Onderwijsbegrooting met 57—30
stemmen goedgekeurd.
EMSER-WATER
VREDE OP AARDE
VRIJDAG 24 DECEMBER 1937
HAAEEE M'S D" A G B L' A D'
3
TWEEDE KAMER
Steunregeling voor kleine tuinders op komst,
Op zelfden grondslag als
van kleine boeren.
DEN HAAG Donderdag.
Eerst een paar hamerstukken, waaronder de
definitieve afschaffing van de schattingscom
missies voor de inkomstenbelasting, en toen
kon Minister Steen be rghe van wal ste
ken. Met frissche opgewektheid, kennis van
zaken en tevens in een aangenamen vorm, ver
dedigde hij zijn beleid. Hij begon met een
paar afzonderlijke puntjes, zooals het land
bouwonderwijs aan landarbeiders dat hij met
kracht zal bevorderen, terwijl hij voorts ver
klaarde te zullen streven naar coördinatie
van landbouwonderwijs en -voorlichting. Dan
kwam het op de vogelbescherming. Als een wijs
man, koos de Minister den middenweg tus
schen te slappe en te strenge toepassing van
de bescherming, die de Vogelwet mogelijk
maakt. De minister voelt heel veel voor na
tuurschoon en ook voor de bescherming daar
van, maarmet een wet meent hij niet te
moeten komen, zoolang de millioenen ontbre
ken. die voor de daaruit dan voort te vloeien
financieele regeling voor aankoop, onderhoud
enz. van landgoederen noodig zouden wezen.
Wat nu de landbouwcrisispolitiek betreft,
het deed Mr. Steenberghe genoegen, dat men
het vrijwel algemeen met hem eens was, dat
we het nog niet zonder de landbouwcrisisrege
lingen kunnen stellen, die niet alleen ten doel
hebben den landbouw voor ondergang te be
hoeden, maar ook beoogen de aanpassing van
de productie aan de afzetmogelijkheden.
Daarom reeds is de teeltregeling voorshands
nog onmisbaar, doch natuurlijk is de bewinds
man bereid de teugels wat te vieren zoodra
dat slechts even kan. Verlaging der heffingen
ten behoeve van het Landbouwcrisisfonds
wenscht hij niet te overwegen, als dat zou
moeten gebeuren ten koste van den landbouw,
doordat dan het fonds niet meer den ge-
wenschten steun zou kunnen verstrekken.
Ook voelt de Minister voor overnemen van
de regeling der landbouwcrisismaatregelen
door belanghebbenden zelf. Doch dat kan al
leen als er voldoende waarborgen zijn voor
een goede uitvoering en daartoe dienen de
betreffende organisaties nog beter uitgerust te
zijn, terwijl bovendien de uitvoering door de
organisaties niet duurder of omslachtiger mag
wezen dan door de overheid. Natuurlijk liet
de Minister niet na te kennen te geven, dat
hij gaarne tot medewerking bereid is om dit
alles te bereiken.
Een toezegging van niet te miskennen be
lang deed hij, na omtrent de bijzondere steun
regeling voor de kleine boeren (die 60.000 per
sonen omvat) te hebben opgemerkt, dat deze
nog even dient door te werken om door erva
ring nog wijzer te worden.
Die toezegging gold de kleine tuin
ders, te wier behoeve eenzelfde spe
ciale steunregeling zal worden in
gevoerd als nu voor de kleine boeren
geldt. Mi'. Steenberghe wees er op,
dat dezelfde normen voor beide
groepen zullen gelden, zoodat de
kleine tuinders wel hebben te beden
ken, dab zij er wat minder mee ge
baat zullen zijn dan hun agrarische
lotgenooten. Doch een troost is voor
hen, dat er nog een andere maatre
gel komt, zoowel voor hen als voor
hun groote broers, te weten voor het
geheele tuindersbedrijf.
Er zullen, zoo verklaarde de Minister,
plaatselijke organen voor den tuinbouw in
het leven worden geroepen onder een leiding,
die in staat is debiteuren en crediteuren bij
een te brengen teneinde geleden verliezen
te realiseeren. en in onderling overleg tot
overeenstemming te kunnen komen omtrent
een regeling inzake hypotheken en andere
vaste lasten. Is de overeenstemming tus-
schen belanghebbenden omtrent saneering
van het bedrijf bereikt, dan zal de Regee
ring daarbij helpen door medewerking in na-
tura van de technische en materieele sanee-
'ring.
Als we vermeld hebben, dat Economische
Zaken er z.h.st. (aanteekening: communis
ten tegen) voor de koffie-pauze doorging,
mogen we nu even van Minister Steenberghe
overstappen naar zijn ambtgenoot Slotema-
ker de Bruine,
eens 'n tijdje op een boerderij zou doorbren
gen, want dan zou hij zelf wel ontdekken, dat
het met die regeling heusch niet allemaal zoo
mooi is. Zonder dralen noodigde hierop de
heer Wei tk amp (c.h.) den Minister uit bij
hem op de boerderij te komen logeeren; hij
zou dan den Minister met tal van boeren in
aanraking brengen, van wie hij zou vernemen,
dat zij wél voor handhaving van de teeltrege
ling zijn. Enfin, ook zonder logeerpartij bij
den zooeven genoemden afgevaardigde, neemt
Mr. Steenberghe hetzelfde standpunt in.
Later op den middag vingen we nog klan
ken op, die veel weg hadden van een actie
voor: „eet meer visch" of „drink meer melk'
doch allengs kwam de ware vacantie-stem-
ming er in, zoodat het meer dan één spreker
al heel moeilijk begon te vallen zich verstaan
baar te maken.
En toen brak het oogenblik van afscheid in
het oude jaar aan. In zijn slotwoord voor 1937
stipte de voorzitter aan. dat er tijdens de
begrootingsdebatten niet minder dan 514 toe
spraken tot de Regeering zijn gehouden. Min
der ware in sommige opzichten beter geweest.
Intusschen had Mr. v. Schaik gelijk toen
hij met een zacht vermaan aan het adres van
de Regeering er op wees, dat eenige avond
vergaderingen minder laat (of vroeg) hadden
kunnen eindigen, als zich niet eerst het
werk tegenhoudende omstandigheden
hadden voorgedaan, onafhankelijk van den
wil der Kamer. De President sprak daarom
het vertrouwen uit, dat in volgende jaren
zich een dergelijke noodzaak tot afwijking
van het plan der begrootingswerkzaamheden
niet zal herhalen. Dit halve woord zij voor
een goede verstaandster als de Regeering vol-
Schip bij Egmond gestrand.
De „Gateshead". Echter spoedig weer vlot
gekomen.
Donderdagochtend te half tien is een En-
gelsche kolenboot op 1 K.M. ten noorden van
Egmond aan Zee op de derde bank geloo-
pen.
Het is de „Gateshead" op weg van New
Castle naar Amsterdam.
De roeireddingboot van de N.Z.H.R.M., die te
Egmond gestationneerd is en de motorred
dingboot ..Neeltje Jacoba" van IJmuiden heb
ben hun diensten aangeboden.
Er bestond geen gevaar voor de opvaren
den, zoodat de bemanning niet van boord be
hoefde te gaan.
Twee sleepbooten van de firma Wijsmuller
te Utrecht hebben een verbinding met de „Ga
teshead" tot stand gebracht en het schip om
ongeveer 12 uur vlot gesleept.
Het schip heeft de reis naar Amsterdam
voortgezet. Het heeft vermoedelijk geen
schade opgeloopen.
Het loopen naar haar werk was
een marteling:.
Nu bevrijd van de rheumatische
pijn in haar voeten.
„Gewoonlijk liep ik naar mijn werk met
tranen in mijn oogen door de rheumatische
pijn in mijn voeten. Een collega drong er op
aan. dat ik regelmatig Kruschen Salts zou
gebruiken. Na 3 flacons voelde ik mij zoo ver
licht, dat men mij door de zaak kon zien
hollen. Ik heb sindsdien steeds de dagelijksche
dosis genomen en heb nooit meer last van
rheumatische pijnen." Mevr. M. W.
Wanneer zich in Uw lichaam afvalstoffen
ophoopen, zullen zich hieruit allerlei schade
lijke stoffen vormen, o.a. het gevreesde
urinezuur, dat de oorzaak is van rheumatische
pijnen. Kruschen Salts spoort Uw inwendige
organen aan tot actieve geregelde werking,
waardoor alle afvalstoffen langs natuurlijke
doende! Na nog te hebben aangekondigd, datl we§ zacht en regelmatig worden verwijderd,
de Kamer vermoedelijk op 15 Februari a.s. Kruschen Salts is verkrijgbaar bij alle apothe-
haar werkzaamheden zal hervatten, wensch-l kers en erkende drogisten a f 0.40, f 0.75 en
te de President allen de pers incluis een f 1.60 per flacon. Let op dat op het etiket op
v""0de flesch zoowel als op de buitenverpakking
Saldo-legoed bij de Spaarbanken
in 1936 iets gestegen.
Het centraal bureau voor de statistiek heeft,
evenals vorige jaren, een spaarbankstatistiek
samengesteld, welke thans betrekking heeft
op het jaar 1936/1937 (d.w.z. op het boekjaar,
dat geëindigd is op een datum, liggende tus-
schen 1 Juli 1936 en 30 Juni 1937).
De gezamenlijke inlagen van de rijkspost
spaarbank en de bijzondere spaarbanken zijn
in 1936 tegenover het vorige jaar met rónd
f5 millioen verminderd, n.l. van f389 millioen
in 1935 tot f384 millioen in 1936, terwijl de
terugbetalingen met rond f25 millioen van
f 419 millioen in 1935 tot f 394 millioen in 1936
teruggeloopen zijn. De terugbetalingen heb
ben dus in 1936 de inlagen met f 10 millioen
overtroffen, de daling der inlagen komt vrij
wel geheel voor rekening van de rijkspost
spaarbank, waarvan de inlagen van f 173
millioen in 1935 tot f 168 millioen in 1936 zijn
gedaald. De inlagen bij de bijzondere spaar
banken zijn met f 215 milioen nagenoeg ge
lijk gebleven.
Daartegenover zijn de terugbetalingen bij de
rijkspostspaarbank gedaald van f 187 millioen
in 1935 tot f 177 millioen in 1936 en bij de bij
zondere spaarbanken van f 232 millioen in
1935 tot f 217 millioen in 1936.
Nadat het totale saldo-tegoed in 1935 iets
was teruggeloopen, is het daarop volgend jaar
wederom een stijging ingetreden, n.l. van
f 1.024 millioen aan het einde van 1935 tot
f 1.041 millioen aan het einde van 1936. Bij de
rijkspostspaarbank in het saldo-tegoed van
f 540 millioen aan het einde van 1935 tot f 546
millioen aan het einde van 1936 toegenomen.
Bij de 279 bijzondere spaarbanken, welke over
1935 en 1936 opgaven verstrekten, is het
saldo-tegoed in 1936 gestegen van f 483 mil
lioen tot f 495 millioen
zalig Kerstfeest en een gelukkig nieuwjaar
toe, waaraan hij vooraf liet gaan een uiting
van aller hartelijk medeleven met de bliide
hoop, die straalt in het Koninklijk Huis.
E. v. R.
de naam
voorkomt.
Rowntree Handels Mij. A'dam
(Adv. Ingez. Med.)
VIERDE A31STERDAMSCHE KERSTSALON
VAN FOTOGRAFISCHE KUNST.
Onder groote belangstelling van leden en
genoodigden is Donderdagavond de vierde
Amsterdamsche Kerstsalon van fotografische
kunst geopend.
Onder de" buiten mededinging ingezonden
werkstukken trekken zeer de aandacht de
foto's van den Belgischen grootmeester op
fotografisch gebied, Leonard Missone, wiens
romantiek steeds weer tot uiting komt. Ber
nard Eilers Iaat ook dit jaar wederom enkele
zeer fraaie kleuren foto's zien. Berssenbrugge
de steeds maar zoekende, steeds experimen-
teerende fotograaf is aanwezig met een 4-tal
fotowerken uitgevoerd in een nog onbekende,
doch zuiver fotografische techniek, een tech
niek, die misschien hoogst eenvoudig is, maar
waarmede hij aantoont, dat er bijzondere re
sultaten mee zijn te bereiken.
is reeds sedert eeuwen
het beste middel tegen
HOEST INFLUENZA.
(Adv. Ingez. Med.)
Adres tegen het afbetalings-
svsteeiii.
AMSTERDAM, 23 December. De centrale
commissie voor maatschappelijk werk der In
dependent order of Odd-Fellows heeft een
adres aan den minister gezonden, waarin zij
haar standpunt uiteenzet ten opzichte van het
afbetalingssysteem.
De commissie zal een rondschrijven onder
het publiek verspreiden, waarin zij in tien
punten haar bezwaren tegen het systeem ken
baar maakt.
Als hoofdreden van haar schrijven aan den
minister, noemt de commissie „de positie, waar
in vele landgenooten zich als slachtoffer van
dit stelsel bevinden en de funeste gevolgen
daarvan voor ons volkskarakter.
De spaarzin, aldus het adres, die steeds de
kenmerkende eigenschap van ons volk is ge
weest, ondergaat nJ. mede door dit stelsel een
wijziging. Terwijl men vroeger b.v. vóór het
huwelijk eerst spaarde voor het aanschaffen
van den inboedel, wordt thans den huwenden
de geheele inrichting op gemakkelijke beta
lingsvoorwaarden aangeboden. Men begint een
jong gezin met schuld, hetgeen aanleiding
geeft tot veel ongenoegen, mislukte huwelijken
en helaas ook echtscheidingen.
Koninklijk Instituut van
Ingenieurs.
Lezing van den heer J. van Oldenborgh over
het Slot aan den Hoef.
In den Dierentuin te 's-Gravenhage werd
Donderdag de jaarlijksche winterbijeenkomst
gehouden van leden van het Koninklijk Insti
tuut van Ingenieurs.
De voorzitter, prof. L. A. van Royen, opende
de vergadering met een woord, gewijd aan het
honorair lid van het instituut. H.K.H. Prinses
Juliana, met wie in deze belangrijke dagen in
het geheele land diep medeleven gevoeld
wordt.
Na de behandeling van eenige onderwerpen
van huishoudelijken aard sprak de heer J.
van Oldenborgh, directeur van het Provin
ciaal Waterleidingbedrijf van Noord-Holland
(P.W.N.), die eenige mededeelingen deed om
trent de onder zijn leiding plaats gehad heb
bende ontgraving en restauratie der funda
menten van het slot bij Egmond aan den Hoef.
Spreker begon met uiteen te zetten hoe de
bemoeiingen van het bedrijf met deze aange
legenheid waren ontstaan, n.l. doordat de pro
vincie Noord-Holland door aankoop van dui
nen tevens in het bezit kwam van een stukje
moerassigen grond, waaronder de restanten
van het oude slot, blijkens een daarop voor
komende steenklomp, vermoed werden.
Spreker gaf een kort overzicht van de ge
schiedenis van dit bouwwerk, dat omstreeks
1170 gesticht en drie maal verwoest werd, het
laatst door Sonoy in 1573 en toen niet meer
hersteld is.
Behalve de fundamenten en de oude bouw
resten, waaronder veel beeldhouwwerk, zijn
ook tallooze gebruiksvoorwerpen teruggevon
den. waarvan spreker een collectie ter verga
dering had meegebracht.
Nadat de fundamenten bloot gelegd waren,
is men aan de reconstructie begonnen. De
zware, soms meer dan 2 M. dikke muren wer
den tot 30 ii 40 c.M. hoogte boven maaivelds
hoogte opgetrokken, aan de buitenzijde met
den ouden steen, die gevonden was, terwijl
uit gebrek aan steen, de binnenruimte met be
ton werd opgevuld. Na de voltooiing is tus-
schen de muren alles tot maaiveldshoogte
aangeaard, terwijl door het verder opkomen
van het grondwater de gracht in haar oor
spronkelijke gedaante tevoorschijn kwam. Zoo
ontstond een schilderachtig geheel.
Aan het slot van zijn voordracht ontwikkel
de spr. eenige toekomstmogelijkheden om het
thans gevondene en gereconstrueerde meer
en blijvend tot zijn recht te doen komen.
De voordracht werd met lichtbeelden toege
licht.
De erkenning: van de verovering
van Abessynië.
Vragen van Ir. Albarda aan minister Patijn.
Na den lunch nam de Kamer met 5730
diens begrooting aan. Let men uitsluitend op
de cijfers, dan kon de Minister tevreden zijn.
Hiertoe bestond echter in het licht van den
ondergrond van deze beslissing allesbehalve
reden. De liberalen en vrijzinnig-democraten
verklaarden bij monde van Dr. Bierema
en Mr. Oud, dat zij alleen het vóór wilden
laten hoor en. omdat zij geen lust hadden het
Kabinet, dat bij de heele kwestie van de
leerlingenschaal betrokken was, naar huis te
sturen. De R.-K. fractie bewaarde een ijzig
stilzwijgen, doch zij had al bij het algemeen
debat over dit begrootingshoofdstuk duidelijk
laten blijken het beleid, dat in dit opzicht is
en wordt gevolgd, af te keuren. Zoodoende
is. alles tezamen genomen, de positie van het
Kabinet er heusch niet sterker op geworden,
want de Regeering zal zich een volgend maal
nog wel eens twee keer hebben te bedenken,
eer zij bij de thans gevolgde politiek zou
kunnen volharden zonder ernstig gevaar te
loopen dan ten val te worden gebracht. Met
de communisten, de nationaal-socialisten en
de christen-democraten stemden ook de so
ciaal-democraten tegen, aangezien blijkens
hun woordvoerder Ir. Albarda die groep juist
afkeuring over heel het Kabinet wenschte
uit te spreken.
Dit keer is dus Minister Slotemaker er nog
door gekomen, maar als hij zijn leven ook
binnen het Kabinet niet verbetert, wacht
hem nog een verre van aangename toekomst.
Aldus een indruk, dien we ook in den kring
van zijn eigen geestverwanten opdeden.
Hierna gingen de sluizen der veelsprekendheid
in dit jaar "nog eenmaal open ten einde bij de
verschillende afdeelingen van de begrooting
van het landbouwcrisisfonds een reeks van
wenschen voor te dragen. Opnieuw kwam nog
eens de teeltregeling op het tapijt. Dr. Bie
rema zou haar wel gaarne zien verdwijnen,
maar andere agrarische voorvechte'-s ston
den aan de zijde van den Minister. De chris
ten-democraat Van Houten achtte het
daarentegen nuttig als de heer Steenberghe
„Sluit de gordijnen, we gaan het Kerstfeest vieren'7.
Het Tweede Kamerlid, de heer Albarda,
heeft aan den minister van Buitenlandsche
Zaken de volgende vragen gesteld:
1. Indien het waar ls, dat de regeering over
leg heeft geopend met andere regeeringen,
teneinde zekere moeilijkheden met Italië uit
den weg te ruimen, wil de minister dan mede-
deelen, tot welke regeermgen hij zich met
dat doel heeft gericht?
2. Indien tot die regeeringen niet die van
Groot-Brittannië en van Frankrijk, alsmede
van andere Volkenbondsstaten behooren
waarom heeft de minister dan gemeend, dat
hij deze regeeringen niet in het overleg be
hoefde te betrekken?
3. Is de minister niet van oordeel, dat de
aangelegenheid, waarvoor hij het overleg
heeft geopend, behoort te worden behan
deld gemeenschappelijk met al die regeerin
gen, met welke de Nederlandsche regeering
ten aanzien van het Italiaansch-Abessinisch
conflict in den Volkenbond eenzelfde ge
dragslijn heeft gevolgd?
4. Is het initiatief tot de stappen, welke
de minister heeft ondernomen, door de Ne
derlandsche regeering zelfstandig genomen,
of is het een gevolg van eenig verzoek van de
regeering van Italië?
5. Indien de minister zich slechts ten doel
heeft gesteld in overleg met andere regee
ringen te kunnen tegemoetkomen aan het
verlangen der regeering van Italië, dat in
den geloofsbrief van een gezant de titel van
keizer van Ethiopië zal worden vermeld, is de
minister dan van oordeel, dat die titel kan
worden gebruikt zonder dat daarmede de
souvereiniteit van Italië over Abessinië de
facto wordt erkend?
6. Meent de minister niet, dat de erkenning
van de verovering van Abessinië in strijd zou
zijn met de zedelijke beginselen, die in het
Volkenbondshandvest zijn belichaamd, en dat
zulk een erkenning, zonder een volkenbonds-
besluit. het aanzien van Nederland zou scha
den en ook indruischen zou tegen de gevoe
lens van het overgroote deel van het Neder
landsche volk