Haatte* s da$Uad
50.000
ZONDERLINGE LEVENS
40.000 (40428)
Litteraire
Kantteekeningen.
advertenties van
Vraag en Aanbod in
op sLot^ I
ZATERDAG 8 JANUARI 1938
HAARLEM'S DAGBLAD
Corambé er is geen encyclopedie ter
wereld, die dien naam vermeldt, geen
burgerlijke stand die hem inschreef,
geen mensch die hem ooit de hand
drukte. En toch heeft hij geleefd, deze Co
rambé, inniger, dieper en zinvoller dan menig
mensclienkind. Velen hebben hem gekend, al
droeg hij een anderen of mogelijk in het ge
heel geen naam. Corambé: zóó doopte
George Sand als kind de gestalte harer
droomen, die de belichaming van alle men-
schelijke goedheid beeldde, het Ideaal der
humaniteit, de hoogste vervulling van alle
heimelijke wenschen Corambé. Op een ver
borgen plek in den tuin had de kleine George
Sand, die toen nog goed en wel Aurore Dupin
heette, hem zoowaar een altaar gewijd, waar
voor zij knielde, haar gebeden fluisterde en
haar innigste verlangens stamelde en dat zij
schaamtevol en gekwetst onder de aarde be
groef, toen enkele vriendinnetjes het hadden
ontdekt Corambé: symbool van het Vol
maakte waar naar George Sand elk uur van
haar op-aard-zijn hunkerde en een levenlang
tevergeefs zocht.
George Sand als studente,
In 1804 werd ze geboren in een der kleine
huurkamers aan de Seine, die haar ouders be
woonden: Sophie Delaborde, een grillig dan
seresje, dat zich het meest thuisvoelde in de
bonte variété-wereld der Lichtstad en de ca-
vallerie-officier Maurice Dupin, trouw soldaat
van Napoleon, stammend uit een voornaam
geslacht, welks traditie door zijn oude moeder
op het statige landgoed te Nohant in hooge
eere werd gehouden. Nog altijd had Maurice
over dit ongeoorloofde huwelijk met geen
woord durven reppen: stellig had de waardig-
gestrenge Madame Dupin van zulk een mésal
liance niet willen hooren. Maar nu maakte
de geboorte van Aurore aan deze verstolenheid
een einde. Wonder boven wonder vond de
lieftallige baby zoozeer genade in de oogen
der grootmoeder, dat zij terwille van het
kleinkind ook de moeder een verblijf op het
landgoed waardig keurde. Lang hield moeder
Sophie het in de deftige omgeving, waar de
étiquette streng in acht genomen «werd, niet
uit. Ze vluchtte terug naar haar loszinnige
bohémiën-wereld en liet de opvoeding van
Aurore, vooral na den dood van Maurice, die
in de Napoleontische gelederen in Spanje
streed en bij een val van zijn paard om het
leven kwam, in de handen van de grootmoe
der,
Aurore had deze gestrenge oude dame, wier
rimpelig gezicht en zwarte japonnen haar
heilzame schrik inboezemden, niet lief, zeker
niet, nadat Madame Dupin den nimbus, dien
het kind om het hoofd der moeder droomt,
ontluisterde door grove zinspelingen op de
onwettige geboorte van Aurore's broertje Hip-
polyte.
Al mocht Corambé, de engelenbewaarder
van haar liefste droomen, Aurore troosten
met de teederste beloften en haar de strofen
influisteren van haar eerste verzen, al mocht
de trouwhartige oude Deschartres, die haar
op het landgoed huisonderricht gaf, naast
onderwijzer ook een vriend en vader voor
haar zijn, ze was toch de eenzame, wier on
stuimige levensdrang alleen in droom en ge
dachte ontlading kon vinden.
Droom en werkelijkheid.
Zooals het in de kringen der welgestelde
burgerij gewoonte was, zou Aurore enkele
jaren in een klooster gaan doorbrengen ter
voltooiing van haar opvoeding. Maar het
meisje, dat in het Parijsche Couvent des
Anglaises haar intrede deed, bleek al gauw
heel andere verlangens te hebben dan haar
luchthartige vriendinnen die er. zooals zij,
niet aan dachten om zich te verdiepen in de
werken der wijsgeeren en dichters en voor
godvruchtige overpeinzingen heel wat minder
ontvankelijk waren dan Aurore. Ver van het
groote leven, gevangen in. haar eigen droom
van een wereld, groeide een meisje op met
meer dan de gewone ernst der Jeugdjaren.
Blijmoediger werd haar leven er, na dit drie
jarig kloosterverblijf, niet op. Verlaten lag het
landgoed Nohant, dat weinig bezoekers telde
eenzaam waren de lanen in den vergevorder
den herfst; en binnen, in het sombere kasteel,
lag de grootmoeder zwaar ziek. Wekenlang
verzorgde Aurore haar met aandoenlijke
toewijding, tot het oogenblik kwam, waarop
zij misschien niet met liefde, maar zeker
met eerbied en verstandelijke dankbaarheid
de oude dame ten afscheid de oogen moest
toedrukken.
Hoe gansch anders, hoeveel zonniger en ge
lukkiger na deze indrukwekkende doodserva
ring, scheen het leven op het kasteel du Ples-
sis welks bewoners, Angèle en James du
Plessis. maar een zoo gulle gastvrijheid ver
leenden. Gevoelig en dankbaar voor elke har
telijkheid en van nature geneigd tot idali-
seeren zag zij in Casimir Dudevant, dien zij
op het Kasteel ontmoette, veeleer een Prins
van 'naar droomen dan de goedmoedige bee-
reboer, die niets van den galanten ridder had.
niet eens wist te zeggen of hij wel verliefd was
en met zijn volslagen gebrek aan fijngevoe
ligheid er allerminst de man naar was om de
hooggespannen verlangens van deze bijzon
dere vrouw in vervulling te doen gaan. Och.
wat wist Aurore van het leven, de achttien
jarige. toen zij in alle eenvoud in het huwe
lijk trad en met haar boerschen sprookjesprins
naar Nohant toog? Bekoorlijk was het laiid-
«chap, idyllisch het kasteel, vól was haar hart
GEORGE SAND.
1 van offervaardige liefde. Maar nog geen jaar
was verstreken of AUrore moest zichzelf be
kennen, dat dit huwelijk een jammerlijke ver
gissing was. Haar levensgezel bleek meer
oog te hebben voor zijn akkers dan voor Auro
re's idealen en meer aandacht te besteden
aan de pachten dan aan den overvloed van
liefdesgeluk, waarmee zijn vrouw hun beider
leven wilde doorstralen.
Wat Corambé haar influisterde kon Casimir
Dudevant nimmer verstaan, dat begreep
Aurore wel. Zoo vertrouwde zij aan haar dag
boek toe. wat eigenlijk voor hem bestemd
was: heel haar vurig verlangen, haar den
ken, haar droomen. De geboorte van Maurice
en Solange bracht, hoezeer Aurore had ge
hoopt, geen wending ten goede. En al kon zij
in de teedere zorg voor het tweetal alle liefde
leggen, die in haar was, de kloof tusschen
man en vrouw werd er des te dieper, de ont
goocheling en het voortdurend misverstand
nog ondragelijker door. In 1330 nam Aurore
afscheid van Casimir en haar kinderen en
vluchtte ze naar Parijs..
Een schrijfster maakt naam.
In een kleine zolderkamer aan de Quai
Saint-Michel had ze haar intrek genomen, in
het hart van Parijs, dat met z'n tintelend
leven op haar aanstormde met de speelsche
heftigheid van een voorjaarswind. Dat was
eerst recht het leven genieten in heel zijn
volheid. Aurora ging van museum naar thea
ter, van bibliotheek naar atelier, ze genoot
van de verkwikkende wandelingen in het stille
Luxembourg, al viel het stadsleven haar ook
zwaar. Het fijne schoeisel was binnen twee
dagen kapot, op mijn overschoenen gleed ik
voortdurend uit ik was moe en verkouden
en zag schoenen en kleeren met angstwek
kende snelheid vergaan!" Ja, de Balzac had
niet voor niets gespot, dat een zelfstandige
vrouw in Parijs minstens over een inkomen
van 25.000 franken moest beschikken, wilde
ze kunnen leven. En Aurore's toelage bedroeg
niet meer dan 3000 frankenDapper sloeg
zij zich met letterkundigen arbeid door de
moeillijkheden heen. Wonderlijk snel maakte
zij naam; onder het pseudoniem van George
Sand had zij nu al een drietal romans de we
reld ingestuurd en wat meer zei: de streng
ste criticus dier dagen Sainte-Beuve, had
haar lof toegezwaaid. Met een galgenhumor,
die haar een leven lang niet verlaten zou, kon
ze getuigen: *„Ik heb geld, succes, menschen
die zich mijn vrienden noemen Parijs
heeft mij noodig. De tijd is bezet, mijn hart
is leeg. Wat een dom ding, het hart. Het
noemt het succes een schijnsucces, de vrien
den lasterlijk belanghebbenden, het vergif
tigt de vreugde door denken."
„Mijn hart is leeg" de vluchtige liaison
met Prosper Merimée was voor beiden waarlijk
niet meer dan een speelsche verstrooiing. Het
eerste groote liefdesavontuur van haar leven
zou zich pas komen aandienen in de gestalte
van den dandy-dichter, het „enfant-chéri",
met zijn droomerige blauwe oogen en verfijnd
gezicht, de 23-jarige jongeman, die „de hoop
van den Franschen poeëtenbent" werd ge
noemd en de mysteries van Parijs misschien
beter kende dan de latere Eugène Sue in de
gestalte van Alfred de Musset.
Het was op een soirée ten huize van den in
vloedrijken eigenaar der Revue des deux Mon-
des, Buloz, dat zij elkaar ontmoetten. De
zelfingenomen pronker, die in schrijvende
vrouwen onverdragelijke blauwkousen zag, had
zich al laatdunkend over de aanstaande ont
moeting uitgelaten: „Mij wordt vanavond dé
groote attractie van Parijs, George Sand, op
gediend ik moet me wat moed indrinken".
Nu, ze kwam, de groote attractie, onbevangen,
en lieftallig; en de man die er prat op
ging, iedere vrouw te veroveren, bleek
na de eerste visite aan George Sand al
zoo veroverd te zijn, dat hij vroeg: „Ik zou nu
een boek van u kunnen leenen, om een voor
wendsel te hebben, morgen terug te komen.
Maar ik heb ook zonder boek een reden. Mag
ik?"
Was het de sleur der dagelijksche omgevmg,
die deze juist ontloken liefde belette, zich te
ontplooien? De Musset was. na een korten
vleug van arbeidzaamheid, die hem enkele van
zijn schoonste verzen in de pen gaf, terugge
vallen in zijn oude leven en ging zich als
voorheen in vrij-liederlijk gezelschap te buiten
aan de absinth, die zijn lichaam ondermijnde.
George, zielsgelukkig eerst, kon niet nalaten,
ieder gevoel, iedere gedachte te toetsen aan
haar ideaal van waarachtige liefde. Opnieuw
ondervond ze, dat haar hart de vreugde door
denken vergiftigde
October 1833 is het, als beiden naar Venetie
vertrekken in de hoop, het liefdesgeluk te
redden, dat zoo beklemmend bedreigd werd.
Daar, in de lagunenstad, dat wonderlijk meng
sel van Zuidelijke exotiek en noordelijke som-
l
Emmy van Lokhorst.
Van Aangezicht tot Aangezicht.
A'damQuerido.
Er zullen lezers zijn die met de figuur van
Nico Onnes in dezen roman verlegen zitten.
Ook misschien nog wel met sommige feiten
en toestanden, die, de schrijfster voor dezen
niet al te karaktervasten held in het leven
riep. Maar toch wel het meest met Nico, dien
zij langs zulke uitgerekend-vreemde paden
uiteindelijk naar het geluk voert. Tegenover
zijn tegenspeelsters, de beide vrouwen Ma
rianne en Lucie, komt hij toch wel een beetje
knullig voor het voetlicht te staan en is geen
bepaalde reclame voor het overwicht, waarop
het sterkere geslacht zich nog steeds pleegt
te beroemen. Zelfs als hij eindelijk bij zijn ge
luk is aangeland, heeft hij het feitelijk tegen
beiden afgelegd en vraagt de lezer zich af of
mevrouw Van Lokhorst de bestaansmogelijk
heid van haar Nico Onnes wel voldoende ver
antwoord acht en of er geen disharmonie be
staat tusschen wat zij hem laat doen en den
als fondant smakenden uitleg, die zij hem en
den vrouwen in den mond legt. Die uitleg
krijgt aan het slot zelfs een eenigszins Chris
telijk tintje, de titel van het boek duikt daar
op als fragment van een bijbeltekst.
Als het spel begint is Nico getrouwd met
Marianne. Dat wil zeggen: het lijkt zoo voor
de buitenwereld, maar van hun huis bewonen
zij elk een ander gedeelte en zij willen geen
kindertjes. Zij zijn blijkbaar getrouwd, omdat
zij als kinderen tezamen zijn opgevoed en
Nico blijkt in het vervolg van het verhaal bo
vendien aan een moedercomplex te lijden.
Twee ongewoonheden die een vruchtbaren
bodem voor een roman kunnen opleveren, zoo
men er in slaagt een aanvaardbaar conflict
te construeeren. wat. op een afstand gezien,
niet zoo moeilijk lijkt.
Als op een morgen Nico met zijn blauw two-
seatertje naar het station rijdt om met den
In 1933 werden meer dan
geplaatst.
Dat was een gebeurtenis
Nu komt de
per jaar reeds in zicht,
want in 1937 werden
er 46829 geplaatst.
berheid, stonden ze lang hand in hand voor
het raam van hun huurkamer en zagen ze over
de fantastisch weerspiegelende watervlakte,
waarop de romantische gondels aan- en af
dreven zagen zij het zélfde beeld en dach
ten er beiden iets anders bijTerwijl George
Sand in extase knielde voor een Madonna van
BeDini en zich koesterde aan de warme moe
derlijkheid, die haar uit de Moeder Gods in
de verlangende ziel stroomde, ging Musset
eigen wegen, zocht hij een kring, waarin hij
zijn Parijsche leven kon voortzetten. NieuWe
ontgoocheling
Kort daarop lag Alfred de Musset zwaar
ziek: zijn zwakke gestel, zijn overgevoelige
zenuwen hadden de emoties niet kunnen door
staan.
En terwijl de Musset vocht met sloopende
ijlkoortsen, voelde George Sand, hoe opnieuw
het liefdesgeluk haar ontgleed, hoe een droom
de mooiste van haar jonge leven ver
schrompelen ging tot onvatbare nietigheid
Had zij dan waarlijk dokter Pagello,' dien de
Musset behandelde, lief? Het gebeurde in het
nevenvertrek, dat de medicus plots George in
zijn armen sloot en haar een kus op den mond
drukte. Ze liet hem begaan het gordijn van
het slaapvertrek bewoog, de Musset was uit
zijn bed gekomen en vroeg om water. Had hij
goed gezien? Wat het een koortsvisioen, dat
vreeselijke, dat trouwelelooze beeld? George
bekende, de breuk was onvermijdelijk; nau
welijks hersteld vertrok de Musset naar Pa
rijs.
Tijden van wroeging en ontbering braken nu
voor Aurora aan: ze sloeg zich er moedig
doorheen, schreef verwoed aan haar bundel
Italiaansche Reisbrieven, maar verzuimde niet,
om de Musset epistels vol goedheid en teedere
zorg te zenden. Merkwaardig: waarom kan zij
nu geen vrede vinden in een vriendschappe
lijk samenleven met dr. Pagello? Wat is dat
Ja, heusch, er
zijn automobilisten,
die hun wagen niet
afsluiten als ze hem
onbeheerd laten' staan
Ideaal, zooïetsvoor los
kopende Jongens om zoo n
auto even te „leenen"' voor 'n
„vrooliiken avond l"
En wat erop volgt Politie
rechtbank
Brengt hen niet in verleiding: sluit uw
auto af li
trein verder te gaan en een jeugdvriend, die
uit Indië met verlof is, een bezoek te gaan
brengen, is in zijn onderbewustzijn dat con
flict al aanwezig: hij voelt dat er iets met hem
gebeuren gaat. Welnu, er gebeurt inderdaad
iets met hem, dat nu niet direct iedereen
overkomen kan. In de gesprekken met zijn
vriend Coert vraagt deze hem of hij zijn zes
jarig dochtertje aan Nico en Marianne, die
immers toch geen kinderen hebben mag toe
vertrouwen, als hij straks weer naar Indië
terug gaat. Hij zelf is weduwnaar en het kind
zal bij zijn vrienden het tehuis en de opvoe
ding vinden, die hij het in Indië niet kan
geven.
De onverwachte vraag brengt Nico in vol
slagen verwarring met zich zelf, niet alleen
weigert hij bot maar hij is geheel uit zijn lood
geslagen en ontdekt nu dat zijn eigen huwe
lijk een mislukking is.
Nadat Coert en Nico nog een beetje in de
groote stad zijn uit geweest en een cabaret
bezocht hebben, gaat Nico naar den trein
maar mist dien en moet een volgenden ne
men. Derhalve gaat hij een uurtje in het park
wandelen en op een bank naar de zwanen in
den vijver zitten kijken. En nadenken over de
gesprekken met Coert. Uit het huis bij den
vijver klinkt muziek, men speelt er Bach. Maar
uit dat huis komt ook een blond jong meisje,
dat voor iemand schijnt te vluchten en die
langs de bank komt waarop Nico zit te pein
zen en hem vraagt of ze even bij hem mag
komen zitten tot de meneer, die haar achter
volgt met zijn attenties, voorbij is.
Dat is Lucie Gheel. die bij haar oom den
professor in huis is en in zijn laboratorium
werkt, maar van professor's aangenomen zoon
Berry niet gediend is. Die geheele ontmoeting,
met Bach en de zwanen en de vlucht voor
in haar, dat haar onweerstaanbaar terugdrijft
naar Parijs, naar de Musset? Een hereeniging
bleek onmogelijk: de pogingen daartoe waren
voor beiden een kwelling en zoo gingen deze
beide kunstenaarsleven voorgoed uit elkan
der.
Weer is George Sand alleen: ze vlucht naar
het landgoed te Nohant. dat nu. na de defini
tieve scheiding van Dudevant, haar eigendom
is, en schrijft er in één adem haar roman
„Simon". Het eenige lichtpunt in deze grauwe
verlatenheid zijn de ontmoetingen met den
componist Franz Liszt en zijn trouwe levens
gezellin Marie d'Agoult. Bijna zou men hun
samenzijn idyllisch kunnen noemen: Liszt zit
aan den vleugel, naast hem in bewonderende
aanbidding Marie en niet ver daarvan George
Sand, tevreden-gelukkig met een handwerkje.
Maar al gauw is ook deze vredige intimiteit
verstoord: Liszt vertrekt naar Italië, George
ijlt naatr Parijs, waar haar moeder zwaar ziek
ligt en kort daarop sterft.
Ze is nu 36 jaar, George Sand, beroemd, ge
vierd, omringd door vrienden en vriendinnen
die tot de prominenten der kunstwereld be-
hooren en is toch eenzamer dan ooit, zelfs
als een kleine amourette met den gouverneur
van haar- zoon, Mallefille, wat warmte en kleur
aan haar leven geeft. Het is niets anders dan
een kortstondige episode, die bruusk wordt af
gesloten als het noodlot een nieuwe en tevens
laatste groote liefde op haar weg plaatst, die
zich aankondigt als een droom van onverdeeld
geluk en eindigt als de wrangste tragedie van
haar leven: de liefde voor Frédéric Chopin
Chopin schrijft een prélude
Het was geen liefde op het eerste gezicht:
Chopin, die zoo juist een verloving had verbro
ken, voelde niet veel voor een ontmoeting met
deze geletterde vrouw, die bovendien nog zulk
een avontuurlijk verleden had. Toch nam hij
de uitnoodiging, naar Nohant te komen. aan.
En ziet, in George's nabijheid, raakten zijn
nerveuse vingers toetsen aan, hoorde zijn oor
klanken, die versmolten tot meesterwerken
van de innigste liefelijkheid.
De langdurige reis naar Mallorca. die üi ver
band met Chopin's broze gezondheid werd on
dernomen, werd voor beiden een onvergete
lijke gelukzaligheid. Nooit was George's hart
hart lichter, haar oog glanzender dan bij de
aankomst in Palma. Ook Chopin was verrukt;
aan Fontana schreef hij in extase: „De hemel
glanst als een turkoois, de zee is glazuur, de
Berry via een appelboom, is allerliefst beschre
ven. Alleen als men probeert het in daagsche
woorden na te vertellen gaat veel van de
charme verloren en wordt de situatie nog al
daas. Er gebeurt verder niets, alleen mist Nico
ook den laatsten trein en moet een hotel op
zoeken.
Dien nacht verandert hij zijn leven. Hij laat
zijn vrouw in onrust en schrijft haar den vol
genden dag dat hij nooit meer terugkomt. Hij
gaat als ingenieur op zoek naar werk en cor
respondeert en passant op zwaar-op-de-hand-
sche wijze met Lucie Gheel.
Het ligt niet in mijn bedoeling de verdere
ontwikkeling van Nico's conflicten uit te ra
felen en na te vertellen. Dat zou menigeen het
lezen sparen en het is juist het doel dezer
notities dat men zelf lezen gaat. De lezer be
hoeft zich alleen niet ongerust te maken over
Nico's lot: tout va pour le mieux dans le meil-
leur des mondes. Hij trouwt later met Lucie
en is heel gelukkig, maar als er nu een kindje
komen zal, loopt hij weer weg. Hij is nu een
maal geen „persoon waar je staat op kunt
maken" zooals dat heet en is ook een beetje
een pathologisch geval. Hij komt weer terug
ook: juist op den dag van Lucie's bevalling en
dan Is alles weer goed.
Marianne heeft Coert's dochtertje opgevoed
en lief gekregen. Langzamerhand is zij in
haar innigst wezen losgeraakt van Nico en
heeft Coert, die haar al gevraagd had zijn
vrouw te worden, door de vele corresponden
ties met hem over het kind, leeren begrijpen
en waardeeren. Zij stemt «thans toe in zijn
wenschen en vertrekt met Anneke naar Indië,
aan de boot uitgeleid door Nico en Lucie.
Een volmaakt bevredigend slot derhalve
van een boek dat voor mijn gevoel een vreemd
mengsel is van ouderwetsche romantiek en
nieuwerwetsche bemoeienis met quaesties van
psychologie en levensinzicht. Ik had mij het
werk van Mevr. Van Lokhorst sterker voor ge-
steld: vooral die voortdurende brievenschrij-
verij bewijst mijns inziens een tekort aan beel
dende kracht en een te veel aan vaak vrij
slap gezeur. Dat er technisch op de schrij
verij van iemand a!s deze auteur niets aan
te merken valt constateer ik gaarne.
J. H. DE BOIS.
bergen smaragd. En de lucht? Zoo moet de
lucht in den hemel zijn."
Maar de regentijd kwam en de armelijke
behuizing, waarmee zij zich in het primitieve
Palma tevreden moesten stellen, bood matig
beschutting tegen het ruwe klimaat. Chopin's
hoest verergerde en de huisheer, doodsbenauwd
voor ,.de tering", zegde hem de huur op. Met
moeite vonden zij onderdak in het verlaten
Kartuizer klooster, dat tusschen rotsen en
zee verscholen lag. Somber was de vervallen
omgeving, triest de aanblik van de oude kerk
hoven. Chopin's melancholische stemming
kwelde hem herhaaldelijk met bijna ondrage
lijke angsten. Op een namiddag verliet George
Sand met haar kinderen het huis voor een
wandeltocht. Het werd noodweer, de hevige
stortregens gingen met een vreeselijk onweer
gepaard. In doodsangst wachtte Chopin tot
diep in den nacht op George's terugkeer. Hij
zat voor de vleugel, in wanhoop, en speelde
speelde een der heerlijkste préludes, die hij
ooit componeerdeopus 28. No. 15 in des, de
beroemde regendrup-prélude. „Later bekende
hij mij." schrijft George Sand, „dat hij alles
ha een droom had gezien en tenslotte droom en
werkelijkheid niet meer van elkaar wist te
onderscheiden. Hij zag, hoe hij in een meer
verdronken lag en voelde zware, ijskoude wa
terdruppels in gelijke tusschenpoozen op zijn
borst vallen
Zeven jaren duurde dit samenzijn, dat de
spamiing van een zoo lu jggestemde liefde
niet vermocht te verdrag-en. Oneenigheid met
George's zoon Maurice en de steun die Chopin
verleende aan Solange, toen zij vanwege haar
huwelijk met. den beeldhouwer Clésinger in
onmin raakte met haar moeder, verhaastten
de onvermijdelijke scheiding. Kort daarna
stierf Chopin
Als de Februari-omwenteling uitbreekt,
werpt George Sand zich met al haar vurigheid
in den strijd voor de republiek: ze schrijft
pamfletten, staat op de tribune, strijdt met
den fakkel in de hand zij aan zij met de groo-
ten der revolutie: een Louis Blanc, een Leroux,
tot de laatste revolutieklanken met de troons
bestijging van Napoleon III zijn weggestorven,
haar vrienden verbannen zijn en George voor
de zooveelste maal in haar leven alleen staat.
Ze is nu een oude vrouw geworden, heur haar
is vergrijsd, haar levendige oogen beginnen
hun glans te verliezen; de tragiek van een
leven heeft de onstuimigheid van deze ge
niale vrouw weten te bedwingen. Ze heeft nu
troost en berusting gevonden in een samenle
ven met den teekenaar Manceau, geen
grootsch man, geen Corambé, maar een trouw
hartelijk levensgezel.
8 Juni 1876 overleed ze, George Sand, wier
stormachtig léven, zooals Brugmans het uit
drukte, alle idealen, illusies, hartstochten,
triomfen en teleurstellingen had gekend en
steeds weer sterker, grooter en moediger uit
den strijd te voorschijn was gekomen/
C. J. E. DINAUX.
149,
'si
Oefening
waarmee
deze week be
ginnen, is een
uitstekende
lenigmakende
oefening. Ook
de kracht der
armen speelt
hierbij een rol.
Een oefening,
die dus zéér
aan te raden
is, vooral ook
voor nieuwe
lingen, want
moeilijk is het
niet. We be
ginnen, zooals
de stippellijn
aangeeft, op
de knieën.
Probeert u
zich nu eens
zóó ver op te
krullen, dat
de kin de
knieën raakt.
Als efen kat,
die een sprong
neemt, als een
veer, die plot
seling ont
spannen
wordt, schiet
het lichaam
naar voren, zoodat u languit op den grond
ligt. De handen zijn hierbij naast de schou
ders. Nu een krachtige duw van de armen en
u zit weer terug in de uitgangshouding. Een
voudig, nietwaar? Maar 't kan ook wel wat
moeilijker! Per slot van rekening oefenen we
nu al zóó trouw iederen ochtend ons gym-
nastiekprogramma, dat u het ook wel zóó "kan
probeeren: Lr plaats van langs den grond te
schieten, doet u het schuin omhoog, om dan
veerend op de armen neer te komen, en zacht
gaan liggen. Ook de terug-duw zóó krachtig,
dat het lichaam langs een hoogen boog weer
in de gebogen houding komt. Nog één wenk:
Of u nu de eerste of de tweede manier van
uitvoering doet, de voeten en de knieën wor
den niet verplaatst. En nu aan den slag! Is
twintig keer herhalen te veel gevergd?
Oefening 150 is weer eens een extratje voor
de nreest getrainden. Herinnert u zich nog
van verleden jaar, hoe we in dien hoogen rug-
waartschen boog kwamen? Het kan van rug
ligging uit op den grond, waarbij u zichzelf
opduwt, door de handen bij de schouders te
plaatsenden de knieën iets te buigen; u kunt
zich ook door een gedienstigen geest laten op
sjorren; tenslotte kan het ook door langs den
muur. achterover, de handen steeds lager te
plaatsen. Is één van deze methodes gelukt,
dan beurtelings een been strekken.
Na dit zware nummertje weer een lichter,
bestemd voor twee personen. Het is oefening
151, waarbij een van de twee languit gaat
liggen (gezicht naar den grond) en de armen
naar voren gestrekt. De ander gaat met ge
spreide beenen er overheen staan, bukt diep
voorover en pakt de polsen, om daarna num
mer één op te trekken in de houding, die de
teekening aangeeft. Het goede van deze oefe
ning is, dat u er allebei wat aan hebt; toch
is het na vijfmaal herhalen gewenscht, van
functie te verwisselen
We eindigen deze week met - een spring
oefening. Bij deze oefening (nummer 152) be
ginnen we weer op handen en knieën. We
springen dan op. en komen zoo neer. dat de
knieën tusschen de handen komen. Daarna
langs denzelfden weg weer terug. Deze oefe
ning kan ook heel hoog uitgevoerd worden.
Het is dan lang niet gemakkelijk en het zal
wel noodig zijn, een paar kussens neer te
leggen.
JULES KAMMEIJER,
Leeraar Lich. Opv. M.O,