DE EERSTE AUTO-SNELWEG.
|r^Ym
f f
HET HOOGSTE RECHT
De indoortraining der spelers en reserves van het Nederlandsch elftal als voorbereiding voor de ontmoeting tegen Frankrijk
is Dinsdag te Rotterdam aangevangen. Door allerlei lichaamsoefeningen wordt de body fit gehouden
Het Nederlandsch Wegencongres hield Dinsdag een excursie naar de opening van het tweede gedeelte
van den eersten Nederlandschen specialen auto-snelweg, welke Dinsdag te Zoetermeer plaats had. Het
walsen der gestabiliseerde klei voor de fundeering van het nog niet opengestelde weggedeelte
It
y *,|l
vollen ren tijdens de handicap-race, welke
deze week te Brighton (Eng.) verreden werd
Darja Collin keert met haar gezelschap aan boord van de
.Dempo* uit Indië naar Nederland terug. Tijdens een bal
masqué v.l.n.r.Edmée Monod de Froideville, dr. Eberhard
Rebling en Darja Collin
De Brabant Grensrit
wegens het rijverbod
dezen keer
Nederland
verreden in België. Eenige deelnemers
onderweg in de omgeving van Esneux
De aankomst van Mussolini te Berlijn.
De Duce in gezelschap van Adolf
Hitler en verdere autoriteiten na het
verlaten van het station „Heerstrasse"
Mussolini begroet de leiders der Italiaansche kolonie bij zijn aankomst aan het Huis der Fascisten te
Berlijn, waar de Duce Dinsdag tijdens zijn verblijf in de Duitsche hoofdstad een bezoek bracht
Z: K. H. Prins Bernhard heeft Maandag een bezoek
gebracht aan het Nederlandsch Paviljoen op de
Wereldtentoonstelling te Parijs. De Prins tijdens zijn
bezoek
FEUILLETON
Naar het Amerikaansch
MILDRED DANNING.
(Nadruk verboden.)
30)
Lloyd had den avond te voren voor zichzelf
uitgemaakt, dat hij weer goed in orde
was en toevlucht genomen tot het eenige
middel dat hem hielp vergeten. Nu lag hij
daar, bleek en beverig, 't licht, dat door de
neergelaten blinden binnenkwam vervloekend
en zichzelf beklagend. Zijn hoofd deed hem
vreeselijke pijn, zijn hart bonsde op een ma
nier, die hem angst aanjoeg. Hij wenschte,
dat er iets was dat het leven waard maakte,
geleefd te worden. Doch toen Virginia de
kamer binnenstormde, was hij een oogenblik
stom van verbazing over zooveel brutaliteit.
„Lloyd!" riep ze. „Ik wensch, dat je me
alles vertelt, van wat er dien avond bij de
Monroe's gebeurd is."
Lloyd's gezicht werd vaalbleek. „Wat be
doel je?" slaagde hij er in te zeggen en zijn
stem was niet meer dan een gefluister. Zijn
hart bonsde zoo. Toen werd hij plotseling
vuurrood. „Ga mijn kamer uit!" barstte hij
uit. „Ik heb je geen permissie gegeven om
binnen te komen, wel?"
Maar hij had nu met een nieuwe Virginia te
doen. Ze keerde zich van hem af, en trok een
van de gordijnen op, zoodat het zonlicht de
kamer binnenstroomde. Toen ze zich weer tot
hem wendde, had haar gezicht zoo'n harde
uitdrukking als hij er nog nooit in gezien had.
,Laat dat gordijn weer zakken!" sputterde
hij en bedekte zijn gezicht met de handen.
Virginia liep naar hem toe, bleef vlak bij
het bed staan en keek hem strak aan. „Luis
ter", zei ze, „je moet me vertellen, wat je weet,
van wat er dien avond voorviel." Haar stem
was laag en toonloos. Lloyd zag haar aan en
werd door angst bevangen.
„Ikik heb het je al verteld, toen ik
dien avond thuis kwam."
„Hoe wist je het?"
Lloyd's hart stond een moment stil, klopte
toen weer heftig. Op zoo iets was hij niet
voorbereid. En zijn hoofd deed hem zoo'n
pijn, dat hij niet denken kon. Hij moest nu
iets zeggen, om te voorkomen, dat de verden
king op hem zou vallen, maar wat moest hij
zeggen? En zijn hart
„En hoe wist je het?" herhaalde Virginia,
maar nu brak haar stem haast.
Lloyd vatte moed. „Ga heen", riep hij op
nieuw, „en laat dat gordijn neer, zeg ik je!"
Virginia richtte zich op. Er lag ongetwijfeld
angst en ontzetting in haar broer's gezicht. Ze
wist, dat hij geld noodig had gehad. Haar hee-
le ziel vocht nu voor haar liefste. Zelfs haar
broer scheen voor haar niet meer te bestaan,
alleen de persoon, die iets van dien avond kon
vertellen.
„Lloyd", fluisterde ze en ze boog zich over
zijn bed, tot haar groote oogen in de zijne
schenen te branden. „Lloyd, jij hebt het snoer
weggenomen!"
Hii schoof van haar weg, zonder zijn oogen
af te wenden. Wat had ze ontdekt? Wat kon
ze weten? Maar hij kon op deze vragen geen
antwoord vinden. Toen herinnerde hij zich
Jackson's brief. Zou Jackson terug zijn? Had
hij haar geschreven? Zou 't eenig nut hebben
te ontkennen? Als ze het toch wist?
Maar Lloyd's hersens speelden hem par
ten. Hij kon niet denkenHij kon' alleen
maar liggen en haar aanstaren tot hij door
naar starren blik tot spreken gedwongen
werd.
„Jackson heeft het je verteld", fluisterde
hij.
Virginia keek nog een oogenblik op hem
neer, terwijl het licht in haar oogen verdoof
de.
LloydLloyd!" kreunde ze. Toen keerde
ze zich om, strompelde naar haar kamer en
wierp zich met brandende oogen op haar bed,
waar ze langen tijd bleef liggen.
HET DONKERSTE UUR.
Een goed uur later stond Virginia lang
zaam van haar bed op, en ging weer naar
Lloyd's kamer terug. Hij lag daar nog net zoo
als ze hem had verlaten, starend naar den
muur.
In weerwil van alles werd Virginia van
droefheid vervuld, toen zij de doffe wanhoop
in zijn gezicht zag.
Als 't nu iemand anders was geweest te
genover wien Lloyd zoo gehandeld had, dan
zou ze geprobeerd hebben hem te troosten,
maar om Jackson's leven en het hare te ver
woesten, alleen omdat hij bang was voor de
gevolgen van zijn daad, was wel verregaand
egoïstisch en wreed.
„Ik geloof, dat je beter doet mij alles te ver
tellen", zei ze.
En na een oogenblik keek Lloyd haar met
een moedeloozen doffen blik aan, en ver
telde wat er dien avond was gebeurd. Hij ver
telde ook van Gloria Fanwick, hoe zij erop
had aangedrongen een paarlensoer te krijgen
en hoe hij dat had gestolen, waarna hij bang
voor ontdekking, het in Jackson's jaszak had
weggemoffeld, Van het moment dat ze weg
gegaan was, waren zijn hersens weer lang
zaam gaan werken en was hij zich bewust
geworden dat zij het nu wist. Hij kon haar
beter alles zelf vertellen voor ze het verhaal
van iemand anders hoorde.
Virginia luisterde totdat hij Klaar was. Toen
stond ze op, en keek op hem neer. „Ik zal voor
ie doen wat ik kan. Lloyd" hernam ze. „Maar
je moet het rechter Kent ook vertellen, er
moet nu klaarheid komen."
Lloyd bleef een poos stil liggen, voordat hij
antwoordde.
Hij had een vaag gevoel dat dit 't einde voor
hem beteekende. Maar hij wist nauwelijks wat
hij zei, toen hij begon te spreken.
„Je zult wel voor me doen, wat je kunt, hè?"
spotte hij. „Maar ik denk niet, dat het noodig
is. Maak je om mij niet bezorgd!"
Virginia keerde zich af. De werkelijke be-
teekenis van die woorden drong op dat
oogenblik niet tot haar door.
Ze liet hem alleen en ging naar haar kamer
om te pakken, laat in den middag zou ze naar
Evansville vertrekken, om rechter Kent haar
nieuws te vertellen.
Toen ze weg was stond Llold langzaam op
kleedde zich, zijn barstende hoofdpijn ver
vloekend. Hij zag doodsbleek, zijn knieën
knikten, maar wat kwam het er op aan? Als
hij weer een inzinking moest krijgen, dan kon
hij het er eerst nog wel eens van nemen, vond
hij en zoo strompelde hij door den rustigen
namiddag naar z'n speciale hoekje in zijn ge
liefkoosde bar.
Maar in Evansville volgden de gebeurtenis
sen elkaar snel op, tot ze een crisis in het
leven van meer personen brachten. Jackson
was nu al drie dagen in arrest. Hij had geen
geld en geen andere vrienden dan de Evans.
Bob had zich niet vertoond, hoewel Jackson
wist, dat hij nu zijn toelage ontvangen moest
en de bankdirecteur kon hij nauwelijks als
een vriend beschouwen. Jacksoi *or natuui -
lijk niet vermoeden, dat Bob hem r»id had
teruggezonden en dat hij uit de stad was. en
gedurende de sombex-e uren in de gevange
nis verbaasde hij zich er over, waarom Bob
niets gedaan had om de zaak in orde te bren
gen Hij kon zich niet indenken, dat de jon
gen lang zou zwijgen. Hij had vertrouwen in
zijn oprechtheid, als de ernst van de situatie
maar tot hem doordrong, Maar hij kwam niet
er gebeurde niets en den volgenden dag zou
Jackson's zaak voorkomen.
Laat in dien middag, toen Viirginia zich met
het goede nieuws stadwaarts haastte, begaf
de dienstdoende bewaker zich in Jackson's cel
en deelde hem mede, dat meixeer Evans hem
wilde bezoeken. Jackson keek zijn cel rond.
Eén stoel, één krib, een kom en een kan en
ken gebroken kam. Hij wendde zich half
lachend tot den bewaker en zei:
„Goed, daat meneer Evans maar binnen
komen."
De deur van de cel werd geopend en even
later trad meneer, Evans binnen. Jackson
stond rechtop in de lage cel. Hij maakte een
lichte buiging maar zei niets. Hij was er nog
steeds van overtuigd dat Bob de zaak in orde
zou brengen. Hij kon toch niet weten wat er
met Bob was. Misschien wachtte hij op een
geschikte gelegenheid om alles op te biech
ten. En Jackson wilde zijn plannen niet in de
war sturen. Wat kwam het er ook op aan? 't
Kon hem niet eens veel schelen, of Bob hem
in den steek liet en zweeg en hij moest boek
houden of hennep plukken. En Bob had
zooveel om voor te leven.
„Ik ben gekomen om je te vragen", begon
meneer Evans, „of je genoeg geld hebt voor
een advocaat, om je te verdedigen, 't Is mis
schien een beetje ongewoon, maar eerlijk ge
zegd geloof ik, dat er iets achter deze ge
schiedenis schuilt en ik wilde graag, dat je
een goede kans had. De bank wil niet graag
iemand vervolgen die onschuldig is."
Hij brak af, en wachtte even, maar Jackson
zei niets en hij vervolgde: „Gedeeltelijk om je
vriendschap voor mijn zoon en gedeeltelijk
omdat ik van een eerlijke kans houdt, wil ik
het geld voorschieten zoodat je een aduicaat
kunt nemen."
Jackson keek aan. ,,'t Is vriendelijk van
u, meneer Evanc", zei hij, ,,en ik waardee.- ir*
edelmoedig aanbod ten zeerste, maar ik zal
mijzelf verdedigen. Er is feitelijk geen kwes
tie van verdediging, waarom dus geld weg
gooien voor een advocaat? Daarbij zou ik het
u waarschijnlijk niet terug kunnen betalen."
(Wordt vervolgd.)