Aspirin
Kunst in Haarlem en
daarbuiten.
Neef Hendrik doet examen.
WOENSDAG 16 JUNI 1937
HAARLE M'S DAGBLAD
3
Opstapjongen uit tram gevallen.
IS a met een paal in botsing te zijn
geweest.
Lijk in een sloot gevonden.
Een controleur van de Noord- en Zuid-
Hollandsehe Tram kwam Dinsdagmiddag
toen hij in Broek in Waterland op de tram
stapte, tot de ontdekking, dat de 18-jarige
opstapjongen. C. E. van Batum, zich niet op
zijn post "bevond. Onmiddellijk werd aan een
ongeluk gedacht. De controleur reed met de
tram tot Amsterdam, waarna hij met een
anderen wagen de route AmsterdamVolen-
dam afging. Ter hoogte van Monnikendam
ontdekte de man plotseling den opstapjon
gen, die met het hoofd voorover in een sloot
lag. Deze bleek inmiddels te zijn gestikt.
Bij een -uitvoerig onderzoek werden aan één
der ijzeren palen langs de baan. waaraan
de electrische geleidingen bevestigd zijn,
hoofdharen van den jongen gevonden en te
vens bloedsporen. De jongen heeft dus ver
moedelijk het hoofd buiten het balcon gesto
ken, waarbij ihij in aanraking 'is gekomen
met een paal en bewusteloos is geslagen.
Veertien meter verder werd het slachtoffer
van de tram in een sloot geslingerd waar
men hem vond, toen de levensgeesten reeds
geweken waren.
„Reiger" heeft lichte motor
storing.
Het K.L.M.-toestel „Reiger" gezagvoer
der iG-eysendorffer heeft op de uitreis,
door lichte motorstoring, een tusschenlan-
ding moeten maken te Jhansi, dat gelegen
is tusschen Allahabad ien Jodhpoer. Het
euvel schijnt evenwel spoedig hersteld te
kunnen worden. Men verwacht dan ook, dat
het toestel, na enkele uren oponthoud, de
reis naar Rangoon, waarheen het op weg
was, zal kunnen voortzetten,
Tunnelbouw te Rotterdam
begonnen.
Burgemeester spreekt een rede uit.
Na langdurige technische voorbereiding is
Dinsdag te Rotterdam aan het feit. dat nu met
den eigenlijken bouw van den tunnel wordt
begonnen, officieele aandacht besteed.
Aan de Heuvellaan met uitzicht op de plaats
waar de tunnel onder de rivier komt, heeft de
burgemeester van Rotterdam, in tegenwoor
digheid van den minister van Waterstaat, jhr.
O. C. A. van Lidth de Jeude, en verschillende
genoodigden van het gemeentebestuur een rede
jehouden. In het bijzonder verheugde het de
burgemeester. dat de minister van Waterstaat
gelegenheid heeft gevonden om aanwezig te
zijn. Het deed hem leed, dat op het laatste
oogénblik minister Colijn verhinderd werd om
te komen. Minister Colijn heeft als minister
van Waterstaat a.i. in Maart 1935 den grond
slag gelegd voor de medewerking van het rijk
zonder welke Rotterdam dit werk niet tot uit
voering had kunnen brengen en minister van
Lidth de Jeude heeft vervolgens met zijn
ambtgenoot van Financiën, minister Oud, die
eveneens verhinderd was om tegenwoordig te
zijn, de medewerking van het rijk in een de
finitieven vorm weten te gieten. De namen
van deze drie ministers zullen aan dit, voor
Rotterdam zoo hoogst belangrijke werk te
allen tijde verbonden blijven.
„WEENEN AAN DE VECHT".
Het' comité voor den weldadigheïdsavond
„Weenen aan de Vecht" verzoekt mededeeling,
dat alle maatregelen genomen zijn om bij min
der gunstige weersgesteldheid het feest toch
ongestoord voortgang te doen vinden. De be
zoekers kunnen er dus verzekerd van zijn, dat
het terrein in het park. waar concert en
„Heurigen" plaats vinden geheel tegen slecht
weer beschut is. Het is het comité verder aan
genaam te kunnen berichten, dat det Phohi
een deel van het concert en de „Heurigen" met
behulp van het Phïlips-Miller systeem vastlegt
en dat den volgenden dag uitzendt naar Indië
en via de Ravag naar Oostenrijk. Dit laatste
beschouwt het comité ais een beleefdheid aan
de Oostenrijksche autoriteiten, die onvermoeid
hebben bijgedragen tot het slagen van den
avond. Het bedrag, dat den penningmeester
thans voor weldadige doeleinden ter beschik
king staat, bedraagt ruim f 40.000.
Loting voor den dienstplicht.
Op Maandag 38 Juni a.s.
De loting ter bepaling van de ingeschreve
ne, die in elke gemeente of in elke groep van
gemeenten het eerst in aanmerking komt om
tot gewoon dienstplichtige te worden bestemd,
heeft in het openbaar plaats voor de lichting
1939 op Maandag 28 Juni 1937, des namiddags
om 2 uur, te 's-Gravenhage, in de „Rolzaal"
Binnenhof 8.
Benoemd zijn in de commissie, bedoeld in
art. 10, tweede lid, der Dienstplichtwet voor
hetg houden van de loting voor de lichting
tot lid, tevens voorzitter, mr. R. W. J. C de
Menthon Bake, raadsheer in 'den Hoogen Raad,
te 's-Gravenhage;
tot lid, tevens plaatsvervangend voorzitter,
M. Belzer, luitenant-generaal, lid van het Hoog
Militair Gerechtshof, te 's-Gravenhage;
tot lid, Th. Sanders, lid van de Algemeene
Rekenkamer, oud-directeur van de Staats
loterij, te 's-Gravenhage.
AMSTERDAMSCH CONSERVATORIUM.
Ter vervulling van de vacature mevrouw J.
Dresden-Dhont, is benoemd tot hoofdleerares
voor zang aan het Amsterdamsch conserva
torium mevrouw B. Mastenbroek—Seroen te
Amsterdam, die tevens benoemd is tot leerares
aan de muziekschool van het Amsterdamsch
conservatorium.
NOTARIS WEGENS FRAUDE
VEROORDEELD.
De Roermondsehe rechtbank heeft Dins
dag uitspraak gedaan in de zaak van den 65-
jarigen oud-notaris te Gemert A. F. J. V.. te
gen wien de officier van justitie op 1 Juni
j.l. zes maanden gevangenisstraf met aftrek
van voorarrest had geëischt wegens verduis
tering van een bedrag van f 5000 ten na-
deele van een tweetal clienten. De rechtbank
veroordeelde den verdachte tot een gevan
genisstraf van negen maanden met aftrek
van preventieve hechtenis.
Minister Slotemaker op het
Jamboree-terrein.
Tevreden over den voortgang der
werkzaamheden.
De minister van Onderwijs, K. en W., prof.
dr. J. R. Slotemaker de Bruine bracht Dinsdag
middag een bezoek aan het terrein, waar de
Wereldjamboree zal worden gehouden van 29
Juli tot 8 Augustus.
De minister werd vergezeld door den regee-
ringsgedelegeerde, ir. J. F. van Hoytema. De
voorzitter van het bestuur der stichting We
reldjamboree 1937. generaal H. Behrens. was
bij aankomst op het huis Teylingerbosch ter
ontvangst aanwezig en geleidde den minister
door de prachtige lanen, bosschen en velden,
waar straks de padvinders uit alle deelen dei-
wereld hun tenten zullen opslaan.
De gebouwen van het marktterrein, het
postkantoor, de bank, het persgebouw, enz. na
deren vpor een deel reeds hun voltooiing.
De minister toonde zich zeer voldaan over
de keuze van het terrein en over den voort
gang der uitvoeringswerkzaamheden.
MAARSCHALK PéTAIN BIJ MINISTER
COLIJN
's-GRAVENHAGE, 15 Juni. De Fransche
maarschalk Pétain, die als particulier een
bezoek aan ons land brengt, is hedenmorgen
door minister Colijn op het departement van
koloniën ontvangen.
KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE
BRANDWEERVEREENIGING.
Congres te Eindhoven.
Gisteren is het congres van de Koninklijke
Nederlandsche Brandweervereeniging te
Eindhoven begonnen, waartoe afgevaardig
den uit alle deelen des lands en zelfs zwaar ge-
uniformde branabestrijders uit België naar de
lichtstad zijn gekomen.
Onder presidium van jhr. mr. J. M. van
Beyma werd Dinsdagochtend in „Amicitia"
met de jaarvergadering begonnen. De secre
taris, de heer van der Meulen bracht het jaar
verslag uit, waaruit o.m. bleek, dat 59 ge
meenten en brandweren in het afgeloopen
jaar tot de vereeniging zijn toegetreden,
waartegenover 16 gemeenten en brandweren
bedankten. Zeven aangesloten gemeenten
werden als zoodanig opgeheven. Het ledental
steeg van 562 tot 598.
Voor het geheele land is de toestand thans
zoo, dat slechts 52,79 pet. van de gemeenten
lid zijn met een bevolkingspercentage van
79.11 het aantal provinciale bonden heeft het
maximum bereikt, nu ook sedert 27 Mei 1936
de provincie Drente tot oprichting van een
bond overging. Het totaal aantal individueele
leden viel terug van 169 tot 141.
In den loop van 1936 zijn door de vereeni
ging 170 onderscheidingen voor langdurigen
brandweerdienst verleend.
De penningmeester, de heer J. J. Haarsel-
horst legde rekening en verantwoording van
zijn beheer over, waaruit bleek, dat de reke
ning sloot met een bedrag van f 7334,39. Het
batig saldo bedraagt f 722,65, de begrooting
werd vastgesteld op f 6860.
In de bestuursvacature ir. H. B. J. Aikema
werd de heer P. de Graaf uit Den Haag ge
kozen.
Na afloop van de ochtendbijeenkomst
vereenigden de congressisten zich aan een
koffiemaaltijd in hotel Royal.
In de middagvergadering welke in „Apollo-
lust" werd gehouden hield de heer C. Gor
dijn Jr., een populaire causerie over: „Brand
weer en luchtbescherming", waarin hij o.m.
de lessen aan de instructeurs besprak.
Zeker, daf moei gauw nog even vertelt}
worden, ook al regent en siorml hef.
En als U dan verkouden wordt, vraag
niet, hoe dat komt, maar neem direct
HET PRODUCT VAN VERTROUWEN!
(Adv. Ingez. Med.)
Algemeen bestuur A. N. W. B.
Het algemeen bestuur van den Kon, Ned.
Toeristenbond A.N.W.B. heeft in het Ame
rican-hotel te Amsterdam, onder voorzit
terschap van den heer Edo J. Bergsma zijn
zomervergadering gehouden.
In zijn openingswoord heeft de voorzitter
hulde gebracht aan de nagedachtenis van
den nestor van het algemeen bestuur den
heer B. W. Kraake te Arnhem, wiens overlij
den voor den A.N.W.B. een smartelijk verlies
beteekent en wiens trouwen steun en mede
werking het bestuur in dankbaarheid blijft
gedenken.
De heer Kolfschoten, burgemeester van
Edam heeft daarna, onder instemming der
vergadering, een hartelijken gelukwensch
gericht tot den voorzitter den heer
Edo J. Bergsma, ter gelegenheid van diens
75sten verjaardag.
De balans over 1936 werd goedgekeurd en
aan het dagelijksch bestuur werd decharge
verleend.
Besloten werd de voorziening in de vacatu
res in het algemeen bestuur voorloopig aan
te houden.
Tot stemgerechtigden werden gekozen, in af-
deeling III (Zuid-Holland), wegens het over
lijden van den heer W. G. de Knokke van der
Meulen te Voorburg en in afd. VII (Gelder
land), wegens vertrek naar het buitenland
van den heer E. Goppel te Velp, de heeren mr.
H. J. Santman te Rotterdam en P. A. Rutgers,
bondsconsul te Nijmegen.
Bij de besprekingen ter vergadering werd
o.m. geconstateerd, dat de bondsorganen
„Toerïstenkampioen", „Autokampioen" en
„Waterkampioen" zich een blijvende
plaats in het bondsieven hebben veroverd en
zich verheugen in een toegewijden, zich
steeds uitbreidenden lezerskring.
CRÈME
een weldaad
vrsnr (Jwhuid
(Adv. Ingez. Med.)
Ministers Colijn en De Graeff bij
de Koningin.
HM. de Koningin, die Dinsdag
middag van het paleis Het Loo naar
's Gravenhage is vertrokken, heeft
Dinsdagavond op Huis ten Bosch in
audiëntie ontvangen de ministers dr.
H. Colijn en jhr. mr. A. C. D. de
Graeff.
Voortvluchtig kantoorhouder
der posterijen aangehouden.
De sedert Maandagmorgen voortvluchtige
kantoor-houder der posterijen, D. L. te Bedum,
is gisteravond door de marechaussee in Em-
mercompascuum aangehouden. Toen L. de
politiemannen zag naderen, sprong hij in het
water, doch werd er spoedig uitgehaald
De aangehoudene, die in zeer overspannen
toestand verkeerde, is naar het academisch
ziekenhuis te Groningen vervoerd.
N.V. Verzekeringsbank „Victoria"
- Amsterdam.
1936 een gunstig jaar geweest.
In de dezer dagen gehouden jaarlijksche
vergadering van aandeelhouders werd het ver
slag over het jaar 1936 uitgebracht.
Wij ontleenen hieraan het volgende.
Het afgeloopen jaar is voor ons gunstig ge
weest.
In 1936 werd aan kapitaalsverzekeringen
f 9.828.066,25 en aan renteverzekeringen
f34.658,40 afgesloten, zoodat de rente op de
gebruikelijke wijze met 10 vermenigvuldigd
de totale inschrijving f 10.174.650.25 heeft be
dragen (v. j. f9.679.423,10).
De afschrijvingen bedroeg f7.342.536,(v. j.
f 8.464.486.60).
Het is verblijdend te constateeren, dat aan
de eene kant de toevoer van nieuwe verzeke
ringen grooter, aan de andere kant het bedrag
aan afschrijvingen belangrijk lager is geweest
dan in 1935, zoodat de netto-toename van
f2.832.114,25 aanmerkelijk beter is geweest dan
die in 1935, te weten f 1.214.936,50.
Het verzekerd bedrag steeg van f 83.210.652,75
tot f86.042.767.
Premiereserve. De premiereserve bedraagt
f 16.838.781,58 (v. j. f 16.025.693,27).
Rente. Van de premie-reserve werd een be
drag van f 13.078.979,95 met een rentevoet van
31/2 pet. en een bedrag van f3.759.801,63 met
met rentevoet van 4 pet. berekend.
De gemiddelde in de premie-reserve gebe
zigde rentevoet bedraagt 3.59 pet. De gemiddel
de van de beleggingen gekweekte interest over
het jaar 1936 bedroeg 4.733 pet., hetgeen een
overrente van 1.143 pet. geeft. De hieruit voort
vloeiende rentewinst was f 259.253,98.
De financieele resultaten waren ook dit jaar
bevredigend. De nettowinst bedraagt
f404.641,08 (v. j. f 455.472,06!/2).
Wij stellen u voor dit saldo als volgt te be
stemmen:
Te reserveeren voor Dividend- en Tantième
belasting f 20.000.
Storting in de extra reserve f 169.393,89.
Storting in de reserve geldbeiegghq
f 91.327,19.
Gratificatiën aan beambten f 50.000,
Dividend en Tantièmes f73.920.
Onze maatschappij beschikt over de navol
gende waarborgen op 31 December 1936:
Extra reserve f 1.205.034,70
Reserve geldbelegging f 862.750,62
Statutaire reserve f 50.000,
De reserves vormen derhalve een
extra waarborg van f 2.117.785,32
zijnde 12 V2 pet. van de premie-reserve.
Wybrand Hendriks.
Soepuitdeeling te Haarlem.
Uit de verzameling I. M. C. Hoog.
Van den Haarlemsehen schilder Wybrand
Hendriks, die voor zijn tijd. rond het jaar
1800, zeker een der meest béteekenende kun
stenaars was, komt zoo langzamerhand een
niet onaardig gedeelte van zijn arbeid weer
binnen Haarlem's veste terug. Wij hebben
hier het vorige jaar het zeer mooie Vermeer
achtige schilderijtje gereproduceerd en be
sproken waarop het kantklossend vrouwtje
en de rookende man zijn voorgesteld, toen
dat voor het Frans Halsmuseum was aange
kocht.
Zeer binnenkort zullen wij een buitenge
meen fraai stadsgezicht bespreken waarop
eveneens voor Haarlem de hand is gelegd en
vandaag brengen we onzen lezers een af
beelding van een Haarlemsche soepuitdee
ling. uit de rijke verzameling van den heer
Hoog. die als aquarelleer en teekenkunst
eveneens wel tot het mooiste werk van Hen
driks te rekenen zal zijn. Vóór we haar artis
tieke verdiensten gaan beschouwen willen
wij even bij de voorstelling der aquarel stil
staan. Dat er voor de behoeftigen in barre
tijden spijzen bereid en uitgedeeld werden
en bij sommige gelegenheden nog worden
is bekend en in een stad als Haarlem zal
men zich aan dat Liefdewerk der Spijsko-
kerij wel nimmer onttrokken hebben. Wat
ons echter bij deze aquarel interesseert, is
de vraag: waar en wanneer had deze door
Hendriks in beeld gebrachte soepuitdeeling
plaats? Op beide vragen geeft de aquarel
zelve geen antwoord: ze is niet gedateerd,
noch draagt ze eenige plaatsaanduiding.
Voor de dateering kunnen wij natuurlijk
met de costuums te rade gaan, maar dat is
een nog al rekbare maatstaf; immers die
wijzen op een periode van 1800 tot 1831 (Hen
driks' sterfjaar). De krachtige en vaste tech
niek der teekening wijst er op, dat de ma
ker ervan in de kracht van zijn kunnen moet
zijn geweest, toen hij dit produceerde. Gaan
wij daarmee accoord, dan komt onze aquarel
dichter bij 1800 dan veel later, want dan is
Hendriks juist een flink stuk in de vijftig
en dus in den rijpsten tijd van zijn arbeid.
Nu hebben we, door de vriendelijke belang
stelling eener collega, een paar gegevens ter
beschikking, die wat de plaats der handeling
betreft, wel eenig licht kunnen ontsteken.
Het gaat dus nog even over de soep, die
geen kunst isal is veel wat te allen tijde
als kunst gepresenteerd werd, soep geweest.
Nu dan. In 1800 werd, door de liefdadig
heid der burgerij een zekere som bijeenge
bracht, om daarvan aan noodlijdenden, des
winters en op vastgestelde dagen der week,
gratis warme en voedzame spijs uit te deelen.
Die spijs bestond uit een zeer smakelijke en
voedzame soep, die zeer veel overeenkomst
had met de zoogenaamde ..Rumfortsche soep"
en de dames en heeren die zich met de uit-
deeling er van belastten, werden meestal de
WYBRAND HENDRIKS, 1744—1831: Soepuitdeeling in Haarlem.
„Soepcommissie" genoemd. Ze verrichtten
hunne werkzaamheden in het Proveniershuis,
doch dat liefdadige werk werd slechts twee
of drie jaar voortgezet.
Doch het zou naderhand weer opgenomen
worden in het „Soephuis" waar door een an
dere commissie spijzen aan de armen zouden
worden uitgedeeld op bonnetjes of kaartjes,
die weldadige stadgenooten kochten en daar
na wegschonken.
Dat Soephuis stond in het Klein-Heiligland
en is in 1890 gesloopt. Bij enkele oude Haar
lemmers zal de benaming nog wel in het
geheugen zijn blijven hangen. In vroeger
eeuwen zou er „De Vlaamsche Blok" in ge
vestigd geweest zijn, het vermaanhuis dei-
Doopsgezinden, en ha het begin der negen
tiende eeuw zou het gebouw tot huisvesting
der krijgslieden gediend hebben.
Het is dus zeer waarschijnlijk dat onze
Wybrand Hendriks daar in 't Klein Heiligland
herhaaldelijk naar zoo'n spijsuitdeeling ging
kijken en er schetsen en notities maakte. Het
resultaat daarvan willen wij nu nog even
nader op zijn artistieke beteekenis toetsen.
De losheid en levendigheid waarmee al die
figuurtjes geteekend zijn wijzen al op een
voor die dagen bij ons te lande ongemeene
bekwaamheid niet alleen, maar ook op een
speelschen geest, die te typeeren wist. Ons
prentje zegt niets van de kleur en men moet
ons dus maar op ons woord gelooven, als we
zeggen dat die zeldzaam frisch en briljant
is. Er is één schilder uit die periode buiten
ons land die Hendriks met eenzelfde soort
geestige figuratie voorafging: de Engelsch-
man Rowlandson, maar in eeht-schilderlijke
kleurkracht is Hendriks onweerspreekbaar
zijn meerdere. Maar in dat aardig typeeren
van bijvoorbeeld, de dames en heeren, die
achter de balie, den aftocht der gelukkig be
giftigden gadeslaan, is hij aan Rowlandson
verwant. En ook voelt men in Hendriks' tee
kenhand dat hij Hollander is, en als wij die
vrije en toch zoo absolutut zuiver-rake ma
nier van een zoldering teekenen even op den
keper bekijken, dan komt het bij ons op,
hoe dicht Hendriks nog bij een Ostade staat
en hoe prachtig hij op de boerendeelen van
onzen Bosboom vooruitloopt. Ook de ton en
de bezem in den linkerhoek van ons prentje
doen aan Bosboom's teekenwijs denken en
wie uit aardigheid de vroegere plaatjes uit
deze rubriek bewaard heeft, kan er nog een
boerendeel van Bosboom uit opdiepen en
daarop een dergelijke ton en bezem vinden
in eenzelfden stijl gezien en weergegeven. Het
kan zoo gek niet wezen of in het werk van
waarlijke artisten vindt men familietrek
ken; alleen zijn de afstanden wel eens wat
te groot, om relaties direct vast te stellen.
Slechts bij meeloopers en epigonen voelt
men de relatie als een gedwongen fraaiigheid
als een zwakke .Abklatsch" van een grooten
broer of vriend. Zulk éen was Wybrand Hen
driks zeer zeker niet. Hij ging. in een vrij
dorren tijd zijn eigen gang en werd een
schakel tusschen groote kunst van vóór en
na hem.
J. H. DE BOIS.
Een halve eeuw geleden
Uil Haarlem's Dagblad van 1887
16 Juni:
De heer Mr. D. Jos. Jitta, lid van den
gemeenteraad te Amsterdam, heeft aan
den Raad een uitvoerige nota gezonden
betreffende de beurskwestie. Hij keurt
het plan om de beurs midden op het
Damrak te zetten, sterk af en zou de
verwezenlijking daarvan als een ramp
voor de gemeente beschouwen. Er is,
naar het inzicht des heeren Jitta, een
denkbeeld, dat bij de behandeling dezer
kwestie eerst later op den voorgrond is
gekomen en dat nimmer in den Raad
is onderzocht„het vrije verkeer tus
schen het station en den Dam langs het.
Damrak'. Dit denkbeeld heeft zijn sym
pathie. Amsterdam heeft in het Dam
rak zijn breeden, koninklijken station
boulevard, dien andere steden met
millioenen moeten koopen. De aesthe-
tische bezwaren behandelt Mr. Jitta
thans niet. „Zoodra het vaststaat"
zegt hij „dat er een steenklomp in de
luchtpijp van Amsterdam zal komen, is
het mij moeilijk mij warm te maken voor
het min of meer sierlijke van dien
klomp."
De heer Jitta vestigt de aandacht op
de beide beursplannen van den heer
W. P. W(erker) en van den heer K. van
Rijsse, die beide een breeden toegangs
weg naar het station openlaten. Hij
somt de eigenschappen dezer beide
plannen op. zonder echter thans nog
een voorstel te doen.
Mijn neef Hendrik is 1 Meter 73 lang. hij
weegt 62 kilo, is 19 jaar oud, heeft blond haar
en nette manieren.
Mijn neef Hendrik houdt van voetballen,
fietsen, dansen, lezen, films, skiffen, vlieg
tuigen. Bernardientje van den dokter, kampee
ren en griesmeelpudding met bessensap.
eMn zou zoo zeggen: een normale knaap met
normale genoegens, eigenschappen en zwak
heden.
Men zou zoo zeggen: een normale knaap met
in-den-dop, een normaal toekomstig-man-in-
de-maatschappij.
Maar: mijn neef Hendrik zal de deur van het
leven en de vensters der maatschappij voor
zich gesloten vinden, wanneer hij niet kan ver
tellen wat de aoristus van paideuein is, wat
de subjonctif van j'aime is, wat Helena tot
hare vrijers zeide, wie waar en waarom wien
in het bad doodde en wanneer, wat de Maag
deburger bollen zijn, wat meetkundige plaat
sen, wie Caligula, en wie Cunctator. en wat
beteekent trineo Danaos et vocula dantes en
wie schreef Le Conscrit de Mille-huit-cent-
treize en wanneer leefde Nero en wat betee
kent le baobab en wat Petschaft en waar ligt
Oklaltoma en noem mij eens de presidenten
van de Vereenigde Staten en vertelt u mij eens,
Hendrik Hendriksen, wat is het verschil tus
schen de passé indéfini en het plusquamper-
fectum en vervoegt u nu eens aphikneomai en
hebt u De Familie egge gelezen?, dan moet
u mij nü eens vertellen wie Leicester was, wat
u van de Hamletfiguur deitkt en of u deze
regels van Lysias kunt ontleden (tusschen
twee haakjes: wie was Lysias, kunt u drie ti
tels van redevoeringen van hem noemen en
van wanneer tot wanneer leefde hij?), welke
kleeren droeg een Romein nog méér dan een
pepion en welke is de functie van de afdee-
ling Contentieux van den Raad van State
apropos wat is het onderscheid tusschen een
Staatsraad en een Minister van Staat?
juist, en draagt u mij dan eens enkele regels
uit Le Cid voor, weet u waar Bogota ligt en
wat is dan de hoofdstad van IJsland, nog
éven: aan welke rivier ligt Madrid, wat komt
er uit Finland, wie was Mucius Scaevola, wat
is de categorische imperatief, hoe heet de ko
ning van Siam, wat is de hoofdstad van
Jodhpur, .wanneer regeerde het eerste mini
sterie Thorbecke. wie was Le Sage ten Broek
en vertaalt u mij dit stukje Demosthenes nog
even na mij verteld te hebben wat de grond
rechten zijn, waar ze vandaan kwamen, wan
neer en waardóór?
En wanneer mijn neef Hendrik nu nog der
tig verzen Ovidius, een pagina Thackeray en
een Caput Thucydides voldoende vertaalt,
dan komt hij door zijn eindexamen en wan
neer hij zijn eindexamen heeft en hij haalt
er nog gauw even middelbaar boekhouden
en middelbaar staathuishoudkunde bij. hij
neemt een paar jaar les in Engelsche, Duit-
sche, Fransche en Spaansche handelscorres
pondentie, hij gaat nog even tikken en Steno
leeren en een beetje Staathuishoudkunde en
eenvoudige kennis van Poolsch, Russisch en
Zweedsch, strekt tot aanbeveling, wel
dan heeft mijn aardige neef Hendrik alle
kans dat hij via het volontairschap (om de
noodige practische kantoor- en handelsken
nis op te doen) een aardig baantje krijgt in
een niet groote zaak met een reuze-groote
toekomst (overneming van aandeelen voor
een bedrag van ten hoogste f 100.000 is ver
plicht), wanneer hij tegen dien tijd tenmin
ste niet de maximum-leeftijdsgrens van 26
jaar overschreden heeft.
Enfinmaar dan heeft hij tenminste
algemeene ontwikkelingen dan kan hij
tenminste altijd overal over meepraten....
Nietwaar?
MR. E. ELIAS.
Necl.-Indische Padvinders naar de
Jamboree.
De Gouverneur-Generaal inspecteert het
contingent.
BATAVIA, 15 Juni (Aneta). Onder groote
belangstelling inspecteerde de gouverneur-
generaal hedenmorgen te half twaalf het In
disch padvinders-contingent, dat morgen naar
Nederland zal vertrekken om als vertegen
woordigers van Indië de Jamboree bij te wo
nen.
Hierbij waren aanwezig de heeren van dei-
Hoek. Teunissen en Tumbalaka, resp. eere
voorzitter. voorzitter en lid van het hoofd
bestuur van den Nederlandsch-Indischen pad-
vindersbond. De hoofdcommissaris van den
padvindersbond, de heer Ranneft, stelde de
leiders aan den gouverneur-generaal voor, die
zich uitvoerig omtrent de Jamboree liet voor
lichten. Daarna overhandigde de G.G. met een
toespraak de contingentsvlag aan hoofdcom
missaris Ranneft.
De troep marcheerde daarna af onder de
tonen van het fluitorkesl en het zwaaien dei-
vlaggen. Deze plechtigheid werd mede bijge
woond door mevrouw van Starkenborgh. de
beide freules, de algemeen secretaris,"mevr.
Kiveron en freule de Villeneuve.