Menu van de week Eenvoudige VAN AMERONCEN'S DAMES HOEDEN MAGAZIJNEN Nieuwe Uitgaven RADOX Margaretha Verwey zeventig jaar Avond- toiletjes Recept en DONDERDAG 21 OCTOBER 1937 HAARLEM'S DAGBLAD 12 lM)HORKt)HT Een blik in verleden en toekomst rijden, waardoor de voeten veel minder dan in vroeger jaren worden gebruikt. De droom der dichters zal dus toch eindelijk in vervulling gaan, zij het dan ook noodzake lijkerwijs ten koste van een brokje gezond' heidl bevat meer dan honderd ver schillende aardige en vlotte modellen in alle modekleuren. Vanzelfsprekend zijn wij in de h o o g e r e prijsklassen oojc enorm gesorteerd. Zondag: Koude visch in schelpen. Wienerschnitzel. Pommes frites. Spercieboontjes. Gestoofde tomaten, Notentaart. Maandag: Kalfskarbonaden. Aardappelen. Gestoofde cham pignons. Deensche rijst. Dinsdag: Aardappelsoep. Gehakt. Andijvie Aardappelen. Vruchten. Woensdag: Vleeschcroquetje». Gebraden konijn. Appelmoes.. Aardappelen. Flensjes. Vruchten Donderdag: Vermicellisöep Hutspot. Klapstuk. Beschuit met bessensap. Vrijdag: Omelet met garnalen- ragoüt. Tong a la meunière. Aardappelen. Kropsla. Ananaspudding. Zaterdag: Biefstuk Aardappelen. Stoofperen. Montagne Russe. (Adv. Ingez. Med.) Bij Van Holkema en Warendorf te Amster dam verscheen van de hand van Mevr. R. Lotgering—Hillebrand een boekje dat past in onzen tijd van snelheid, ook in het bereiden van maaltijden, getiteld: In een half uur. Hierin worden besproken 50 volledige maaltijden, die in een half uur kunnen wor den bereid, mits er met het noodige overleg wordt tewerk gegaan. Dit wordt in de voor rede duidelijk uiteengezet, organisatie is voor dit snelle werken een eerste voorwaarde. Na bespreking van het noodzakelijke gereed schap dat altijd op dezelfde plaats te vinden moet zijn, volgen dan de menu's met hun be schrijvingen. En wie daarin leest van kalfspoulet met ma caroni, en rhabarbermoes of van gestoofde paling met groene saus en aardappelen en rijst met appelen „toe", moet toegeven dat dit heerlijke maaltijden zijn die denkbeelden oproepen aan een langdurig verblijf in de keuken. En toch kan dit in een half uurtje. Maar daartegenover licht mevr. Lotgering wel eens de hand met dat halve uur als het om „voorkoken" gaat d.w.z. wanneer er b.v. Brusselsch lof moet worden gegeten en dit in kranten of een kookmandje wordt gaar gemaakt. Daarvoor moet de werkende vrouw, die het meeste baat bij dit boekje zal vinden, 's mor gens het lof al schoonmaken en voorbereiden, tien minuten koken en in de kranten wegzet ten. Terwijl zij voor dit maal, bestaande uit Brusselsch lof, harde eieren, gestoofde aard appelen en pannekoekjes 's middags minstens nog een half uur hard werken zal noodig hebben. Dus met elkaar wel een gerekt half uurtje en zoo zijn er meer menu's: gesmoorde witte boonen met vruchten, of gehakt met aardappelen rhabarbermoes en schuim-ome- lette toe, enz. Toch geeft het boekje aardige mogelijkhe den voor menu's, al duurt hun bereiding dan ook weieens langer dan de optimistische titel der snelheid meent. Minder op vlug-vlug, maar meer op rustig overleg en bestudeeren ingesteld is het boekje van mej. Martine Wittop Koning „Wat de huisvrouw van voedingsleer moet weten", uitgegeven door H. A. v. Bottenburg N.V. te Amsterdam. In de voorrede vermeldt de schrijfster, dat zij het boekje gebundeld heeft uit maandelijksche praatjes in „Chris telijk Vrouwenleven" ten dienste van de huis- houds'teropleiding le leerjaar, die naar haar meening deze belangrijke stof wel veel me- thodischer krijgt voorgezet, maar bij wie de belangstelling vaak maar zeer matig is. Het boekje springt wel wat van den hak op den tak, maar mej. Wittop Koning heeft dit wel bewust gedaan om het geheel aantrekkelijker te maken. Moge deze nieuwe methode, die geen methode wil zijn, erin slagen het belangrijke vak dat Voedingsleer is, wat meer in de be langstelling der leerlingen te doen stijgen. De Botercontrölestations geven een bro chure uit, geschreven door mevr. C. H. A. ScholteHoek met als titel „Welke boter op het brood en in de keuken?" Duidelijk wordt ons hier aan het verstand gebracht dat alleen boter, voorzien van het rijksmerk, volledig kan worden aanbevolen nu dat wisten wij allemaal wel, elke huisvrouw zou maar wat graag vet en margarine, hoe zuiver ook, uit haar keuken bannen, wanneer de boter niet zoo'n groot deel van het huis houdgeld opslokte. Daarvan kunnen de uitgevers die de brochu re met aardige foto's verluchtten, overtuigd zijn. Voor de liefhebsters van handwerken, en meer speciaal van haken en kunstbreien, verschenen twee Beyer-uitgaven. Allereerst „Het Haken IV", gehaakte klee- den in verschillende maten, wat niet weinig vaardigheid in de kunst van haken veronder stelt. Maar de resultaten zijn dan ook vaak zeer mooi en fijn Op de twee bijvoegsels komen nog be langrijke aanwijzingen en werkbeschrijvingen voor. Het boekje" „Kunstbreien VI" vereischt een nog grooter vaardigheid in dit werk. maar het resultaat is dan ook vaak zeer fijn en origi neel. Hoewel het niet goed denkbaar is, dat een moeder met kinderen tijd zou hebben om tweepersoons-spreien te maken van kunstbrei werk of een of twee gordijnen, en daarbij haar huishouden nog prima te behartigen. Maar dat kan ieder voor zichzelf het best beoor- deelen. Ook bij dit boekje zijn werkteekeningen en beschrijvingen en wel in drie exemplaren. E. E. J.—P. ANECANC 24 FRANKESTRAAT 3-5 (Adv. Ingez. Med.) VETWORMPJES? Meng slechts geregeld wat Radox door Uw wasch- water en binnen korten tijd zijn ze verdwenen. Bij apothekers en erkende drogisten a f0.90 per pak en f 0.15 per klein pakje. (Adv. Ingez. Med.) Eigenaardige boomen. Planten, die bij ons kruidachtig of hoogstens struiken zijn zooals de lelie, de tulp. de varen, de kamper foelie zijn in Australië uitgegroeid tot boo men. Men vindt er zelfs grasboomen. Een dure orchidee. Op een onlangs ge houden bloemententoonstelling te Chelsea een voorstad van Londen was een orchi dee te zien, die een verkoopwaarde had van t 800.— ONZE VOETEN WORDEN KLEINER! Eeuw na eeuw hebben de dichters de lief lijkheid en gratie van een klein vrouwen voetje bezongen, misschien wel des te hard nekkiger omdat kleine voetjes, althans in on ze Noordelijke landen, zoo zelden voorkomen. Immers laten we 't elkaar maar bekennen: 37 is bij ons al aan den kleinen kant, 38 heel gewoon, 39 en 40 niet zeldzaam. Dat de Hollandsche vrouw op een iets groo ter voet leeft dan haar Zuidelijke zuster (en tevens natuurlijk te verstandig is om haar voeten met een klein schoeisel te kwellen!) bewijst de statistiek. In de Amerikaansche schoenindustrie heeft men nl. de gemiddelde grootte der dames schoenen al jaren vastgesteld op 37 en thans is geconstateerd, dat dit gemiddelde langzaam maar zeker daalt tot 36. Oorzaak? Het auto oorlog jarenlang een weefschool te Blaricum. We herinneren ons nog wel die eerste ja ren van weef rage: alle dames moesten plot seling weven leeren en al ging die mode ook weer spoedig voorbij, toch is het ontegenzeg gelijk aan mejuffrouw Verwey te danken, dat de weefkunst in ons land weer in eere kwam. 't Is met de handwerkkunst. die in Mar garetha Verwey haar pionierster vond, ge gaan als met alle toegepaste kunst: een tijd van fijnheid en voornaamheid en daarna de popularisatie, de vergroving. Zoo kwam in het weven de klad, doordat een fabriek, die hier belang bij had voor den afzet van haar garens, gratis kleine toestelletjes beschik baar stelde. De weverijen namen later de techniêk van het echte handwerk over en wat op het oogenblik als „handweef" in den handel wordt gebracht, is voor 't overgroote deel fabriekswerk. „En dat", zegt mejuffrouw Verwey, is ook heelemaal niet erg. Want de menschen krij gen dan toch iets beters in huis dan vroeger, al is het geen echt handwerk. Wat ik echter heel jammer vind is het verloren gaan van al die mooie handwerktechnieken, die wij met zooveel vreugde opnieuw hebben ont dekt. Op de Lagere School worden ze niet geleerd alleen het kunstnijverheidsonderwijs heeft ze nog vastgehouden. En nu ligt het kunstnaaldwerk vrijwel dood: er wordt veel gehandwerkt, zeker, maar hoe? Meest is het breien, wat de da mes doen, voor 't fijnere borduurwerk is geen tijd meer. En wordt er nog eens geborduurd, dan zijn 't de leelijke goedkoope patronen van Duitschen oorsprong, die de markt over- stroomen. Waaraan schrijft u deze inzinking toe?" ,,'t Ligt alles in den geest des tijds. Wij leven in een chaos, een verwarring, zooals de wereld nog nimmer doorleefde voor een kunst die rust en bezinning vraagt, schijnt op 't oogenblik geen concentratie te zijn. En tóchkunst is eenvoudig en is dus van alle tijden: er zal weer een tijdperk komen, dat nieuwe kunstuitingen zich baanbreken. De vraag is alleen maar: is 't al de tijd, dat wij iets kunnen doen om de kloof tus- schen verleden en toekomst te overbruggen?" ..Ik ben gezond en sterk en zou nog graag mijn schouders zetten onder een nieuwe taak. Maar de kunstenaar is een kind van zijn tijd. Hij moet wachten tot de tijd rijp is om nieuwe vormen te baren. We moeten ons zelf zijn en luisteren Is deze vrouw een wonder? Och neen, want de kunst is immers eeuwig jong en dus draagt ook de kunstenaar die stil zichzelf kan zijn en luisteren naar de taal der tijden, die eeuwige jeugd in zich. R. DE RUYTER-v. d. FEER. Nu de tijd van de slip-overs weer nadert, plaatsen we nog eens een aardig model van een heeren slip-over. Gebruikt is 150 gr. Pin- guin wol en 2 pennen no. 3. We beginnen met den voorkant en zetten hiervoor 120 st. op. Nu breien we 18 toeren lr. verdraaid, 1 aver, en teruggaande de aver, iverdraaid. Daarna beginnen we aan de blokken: 8r. 8a. We breien hiervan 3 toeren, en de 4e toer wordt 8r. 2a. lr. 2a. lr. 2a.en weer 8r. Terug gaande breien we recht wat averechts was en omgekeerd. Dit doen we 10 toeren, waarna we weer 3 toeren 8r. 8a. breien. Nu is een blok af. In het averechtsche glok komen als het ware twee rechtopstaande streepjes van recht, elk 10 toeren hoog. Deze rechte streepjes worden imet een maasnaald en een draad van de zelfde kleur in het midden aan elkaar genaaid, waar door het aardigste effect ontstaat dat op de foto te zien is. Na 16 toeren verspringen de blokken: recht komt boven averecht en om gekeerd. Na 7 blokken beginnen we met het arms gat: hiervoor kanten we aan weerszijden 16 st. af (5—4322). Dan nog 8 toeren breien en het werk in tweeën splitsen. Middenvoor breien we nu elke 3e pen 2 tezamen tot er nog 28 st. over blijven. Deze nog 4 maal breien en dan de schouder schuin opbreien d.w.z. van den hals af eerst 21 st. breien, dan 14 st. en dan 7 st. Afkanten. Den tegenovergestelden kant breien we na tuurlijk spiegelbeeldig. Rug. Den rug breien we als den voorkant maar na den boord beginnen we met het averechtsche blok, zoodat er bij den zijnaad geen twee gelijke blokken tegen elkaar komen Bovenaan natuurlijk geen split, maar opbreien tot den hals en dan in het midden 80 st. op 'n draadje rijgen voor den hals. De overige 28 st. van den schouder aan weerszijden op breien als boven. Nu breien we den hals op 4 dunnere pen nen. We nemen de 30 st. van den hals achter op en nemen verder aan weerszijden zooveel steken op, tot er 150 st. op staan. In het midden aan den voorkant breien we bij eiken toer aan het begin en aan het eind 2 st. te zamen. Na 6 toeren kanten we niet al te stiif af. We nemen nu de lussen van het armsgat op en zorgen dat we er zooveel st. bijmaken, dat er 150 st. op de pennen zijn. Weer 6 toeren breien en afkanten. Zooals altijd naaien we het werk op de ma chine aan elkaar en strijken alles onder een vochtige doek glad. Sp.—Th. VEGETARISCHE MENU'S. 1 Witte boonensoep. 3 Kaascroquetten. Roereieren. Aardappelen in de Spinazie schil. Aardappelen. Andijvie. Botersaus. Gesmolten boter Compote. Stoofperen 2 Tomatensoep. 4 Macaroni met kaas Groene erwten. Spruitjes en kastanjes Peterseliesaus. Aardappelen. Aardappelen. Koude boter. Vruchten. Vruchtengruel, Koude visch in schelpen. Gekookte zalm, kabeljauw of tarbot van de graat nemen en in nette stukjes verdeelen.De schelpen hiermee gedeeltelijk vullen en de visch met mayonaise bedekken. Ze garnee- ren met een randje zeer fijn gesneden s" een randje gaar gekookte, in plakjes gesne den, gemarineerde wortel en met wat gema rineerde doperwten. Notentaart. Benoodigd 6 eieren, 180 gr. suiker, 100 gr. ge pelde noten. 40 gr, paneermeel. Voor het vul sel: 100 gr. chocolade (reepen), 120 gr. boter, 100 gr. poedersuiker. De eidooiers met de suiker roeren tot de massa dik en schuimig is. De noten, die ge peld en gemalen zijn, er door mengen, dan een klein gedeelte van het stijfgeklopte eiwit toevoegen, het paneermeel, en de rest van het eiwit er zoo luchtig mogelijk mee vermengen. De massa overdoen in een met boter inge smeerde springvorm en de taart in een niet te warme oven gaar bakken. De taart af laten koelen en doorsnijden. Voor het vulsel de boter tot room roeren, de suiker er doorroeren en 1 klein ei er bij doen.. De chocolade in stukjes breken en op stoom week later worden. Daarna door de rest van het vulsel roeren, gedeeltelijk tusschen de taart uitstrijken en gedeeltelijk den bovenkant enden wand van de taart er mee bestrijken. Deze garneeren met halve, gepelde noten. Pionierster van het kunstnaaldwerk Heerenslip-over VOOR BESCHEIDEN BEURZEN. Welk een voldoening om ze zelf te hebben gemaakt! De wintermode brengt zulk een rijke ver scheidenheid van mooie, degelijke materia len, dat veel garneering op onze avondtoi letjes niet noodig is. En daarom wordt het voor de vrouw van goeden smaak gemakke lijker dan vroeger om zelf haar avondjapon te maken. Een werkje, dat natuurlijk niet gemakkelijk is, maar zeer zeker groote vol doening geeft! Onze teekening wil u een beetje op weg helpen: Voor het figuurtje links boven werd een toiletje gekozen in naturelkleurige shan tung een materiaal, dat in den aanschaf niet duur is. De garneering bestaat uit ge rolde strooken van helroode shantung, langs hals, armen en zoom aangebracht. Het fi guurtje in het midden draagt een toiletje van zwart fluweel. Aan de voorzijde sluit de japon hoog tegen den hals. De wijde mouwen en de rug werden van kant vervaardigd en eenigszins gerimpeld aan de rugzijde der ja pon bevestigd. Aan de voorzijde wordt de mouw bijwijze van raglanmouw in de japon gezet. Rechts onderaan een japonnetje van ge bloemde kunstzijde. De breede ceintuur, die de eenigszins verhoogde taillelijn suggereert, is evenals half-afwerking en rokzoom van effen zijde in de hoofdtint der japon ver vaardigd en met stiksels versierd. De knoop jes aan hals en ceintuur zijn met fluweel overtrokken. Margaretha verwey, de Neder- landsche pionierster voor kunst naaldwerk, heeft op 18 October haar zeventigsten verjaardag ge vierd. Is dat geen reden voor een stille hul de? Voor het even trekken in de openbaar heid van deze krachtige persoonlijkheid, aan wie de vrouwenwereld zooveel schoonheid dankt? Mejuffrouw Verwey wil mij, op mijn ver zoek, gaarne een onderhoud toestaan, niet omdat haar verjaardag' zoo erg belangrijk is. zeide zij, maar wèl om het werk, waaraan zij zoovele jaren lang haar hart en krachten wijdde, weer eens even naar voren te bren gen. En zoo zit ik dan tegenover haar en ik zie met blijdschap en lichte verwondering: de krachtige gestalte, het sterke, gezonde ge laat van een vrouw, van wie het moeilijk is aan te nemen, dat zij aanstonds zeventig wordt. Margaretha Verwey is nog niet oud, zooals zij het zijn, die slechts leven in wee moedige herinnering aan voorbijgegane vreugden. Wel denkt zij met blijdschap terug aan den heerlijken en spanningsvollen tijd, toen haar werk zijn grooten bloeitijd beleef de, maar zij weet. dat het leven nimmer stil staat, dat in schijnbaren neergang nieuwe opgang verborgen ligt. En alle kunst is im mers tijdsuiting! Zuster van den dichter Albert Verwey en reeds in haar jeugd levende in den fel be wogen kring der tachtigers, meevoelend hun strijd en overwinning, zag zij. hoe uit het woord de daad groeide, hoe architectuur en kunstnijverheid banen zochten, waarin het nieuwe leven zich kon uiten. Berlage bracht haar in aanraking met Rueter, LebeauDijssel- hof, mevr. Derkinderen-Besier, en mede door dezen omgang voelde zij langzamerhand de roeping in zich ontwaken om ook het groote en belangrijke gebied van het vrouwenhand werk te bezielen met dien nieuwen geest. Mejuffrouw Verwey had toen een hand werkzaak te Amsterdam, een traditioneele zaak. waar de dames patronen voor hand werkjes konden koopen; alles Duitsche im port:' stijf, smakeloos en weinig fraai. Ber lage zei er van: „Je moest je schamen voor dien rommel". Nu. Margaretha Verwey schaamde zich eigenlijk al lang en deze openhartige uiting gaf een nieuwen stoot tot de daad. Weldra volgde zij een ontwerpcursus van Lauweriks en de Bazel en begon zij zelf ontweroen voor haar handwerken te maken. Margaretha Verwey. 't Werd een groot succes en de Amsterdam- sche zaak, weldra gevolgd door een filiaal in Den Haag, kende vijftien jaren van grooten bloei (pl.m. 19001915). Allerlei oude verge ten technieken, die in vroeger eeuwen met zooveel kunstzinnigheid waren toegepast, werden opnieuw beproefd en bovenal stelde mejuffrouw Verwey zich tot taak. het schep pen van een volkomen harmonie tusschen stof, werkdraad, lijn, kleur, en ornament. „Harmonie" zoo zegt zij het in haar in 1911 verschenen werkje „Het handwerk als kunstuiting" „wil zeggen: eenheid bren gen in de verschillende factoren; de ver schillende elementen met fijngevoelde juist heid zoo op elkaar laten inwerken, dat ze te zamen een eenheid vormen. Iedere stof vraagt haar eigen versiering; zoo leent zich bijv. het linnen bijzonder goed tot versiering met stiksteek en kruissteek in eindelooze va riaties past men echter deze technieken toe op gekeperd katoen dan staat het weefsel in den weg en krijgt men een onharmonisch geheel". Ook tot andere takken van hand werk strekte zich haar baanbrekende werk zaamheid uit: zij legde zich toe op Smyrna, kralenrijg- en weefwerk (band en kaart- weven), was bijv. de eerste in ons land die een grooten weefstoel had, en leidde na den

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 14