Nederland verliest van Frankrijk (23) SPORTBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD Het legioen zweeg Het Schaaktournooi ROLLADE. MAANDAG 1 NOVEMBER 1937 HAARLEM'S DAGBLAD 5 HET was gistermiddag beangstigend stil in het Olympische Stadion. Of schoon er toch wel 35 a 40.000 raen- schen waren, van de verminderde belangstelling voor voetbal viel dus niet veel te bemerken, werden er haast geen gezamen lijke spreekkoren aangeheven, zooals we die van vroegere wedstrijden kennen. Hier en daar zaten plukjes Franse-hen die met Zuidelijk enthousiasme probeerden om wat leven in de brouwerij te brengen doch zij waren te gering in aantal om hierin te sla gen. Getooid met Fransche vlaggetjes zaten zij dapper te zwaaien ente genieten. want de Fransehen gaven hun supporters heel wat meer reden tot juichen dan de Hol landers. Voetbal Rechts: Het Fran sche elftal, dat zulk een uitstekenden wed strijd tegen de Oranje- ploeg speelde. Links: De Neder- indsche ploeg. Var nks naar rechl taande)Halle, We •er, Caldenhove, Pelli ;aan, Anderiesen ei Paauwe. Knielend ,Vels, Vente, Smit, Vai. te Hastings Naai- wij vernemen zal ook Paul Keres deelnemen aan het jaarlijksche Kersttour- nooi te Hastings. Dit tournooi is met Flohr, Reshevsky, Fine en Keres wel zeer sterk be zet. Naar men weet spelen in het hoofd- tournooi van Hastings altijd vijf buitenland- sche meesters en vijf Engelsche schakers. In verband met het feit, dat Vera Menchik de zer dagen gehuwd is en thans de Engelsche nationaliteit heeft verkregen, zal haar plaats de laatste jaren kwam zij te Hastings vrij wel altijd uit nu door een anderen buiten- landschen meester kunnen worden inge nomen. De Nederlandsclie doelverdediger Leo Halle wordt door een verheugden Franschman gepasseerd. werden dan ook benut. Toen bleek, dat die Franschen toch werkelijk niet zoo ondoor dringbaar waren, maartoen was het te laat. (De Neurenbergsche Lydia XVahl heeft te Stuttgart het Europeesch kampioenschap kunstrijden op rol schaatsen behaald). Toch was er dikwijls een periode van Hol- landsch overwicht, die de Fransche dame naast mij vele gilletjes ontlokte, gelukkig voor haar echter leverden die aanvallen buiten een paar corners niets op. Het aantal corners in dezen wedstrijd was trouwens opvallend groot, voor de rust wer den er niet minder dan negen op het Fran sche doel genomen, maar het resultaat bleef ten eenenmale uit. Men werd ongeduldig door het te korte, Hollandsche spel, dat bij voorbaat gedoemd was om tegen de hechte Fransche verdediging- te pletter te loopen. De goede stemming wilde noch op het veld noch op de tribunes komen en de echte in terlandsfeer werd wel erg gemist. Dat was trouwens toch opvallend, dit totale gemis aan sfeer gedurende den geheelen wed strijd. Of het nu kwam doordat men geen ver trouwen in het Nederlandsche elftal had, of dat men misschien Bakhuys toch miste, in het veld deed men dat zeker, het was en bleef een matte wedstrijd. De critiek bij het kopje koffie in de rust was dan ook niet malsch en hoe gul men bij vroegere wedstrijden ook was met bijval, thans deugde er natuurlijk niets van. Vooral Vente moest het ontgelden, nu had de Feijenoordman Zondag zeker een off-day want hij deed letterlijk niets goeds. Had men aanvankelijk nog hoop gekoes terd dat tenminste na de hervatting het zoo bekende Hollandsche kwartiertje zou aan breken dan kwam men toch bedrogen uit. De Nederlandsche voorhoede volhardde in het te korte spel tot wanhoop van een klein jongetje achter me dat zijn keel schor schreeuwde om open spel. En ofschoon kleine schreeuwende jongetjes altijd irriteerend werken kon ik ditmaal niet nalaten hem volkomen gelijk te geven. Als dan nog tot overmaat van ramp Halle een bal onder zich door laat schieten daalt de stemming heelemaal tot onder het nulpunt-. Gelukkig is Smit dan zoo vriendelijk met een prachtig schot het Legioen ten minste eenige reden tot juichen te geven. Zou het toch nog gelukken? Maar nee, als Weber Courtois kalm laat passeeren in de veronderstelling dat het off side was is de Hollandsche hoop in rook ver vlogen. Wel verkleint Smit nog den achterstand en begint het Legioen een zwakke poging te doen om de spelers wat aan te moedigen, maar het baat niet meer. De Gallische haan heeft victorie gekraaid en het Legioen heeft kunnen zien dat het Nederlandsche voorhoede-experiment mis lukt is. B. K. P. De nationale voetbalploeg uit het land van Napoleon en Bakhuys (of hoor ik de volgorde om. te keeren?) is naar Amsterdam gekomen, om te trachten den smaad van een rijtje nederlagen in vorige jaren uit te wis- schen en het resultaat is geweest, dat zij den onzen een voetbal-les hebben gegeven, die nog wel heel veel min of meer deskundige pennen en tongen in beweging zal brengen. Hetgeen dan goed zal zijn, want ook deze les verdient, goed geleerd te worden. Frankrijk heeft gewonnen, en verdiend ook. Het verschil in doelpunten is tot het kleinst mogelijke beperkt gebleven en het verschil was dan ook inderdaad in het veld niet groot. Onze ploeg speelde in het veld maar weinig beter. Het lag intussehen in verscheidene factoren en de -voornaamste daarvan was: het spel van de middenlinies. Hoewel zeker niet gezegd kan worden dat de Nederlandsche middenspelers slecht waren, hoewel zij zelfs stuk voor stuk af en toe uitstekende dingen heb ben gedaan, schoten zij in een zeer belang rijk opzicht tekort en de Fransche middenlinie was daar, om ter plaatse dit schromelijk te kort aan te toonen. Wanneer de Nederland sche voorhoede aanviel, moest zij den steun van. een 'mee ten aanval trekkende midden- linie ontberen en wanneer de Franschen aan vielen hadden zij niet alleen hun eigen midden linie als stuwende kracht achter zich, maar hun voorhoede vond vlak bij het Nederland sche doel meestal alleen de backs,, daarmee een bewegingsvrijheid verkrijgende, die de Nederlandsche voorhoede bij haar aanvallen nooit ten deel viel. De Fransche middenspelers verdedigden, als het noodzakelijk was, vlak voor hun eigen, doel en zij trokken niettemin onversaagd en onvermoeid mede ten aanval, hun Neder landsche collegas opereerden in het midden veld. Zij vertoonden daar vele knappe staal tjes van voetbaltechniek, maar het eind was, dat zij meestal op korten afstand slecht, of op langen afstand nog slechter 'plaatsten. Het plaatsen van alle drie was, onvoldoende en in de voorhoede leed Vente, in de achterhoede Caldenhove ook erg aan die kwaal. Laat ik ten aanzien van den laatste er onmiddel lijk aan toe voegen, dat dit de eenige. fout van den Am sterdammer was. Hij heeft wel het aller meeste werk ver zet in de oranije- plbég en hij deed dit, op het plaatsen na, prachtig. Maar we zijn nog niet aan het einde van de tekortkomingen. Er werd in 't grootste deel van den wedstrijd door de onzen te klein gespeeld. Dit leverde af en toe een aantrek kelijk schouwspel op. maar het eindigde, vooral in de eerste helft steeds weer op dien mum van Fransche verdedigers, die absoluut ondoordringbaar ieek en voor de rust dan ook bleek. Het was in de eerste helft bepaald ontmoedigend voor de toeschouwers. Zeker twintig minuten lang viel Nederland in deze periode vrijwel onafgebroken aan en eigen lijk zag het er geen oogenblik naar uit, dat er een succes uit zou komen. De Fransche ver dediging was een rots gelijk en onze mannen speelden hun in de kaart. Feitelijk kreeg geen enkele Nederlandsche voorhoedespeler een bruikbare kans in de eerste helft en daar mede is het spelsysteem toch wel veroordeeld. Er was hiervoor echter nog een oorzaak en wel, dat het Nederlandsche tempo, vooral te gen deze hardgetrainde Fransche beroeps voetballers te langzaam was. De Fransche middenlinie kreeg te gemakkelijk gelegen heid zich terug te trekken, wanneer het Fran sche doel in gevaar kwam. Na de rust, toen het spel meer opengehou den werd, kregen de onzen wel kansen en deze Het Dames-Hockey-elftal van B. D. H. C. Eerste rij v. 1. n. r. de dames Roos, Roossen, Kerkhoven. Tweede rij De Vletter, De Roos, Dorsman. Derde rij T. Mulder, W. Mulder, v. d. Heijden, Webster, De Groot. Misschien zullen er thans scribenten zijn, die verklaren: Nou, wat heb ik gezegd. Die oudjes, als Van Heel en Anderiesen moeten eruit. Die kunnen niet meer mee. Inderdaad kon Anderiesen niet den geheelen wedstrijd meer mee, althans niet met een goede opvat ting van zijn taak. En het zwerverswerk is Van Heel ook wat te machtig gebleken. Maar ik besef tenvolle, voor welk een moeilijke op gaaf de Technische Commissie stond. Had zij nog meer debutanten in de ploeg opgenomen, dan zou de mislukking nog wel erger ge weest kunnen zijn. Intussehen is het wel gebleken, dat er noodzakelijk wat verjonging in de ploeg moet komen en de omstandig heden brengen mee, dat hiervoor nu wel een zeer gunstige gelegenheid op handen is. Wan neer Nederland binnenkort te Rotterdam tegen Luxemburg speelt, is er alle aanleiding tot experimenteeren. Het kan volkomen mis- lukkén. want een uitblinkend clubspeler is no2' geen succes voor het Nederlandsch elftal. Maar, zoo ooit, dan moet het nu geprobeerd worden tegen Luxemburg, met een vervanger voor Van Heel en voor Anderiesen en het is niet meer dan billijk dat men Dijkstra dan ook zijn kans geeft tusschen de palen. Niet zoozeer om den vreeselijken blunder van Halle, die ons Zondag het tweede Fransche doelpunt kostte, want zulk een moment kan eiken doelman overkomen, maar om het ge zonde principe, dat men tijdig den jongeren gelegenheid moet geven te toonen. wat zij waai-d zijn. Het experiment Dijkstra lijkt mij al zeer ongevaarlijk. Als ik van de spelers nog wat mag zeggen, aan is het dit. De backs kunnen voorloopig nog rustig gehandhaafd blijven, Pellikaan herstelde zich na een slecht begin, maar plaatst nog altijd even slecht, Paauwe vol deed zonder meer, Anderiesen dient te wor den vervangen, omdat het tegen een jonge felle ploeg niet meer geheel mee kan ko men. Bergman maakte een goed debuut. Hij was een der weinige werkelijk felle spelers en dat is een vingerwijzing op zichzelf. Het expe riment Van Heel is niet gelukt. Smit was ver uit de beste voorspeler en zeker de knapste voetballer van het -geheele team, zijn beide doelpunten, maar vooral het eerste) waren juweeltjes. Vente viel tegen en Wels verdient dat hij zijn plaats behoudt. Maar de hoofdzaak is deze: de ploeg moet de felheid tenagvinden, die haar vorige jaren de overwinningen bracht. Spelers als Van Heel en Anderiesen, hoe geroutineerd en knap ook, zijn voor het bereiken van dit doel een beletsel geworden. Toen ik buiten het Stadion kwam, pas seerde ik een venter die met groote actualiteit een blaadje te koop aanbood met deze aan prijzing: Wij missen Bakhuys! Ik weet niet, welke smeuïge „onthullingen" ik gemist heb, door zijn product niet te koopen, maar wel weet ik, dat Bakhuys ons op dezen Zondag de zege niet zou hebben bezorgd. Voor de rust zou ook hij geen kans hebben gekregen en na de rust heeft Smit twee doelpunten ge maakt. die misschien anders van zijn voet zouden zijn gekomen. En misschien ook niet. Frankrijk heeft de kleine zege op oranje verdiend, omdat het feller en intelligenter speelde dan onze ploeg, die in handigheid van balbehandeling alleen baas was, maar daar mede niet genoeg doelpunten maakte. De dame, wier portret hierboven In fraaien stand is afgedrukt, Is een. wie alles, wil 't gelooven, Perfect, op rolletjes, gelukt. Zij blijft ter been in alle standen, Voor 't kampioenschap ingedeeld Van alle Europeesche landen, Heeft zij den fraaisten „rol" gespeeld, Zij deed het rolvaster dan allen, Die rolden op de gladde baan, Z' is nimmer uit haar rol gevallen, Doordat z' oprecht recht op bleef staan. Het was een sierlijke vertooning, Die niemand anders na kon doen, En, als een passende belooning, Kreeg zij den titel: kampioen. 'k Geloof, als ik eens met die dame, Een keertje aan den rol wou gaan, Dat zeker iemand, ik met name. Een heele vreemde schaats' zou slaan. P. GASUS.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 9