mm Instanfine Kunst in Haarlem en daarbuiten. fet fl |fh kJwT ttïSi »,-r WOENSDAG 5 JANUARI '1938 HAAREEM'S DA'GBEAD' Bezwaren tegen invoering der Zondagswet van 1815. Verschillende Eerste-Kamerleden noemen haar verouderd. Erkenning der lijkverbranding niet lang meer te keer en? Verschillende Eerste-Kamerleden maakten er volgens het Voorloopig Verslag op de be- grooting van Binnenlandsche Zaken voor 1938 bezwaar tegen, dat de regeering deze wet van 1 Maart 1815, die door het gewoonte recht grootendeels haar kracht heeft ver loren. tot pieuw leven wil trachten te wek ken. De wet past huns inziens niet meer op de huidige toestanden; in verscheidene op zichten kan zij zelfs niet meer tot gelding komen, omdat latere wetten het onderwerp voor bepaalde gebieden zijn gaan regelen (drankwet, winkelsluitingswet, e.d.) Een strikte en uniforme toepassing zou trouwens zonder twijfel op groot verzet stuiten. Men denke zich slechts in, dat een internationale voetbalwedstrijd op Zondagmiddag zou wor den verboden. Enkele leden verklaarden deze opmerkin gen ten volle te onderschrijven. De Zondags wet achtten ook zij geheel verouderd en niet meer te strooken met de rechtsovertuiging van de groofce meerderheid der bevolking. Naar hun gevoelen vraagt de Calvinistische volksgroep vaak te veel voor zich en druk ken haar eischen op het Nederlandsche volk, waarin nu eenmaal een groote verscheiden heid van inzichten leeft. Verscheidene leden verklaarden Zondags heiliging voor te staan, doch ten aanzien van een regeling der Zondagsrust van mee ning te zijn, dat daarbij met de in verschil lende streken des lands vaak sterk uiteen- loopende wenschen der bevolking rekening behoort te worden gehouden. Zij oordeelden derhalve een nieuwe Zon dagswet gewenscht, waarin algemeene rege len worden opgenomen en aan de gemeente besturen de bevoegdheid wordt toegekend om nadere, verder strekkende, voorzieningen te treffen. Begrafeniswet. Verschillende leden begrepen niet het ver zet tegen lijkverbranding. Zij vroegen zich af, welke rechtsgrond voor een verbod zou zijn aan te wijzen. Naar hun gevoelen kwam ook hier tot uiting een streven naar geeste lijke onderdrukking. Zij wenschten een wet, welke aan de crematie geen noodelooze moeilijkheden in den weg zou leggen. Poeloe Gosong als oliestation. Groote plannen van de B. P. M. Het is in den laatsten tijd opgevallen, schrijft de correspondent te Semarang van het Soer. Hbld.. dat de B. P. M. een groote activiteit aan den dag legt in de residentie Japara-Rembang, waar haar kortgeleden concessie is verleend tot het opsporen van olielagen. De groote opsporings-activiteit geldt ove rigens ook de N. K. P. M. welke maatschap pij eveneens kortgeleden vergunning heeft gekregen tot het verrichten van opsporings werkzaamheden in dezelfde residentie. In- tusschen is thans nog niet bekend in hoe verre de olieboringen succes hebben gele verd. Belangrijker is hetgeen ons bij persoon lijk bezoek aan de residentie Pati/Rembang ter oore is gekomen. Ongeveer 10 K.M. van het plaatsje Lasem verwijderd, ligt de kustdesa Dasoen, waar de werkplaatsen van de groote scheepsbouw maatschappijen van Berendsen staan. Een drie kilometer van de kust van de desa verwijderd ligt in zee een koraalrif door de visschers Poeloe Gosong genoemd waarvoor de betrokken maatschappij reeds eenigen tijd een levendige belangstelling aan den dag legt. Men heeft er bereids een woning- op gezet voor een employé van de maatschap pij. Hij is belast met het toezicht op de vele in de woning ondergebrachte instrumenten. Verscheidene oud-scheepskapiteins zijn reeds hier geweest voor opmetingswerkzaam- heden en grondonderzoek. Het ligt n.l. zoo vernam het blad in de be doeling, van de kust af een brug te slaan naar hc koraalrif, waarover tevens olielei- dingen afgelegd kunnen worden. Poeloe Gosong zal dan het belangrijkste oliestation in den archipel worden. Hier zul len de olie-schepen in de toekomst laden. De beslissing over de uitvoering van de plannen zal eind Januari vallen. Twee doodelijke ongelukken te Amsterdam. Oude man stak onverwacht over. Zestienjarige jongen lette niet goed op het verkeer. De 68-jarige J. Nagel, wonende aan de Oud-Diemerlaan te Amsterdam, had eenig tuinderswerk in de Watergraafsmeer ver richt en keerde Dinsdagmiddag om twaalf uur, zijn klompen nog aan, per fiets naar huis terug. Komende van den middenweg, wilde hij tusschen da beide vluchtheuvels op de Hartveldschebrug op de grens tus schen de gemeente Amsterdam en Diemen, oversteken naar het rijwielpad langs het wa ter van de Keulsche vaart, Uit de richting Diemen naderde een vrachtauto van een be steldienst tusschen Weesp en Rotterdam. De chauffeur van de vrachtauto, die eveneens tusschen de vluchtheuvels door moest om naar de Weesperziide te komen, zag den man aarzelen en meende, dat hij door kon rijden. De wielrijder stak echter plotseling den weg over. De chauffeur haalde nog naar links uit, zoodat hij met het linkervoorwiel op den vluchtheuvel terecht kwam, maar kon niet voorkomen, dat de wielrijder werd aangere den. De man werd van zijn fiets geslingerd en sloeg tegen den grond. Het bleek, dat hij er zeer ernstig aan toe was en eenige zware hoofdwonden had opgeloopen. Medische hulp mocht niet meer baten en korten tijd na het ongeval gaf de oude man den geest. Enkele uren later is op een ander gedeelte van den Middenweg wederom een ongeluk gebeurd, waar thans een 16-jarige jongen om het leven is gekomen. Deze reed met zijn fiets in de richting Be tondorp. Bij het passeeren van twee wielrij ders, ter hoogte van den Nieuwen weg, week de jongen te veel naar links. Tijdens deze manoeuvre keek hij achter zich, waardoor hij een uit de tegengestelde richting komen de personenauto niet bemerkte en met een hevigen slag tegen den wagen reed. Zwaar gewond bleef de jongen op den weg liggen. Met ernstige verwondingen aan het hoofd werd hij per G.G.D. naar het Onze Lieve vrouwegasthuis vervoerd, waar hij korten tijd later is overleden. Hoofdpifn én juist nul Hoe moeilijk it het soms zich goed te houden en niemand iets te loten merken. Hef lukt nauwelijks. i:lnstontine echter zal de pijn onmid dellijk doen verdwijnen! Onthoudt daarom voprkem! pljPfip! 4Adv. Ingez. Med.) Veel werk voor onze zeesleepers. O.m. negen reizen naar Kaapstad. In de komende maanden heeft L. Smit en Co's internationale sleepdienst een groot aantal sleepreizen uit te voeren en allereerst vertrekken Vrijdag a.s. de sleepbooten .Indus" „Schelde" en „Donau" met baggermateriaal naar Curacao. Na het volbrengen van dit werk zullen de „Indus" en de „Donau" naar Maassluis terug- keeren, doch de „Schelde" zal vandaar via Da kar een sleepreis naar Kaapstad verrichten, Voorts heeft de sleepdienst een opdracht ontvangen van de Hollandsche Aannemings maatschappij in den Haag, die in Kaapstad een groot havenwerk moet uitvoeren, om een groot kwantum baggermateriaal naar Kaap stad te sleepen. Deze opdracht zal waarschijn lijk negen reizen in beslag nemen. De sleepbooten „Ganges", „Seine", „Oost zee" en „Ebro" vertrekken begin Februari met baggermateriaal naar Kaapstad. De sleepboot „Witte Zee" zal, na het binnenbrengen van het Engelsche stoomschip „Blue Peter", drie maanden te Fayal op de Azoren gestationneerd blijven. DE MOORD TE GROEDE. Het gerechtshof te Den Bosch heeft arrest gewezen in de zaak tegen den landbouwer F. J. G. wonende te Groede, die aldaar op 4 Maart 1937 den landbouwersknecht A. v. d. Wege met een revolver heeft doodgeschoten. Het noodlottig schot had G. gelost, nadat de landbouwersknecht v. d. Wege hem had mis handeld, terwijl diens patroon toesnelde, om hem met een knuppel te slaan. Door de recht bank te Middelburg is G. wegens doodslag tot vijf jaar gevangenisstraf veroordeeld. Het gerechtshof in den Haag heeft in hoo- ger beroep G. veroordeeld tot drie jaar gevan genisstraf. Bij arrest van den hoogen raad is de zaak verwezen naar het gerechtshof te den Bosch, waar zij op 22 December j.l. werd be handeld. De advocaat-generaal heeft toen op grond van noodweer-exces ontslag van rechtsver volging geëischt, waarna het hof G. onmid dellijk in vrijheid heeft gesteld. Het hof heeft thans op grond van noodweer-exces G. ont slagen van rechtsvervolging. Polderreglement vervalsclit? Tegen inwoner van Vogelenzang weer zes maanden geëischt. In hooger beroep stond Dinsdag voor het Amsterdamsche Hof een inwoner van Voge lenzang terecht, omdat hij een polderregle ment zou hebben vervalscht. De man was vroeger secretaris van een kleinen polder en is door het bestuur ontslagen. Hij kwam van deze beslissing in beroep bij het ambtenaren gerecht te Amsterdam. Tijdens de behande ling van zijn klaagschrift diende hij stukken in, wat tengevolge had, dat hij wegens valschheid in geschrifte werd vervolgd. De rechtbank te Haarlem legde hem zes maan den gevangenisstraf op. Verdachte zou een valsch polderreglement hebben gemaakt door op een gedrukt formu lier verschillende doorhalingen en bijvoe gingen aan te brengen en te onderteekenen met de handteekening van een der bestuur ders. Ten tweede was hem ten laste gelegd, dat hij zelf zijn benoeming op zegel had gesteld en valschelijk onderteekend. Van dit tweede feit werd hij echter vrijgesproken. Voor het Hof verklaarde de verdachte, dat het geen oogenblik zijn bedoeling was ge weest stukken te vervalschen. Indertijd was het reglement zóó vastgesteld als hij had ingestuurd bij de stukken voor het ambte narengerecht, hij had echter verzuimd er op te zetten, dat het een afschrift was. De procureur-generaal mr. J. Versteeg vorderde wegens valschheid in geschrifte zes maanden gevangenisstraf. Z.i. stond niet vast, dat het geheele reglement aan de fan tasie van verd. was ontsproten, doch zeer zeker heeft hij het stuk met den naam van een ander onderteekend. De verdediger pleitte clementie. Arrest 18 Januari. Wie dit bord voor zich ziet moet x t r a voorzichtig zijn, want hij nadert 'n voor- rangsweg (óók het verkeer Yan links laten vóórgaan!) Koningin in de residentie H.M. de Koningin, die eenige dagen op het paleis Soestdijk heeft doorgebracht, is Dins dagavond om 7 uur per auto in de residentie teruggekeerd, waar zij haar intrek heeft ge nomen in het paleis Noordeinde. Haagsche parkeerverordening goedgekeurd. Voor andere gemeenten heeft zulk een goed keuring nog niet plaats gehad. Naar wij vernemen heeft de Kroon de Haagsche parkeerverordening voor onbe- paalden tijd goedgekeurd. Den Haag ver keert daarbij in een uitzonderingspositie, daar voor andere gemeenten een dergelijke goedkeuring niet heeft plaats gehad. Naar aanleiding van deze goedkeuring schrijft ons de K.NA.C.: Ondanks het feit, dat de regeering blijkens haar vroegere verklaringen afwijzend tegen over de z.g. parkeerheffingen stond, is zij dus toch gezwicht voor den aandrang welke het Haagsche gemeentebestuur in dezen heeft uitgeoefend. Het gevolg is idus, dat de automobilisten in Den Haag voor het gere geld laten staan van hun voertuig voor of nabij perceelen, waar zij wonen of werken, een extra belasting zullen moeten betalen. Het is te hopen, dat het Haagsche ge meentebestuur tenslotte het onbillijke van deze extra-heffing, welke daarenboven voor een gemeente als Den Haag als een onwaar dige bron van inkomsten moet worden be schouwd, zal inzien en tot intrekking van dit besluit zal overgaan. Tot zoolang zullen de automobilisten in Den Haag zich aan de Haagsche verordening hebben te onderwerpen. HOLLANDSCHE SOCIËTEIT VAN LEVENSVERZEKERINGEN N.V. Dinsdag werd 'n vergadering gehouden te Am sterdam van aandeelhouders van de Holl. Socië teit ter benoeming van 'n commissaris als op volger van wijlen den heer mr. J. Bierens de Haan. De voorzitter der vergadering, de heer J. van Hasselt, wijdde eenige woorden aan de nagedachtenis van den overledene. Deze maakte als commissaris deel uit van verschillende besturen, maar weinige waren er, waaraan hij zijn hart zoo zeer verpand had als aan de Hollandsche Sociëteit. Haar bedrijf had zijn volle belangstelling. In het bijzonder verdiepte hij zich in de be leggingsvraagstukken, ten aanzien waarvan zijn groote ervaring en zijn werkzaamheden in de Nederl. Handel-Maatschappij hem tot een juist oordeel in staat stelden. Bovenal waardeerde men in hem den perfect gentle man. Aandeelhouders verliezen in mr. J. Bie rens de Haan een toegewijd vertegenwoordi ger van hun belangen, een commissaris van hooge standing. Daarna is de heer C. J. baron Collot d'Es- cury, directeur der Nederlandsche Handel- Maatschappij, tot commissaris benoemd. Uhde en de douanier Rousseau. In de krant van Vrijdag besprak ik Wil helm Uhde's von Bismarck bis Picasso en be loofde terug te komen op de soort kunstwer ken die deze interessante collega in zijn meest actieve jaren propageerde. Ik noemde zijn grootste liefde die voor de werken van Picasso, Bracque en Rousseau en wil vandaag in het bijzonder over den laat sten iets navertellen omdat voor een bepaalde neiging in de kunstwaardeering diens figuur representatief is. Geschilderd is er en wordt er nog steeds door gansche volksstammen, die meenden een schilderij te kunnen maken, wanneer zij de eerste handgrepen van het vak, het omgaan met verf en penseelen zichzelf bijgebracht hadden. Zeer vaak lijkt het resultaat naar niets, doch een enkel maal heeft zoo iemand een aangeboren kleurgevoeligheid die, als het ware, buiten hem om, aan zijn palet en werk wijze iets geeft, waardoor zijn werk niet al leen buiten alle traditie komt te staan, doch tevens van een zeer persoonlijke ontroering blijk geeft. Het zijn die zeldzame, geboren artisten-naturen, meestal van een heerlijke naieveteit en betrouwbaarheid die alleen maar door de omstandigheden wat laat begonnen zijn zich door de materie der verf te uiten en wier schildervaardigheid alleen maar achter hun vaak rijke gevoelsleven aanhuppelt, of zelfs geheel achterblijft. Zij zijn verwant aan doch niet de gelijken der zoogenaamde Zondagsschilders, zoo vaak door de vakbroe ders gesmaad. De laatsten zijn de pure dilet tanten, die voor hun genoegen iets na-doen wat al door anderen beter gedaan werd. De eersten brengen een eigen persoonlijkheid in het spel, een persoonlijkheid die aanvankelijk niet schilderkunstig gefundeerd werd, maar daarentegen vol zit van aan anderen onge kende gemoedsberoering. Meer van geestelij ke dan van picturale beteekenis kan men dat dan noemen. Nu was omstreeks 1900 schildertechnisch wel weer zoo ongeveer een dier hoogtepunten bereikt, die in de historie door een tijd van stilstand die immers achteruitgang is plegen gevolgd te worden. Renoir, Degas. om maar enkele namen te noemen, zijn niet gemakkelijk te overtreffen figuren, als het op het mooi-schilderen, „la belle peinture" aan komt. Een zekere vermoeidheid kwam daarna en het werd merkbaar, dat die visueele, uiter lijke pracht een weinig in discrediet kwam en men een werk met geestelijken inhoud weer daarvoor in de plaats wenschte stellen. Daar bij gino- het veelal tusschen a estheten en cri tici die° het laatste propageerden en het pu bliek dat de eerste, gewende kunst bleef ver kiezen (voor een goed deel althans). Een man als Uhde erkent zelf, dat hij wel den aanleg had een kunst die innerlijk meer leefde dan uiterlijk schitterde, te propageeren. Op pag. 116 van zijn boek zegt hij: „Volko men Duitsch in mijn vorming, met een nei ging naar de idee, eer dan naar de materie; en gemakkelijk van het aardsche vrij, beleef de ik in Parijs voor het eerst het ware, leven brengend contact met een door de zinnen te vatten geestelijke schoonheid." Die vond hij en vonden vele anderen, in de naieve, maar zeker niet ongevoelige schil derwerken van den douane-beambte Rous seau; hetzelfde zou hij vinden in die van een oude dienstbode in Senlis die Seraphine heet te en die gezindheid voor het kinderlijke, het 0 -r Gezicht op de brug van Sèvres. ongetraind-gevoelige zou een tijd lang over de wereld doorwerken en een zekere beteekenis hebben. In Holland zou Jan Toorop een schil der ontdekken in den veldwachter van Kat wijk en Borel en Frederik van Eeden zouden aan een Utrechtsch beambte van de Staats spoor, De Winter genaamd, een zij het korte, dan toch levendige artistieke glorie bezorgen. Een bakkersknecht uit Amsterdam ontpopte zich als artist in Thorn Prikker's dagen en werd bezongen in het tijdschrift van Prikker's broer, den journalist, dat „De Arbeid" heette en slechts kort bestond. Uit dien bakker groeide de schilder Van Daalhoff, die verle den week zijn zeventigsten verjaardag vierde, de kunst getrouw bleef en een oeuvre schiep dat in zijn beperking voor de kunstproduc tie van waarde blijft. Dergelijke verschijningen zijn niet onge woon in perioden die op grooten picturalen bloei volgen, ze waren de eerste niet en zullen misschien de laatste evenmin zijn. Zeldzamer is het feit, dat aan die productie een gelds waarde werd toegekend, als die voor Rous seau's arbeid vóór den oorlog van 1914 gold. Doch daarover willen wij het nu niet hebben. Wel over de artistieke appreciatie ervan, die eenerzijds hoog opgevoerd, anderzijds tot bij na nul gereduceerd werd. Alweer zal ook hier de belangelooze criticus Tijd de juiste lijn trekken die noch te hoog, noch te laag zal loo- pen. Op ons plaatje zien de lezers een gezicht op de brug van Sèvres. Men ziet dat de proble men der luchtvaart den schilder evenzeer in teresseerden, als het picturale geval. Mis schien ook dat het landschap als zoodanig door hem met een kinderlijke naieveteit be keken werd. In de kleur die men hier mist, was Rousseau inderdaad vol finesses, die de gewone Zondagsschilders missen. De schilderij bevond zich in de Russische staatsverzame- ling, waar het uit de groote collectie Schtschu- kin was aangeland. Doch reeds ongeveer twaalf jaren geleden schijnt het moeite ge kost te hebben een tiental doeken van Rous seau binnen de muren van het museum te houden. Critici en zelfs jonge schilders pro testeerden er tegen dat ze tusschen, wat zij noemden, goede kunst bleven hangen. Zoo ziet men alweer dat kunstappreciatie zelfs onder de bentgenooten een moeilijk geval is. Wilhelm Uhde is nu zestig jaar geworden en als voor velen van dien leeftijd is het le ven en zeker niet het minst het artistieke le ven van vóór den oorlog van veel glorie be roofd. Daarbij komt natuurlijk dat de herin nering veel vermooit, wat men als iets heel gewoons vroeger ondergaan heeft. Toch is er veel waars in zijn beschouwing aan het slot van zijn boek en het is niet alles gemurmel van den ouden heer, die den loop der dingen niet heeft kunnen of willen bijhouden. Pa rijs is veranderd zooals alles veranderd is, en alles verandert alweer bij den dag en in een tempo dat voor murmelen geen tijd meer laat. Uhde heeft zich uit de activiteit der groote stad teruggetrokken en woont ergens buiten, thans in Chantilly. En ziet wijsgeerig terug op zijn leven, waarmee hij niet geheel en al ontevreden meer is, omdat hij naar hij meent altijd gepoogd heeft dingen van geestelijke waarde, dingen van qualiteit, te be vorderen. Hij sputtert, maar toch niet zoo of het kan aardig zijn met een paar aanhalingen van hem te besluiten. Hierin althans blijkt de gentleman-dealer meer gentleman dan iets anders. „Uit ons leven is de geest verdwenen. Er voor in de plaats kwam het lawaai uit alle deuren en vensters van radio en gramo- phoon. Ook het goud verdween en de tooi dei- vrouwen bestaat uit valsche paarlen en stuk jes glas die men vroeger naar de negervrou wen in de kolonies stuurde. Is het te verwon deren, dat wanneer men met een zoogenaam de dame in een zoogenaamd elegant restau rant gaat eten men niet weet, hoe die dame er uit ziet, daar ze gedurende den maaltijd voortdurend bezig is haar gezicht opnieuw met verf te bedekken en men evenmin weet wat voor vleeschschotel men u voorzet, daar die zoodanig met een saus belast werd, dat het even zoo goed zeetong als kip kan zijn wat er onder zit Gij verwondert u ook niet meer er over, als aan het tafeltje naast u Ameri kanen zitten die als eersten gang sardines eten, als tweede en derde gerecht chocolade vla nemen en daarbij, ook midden in den win ter ijswater drinken. De mensch, zooals die zich vandaag vertoont, verstaat noch de kunst zich te kleeden, noch hoe te eten. noch hoe te wonen", enz. enz. We laten het hierbij. De vriend van Rous seau, Picasso, Bracque vindt aan het Parijs van vandaag niet veel meer. Men kan zich troosten met de wetenschap, dat voor wie „vroeger" niet gekend heeft het „vandaag" nog altijd blijft lokken. Maar wie van vroe ger wat weten wil leze Uhde's herinneringen. J. H. DE BOLS. Een halve eeuw geleden Uit Haarlem's Dagblad van 1888. 5 Januarl Maandag verscheen de vijfde jaargang van Halvei-hout Zwart's „Guide to the Harbour of LL~«iden and the North Sea Canal for 1888". Dit voor de vaart op Amsterdam door het Noordzeekanaal zoo nuttige boekje, bevat den tijd van hoog en laag water, de opgave der signalen voor de water hoogte van de haven van IJmuiden, benevens zeer vele zeer nuttige en nood zakelijke aanwijzingen voor gezagvoer ders van schepen betreffende de vaart op het Kanaal van Amsterdam. Een uitslaande kaart geeft een dui delijk overzicht en aanwijzing van de ligging der hoofden en het aandoen en binnenzeilen der haven van IJmuiden, terwijl tevens de aanleg der tweede sluis, welke ten Noorden van de bestaan de zal gemaakt worden, benevens het plan eener haven voor visschersvaartui- gen daarop staat geschetst. Defensie doet groote order bij Fokker. Meerdere tientallen van de modernste toestellen. Geruimen tijd geleden ging het gerucht, dat de minister van Defensie voornemens zou zijn bij de N.V. Nederlandsche Vliegtuigen- fabriek Fokker een belangrijke opdracht te plaatsen ten behoeve van de luchtvaartafdee- ling te Soesterberg. Naar verluidt is aan bedoeld voornemen dezer dagen definitief uitvoering gegeven en zijn de desbetreffende contracten reeds tot stand gekomen. De directie van de Fokkerfabrieken, tot wie wij ons om inlichtingen hebben gewend, deelde ons mede. het bovenstaande te kunnen beves tigen. Inlichtingen omtrent aantal en soort der betrokken vliegtuigen kon men ons even wel niet verstrekken. Aangenomen mag echter worden, dat de thans bestelde vliegtuigen behooren tot de nieuwste producten van de Fokkerfabrieken en dat der halve de luchtmacht zal worden uit gebreid met eenige tientallen der nieuwste Fokker-jagers van het type D. 21, eenige tientallen snélle twee- motorige gevechtsvliegtuigen van het reeds dadelijk na zijn verschijnen op de Parijsche Luchtvaartsalon in 1936 zooveel opzienbarend type G. 1, en de in het najaar gereed gekomen twee- motorige luchtkruisers T. 5, alsmede een aantal soortgelijke doch zwaarder bewapende luchtkruisers van een iets zwaarder type. Ambtenaar gebruikte gemeente geld om familie te helpen. Een jaar gevangenisstraf geëischt. De vroegere gemeentesecretaris van Huissen, J. Th. M. K., heeft Dinsdag voor de rechtbank te Arnhem terecht gestaan ter zake van ver duistering van gelden tot een bedrag van 415.—. toebehoorende aan het Crisis Comité B. van de gemeente Huissen, welk bedrag K. als secretaris-penningmeester van dit comité onder zijn berusting had. De verdachte legde een volledige bekentenis af. Het geld had hij besteed om zijn familie te helpen. De zaak, welke door zijn vader en broers gedreven werd, had n.l. aanzienlijke tekorten opgeleverd. Verd. betuigde zijn spijt over het gebeurde. De officier van justitie eischte een gevange nisstraf van een jaar. De verdediger merkte in zijn pleidooi op, dat deze verdachte van zijn meerderjarigheid af door zijn familie is uitgebuit om de zaak van zijn vader boven water te houden. Zijn leven is een aaneenschakeling van geldzorgen geweest, waarvan hij nimmer iemand iets ver telde. Op een gegeven moment hebben de schuld- eischers het hem zoo moeilijk gemaakt, dat hij zijn schuld met geld van de gemeente heeft afbetaald, met het voornemen het te kort zoo spoedig mogelijk aan te zuiveren. Over de terugbetaling van de andere schulden is een regeling getroffen. Mede met het oog op den delicaten gezond heidstoestand van den verdachte drong pl. aan op een voorwaardelijke veroordeeling. Uitspraak 18 Januari a.s. Een „bemiddelingsaffaire" voor de Utreclitsche rechtbank. Tegen twee jongelui zes weken gevangenis* straf geëischt. Voor de Utrechtsche rechtbank stonden Dinsdagmiddag twee Amersfoortsche jongelie den terecht, verdacht van het verleenéh van „bemiddeling" om dienst te nemen bij de regeeringstroepen in Spanje. Uit het getuigenverhoor kwam niet vast te staan, dat de beide verdachten strafbare han delingen hadden verricht, zoodanig, dat men hier niet kon spreken van actieve „bemid delaars". Wel hadden zij personen te woord gestaan en gepolst om van hen te vernemen of zij er zin in hadden dienst te nemen bij de regeeringstroepen in Spanje. Afspraak was, dat de gegadigden zich met een fiets, een ver schooning en een geldig paspoort op een be paald punt in Amersfoort zouden vervoegen, waarna verdere maatregelen zouden worden getroffen om hen naar de plaats van bestem ming te brengen. Tot zoover is het echter niet gekomen, daar de verdachten er de lucht van kregen, dat het een en ander niet pluis was, en zich volledig uit deze zaak hadden terugge trokken. De officier van justitie achtte de beide ver dachten schuldig en eischte een gevangenis straf van zes weken. De verdediger vroeg vrijspraak voor de bei de verdachten. De rechtbank zal over veertien dagen uit spraak doen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 5