze spreker kon de noodzaak van de ontworpen schrapping niet inzien, waartegen over Mr. v. Rappard (lib.) zich op in de praktijk ontmoette en ondervonden bezwaren beriep. Met. Mr. Mendels maakte Mr. Sasse v. IJ s s e 11 (R.K.) er den Minister een verwijt van dat deze, toen de Tweede Kamer het zwijgrecht zelf in stand had gehouden, zijn wetsontwerp niet had ingetrokken. Want als men eenmaal een zwijgrecht in de wet kent, hoort daar ook bij de plicht om den verdachte op dit recht attent te maken. De Minister gaf echter te kennen, dat hij liever het halve ei dan den leegen dop had gekozen en betoogde verder o.m. dat het er in het strafproces om gaat met gepaste middelen, om der wille van de te beschermen rechtsorde, achter de waar heid te komen. Daarin nu past heel het zwijg recht niet en evenmin de mededeeling om trent het bestaan van dat recht. Met 279 nam de Kamer het ontwerp aan. Alleen de sociaal-democraten stemden tegen: zelfs Mr. Sasse v. IJsselt bleek tenslotte geen bezwaar te hebben om zijn stem aan het voorstel te geven. E. v. R. Buitenlandsche deelnemers komen per fietsvaartuigtreinenz. Nu de tijd van de wereldjamboree Bloe- mendaal—Vogelenzang nadert, komen van de buitenlandsche padvinders steeds meer be richten over de voorbereidingen, die men al- lerwege treft voor dit gebeuren. Overal in het buitenland is men druk in de weer om zich voor deze groote samenkomst klaar te maken. Op 24 April j.l. organiseerde het Vlaamsch verbond van Katholieke Scouts een interna tionale jamboree-avond in het O. L. Vrou wencollege te Antwerpen, welke werd bijge woond door vooraanstaande personen uit de padvindersbeweging en een drietal vertegen woordigers van de Nederlandsche Jamboree commissie. Het in de perfectie ingestudeerde en zeer afwisselend programma oogstte een groot succes. Polen treft uitgebreide maatregelen om goed voor den dag te komen. Het aantal Poolsche padvinders, dat deelneemt, bestaat uit 400 jongens. Het wielrijderscontingent zal starten van het grensstation Zbaszyn en den 850 KM. langen weg geheel per fiets afleg gen, waarbij de route door Noord-Duitschland voert. Een flotille kano's zal haar weg kiezen door de binnenwateren en bereikt dus uit sluitend per boot het terrein van de Jamboree. Maar niet alleen de binnenwateren zullen be nut worden, de Poolsche „Seebaren" zullen aan boord van den Padvinders-schoener „Za- wiska Czarny", de zeehaven Gdynia verlaten om de Kager plassen te bereiken. Ook de vlie gers komen met het speciale padvindersvlieg tuig en zweef-vliegtuigen naar Holland. Uit Frankrijk komt een afdeeling per fiets naar Nederland. Ook in Luxemburg is men druk bezig zich voor te bereiden. De organisatie-commissie wil zooveel mogelijk Luxemburgers naar de Jamboree brengen en organiseert uitstapjes per extra-treinen. Dit voorbeeld wordt trouwens ook in Bel gië gevolgd. Reeds zijn extra-treinen aange- braagd voor de week-ends: 31 Juli-2 Aug. en 79 Aug. en dan komt ook Engeland nog met een „special trip for mawns and dads" van 6 tot 9 Augustus. Het Australische contingent van niet min der dan 100 jongens is reeds in Egeland aangekomen. In de Engelsche padvinders bladen vindt men in elk nummer een Hol- landsche woordenlijst.Noorwegen komt met 500 jongens, die grootendeels uit Bergen en Oslo zullen optrekken. Deze mededeelingen heeft C. R. T. baron Krayenhoff, voorzitter van de pers en propa- gandacommissie van de Wereldjamboree dezer dagen verstrekt. Over de voorbereidin gen hier te lande, vertelde baron Krayenhoff nog, dat de bouwer van het kamp. architect Van Leeuwen, een „winkelbuurt" heeft ont worpen met een galerij in rustieken trant, ge legen om een plantsoen, waaraan ook gelegen zijn een zeer goed uitgerust postkantoor met perskamer, bankgebouw, kantoor voor het jamboree-reisbureau, etc. Met het verharden der wegen is men reeds begonnen. Het commissariaat van logies verwerkt de vele aanvragen voor logeer-gelegenheid teza men met het jamboree-reisbureau. Er is thans definitief beslist, dat er negen subkampen komen, te onderscheiden door de verschillende kleuren, aan wier hoofd sub kampleiders zullen staan. Kampleider, die de regeling voor het ge heele kamp onder zich heeft, is de overste A. Blussé van Oud-Alblas. De subkampen zijn: 1. Geel, aantal ongeveer 2850. 2. Groen, aantal ongeveer 2700. 3. Rood, aantal ongeveer 2450. 4. Lichtblauw, 2650. 5. Donkerblauw, 2500. 6. Rood-wit, aantal ongeveer 2400. 7. Blauw-wit, aantal ongeveer 2500. 8. groen-geel, aantal ongeveer 2600. 9. Oranje, aantal ongeveer 2800. Het ligt in de bedoeling de buitenlandsche contingenten over de verschillende subkam pen te verdeelen en zoodoende het onderlinge contact der verschillende nationaliteiten te bevorderen. Alleen de Amerikanen hebben gevraagd, dat hun contingent in zijn geheel in een subkamp wordt ondergebracht. Er zullen drie groote kampvuren worden gehouden, die voor het publiek toegankelijk zijn. Het afscheidskampvuur en de kampvu ren in de subkampen zijn uitsluitend voor deelnemers. Eiken dag zullen voorstellingen worden gegeven in het wereld-theater (1200 plaatsen). Deze voorstellingen zijn de re- craties, welke bij de kampvuren of op het groote demonstratieterrein niet tot haar recht zouden komen, zooals opvoering van legen den, oude gebruiken, zang, muziek en volks dansen. Op verschillende wijzen zullen de spoorwe gen, dank zy bijzonder lage tarieven mede werken. zoo bestaat het plan uit diverse pro vincies groote groepen bezoekers tegen extra goedkoop tarief gezamenlijk naar de jambo ree te vervoeren op bijzondere nader te be richten dagen. Verder krijgen alle padvinders een spe ciaal tarief, op vertoon van hun legitimatie) en ook zullen er goedkoope gecombineerde trein- en entreebiljetten voor bezoekers be schikbaar worden gesteld.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 5