UNOX
1
UNOX Rookworst:
(hutfefaittetyk
G
a'
W. ALPHENAAR
ONS WEKELIJKSCH
KNIPPATROON.
ZATERP A G 27 NOVEMBER 1937
II 4 A R E E M'S D A G B E A D
7
Nieuwe notaris te Haarlem.
B. M. Brans benoemd.
Blijkens een bericht in de Staatscourant is
bij Koninklijk besluit met ingang van 25 No
vember benoemd tot notaris binnen het ar
rondissement Haarlem, ter standplaats Haar
lem (vacature wijlen D. W. van Niekerk)de
heer B. M. Brans, candidaat-notaris te Haar
lem.
De heer Brans is 17 Mei 1894 in Den Bosch
geboren. Hier genoot hij ook zijn notarieele
opleiding. In 1916 werd de heer Brans candi
daat-notaris en was gedurende drie jaar als
zoodanig te Rotterdam werkzaam. Sinds 1
October 1919 werkt hij ten kantore van wij
len notaris Van Niekerk.
Ned. Maatschappij voor Nijvèrheid
en Handel.
STADS EVANGELISATIE.
Zondagavond zal in gebouw Lange Heeren
straat 6. een buitengewone samenkomst
plaats hebben, waar in de heer ,T A. Hoeken
dijk Sr., schrijver van de bekende boeken
Verborgen Weelde en Simon Petrus, zal spre
ken.
Zang en muziek zorgen voor afwisseling.
VOORDEN-
-POLITIE RECH T E R
Buurtjes.
De juffrouw uit IJmuiden-Oost, die terecht
moest staan, omdat ze een andere juffrouw
zou hebben uitgescholden, was niet iemand
die stiekum thuis bleef, teneinde zich niet
te moeten verantwoorden. O neen. Nauwelijks
toch had ze de dagvaarding ontvangen en
daarop gelezen, dat ze Vrijdag moest komen
of ze maakte zich reisvaardig, maar ze had
aalleen op Vrijdag gelet en niet op den datum
zoodat ze reeds de vorige week aanwezig was
Natuurlijk moest ze toen weer terug, maai
ontmoedigd was ze niet, want ze verscheen
even paraat nu, als een week geleden. De
juffrouw toch, ofschoon de beleedigster
voelde zich, zooals 't gewoonlijk gaat, zeer
in haar recht, want al gaf ze toe, leelijke
woorden te hebben gebruikt, zoo waren dat
eigenlijk de voortbrengselen van een over-
kropt gemoed, want zij was degene aan wie
het leven lastig gemaakt werd. De kinderen
van de buren wezen haar altijd na en lach
ten haar uit; als haar wasch buiten hing
sprak men van de vodden, die aan de lijn
hingen en haar buurvrouw aan den anderen
kant, die een zuster was van de juffrouv
waar het tegen ging, zou zelf gezegd hebben
dat ze met haar familie niets ophad. En zoc
kwam het een keer tot woorden, toen ze bij
buurvrouw aan 't sproeien waren en toen had
deze gezegd: „Denk om je hartkwaal 1", waar
op zij had geantwoord: „Denk om je nier! 't
Was beter dat de dokter je tong had uitge
sneden dan je nier".
Als er zulke vriendschappelijke gesprekker
gevoerd worden, wijst dit op een geladen at
mosfeer en veel is er dan niet noodig om een
uitbarsting te krijgen. Dat weinige was in dh
geval eeiiig waschwater.
De juffrouw had gewasschen en stortte hei
vuile zeepsop over haar straat uit maar dat
kroop onder de schutting door en kwam bij
•buurvrouw.
Nu is, volgens den officier, in IJmuider
en in Zaandam een stroompje vuil water een 1
onoverbrugbare stroom en het gezegde: ,,'t
Is maar vuil water dat je deur voorbij loopt"
gaat daar niet op. Mag er bij andere oor
zaken nog hoop op verzoening zijn, vuil wa
ter over het straatje spoelt alle hoop weg
Zeker, het is niet prettig vuil zeepsop van
een ander onder je schutting door te zien
kruipen, zelfs al wordt dit, zooa-ls hier ge
beurd zou -zijn gevolgd door blauwsel- en
chloorwatef ter desinfectie, maar de schuld
ligt misschien aan de structuur van de
straatjes, het ontbreken van putjes, of wat
dan ook.
Dit gelezen hebbende, zou men misschien
gaan veronderstellen, dat de buurvrouw bi;
het zien van het zeepsop vinnig zou zijn uit
gevallen, wat de andere juffrouw trouwens
beweerde, maar 't is merkwaardig hoe keurie
netjes sommige menschen reageeren.
Zoo zei buurvrouw dan ook, dat ze slechts
vriendelijk over de schutting had geroepen
„Juffrouw! Is u daar? en geenszins „viezerik'
of zoo iets.
Maar dat viezerik zou de andere juffrouv
als antwoord gezegd hebben met heel leelijke
woorden aan het adres van de 15-jarige doch
ter, die ook als getuige verscheen en het be
vestigde Eigenlijk was dit het hoofddeel dei
klacht, maar nu deed zich het merkwaardig
geval voor, dat, schoon die leelijke woorden
niet werden ontkend, er geen veroordeeling
kon volgen, omdat de vader had moeten kla
gen en slechts de weersproken minder-erge
scheldwoorden tegen de moeder bleven over
Daarvoor kreeg de juffrouw-f 5 boete en hel
scheen, dat ze blij was voor die f 5 haar harl
te hebben kunnen luchten.
Meer buurtjes.
Volgden twee dames uit Hi-llegom, die door
het noodlot ook waren aangewezen om naast
elkander te wonen en om thans naast el
kander voor de reohterstafel te staan, de een
als getuige, de ander als beklaagde. De eer
ste zei, dat, toen zij op straat stond, de an
d-er naar haar toe was gekomen en haar zoo'n
stomp tegen den schouder had gegeven, dat
ze er drie dagen lang pijn van gevoeld had.
En waarom?
Nergens anders om dan dat de getuige op
straat met de schoonzusters der andere had
gesproken en dat deze daarin een kwaad
sprekerij aan haar adres had gezien, terwijl
zij, getuige, er geen oogenblifc aan gedacht
had kwaad van de juffrouw te spreken.
Maar nu trok de ander van leer, beweerde
dat getuige haar kinderen met aanvallende
bedoelingen op straat was nageloopen, en dat
toen zij er bij kwam, zij van getuige eerst een
duw kreeg en daarop had terug geduwd.
Getuige zou uitermate verheugd geweest
zijn, dat er een proces zou komen en wel die
vreugde geuit hebben door te zingen: „Wie
zal dat betalen?", hetgeen alles zeer natuur
getrouw werd weergegeven, z-oodat we het
zeldzaam verschijnsel van een zingende dame
in de beklaagdenbank hadden.
De bedoelde schoonzuster was als getuige
gedagvaard, maar had zich schriftelijk ver
schoond, zoodat er maar één getuige over
bleef, wat de officier te weinig vond, zoodat
hij vrijspraak vroeg. De politierechter nam
echter in aanmerking, dat dé beklaagde had
toegegeven te hebben gestompt, waarom zij
zij f 2.50 boete kreeg.
Ze leek ook al blij met dit cadeautje, ook
zij had haar hart kunnen luchten en ver
tellen. waarom haar mans familie tegen haar
was en dat daar in eigenlijk de gram school
van alle oneenigheid.
Jhr. ir. O. C. A. van Liclth de Jeude over het
Vervoersvraagstuk.
In een der bovenzalen van café-restaurant
Brinkmann, Groote Markt, sprak Vrijdagavond
jhr. ir. O. C. A. van Lidth de Jeude, oud
minister van Waterstaat voor 'de leden vaar
het Departement Haarlem der Ned. Mij. voor
Nijverheid en Handel.
Spr. hiefld eenige beschouwingen over het
vervoersvraagstuk.
Toen in 1935 een commissie tot regeling van
het vervoer werd ingesteld, (als gevolg van
het Bezuinigingswetsontwerp), wea'd begon
nen met -het personenvervoer, dat veel min
der ingewikkeld is dan het goederenvervoer.
In het voorjaar van dit jaar kwam he't R.A.P.
(Reglement Autopersonen-Verkeer tot stand-.
Het gewestelijk belang kwam daarbij tot zijn
recht omdat een lid van Ged. Staten zitting
kreeg in de commissie, die de vergunningen
gaf. Terwijl VToeger alleen het autobusverkeer
werd geregeld werd nu ook geregeld het ver
keer met touringcars, taxi's enz.
De weigering van vergunning voor een auto
busdienst heeft wel den indruk gevestigd, dat
deze weigering geschiedde, om het spoorweg
verkeer te bevoordëelen, maar dit denkbeeld
is onjuist. Beide soorten van verkeer staan
niet vijandig tegenover elkaar, maar moeten
elkaar aanvullen. Er zijn -zelfs vele beslissin
gen geweest die voordeel gaven aan het auto
busverkeer. Overleg tusschen beide soorten
verkeer is de beste oplossing. Er hapert nog
veel aan het R.A.P. èn de leemten kunnen al
leen door bedoeld overleg verdwijnen.
Wat moet er nu gebeuren met het goede
renverkeer? De plannen zijn in voorbereiding.
Er -zal een R.A.G. (Reglement auto-goederen-
vervoer) moeten komen. Zeer vele zaken zijn
al tot stand gekomen. In dit verband her
innerde spr. aan het spoorwegtekort. Vier
voorwaarden voor -oplossing van deze kwestie
waren: de vermindering- dor kapitaallasten,
de inwendige reorganisatie, een juistere ver
houding ten opzichte van de andere takken
van verkeer en de toeneming van het "ervoer-
volume. De inwendige reorganisatie il' on
geveer 6 millioen gulden hebben opgeleverd
en ver-vulling van de andere voorwaarden gaf
vele groote voordellen. Indien de verbetering
der conjunctuur aanhoudt, dan kan, rne'ent
spr., het spoorwegtekort worden terugge
bracht tot 1/10 van wat het nu is.
Is het goed, is het niet onvoorzichtig, zoo
veel geld (27 millioen) te besteden aan de
electrificatie der spoorwegen in het centrum
des lands? Spr. meent van niet. Door de
electrificatie is de aanschaffing van 15 mil
lioen aan stoommateriaal onnoodig geworden
en is ook het personenvervoer zeer toegeno
men door de grootere frequentie. Bovendien
zal het Diesselimateriaail toegepast kunnen,
worden in de peripheric. De electrificatie is
dus wel verantwoord.
Verder is ook gezorgd voor het verkeer te
water (kanalen aanleg) en voor het vetkeer
op,den weg; aan den wegen- en bruggenbouw
is zeer veel gedaan; bovendien valt in de
laatste jaren een versnelling van de uitvoe
ring van het wegenplan te constateeren.
Voorts behandelde spr. de lasten die op het
motorverkeer drukken. Zijn deze lasten hoo-
ger dan gerechtvaardigd is? De oud-minister
gelooft wel, dat in dit opzicht de -grens bereikt
:S en verlaging van lasten toeneming van het
weg-autoverkeer zal ten gevolge hebben; dit
is tenminste zeer waarschijnlijk: deze zaak
is in studie. Maar men verge te niet, dat de
automobilisten toch ook'meer „wiaar voor hun
geld" hebben gekregen.
Wat het goederenvervoer betreft: coördina
tie zal wenschelijk zijn, maar een coördinatie
gebaseerd op overheidsvoorschriften is tot
mislukking gedoemd. De oplossing zal kun
nen worden gebracht door een coördinatie
met medewerking en onderlinge samenwerking
van de bedrijven (goederenautovervoer, beurt-
schipperij, spoorwegbedrijf), geleid en gehol
pen van overheidswege.
Een regelmatig" werkend vervoersapparaat
is noodig en ook redelijke tariefsnormen zijn
noodzakelijk. Vrije concurrentie is in het alge
meen toe te juichen, maar wanneer er sprake
is van zulke heterogene elementen ais bij het
goederenvervoer is beperking ten ze'erste ge-
wenscht.
Buitengewoon moeilijk is het waterverkeer,
meer in 't bijzonder de binnenvaart. Deze
„wilde vaart" zal niet aan te veel dwingende
bepalingen moeten onderworpen worden.
Komt er geen coördinatie voor het goede
renvervoer. dan zullen afzonderlijke bepalin
gen wor den gemaakt voor het auto goederen
vervoer.-en voor de beurtvaart, waarbij deze
Zoo moet het zijn: stamppot
met Unox Geldersche Rook
worst. Zonder deze fijnste aller
worsten is een stamppot niet
compleet. Maar ook voor de
soep kunt U zich geen betere
denken. Unox is échte Gelder
sche rookworst, van uitgezocht
fijn vleesch, op origineele wijze
bereid en gerookt. Vraagt ons
boekje met nieuwe recep
ten voor winterschotels.
GELDERSCHE ROOKWORST
UNOX VLEESCHWARENFABRIEKEN - OSS
(Adv. lngez. Med.)
twee belangrijke takken van verkeer aan den
ketting zullen worden gelegd, terwijl de derde
tak van vervoer (het spoorwegbedrijf) vrij
zal blijven. Dit lijkt jhr. van Lidth de Jeude
niet in het belang van de volkswelvaart.
Na een korte pauze was er gelegenheid tot
gedaclutenwisselingwaarvan door eenigen dei-
aanwezigen gebruik werd gemaakt. Nadat de
spreker de gemaakte opmerkingen had be
antwoord sloot de voorzitter, ir. J. H. Telders,
de bijeenkomst met een woord van dank ,aan
den inleider, die een buitengewoon ingewikkeld
onderwerp op( aangename en heldere wijze
had behandeld en vooral den ma-druk -had ge
legd op de, waarde va&.'het gemeenschappelijk
óverleg.
PROVINCIALE ZIEKENHUIZEN.
Ged. Staten hebben de volgende aanbeve
ling bij de Prov. Staten ingediend ter voor
ziening in de vacature J. Valkering Tzn. (af
tredend). als lid der commissie van bestuur
van de Provinciale Ziekenhuizen: 1. de heer
J. Valkering Tzn., te Limmen; 2. de heer L. H.
van Rooyen, te Amsterdam.
TORENTJE NOORDERKERK TE HOORN.
Ged. Staten stellen aan de Prov. Staten
voor, te besluiten, aan de gemeente Hoorn,
ten behoeve van de restauratie van het to
rentje van de Noorderkerk aldaar, een bij
drage uit de provinciale kas toe te kennen
van 15 pet. der geraamde kosten, tot een
maximum van f 525, onder voorwaarde, dat
door het Rijk voor hetzelfde doel een bijdrage
van 45 pet. dier kosten, tot een maximum
van f 1575 zal worden verleend.
25-jarig bestaan S. O. V.
Feestdag met veel afwisseling.
De Spoorweg Onthouders Vereeniging be
staat 25 jaar en dat feit is Vrijdag op feeste
lijke wijze gevierd.
Des middags had in gebouw Zang en
Vriendschap in de Jansstraat een receptie
plaats, die zeer druk bezocht werd. De voor
zitter, de heer J. H. van Seggelen, merkte in
zijn kort openingswoord op, dat in de zaal
de veteranen Van Norden, Van Eikern en
Verster aanwezig waren. Deze veteranen vorm
den 25 jaar geleden het eerste bestuur. Onder
de vele aanwezigen waren o.m.: de heer War
denburg, die een kort woord sprak, de heer De
Rooy van de afdeeling Zaandam, de heer P.
Coert, de heer Bousema namens de Geheel
onthouders Hengelaarsvereeniging, de heer
Beer van de afdeeling Amsterdam, de heer
Jansen namens den bond voor gepensionneer-
den en de heer De Haas voor de afdeeling
Utrecht.
Binnengekomen waren 19 schriftelijke ge-
lukwenschen van verschillende andere ver-
eenigingen.
Na deze receptie werd door de muziekver-
eeniging „Excelsior" een serenade gebracht.
Deze muzikale hulde, die achter het station
plaats had, trok zeer veel belangstelling, al
waar de verschillende feestvierenden weer
naar het gebouw Zang en Vriendschp trokken,
om daar het feest voort te zetten.
De voorzitter opende ook dit gedeelte met
een hartelijk woord van welkom. Hij merkte
op. dat de serenade niet na zou laten pro
paganda voor de vereeniging te maken. Tot
zijn leedwezen moest hij mededeelen, dat me
vrouw Tine KerkhofPet door ziekte verhin
derd was, doch de voordracht, die zij houden
zou, werd vervangen door het mannenkwartet
„Orpheus", onder leiding van den heer Nico
de Zwager.
Hierna was het de beurt aan den confe-
rencier-hömorist Maupie Stoudt, die met zijn
aardige liedjes zeer veel succes had.
Het mannenkwartet „Orpheus" bracht ver
volgens eenige liederen ten gehoore, waarna
het weer de beurt was aan Maupie Stoudt, nu
in een kort tooneelstukje in samenwerking
met. mej. Steynfort.
Vincent Meekenkamp gaf eenige xylofoon-
soli ten beste, waar ook hij zeer veel succes
mee oogstte.
Hierna sprak ir. F. A. Brandt bondsvoorzit
ter S.O.V. een feestrede.
„Als er een kroonjaar ls bereikt, is dat
wel een goed oogenblik, om eens te kijken
naar hetgeen achter ons ligt. Er zijn in onze
vereeniging- verschillende hoogtepunten ge
weest. Tegenwoordig gaan niet zooveel man
nen meer „naar een café toe, maar vroeger
was dat heel anders".
Spreker merkte op, dat de voorzitter, de heer
J. H. van Seggelen, 12V2 jaar lid van van het
bestuur was en wenschte den voorzitter geluk.
„Snelverkeer In dezen tijd is noodzakelijk. Bij
de N.S. is de veiligheid en snelheid op gelijke
trap gebleven. Maar bij de auto's? Neen, bij
auto's is dat niet het geval. De veiligheid bij
de spoorwegen is voor een groot deel te dan
ken aan het personeel en de strijd van de
S.O.V.
Onze bond is er op uit, meer geluk in het
gezin te brengen. Wij denken hierbij aan hen,
die door den drank ten onder gaan. Ik heb
al gezegd, dat er tegenwoordig niet meer
zooveel mannen naar café's toegaan als vroe
ger, maar onze bond kan zijn werk nog lang
niet. stopzetten.
Nu zijn de ouderen dan ook weer aan den
gang, maar niet alleen zij moeten aangemoe
digd worden, zooveel mogelijk leden te wer
ven, neen, het is vooral de jeugd, die Op het
nuttig werk van onzen bond gewezen moet
worden, want de jeugd is het, die later ons
tegenwoordig werk moet voortzetten".
Spreker wekte dan de aanwezigen ook op,
hun kinderen zooveel mogelijk mobiel voor
het werk te maken.
Na de pauze hield Maple Stoudt nog een
aardige voordracht: De oude Koster die
zeer in den smaak van de aanwezigen viel.
Het mannenkwartet „Orpheus" zong ver
volgens nog een paar nummers, waarna Ar
nold Goosens soli op zijn harmonica ten
beste gaf.
Haarlem's verleden is herleefd.
GEMEENSCHAP VOOR PRACTISCH
CHRISTENDOM.
Dinsdagavond 30 November belegt bovenge
noemd comité een openbare samenkomst in
het gebouw „Ons Huis" aan de Ged. Volders,
gracht 15. De inleiding tot de getuigenissen
zal worden gehouden door den heer A. Vries.
Rooie Bram was onschuldig.
door J. P. BALJé.
A, dat was werkelijk een gek geval met
Rooie Bram. die absoluut onschuldig
voor zes jaar de gevangenis in ging. Het
staat als 'n paal boven water, dat Rooie
Bram totaal onschuldig was aan den overval
van dien postauto in Amsterdam-Zuid, en
toch ging hij er zes jaar de bak voor in. Je
moet maar pech hebben!
Nu moet er direct bij vermeld worden,
dat Rooie Bram voor andere „delicten" zeker
wel twintig of vijfentwintig jaar gevangenis
straf verdiend had. Oplichting en verduiste
ring waren dagelijksche bezigheden, aan
diefstal met geweldpleging had hij zich ook
al vaak schuldig gemaakt, en het is lang niet
onmogelijk, dat die onopgehelderde moord in
den Noordpolder het werk van Rooie Bram is
geweest. Heelemaal onverdiend was Bram's
straf dus allesbehalve. Het was alleen pech
voor hem, dat hij de „bajes indraaide" voor
een geval waaraan hij part noch deel had. En
dat voor zoo'n handigen jongen als Bram,
iemand,-die nooit gepikt kon worden, ojjidat
hij overal zoo'n schitterend alibi voor had.
Zeker, de politie wist best, dat. Rooie Bram
een „zware jongen" was, die heel wa"t op zijn
kerfstok had, en hij had dan ook al vaak te
rechtgestaan, maar zijn alibi was steeds zoo
keurig in orde, dat er geen speld tusschen te
krijgen was. Het was de trots van Rooie Bram,
dat ze hem er nooit in konden draaien.
Maar op dien fataleii lentemiddag was het
noodlot tegen hem! Dat begon al met de
ziekte van Blonde Marie. Nu was Rooie
Bram een onverschillige, ruwe bonk van een
kerel, maar in zijn hart, was een heel klein,
zwak plekje, en dat plekje heette Blonde Ma
rie. Ze was wel eens een enkelen keer met
hem uitgeweest, maar ze wilde van zoo'n
ruwen rakker toch liever niet al te veel we
ten. Misschien kwam het daardoor, dat hij
zoo dol op Blonde Marie was. Toen hij dan
ook hoorde, dat ze in het ziekenhuis lag,
peinsde hij er dadelijk over, hoe hij haar nu
eens een plezier kon doen. Iets echts persoon
lijks wou hij haar geven, iets, waaraan ze
kon zien. dat hij wat voor haar over had.
En toen herinnerde hij zich plotseling dien
anderen lentemiddag in een gelukkiger tijd,
toen Marie nog wel eens een keertje met hem
naar buiten ging. Het was een middag, die
als een lichtpunt in zijn herinnering brandde,
zoo rustig, zoo vredig, zoo vol geluk
Samen waren ze in de bosschen
geweest, ze hadden gedwaald door weide en
veld, en ze hadden een heel groote veld-bou-
quet geplukt. Marie was gek op bloemen, en
vooral op zoo'n echt frisch veldbouquet, had
ze gezegd.
Rooie Bram glimlachte eens om zichzelf.
Hij, de doorgewinterde boef, was zoo senti
menteel, om voor Blonde Marie een veld-
bouquetje te willen gaan plukken. En toch
deed hij het. Hij nam een treintje naar Hil
versum en dwaalde daar urenlang rond. In
de bosschen en op de heide. Hij plukte, tot
dat zijn rug geen rug meer was, maar een
bijtend, stekend, wroetend beest, dat aan zijn
lichaam scheen te knagen. Tegen den avond
keerde hij terug, het veldbouquet in zijn hand
geklemd.
Toen kwam er een teleurstelling. In Am
sterdam hingen de bloemen met treurige,
verlepte kopjes naar beneden, sommige sten
gels waren geknakt, en hij zag. dat het eigen
lijk een miserabel bouquet was. Nee, zooiets
durfde hij Blonde Marie niet te brengen.
Hij kreunde eens om zijn pijnlijken rug en
gooide de bloemen met een meewarigen blik
in het binnen-IJ. Dan maar een bouquet in
den winkel gekocht. Blonde Marie zou in
ieder geval zijn goeie bedoeling wel waardee-
ren, hoopte hij.
In de tram naar huis las hij het avondblad.
En plotseling grinnikte hij. Dat was een kolf
je naar zijn hand, die overval op den post
auto, waarover hij in de laatste berichten las.
Ha, wat een handige jongen. Gemaskerd had
hij op klaarlichten dag den chauffeur- een
flinken opdoffer gegeven, en was er toen met
den auto vandoor gegaan.
Rooie Bram grijnsde hoorbaar. Zoo en
niet anders zou hij het gedaan hebben. Dat
was nou echt iets in zijn geest. Vlug, grondig,
afdoend! Met dien gladden jongen zou hij
weieens kennis willen maken!
Hij maakte kennis met iemand anders,
's Avonds stond er namelijk een stevige po-
litie-agent van één meter negentig voor zijn
deur en die noodigde hem uit, even mee te
gaan naar het politiebureau. In verband met
den overval op den post-auto.
Rooie Bram had geweldig veel schik! Dat
was een prachtmop! Daar zouden ze plezier
van beleven. Natuurlijk, agent, natuurlijk, hij
ging wel even mee!
Dat even duurde tamelijk lang. Hij zat
een heelen tijd in voorarrest, en toen kwam
de zaak voor
Rooie Bram had er nu al lang zooveel schik
niet meer in. Om het precies t-e zeggen, de
,zaak hing hem aardig de keel uit. Hij was
toch totaal onschuldig, waar hielden ze hem
dan voor vast? Omdat die kerel precies zijn
postuur had, en omdat alles er op wees, dat
het Rooie Bram's werk was? Zijn methode
van „arbeiden"? Ze waren krankzinnig, hij
had het niet gedaan.
Eindelijk stond hij dan voor zijn rechters.
Ze waren hem niet erg vriendelijk gezind,
want ze kenden Rooie Bram. Natuurlijk zou
'hij weer met zoo'n alibi voor den dag komen,
en dan moesten ze dien gladden vogel, die al
zooveel op zijn kerfstok had, weer laten
glippen.
„Waar was je op den middag van den ze
venentwintigsten Mei, Bram Haverkamp?"
Bram streek zich eens langs den kin, en
lachte.
„Niet in de stad. edelachtbare."
„Zoo zoo, niet in de stad. Weet je dat
zeker?"
„Jawel, edelachtbare, ik was niet in de
stad!"
„Maar waar was je dan wel op dien mid
dag, Bram Haverkamp? Kun je ons dat ook
zeggen?"
„Zeker, edelachtbare, 'ik was in de
bosschen!"
„In de bosschen?" De officier van justitie
fronste de wenkbrauwen. Daar kwam Bram's
alibi weer!
„En je was daar zeker met iemand anders,
niet?" vroeg hij.
„Eh... nee, edelachtbare, ik was er alleen."
„Alleen? Aha!" Er kwam een licht van
triomf in de oogen van den officier. Maar hij
verwachtte nog een truc. Die Rooie Bram was
zoo lastig te vangen. Nooit eerder was het
immers gelukt.
„Wat deed je daar in die bosschen, Bram
Haverkamp?"
„Bloemetjes plukken, edelachtbare!"
Toen barstte een oorverdoovend gelach los.
Iedereen in de rechtzaal lag krom van het
lachen. Rooie Bram, de dief, de oplichter, de
moordenaar wellicht, die bloemetjes plukte In
de bosschen. 't Was om te gillen!
De officier van justitie had de grootste
moeite om de orde een beetje te herstellen.
En hij moest zelfs dreigen met het ontruimen
van de publieke tribune. Toen ging het ver
hoor verder. Maar het was voor Rooie Bram
een verloren zaak. De rechters voelden, dat
ze hem voor het eerst schaakmat konden
zetten.
En zoo gebeurde het, dat Rooie Bram dus
absoluut onschuldig voor zes lange jaren de
bajes inging
(Nadruk verboden. Auteursrecht voorbe
houden.)
Paardetram rijdt weer door de stad.
De winkeliers in de Kleine Houtstraat slaan
elk jaar de handen in elkaar, teneinde te
trachten door een gezamenlijke actie, die het
hen mogelijk maakt meer te presteeren, dan
elk alleen zou kunnen, den verkoop te stimu-
leeren door zooveel mogelijk kijkers naar hun
winkelstraat te lokken. Zijn die kijkers er
eenmaal, dan zorgen de extra-verzorgde éta
lages er wel voor, dat deze kijkers koopers
worden. En dat is tenslotte de heele opzet.
Men toont daarbij een voorkeur voor het
verleden, dat trouwens stof genoeg biedt voor
attracties. En al is het ditmaal geen ver
verleden, het is voor ons, Haarlemmers, toch
een stukje historie, dat hier herleeft, voor de
ouderen misschien nog herinnering, voor de
jongeren reeds geheel onbekend, en dus
nieuw.
Immers, ergens in Noord-Holland's polder
land, om precies te zijn in het dorpje Andijk
heeft men een oude, maar onvervalschte
paardentram ontdekt, die men keurig in de
verf gezet en van andere wielen voorzien heeft
en die nu op bepaalde uren door de Kleine
Houtstraat rijdt, nagestaard en bewonderd
door iedereen.
Vrijdagavond had onder groote belangstel
ling de proefrit plaats, nadat- de voorzitter der
winkeliersvereniging, de heer J. J. A. van dei-
Linden een rede had gehouden, waarin hij
een parallel trok tusschen het verkeer van he
den en dat van het nog niet zoo heel verre
verleden.
De eerste proefrit werd o.a. meegemaakt
door de;> neeren W. B. Lasschuit en Hooy, na
mens de Haarlemsche Handelsvereniging,
door een vertegenwoordiger der N.Z.H. en door
de heeren H. Piek en C. Broertjes, oud-con
ducteur en oud-wagenvoerder van de Haar
lemsche paardentram, die ongeveer 25 jaar
geleden werd opgeheven.
De eerste rit trok reeds veel belangstelling
en ook gedurende den verderen avond
heerschte er een gezellige drukte in de Kleine
Houtstraat, waarin de tallooze vlaggen een
feestelijk aanzien geven.
1J *5 Grootste
1 sortering
BI ADMUZIEK
hier ter stede
ALGEMEENE MUZIEKHANDEL
Kruisweg 49 - Tel. 11532
HAARLEM
(Adv. lngez. Med.)
Elegante avondjapon, maat 42.
Zeer elegante avond- of theaterjapon van
taftzijde of fluweel te vervaardigen. Gesteven
of écrukleurige kant vormt het materiaal van
kraag en manchetten. Benoodigd materiaal 7
meter van 100 centimeter breedte. Maat 42
Ls de volgende maat: bovenwijdte 96 cM„
taillewijdte 74 cM.. heupwijdte 104 cM.
Door het al of niet aanknippen van naden
kan men het. patroon passend maken voor het
eigen figuur.
Dit patroon is te verkrijgen tegen de prijs
van 26 ct. bij de bureaux van dit blad, Gr.
Houtstraat 93 en Soendaplein 37, gedurende
een week yan heden af.