„Jenny"
Amerikaansche Humor
,Het Groene Licht"
Litteraire
Kantteekeningen.
RADIO.
PROGRAMMA
7. A TERDAG 24 JULI 1937
HAARLEM'S DAGBLAD
6
Charlie Chan op zijn best
Als tweede hoofdnummer:
De dolle erfgenaam
Het was Vrijdagavond stampvol in het Luxor
Theater. En terecht, want de twee hoofdfilms,
die daar deze week draaien, zijn het aankijken
zeer zeker ten volle waard.
Daar is dan eerst de film: „De dolle erfge
name" een film met den wereldberoemden Me-
tropolitan-zangers Lawrence
V 1 Tibbett. Een film, met alle
f JLyülXOl aantrekkelijkheden, die een
1 zangfilm kan hebben. Veel
spel komt er eigenlijk niet bij
kijken, de geheele film draait om de zang van
Lawrence Tibbett, die dan ook voortreffelijk
Is. Wendy Barrie geeft een goede creatie van
de dolle erfgename.
Illlllllllllllllllllllllllllllllllllllllll llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilliüliill
bijster interessant. Op overtuigende wijze
weet PranQoi.se Rosay echter de figuur van
de moeder aannemelijk te maken.
Albert Préjean is nog steeds een der meest
attractieve Pransche jeune premiers, ook
ditmaal speelt hij zijn rol zooals men van
hem verwachtten mag, zonder nochtans die
brillante hoogte te bereiken als in ..Sous les
toits de Paris". De bekende karakterspeler
Charles Vanel en de bekoorlijke Lisette
Lanvm zorgen ervoor dat ook de minder be
langrijke rollen naar behooren bezet zijn.
Jammer is het dat slechts weinig Neder-
landsche teksten den inhoud verduidelijken.
Van vele zijden is dikwijls het denkbeeld
geopperd om deze teksten geheel weg te la
ten. dit denkbeeld mag van een filmtech
nisch oogpunt bekeken juist zijn, het blijft
nu eenmaal een feit dat de gemiddelde bios
coopbezoeker geen Fransch verstaat en een
goed deel van den dialoog gaat daardoor
voor het publiek verloren. Gelukkig is dit be
zwaar in „Jenny" niet zóó erg omdat de
hoofdrolspelers buitengewoon suggestief spe
len, een navolging verdient dit voorbeeld
echter zeker niet.
Warner Oland in Charlie Chan in het
Circus".
Zooals zooveel geschiedt bij Amerikaansche
films, is hier ook een rechtzaak het einde van
de film. En wel een rechtzaak, die alleen in
Amerika, het land der duizend wonderen, kan
plaats hebben.
Het tweede hoofdnummer is „Charlie Chan
in het circus", eigenlijk „The spice of the pro
gram". Het duistere geheim, dat er om het
circus heen hangt, wordt op verbluffend han
dige wijze door Chan onthuld, niet echter,
voordat hij aan vele gevaren ontsnapt is.
Key Luke, die wij reeds meer als den zoon van
Charlie Chan zagen spelen, is weer geweldig.
Het enthousiasme in zijn spel is werkelijk het
aanzien waard, vooral als men dadelijk daar
op de altijd phlegmatieke Chan ziet. De snedige
opmerkingen, die hij altijd in zijn merkwaar
dig taaltje bezigt, ontlokte menigmaal een
lachsalvo aan het talrijke publiek.
Alles bij elkaar een programma, waarin
Charlie Chan weer lauweren zal oogsten, doch
waar ook het zingen van Lawrence Tibbett in
het andere hoofdnummer zeer velen zal be
koren.
Albert Préjean en
Francoise Rosay
Telkenmale verrast de Fransche filmindus
trie ons met eenig'e waarlijk uitstekende
films om dan weer terug te vallen tot een
middelmatigheid die der te opmerkelijker is
omdat onder de Fransche filmspelers bij
zondere talenten schuilen. Wij denken hier
bij aan een Harry Baur, een Charles Boyer,
een Annabella om maar enkelen te noemen
en Ja ook aan Francoise Rosay. Deze begaaf
de speelster echtgenoote van den bekenden
Albert Préjean vervult de hoofdrol in
„Jenny".
regisseur Jacques Feyder, heeft al meerma
len blijk gegeven een filmster van de eerste
grootte te zijn. Zij verwiqrf vooral bekend
heid door de veelbesproken film ..Heldenker-
mis" en hoe men ook over de film dacht,
over haar spel was men unaniem vol lof.
In „Jenny" een
Fransche film
die zich niet bo
ven het mid
delmatige ver
heffen kan, speelt Francoise Rosay haar zeer
moeilijke rol. diep menschelijk en het is
hoofdzakelijk aan haar spel te danken dat
deze film ondanks verschillende gebreken
toch boeit.
Het gegeven een moeder die een dubbel
leven leidt en op wreede wijze ontgoocheld
wordt als haar'dochter wegloopt met den
man die zij lief heeft is noch nieuw, noch
Reoifarandt
„Sing Baby Sing"
met Adolphe Menjou
„Humorstormen" noemt de advertentie
„Sing, baby, sing", en deze betiteling is in
derdaad niet overdreven. Men komt bij deze
film oogen en ooren te kort, en als de „Ritz
Brothers" ten tooneele verschijnen, dan
wenscht men zich zeker drie paar oogen, voor
elk van het trio één paar, omdat men liefst-
niets van al hun dwaasheid, hun capriolen
en hun grimassen wil missen. Onder de vele
attracties van deze film nemen de Ritz Bro
thers een eerste plaats in en dat wil wat zeg
gen in deze reeks van voortreffelijke artisten.
De doorsnee Amerikaan zal, wanneer hij
zoo rustig naar zijn radio zit te luisteren, ze
ker niet vermoeden, welke trucs er dikwijls
te baat genomen moeten worden en welke
drama's zich afgespeeld hebben, voor de
stem, waarnaar hij luistert, door den aether
tot hem kon komen. In ..Sing, baby sing"
wordt een tipje van
den sluier opgelicht
maar op zulk een hu
moristische, vroolijke
manier, dat het alleen
maar amuseert. De geheele film vindt zijn
ontstaan aan het feit, dat een jong meisje,
Joan Warren (Alice Faye) die in een nacht
club zingt haar ontslag krijgt, omdat een
millionairsdochter haar plaats wil inneihen.
Joan's impresario doet alle moeite vóór
haar, maar het lukt niet haar geplaatst te
la-ij gen, tot het toeval hen in aanraking
brengt met den beroemden filmster Bruce
Farraday, een overwerkte, sterk ingebeelde
acteur, die bovendien alcoholicus is en op
het eerste gezicht verliefd wordt op Joan.
Adolphe Menjou maakt van dezen half dwa
zen Farraway een vermakelijk type.
Nu Joan eenmaal met Farraday voor de
microfoon is opgetreden, is haar weg ge
baand en krijgt ze weer engagementen, maar
haar mooiste engagement is toch dat met
den krantenman, die haar eerst met zijn
brallende, echt Amerikaansch opgezette ar
tikelen, ontzettend veel kwaad heeft gedaan,
maar later zijn fout, ook weer op Amerikaan
sche wijze, maar nu in de gunstige zin van
het woord, hersteld heeft en gezorgd heeft,
dat alles toch nog op zijn pootjes terecht
kwam. Alice Faye is een schattige Joan die
op geestige wijze de verschillende knappe
songs zingt en voordraagt. Adolphe Menjou
cinema
Alice Faye in de grappige film
„Sing Baby Sing".
roemden we reeds, dan zijn er nog behalve de
al genoemde uitstekende Ritz Brothers, Gre
gory' Ratoff, die als impresario een pracht
rol speelt, Michael Whalen en Patsy Kelly.
Een film, die men gaat zien, als men er
prijs op stelt om een avond van zorgeloos
plezier te hebben.
Frank Borzage's visie op
Lloyd Douglas' bekende boek
Over de voortreffelijke Amerikaansche
film „Het groene Licht" heeft men in ons
blad van Donderdag een beschouwing kun
nen lezen, zoodat wij voor ditmaal willen
volstaan met de
vermelding van het
voorprogramma.
Hierin is een Cine-
tonefilmpje opge
nomen, dat uit een grappige dialoog tusschen
een warenhuisdirecteur en een vrouwelijke
bediende bestaat. De rollen worden vervuld
door Theo Vink en Jopie Koopmans, welke
laatste bovendien voor een toepasselijk lie-
deke zorgt. Muzikale begeleiding verleenen
The Ramblers onder leiding van Theo Uden
Masman. Verder is er een zeer geslaagd tee
kenfilmpje in kleuren, „Miss Glory" genaamd.
Uit het journaal noemen we een paar interes
sante beelden van den tribunebouw op het
Jamboreeterrein.
Frans Hals
VERKOOP VAN GROND
B. en W. stellen den Raad voor, aan A. P.
Winnubst, alhier, tegen den prijs van f 11.000
in koop af te staan grond, gelegen aan de
noordzijde van de Van Nesstraat, groot plm.
8T0 M2., zulks met de bestemming om op
dien grond te bouwen zes woonhuizen, elk
bestemd ter bewoning door niet meer dan
één gezin.
Voorts stellen B. en W. voor te verkoopen:
aan D. Grin, alhier, tegen den prijs van
f 20 per M2. aan hem thans in erfpacht uit
gegeven, grond, gelegen aan den Verspronck-
weg, groot 153 M2.;
en aan J. J. van Doorn en G. C. Andrée,
tegen f 15.40 per M2. aan hen thans in erf
pacht uitgegeven grond, gelegen aan de Zon
nebloemstraat, groot 346 M2_
Vrouwen. Door Louis de Bour
bon.
De Ontmoeting. Door Jos Pan-
huysen.
Schaduwen. Door Filip de
Pillecijn.
(Drie uitgaven van Nijgh en
Van Ditmar te Rotterdam).
In het, nu verdwenen, tijdschrift Forum
dat door deze Rotterdamsche uitgevers in
het licht werd gezonden, hebben wij naar ik
meen Filip de Pillecijn al ontmoet. Ook Louis
de Bourbon is geen onbekende voor ons. Van
Jos Panhuysen die evenwel reeds een roman
en eenige novellen gepubliceerd heeft, is deze
ontmoeting voor ons inderdaad een eerste
kennismaking.
Het gaat in alle drie dezer kleine boeken
over „vrouwen". Het moet voor haar toch
wel een eigenaardige voldoening zijn, dat
nog maar steeds de mannen niet over haar
uitgepraat raken. Dat ze nog maar voortdu
rend onder velerlei belichting bekeken kun
nen worden, dat ze nog altijd als geïdeali
seerde sfinxen in der mannen hersens kun
nen rondwroetenf Daar zullen er onder haar
wel zijn die er een stille pret om hebben, als
kunstenaars zich zoo om haar bekommeren
en in haar veel meer ondoorgrondelijks ver
moeden, dan ze zelf weten te bevatten
maar haar natuur is het nu eenmaal die be
kommernis als eene haar rechtens toekomen
de hulde te aanvaarden. De veranderde le
vensomstandigheden, het meer dan ooit vroe
ger, samen opgroeien, het elkaar vliegen af
vangen in het maatschappelijke, het om hals
brengen der romantiek die vroeger In een
minder gemakkelijken omgang school, dat
alles heeft niet belet dat veel kunstenaars-
schrijvers in het wezen der vrouw de onuit
puttelijke stof blijven zien waaruit hun ge
dachte-beelden worden opgebouwd, telkens
weer anders, telkens weer opnieuw diepzin
nig, raadselachtig; verfijnd-nuanceerend de
gevoelens die ze tegenover de zwijgende of
sprekende sfinx trachten onder woorden te
brengen. Als ze waant onbespied te zijn zou
men de sfinx misschien kunnen zien glim
lachen om dat alles, zooals een man wel eens
•kan monkelen, wanneer een moderne schrijf
ster op het mannen-wezen een alles-binnen-
ste-buiten-keerende psychische vivisectie
gaat toepassen. De romantiek blijkt een zóó
zeer natuurlijk iets, dat ze, weggejaagd zijn
de, telkens in galop terug keert. Een beetje
vermomd misschien. Voor het smachten der
jonkvrouwen en het heroïsch gedrag der
ridders, is de analyse van 'hun aller onder
bewustheden in de plaats getreden; men zou
•bij veel litteraturu van een „psychische ro
mantiek" kunnen spreken. Men 'behoeft
Freud niet van alles de schuld te geven
dat een dichter als Rainer Maria Rilke
schreef zooals hij schreef en in Frankrijk bij
voorbeeld, nu pas ontdekt wordt, is zeker
buiten hem omgegaan.
Rilke is lectuur over een stervenden jon
gen man die zijn dagboek bijhoudt (in In
termezzo. de tweede schets in De Bourbon's
Vrouwen). In die schets is het de figuur van
de kleine Maritza die het leven en de liefde
symboliseert. Als de stervende waant beter
te zullen worden, is het Maritza die zijn ver
langen en zekerheid personifieert. Het terug-
keerende levenis Maritzadie daar
geen weet van kan hebben omdat voor haai
de dood zekerheid en haar aanwezigheid
mede-lijden is. Heel fijn zijn hier de ge
dachten van den stervende uitgesponnen. In
„Josine" en in „Ellen" geeft de Bourbon op
even fijne wijze een voorzichtig benaderend
beeld van twee overbesnaarde vrouwenzielen
die in hun. het pathologische naderend ge
voelsleven niet zonder schoonheid zijn en
daar tusschen in staat het grootste verhaal,
dat van „Eric van Veen's angstige leven" dat
met een vrijwillig heengaan eindigt, omdat
een vrouw met haar gave liefde tusschen
Eric en wat hij zijn roeping waande, was in
getreden.
Dit zijn geen dingen voor nuchtere men-
schen. Die weten het altijd beter. Eric, en
ZONDAG 25 JULI 1937.
HILVERSUM I, 1875 M.
8.55 VARA. 12.00 AVRO. 5.00 VARA,
6.30 VPRO. 8.00—12.00 AVRO.
8.55 Gramofoonmuziek; 9.00 Postduiven-
nieuws, 9.05 Tuinbouwpraatje; 9.30 Gramo
foonmuziek; 9.45 Causerie „Van Staat en
maatschappij"; 10.00 VARA-orkest; 10.45 De
clamatie; 11.00 Fantasia en orgelspel; 12.00
Orgelconcert; 12.10 Gramofoonmuziek; 12.30
Kovacs Lajos' orkest. I. d. pauze: Jamboree-
nieuws; 2.00 Boekbespreking; 2.30 Orgelspel;
3.00 Residentie-orkest en solisten; In de pau
ze: Gramofoonmuziek: 4.30 f Eventueel 4.15)
Sportreportage; 5.00 Mannenzangvereeniging
„Inter Nos"; 5.30 Uitzending voor den Cen-
tralen Bond van Transportarbeiders: 6.00
Sportpraatje; 6.15 Sportnieuws A.N.P.; 6.20
Gramofoonmuziek; 6.30 Lezing ..Een confe
rentie in September"; 6.45 Nederd. Hervorm
de Kerkdienst; 8.00 Berichten A.N.P. Mede-
deelingen; 8.10 Gramofoonmuziek; 8.15 Re
sidentie-orkest en soliste; 9.15 Radiojournaal
9.30 Gramofoonmuziek; 10.15 Radio-hoor-
krant; 11.00 Berichten A.N.P. Hierna tot 12.00
AVRO-Dansorkest.
HILVERSUM II. 301 M.
8.30 NCRV. 9.30 KRO. 5.05 NCRV.
7.45—11.30 KRO.
8.30 Morgen'wij ding; 9.30 Gramofoonmuziek;
10.00 Hoogmis. 11.30 Gramofoonmuziek; 12.15
KRO-orkest (Om 1.00 boekbespreking); 2.00
Vragenhalfuur; 2.30 Jubileumviering van
den Kring Twenthe-Tochten te Oldenzaal;
4.30 Gramofoonmuziek; 5.05 Gewijde muziek
(Gr.pJ.); 5.50 Nederd. Hervormde Kerkdienst
Hierna: Gewijde muziek .Gr.pl.); 7.45 Gra
mofoonmuziek; 7.50 Lezing „De Liturgie en
het huisgezin"; 8.10 Berichten A.N.P. Mede-
deelingen; 8.25 Gramofoonmuziek; 8.30 De
KRO-Melodisten en solist; 9.15 Radiotooneel,
9.50 KRO-orkest; 10.30 Berichten A.N.P.;
10.40 Epiloog; 11.00 Esperantolezing.
DROITWICH, 1500 M.
12.50 Het Rich. Crean-orkest; 1.50 Gramo
foonmuziek; 2.20 Declamatie; 2.40 H. Sand
ler's Weens Octet; 3.20 Het. Morris Motors
orkest en solist; 4.20 BBC-Midland-orkest:
4.50 Orgelspel; 5.20 Causerie „Impressions of
the Oxford Conference": 5.40 Het Walker-
Octet; 6.20 Causerie „As I look back"; 6.35
Mantovani's Tipica-orkest; 7.20 Het Kutcher
Strijkkwartet en solist; 8.15 Kerkdienst; 9.05
Liefdadigheidsoproep; 9.10 Berichten; 9.25
BBC-Theater-orkest, Revuekoor en solisten;
10.05 Stedelijk orkest Margate, en solist; 10.50
Epiloog.
RADIO PARIJS, 1648 M.
7.10 en 8.20 Gramofoonmuziek; 10.20 Goldy-
orkest; 11.50 Orgelconcert; 12.40 Gewijde mu
ziek *Gr.ni 12 45 Koorzang met orgelbe
geleiding; 1.20 Gramofoonmuziek; 1.35 Zang.
2.05 Gramofoonmuziek: 3.20 Zang: 3.35 Het
Paradijs-orkest; 4.05 Zang; 4.20 Radio-too-
neel; 5.20 Het Caussade-orkest; 7.20 Cabaret,
8.35 Zang; 8.50 Radio-tooneel; 10.50 Gramo
foonmuziek; 11.20 Het J. Bouillon-Dansor-
KEULEN. 456 M.
6.20 Havenconcert: 8.35 Kamer-orkest en
solist; 9.50 Gramofoonmuziek; 11.20 Fr.
Hauck's orkest en Sportreportage; 4.20 West-
Duitsch Kamerorkest, Schrammelensemble
en solisten; 7.20 Mannenkwartet en solisten.
8.20 Schupo-orkest en Omroepkleinoricest;
9.05 Gevarieerd programma; 10.50 Bernhard
Etté's dansorkest.
BRUSSEL, 322 M.
9.25 Gramofoonmuziek; 10.50 Violavoor
dracht; 11.20 Gramofoonmuziek; 11.35 A.
Felleman's orkest; 12.20 Gramofoonmuziek;
12.50 Omroeporkest; 1.30 Salonorkest; 1.50
en 2.35 Gramofoonmuziek; 2.50 Vlaamsch
Nationaal Zangfeest te Brussel; 5.20 Gra
mofoonmuziek: 6.20 Belgisch Vocaal-Tria;
7.20 Gramofoonmuziek: 8.20 Omroeporkest:
9.05 Reportage; 9.20 Vervolg concert; 10.30
A. Felleman's dansorkest; 11.05 Gramofoon
muziek.
BRUSSEL, 484 M.
9.20 Gramofoonmuziek; 10.20 A. Felleman's
orkest; 11.20 Gramofoonmuziek; 11.50 Orgel
spel; 12.20 Gramofoonmuziek; 12.50 Salon
orkest; 1.30 Omroeporkest: 1.50 Gramofoon
muziek; 2.50 Accordeonmuziek; 3.0' Gramo
foonmuziek; 3.20 Orgelconcert; 3.50 Kleinor-
•kest; 5.20 Paul Godwin's orkest; 6.20 Oude
Kamermuziek; 8.20 Salonorkest; 9.20 Sym-
phonieconcert uit Ostende; 11.00 Gramofoon
muziek; 11.20 A. Felleman's dansorkest.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
8.20 „Zar und Zimmennann", opera: 10.20
Berichten; 10.50 Hans Bund's dansorkest en
Gramofoonmuziek; Om 11.05 Weerbericht.
RADIO MOORS N.V.
KRUISSTRAAT 38, TELEF.14609
OFFICIEEL PHILIPS REPARATEUR
(Adv. inqez. Med.)
MAANDAG 26 JULI 1937.
HILVERSUM I 1875 M.
Algemeen programma, verzorgd door de
AVRO.
8.Gramofoonmuziek. 10.Morgenwij
ding. 10.15 Gewijde muziek (gr.pl.i 10.30 En
semble J. Kroon en declamatie. 12.30 Orgel
spel, zang en vioolsoli. In de pauze: Jamboree
berichten. 2.15 Omroeporkest. In de pauze:
Zang. 4.30 „Meesterwerken van de Fransche
toonkunst", causerie. 5.30 Kovacs Lajos' or
kest en gramofoonmuziek.. 7.Avro-Dans-
orkest. 7.30 Reportage. 8.— Berichten A.N.P.
Mededeelingen. 8.15 Residentie-orkest en so
list. 9.15 Causerie over de Vierdaagsche. 9.30
Concert door Padvinderskoor. 10.Radio
tooneel. 10.30 Avro-Dansorkest. 11.— Berich
ten. H'evna tot 12.— Gramofoonmuziek.
HILVERSUM II 301 M.
NOR V-uitzending.
8.Schriftlezing, meditatie, gewijde muziek
(gr.pl.) 8.30 Gramofoonmuziek. 9.30 Geluk-
wenschen. 9.45 Gramofoonmuziek. 12.Be
richten. 12.15 Gramofoonmuziek. 12.30 Am-
sterdamsch Salonorkest. 2.Gramofoonmu
ziek. 3.45 Bijbellezing. 4.45 Nederlandseh
Strijkkwartet. 6.— Gramofoonmuziek. 6.30
Vragenuur. 7.— Berichten. 7.15 Vragenuur.
7.45 „Onze Christelijke taak ten opzichte van
de Wereldjamboree", dialoog. 8.Berichten
A.N.P. Herhaling S.O.S.-berichten. 8.15 N. C.
R. V.-orkest 9.Causerie over reclame. 9.30
Vervolg concert. (Om 10.— berichten A.N.P.)
10.3012.00 Gramofoonmuziek. Hierna
Schriftlezing.
DROITWICH 1500 M.
11.05 Orgelspel. 11.35 Gramofoonmuziek.
12.20 Militair orkest. 1.35 Cricketverslag. 1.50
Orgelconcert. 2.35 Causerie over „Lord
Fisher". 2.50 Pianovoordracht. 3.20 Tennis-
reportage. 4.50 Victoria Hotel-orkest. 5.20
Cricketverslag. 5.35 John Reynders' orkest.
6.20 Berichten. 6.40 ..Tricks of the Trade",
causerie. 6.55 Orgelspel. 7.20 Cabaret-pro
gramma. 8.05 Eric Siday en zijn „Whispering
Violins". 8.20 Inleiding volgende uitzending.
8.25 Tweede acte van de opera „Falstaff".
9.10 Pianovoordracht. 9.20 Berichten. 9.40
Buitenlandsch overzicht. 9.55 BBC-Theater-
orkest en solist. 11.— Declamatie. 11,20 Jack
Jackson's Band. 11.50—12.20 Dansmuziek
(gr.pl.)
RADIO-PARIS 1648 M.
7.10 8.20 en 10.35 Gramofoonmuziek. 12.20
Porée-orkest. (Om 1.35 Zang). 2.20 Radio
tooneel. 2.50 Gramofoonmuziek. 4.05 Piano
voordracht. 5.20 Concert. 7.23 Zang. 7.35 Ra
diotooneel. 8.05 Zang. 8.50 Gramofoonmuziek
9.05 Symphonieconcert m.m.v. solist.
KEULEN 456 M.
6.50 Fr. Hauck's orkest. 8.50 Marine-orkest
9.50 Gramofoonmuziek. 12.20 Verzoekcon-
cert. 1.35 Nedersaksisch Symphonie-orkest.
2.35 Gevarieerd concert.. 4.20 Orkestconcert.
5.40 Het Bielefelder Kinderkoor. 6.20 Volks-
liederenconcert. 7.05 Erich Börschel's orkest
en solisten. 8.30 Westduitsch weekoverzicht
9.20 Gramofoonmuziek. 10.5012.20 West
duitsch Kamerorkest en solist.
BRUSSEL 322 M.
12.20 Gramofoonmuziek. 12.50 Omroepdans-
orkest. 1.30 Salonorkest. 1.50—2.20 Gramofoon
muziek. 5.20 Salonorkest. 6.50 en 7.20 Gra
mofoonmuziek. 8.20 Omroeporkest. 9.20 Sym
phonieconcert m.mv.. solist. 11.00—11.20 Gra
mofoonmuziek.
BRUSSEL 484 M.
12.50 Orgelconcert. 12.20 Salonorkest. 1.30
Omroepdansorkest. 1.502.20 Gramofoonmu
ziek. 5.20 Zangvoprdracht. 5.40 Gramofoonmu
ziek. 8.20 Omroepsymphonie-orkest, -koor en
solisten. 10.3011.20 Waals cabaret.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M.
9.30 De Dresdener Phil harmonie en solis
ten. 10.20 Berichten 10.50 Viool en piano.
11.05 Weerbericht. 11.20 Hans Joachim
Fierke en Anton Goronzy met hun orkest en
solisten.
Gustaaf, en Arthur van Lange hadden het
gemakkelijk zus en zoo moeten doen. dan
was er geen vuiltje aan de lucht geweest.
Wie zoo redeneert maakt een vertelling van
De Bourbon licht belachelijk. Maar dat is
niet de manier om litteraire kunst te genie
ten. Men heeft de door een schrijver ge
droomde mogelijkheden te aanvaarden en
dan slechts te zien of zijn beelding saam-
klinkt met zijn droom, zijn taal niet schrijnt
op de suggesties die hij teweegbrengt. In de
verhalen van De Bourbon is een gaafheid
van vorm en gedachte, die uitzonderlijk is en
tegelijk de uiterste breekbaarheid van dun
Chineeseh porcelein bezit. Een fijn boekje
voor wie op zijn tijd aan zijn nuchterheid
vacantie weet te geven.
In „De Ontmoeting" van Jos Panhuysen
mist men dat uiterst breekbare, dat subtiele
wat De Bourbon's vertelsels aannemelijk
maakt. Maar ook hierin zijn aantrekkelijke
qualiteiten, al zijn het weer andere. Een mi
nister ontmoet op doorreis in de spoor-
wachtkamer van zijn jeugdstadje een zon
derlingen ouden heer, dien hij in zijn jeugd
gekend heeft.
Zij herkennen elkaar en door een enkelen
naam dien de oude heer uitspreekt, ont
brandt bij den minister een felle begeerte,
alles uit zijn jeugd te doen herleven dooi
den man wiens naam genoemd werd te gaan
opzoeken. Die heeft namelijk in zijn vreemde
jeugd een rol gespeeld en door hem zal hij
ervaren wat er terecht gekomen is van vrou
wen die hij heeft lief gehad en die nu plot
seling weer sterk in zijn geest actief worden
en zijn geheele zijn-van-vandaag. dat van
den altijd bezigen minister van Financiën,
den man van hooge positie, vader en heer
van een voornaam gezin, met toovermacht
achteruit dringen.
De minister heeft nog een uur den tijd
voor zijn trein vertrekt. Hij verzoekt den
ouden heer op hem te wachten en iets te ge
bruiken: hij zal binnen het uur terug zijn.
In dat uur gaat de minister het stadje in
en spreekt de menschen die hij zien wilde;
nog sterker: doorleeft zijn jeugddaden en
emoties met een groote intensiteit, een ge
heel vergeten, verzonken, verleden wordt
weer reëel en de belangrijkste ontdekking
die hij doet is dat hij een zoon heeft uit dat
verzonken verleden. De tragiek van het ge
val van minister van Toor is misschien dat
hij zoo fel het verleden herlevend tegelijker
tijd moet ,gaan gevoelen, dat ihij op den dag
van vandaag volmaakt onbelangrijk gewor
den is, een schim, een schaduw, die even
goed in de wachtkamer had kunnen blijven
zitten. Als hij na een poosje aan het station
arriveert, is de oude heer voor zijn rekening
in beschonken toestand geraakt en brengt
hii hem nog even naar zijn woning.
Laten we hopen dat hij zijn trein nog heeft
kunnen halen om naar zijn residentie terug
te keeren.
In zoo'n verhaal zit teveel reëele onwaar-
schürdiikheid. die niet aannemelijk gemaakt
wordt door den vorm der vertelling. Er zit zeer
veel moois in en diepzinnigs, maar het komt
tot den lezer op een vreemde wijze, die te
overdacht is om dichterlijk en te opzettelijk
onlogisch om reëel te kunnen zijn, Alleen.de
onwaarschijnlijkheid is reëel in dit boek.
Het doet soms aan de soort wijsheid denken
die in de Twee Stuivers Opera op zulk een
narrige drens aan den man gebracht wordt
en wrang smaakt. Met dat al is „De Ontmoe
ting" een bijzonder boekje en de schrijve!
zonder twijfel geen alledaagsch talent.
„Schaduwen" van Filip de Pillecijn ten
slotte heb ik al geheel of gedeeltelijk in tijd-
schriftvorm gelezen, Wat geen reden is het
nu niet aan te bevelen bij onze lezers. Im
mers van de drie kleine boeken die wij van
daag bespreken, is het zonder twijfel het
beste kunstwerk. Het is geheel in een vol
maakt gave sfeer gehouden; in den bóuw zit
geen enkele hiaat of stoplap het „geval"
ontwikkelt zich volkomen harmonisch en
men heeft bij De Pillecijn het rustige gevoel
van zekerheid dat zün schrijf kundigheid
met zijn emotionaliteit of artistieke gevoe
ligheid in evenwicht zijn.
~In het kleine-stads dramatje dat „Schadu
wen" heet. is het raadsel-wezen vrouw op in-
nig-eenvoudige, toch dlepzinnig-klare wijze
ten tooneel gevoerd. Daar is Leo, de jonge
boekverkooper in de klein stad en zijn goede
vriend en klant van over de vijftig. Zij mo
gen elkaar gaarne en praten over de boe
ken die Leo in zijn winkel heeft. Leo is een
fijne schuchtere, 'jongen die van de vrouw
nog geen weet heeft en ze in abstracto idea
liseert. Daar komt wel eens een jonge weduw
in zijn winkel die een boek koopt dat hij
haar aanprijst en waarover ze later nog eens
praten. Druk in zijn zaak heeft Leo het niet.
Er gaat iets van vereering in hem groeien
voor die zachte stem en die fijne handen en
de oude vriend die haar nu en dan in den
winkel zag staan bemerkt spoedig dat er
met Leo iets aan het ontkiemen is. Maar ook
hem zelf wordt die zachte stem een hem
vervolgend idool hoewel hij zijn jongen
vriend daarover niet spreekt. Maar Leo zal
sterven zonder iets aan ziln bezoekster ge
openbaard te hebben en die zal hem ook
nooit begrepen hebben in zijn schuchterheid.
De vijftiger zal later met haar over Leo pra
ten en dan zal zii alleen maar een paar
vriendelijke woorden over den doode zeg
gen. Die heeft voor 2ijn ouderen vriend geen
geheimen gehad en op zijn beurt laat deze
zijn gevoelens nu vrij gaan en zoekt de ver
wezenlijking van beider smachten. De jonge
weduw trouw met Leo's vriend. Maar voor
dezen blijft Leo als een schaduw voortbe
staan en ook dat gaat buiten het zieleleven
der vrouw om, die even zacht van stem en
handen blijft. Als zij wederom weduwe ge
worden is schrijft zij iets over'haar vijfjarig
samenleven met dien ouderen man op en
dan bli.jkt dat, wel doorzichtig maar afdoen
de. De lezer ziet hier, in mijn simpel ver
slag, hoe een burgerlijk alledaagsch zich ont
plooien der dingen voor een kunstenaar als
de Pillecijn aanleiding kan zijn tot een
prachtig tot op den bodem doorvorschen van
neigingen en gevoelens, in een toonaard die
zuiver blijft klinken al is de melodie eenvou
dig. Het is een prachtig boekje, dat een
mooi vervolg is op den roman Hans van
Malmedy dien ik hier in 1935 voor de lezers
besprak.' Ook op dat. weer geRjk gestemde
werk wil ik nog eens de aandacht vestigen.
Men behoeft niet altijd naar het allernieuw
ste te grijpen om iets moois te ontdekken en
het mooie wordt vaak te vlug vergeten.
J. H. DE BOIS.
HANDELSKENNIS L. O.
Voor het examen acte Handelskennis L.O.
zijn geslaagd: H. J. van Egmond te Haar
lem en F. R. Aschoff te Heemskerk.
ORGELCONCERTEN IN HET NEDER-
LANDSCH PAVILJOEN TE PARIJS.
De jonge Haarlemsche organist Albert de
Klerk, zoon van den heer Jos. de Klerk, is
uitgenoodigd om gedurende de maand Augus
tus het orgel te bespelen in het Nederlandseh
paviljoen op de Parijsche wereldtentoonstel
ling.
De heer de Klerk heeft de uitnoodiging
aanvaard en zal op Maandag 2 Augustus het
eerste concert geven.