GASBESCHERMINGS-OEFENINGEN
OM EEN KIND
De commissaris der Koningin in Overijssel, mr. A. E. baron van Voorst tot Voorst, verrichtte Woensdag de sluiting
van de «Oortjessluis» bij Buurse, waardoor de scheiding tusschen het Schipbeek- en Reggegebied tot stand kwam
De strijd in Sjanghai. Een der stukken van het Chineesche lucht
afweergeschut in stelling tijdens den wanhopigen strijd der Chineezen
tot het behoud hunner stellingen
Gasbescherming. De Haagsche gemeente-bedrijven organiseeren een
cursus in gasbescherming, waaraan door alle takken van het bedrijf wordt
deelgenomen. Een aardig snapshot in de omgeving van Houtrust
H M. de Koningin woonde Woensdagavond met Haar gevolg In Diligentia
te Den Haag een gedeelte van de zanguitvoering bij, welke ter gelegenheid
van het 80-jarig bestaan der Kon. Nationale Zangschool gegeven werd
Na afloop van de plechtige sluiting der «Oortjesslnis» te Buurse door den
commissaris der Koningin in Overijssel, werd door het gezelschap in den
ouden watermolen de koffie gebruikt
Prof. dr. A H. M. J. van Rooy, rector-
magnificus der Gem. Universiteit te
Amsterdam, die overleden is
De Koning en de Koningin van Engeland woonden
deze week in het Palladium te Londen een concert
bij ten bate van de oud-strijders 41
jongen, die nu zijn verlangens
lijstje gaat opmaken voor al het
begeer enswaardige, wat het
komende feest hem kan brengen
Schout-bij-nacht H. Ferwerda, com
mandant der Zeemacht in Ned. Indië,
is bevorderd tot vice-admiraal
FEUILLETON
ROMAN VAN NORBERT GARAI.
Nadruk verboden.
2)
De slanke, sportief uitziend Nicolle impo
neert beduidend meer dan de kleine, tengere
Kitty. Zij maakt op den vreemdeling een
zichtbaar goeden indruk. Hij staat onmiddllijk
van de sofa op, verwaardigt zich nu eindelijk
ook zijn hoed af te nemen, mompelt een naam,
die niet te verstaan is en zegt dan: „Ik ben
gekomen om een paar dingen met u te be
spreken".
„Blijft u zitten!" zegt Nicolle haastig. „Waar
gaat het om, als ik vragen mag?"
„Ik wil mijn mantel uittrekken", laat het
meisje zich plotseling weer hooren en zich tot
Kitty wendend, herhaalt zij; „Trekt u alsje
blieft mijn mantel uit!"
Kitty is wel genoodzaakt zich over de kleine
te ontfermen en haar met het warme fluwee-
len manteltje te helpen. Maar eensklaps voelt
zij tot haar intense verbazing, hoe het kind
de beide armpjes vast om haar hals klemt,
zoo stijf en zoo innig; alsof zij haar nooit meer
los wilde laten.
„Hoho, meisje, je wurgt me...."
Intusschen heeft de man weer op de sofa
plaats genomen. Hij schijnt nu den tijd ge
komen te achten iets over zichzelf mede te
deelen „Ik kom een heel eind hier vandaan"
zegt hij rustig „Het ligt in m'n bedoeling het
kind ergens in Engeland onderdak te brengen
Helaas is van mijn familieleden geen spoor
meer te ontdekken. Overleden, vertrokken met
onbekende bestemming. Ik zoek een goed
tehuis voor het kind. Het lijkt me het beste
dat ik het meer meteen hier laat!"
'Hij werpt een geamuseerden blik op het
meisje, dat met beide handjes Kitty's rok
vasthoudt en er niet aan schijnt te denken
haar „nieuwe" moeder weer los te laten. Hij
lacht even kort. „Ik geloof, dat het nog zoo'n
slecht idéé niet van mij was om hier te ko
men
De beide meisjes staren hem verbaasd aan.
Nicolle is de eerste, die haar spraak terug
vindt. „Ik hoop niet, dat u van ons denkt, dat
wij u niet willen helpen", zegt ze eenigszins
verlegen, „maar morgen moeten we helaas
verhuizen. Wij kunnen het kind onmogelijk
met ons meenemen
„Natuurlijk willen wij u graag behulpzaam
zijn om een goed tehuis voor de kleine te vin
den", valt Kitty haar vriendin bij.
Het meisje wordt stom van schrik. Zij laat
haar handjes langzaam van Kitty's rok los,
keert zich om naar den man en zegt verwij
tend: „Je hebt toch gezegd, dat ik bij m'n
nieuwe moeder mocht blijven!"
De man glimlacht zoo goedig, dat zijn stroef
gelaat plotseling veranderd schijnt. „Je mag
ook bij je nieuwe moeder blijven", knikt hij en
zich dan weer tot- Kitty wendend, zegt hij
norsch: „Om het kind in een of ander ge
sticht onder te brengen, heb ik u niet noodig.
Dat kan ik zelf ook. Het kind blijft hier!"
Het blijkt dat hij de blauwe papiertjes op
de meubels reeds bemerkt heeft, want zonder
veel omhaal trekt hij een stoel naar zich toe
en wijst grijnzend op de zegels. „Ik meen te
mogen aannemen, dat u wel wat geld kunt ge
bruiken. Heel goed zelfs. Ik zou daarom maar
liever niet zoo hoog van den toren blazen. Ad
viesbureau van Vrouwen! U schijnt niet erg
ver te zijn gekomen. Enfin, u bent nog jong.
Veel te jong. allebei!"
Hij staat op. ..Ziezoo, ik moet nu gaan.
Over een uur kom ik terug met de kleeren van
de kleine Ik zal dan meteen de napieren m.ee-
brengen".
Maar nu vindt Kitty het toch genoeg
Energiek verklaart, zij, dat zij en haar vriendin
hem gaarna in elk opzicht van dienst willen
zijn. maar daarnaast moet zij hem toch drin
gend verzoeken ook met haar positie reke
ning te willen houden. Zij hebben het waar
lijk niet gemakkelijk en ze zien heusch geen
kans de verantwoordelijkheid, die de zorg
voor een vreemd kind meebrengt, op zich te
nemen.
Het is, alsof zij tegen een beeld heeft ge
sproken. De man heeft niet eens naar haar
geluisterd. In plaats van haar te antwoorden,
treedt hij op het kind toe, streelt het lief-
koozend over het haar en zegt-: „Wees vooral
lief voor je nieuwe moeder! Good bye. dar
ling!"
Daarna tast hij in zijn binnenzak, haalt er
een stapel bankbiljetten uit en werpt die
op tafel. „Zoo, dat zal voor den eersten tijd wel
genoeg zijn, veronderstel ik. Denkt u ook niet
dames? Met voldoening constateert hij de
verbazing waarmee de beide meisjes naar de
bankbiljetten staren en van deze gelegenheid
maakt hij gebruik om haastig het vertrek te
verlaten.
Voor dat Nicolle en Kitty van hun verras
sing bekomen zijn, hooren zij de voordeur
achter den man in het slot vallen.
Op straat gekomen, wenkt de vreemde
bezoeker een taxi, waarmee hij zich naar het
station laat brengen. Daar neemt hij een
kaartje voor den trein, die tien minuten later
naar het oosten vertrekt.
Reeds na een half uur, bij het derde station,
dat de trein aandoet, stapt hij uit. Merkwaar
digerwijze is op dat moment onder den zwar
ten, slappen hoed het grijze haar van een
pruik zichtbaar en blijft de scherpe blik van
zijn oogen achter een donkeren bril verborgen.
Danny Ward.
Voor de overdekte zweminrichting in
Oxford-street loopt Danny Ward ongeduldig
heen en weer Nicolle heeft oeloofd precies om
half vijf te zullen komen Nu is het al vijf
minuten tver half vijf.
Danny drukt zijn actetasch vaster onder
den arm drentelt voor de allerlaatste maal
nog eem mgs hel front van 't groote gebouw
haalt dan geërgerd de .schouders op, gaat naar
de kassa en koopt een zwemkaart.
Haastig ontkleedt hij zich in een der cabi
nes en als zijn nauwsluitend badpak zijn ge
spierd lichaam omhult, begeeft hij zich naar
de douche gelegenheid.
Waarom zou Nicolle niet gekomen zijn?
Hij zou er zich bijna over kunnen ergeren,
doch het blijft bij een poging daartoe. Maar
al te goed weet hij, dat hij op Nicolle niet
boos kan zijn. Hij is hopeloos verlief. Ver
draaid dat is immers nog eejis een meisje.
Bij die behoeft men niet lang te overleggen of
zij de juist vrouw is om mee te trouwen of
niet.
Trouwen
Voorloopig is daaraan nog niet te denken.
Helaas, helaas! Het geld ontbreekt. En de
tijden zijn zoo moeilijk! Nicolle heeft gelijk!
Langzaam en geleidelijk moet men zijn leven
opbouwen. Niets forceeren!
Nu, haar adviesbureau voor vrouwen is ook
langzaam en geleidelijk failliet gegaan. Dat
was trouwens een allerzotst idée. Maar ja,
Nicolle had weer eens niet naar hem willen
luisteren
Danny rekt zioli eens flink uit, draait de
kraan van de douche op „koud" en haalt diep
adem. Een twee een twee
Hij mag dan voorloopig niet meer zijn dan
een slecht betaalde ingenieur bij de Estna-
fabrieken een twee dat''hindert niets
een twee een beetje geduld slechts
eens zal hij er ook wel boven op komen een
twee
Het koude water stroomt in fijne stralen
over Danny's door de zon gebruinde huid.
Deze bronskleur is een bewijs, dat. Danny zijn
tijd weet te gebruiken, want hij heeft die ge
kregen in vrije nosenblikken tijdens zijn
week-ends.
Op een klein perceeltje grond aan den oever
van de Theems staat het kleine, door Danny
zelf volgens de regelen der kunst gebouwde
weekend-huisje Het bevat slechts één vertrek,
maar dit heeft de eervolle taak zitkamer,
slaapsalet en keuken in zich te vereenigen.
Het is maar goed, dat hij zijn houten paleis
den beiden meisjes ter beschikking kan stellen,
denkt Danny. Nu weten die twee tenminste
waar zij den eersten tijd onderdak kunnen
vinden. Zij zullen natuurlijk niet zooveel geld
hebben, dat zij zich de weelde van een ge
meubileerde kanier kunnen veroorloven.
Zelfbewust, met het trotsche gevoel van
den man, die in staat is zijn verloofde een
dak boven het hoofd aan te bieden, verlaat
Danny de douche gelegenheid.
In het zwembad begeeft hij zich naar de
hooge springplank, waar hij zich plechtig de
daan. Een oogenblik later verdwijnt zijn
armen uitstrekt als een biddende Mohamme-
lichaam met een prachtige salto in het water.
Als Danny weer boven komt en met een
snelle beweging het water van het gelaat
schudt, ontdekt hij onmiddellijk het blauwe
zwempak van Nicolle. Zij staat bij de glim
mend gepoetste koperen leuning, welke het
basin omgeeft, wuift hem vroolijk lachend
toe en laat zich dan haastig langs de trap
in het water glijden.
„Hallo, Nicolle! Wat is er aan de hand?
Waarom kom je zoo laat? Daar beginnen we
toch niet mee. wat ons niet aan een af
spraak te houden?"
Het antwoord is een schaterende lach. Dan
zegt ze op geheimzinnigen toon: „Stel je
voor Danny, we hebben een kind gekregen!"
„Een kind?"
„Ja, een kind!"
„Dat begrijp ik niet. Wie heeft een kind
gekregen?"
„Wel wij. Kitty en 11c natuurlijk. Wij zijn
moeder geworden.
Danny schiet als een visch door het bassin,
pakt Nicolle bij het hoofd en duwt haar
diep onder het water.
„Maar ik houd je niet voor den gek! Het
is de volle waarheid", roept Nicolle, als zij
eindelijk weer lucht kan krijgen. Ditmaal
•ehter houd zij 7,ich op pen vpilig;en af^nnd.
Wij hebber» heusch een kind gekregen en
vijfhonderd pond bovendien!"
(Wordt vervolgd).