yargZfr die JMfote TO Sprookje-- MAANDAG 17 JANUARI 1933 HAARDEM:S DAGBEAC De Heemkunde-Tentoonstelling. Wat er te zien is. In ons vorig nummer vestigden wij reeds de aandacht op de Heemkunde-tentoonstelling, die tot en met 30 Januari a.s. in de tentoon stellingszaal van het Frans Halsmuseum wordt gehouden door de Commissie voor Heem kunde, in samenwerking met de Vereeniging „Haerlem". Wij willen nu nog wat uitvoeriger op deze interessante expositie terugkomen, die een druk bezoek verdient, vooral druk be zoek van de rijpere jeugd, bij wie belangstel ling moet worden gewekt voor alles wat schoon is, op elk gebied. Maar ook ouderen kunnen hier zeer veel genieten. Een viertal kaarten, aangevende de uitbrei ding van de stad Haarlem sinds 1877 vormt een onderdeel van de mooie inzending van den Topografischen Dienst in Den Haag, die kostbaar archiefmateriaal bevat. Voorts zagen wij veel propagandamateriaal van het Ge nootschap Amstelodamum te Amsterdam (o.a. overzichten van het werk van dit genootschap onder de jeugd) en van de Ned. Jeugdherberg Centrale. De N.V. Verkade's Fabrieken te Zaandam geeft met het pakkend opschrift: „Geen beter gids door Holland's natuurschoon dan dr. Jac. P. Thijsse" en de Verkade's albums „Waar wij wonen'' en „Onze groote rivieren" haar al bums en plaatwerk. Vooral de jongste album mag een kunstwerk genoemd worden. Ook Hille's en Bussink's Koekfabrïeken. onder scheidenlijk te Zaandam en te Deventer, heb ben mooie plaatjesalbums ingezonden. De Vereeniging ..De Hollandsche Molen" te Amsterdam heeft enkele modellen van molens geëxposeerd, en ce Vereen, tot bescherming van vogels een model van den vuurtoren Bran- daris, dat duidelijk laat zien hoe door lichten de vogels gewaarschuwd worden voor het ge vaarte, dat hun anders noodlottig zou kunnen worden. De Volkskunde-Commissie te Amsterdam, als onderdeel van de Academie van Weten schappen, geeft door enkele kaarten, foto's en ander materiaal voor hen, die belangstelling hebben voor de kennis van taal, zeden en ge woonten in ons eigen land, tal van weten schappelijke gegevens. „Zaens Skoon" te Zaan dam heeft het mooie werk van den heer Ouwejan ter inzage gelegd. De Vereen. Dc Zaansche Molen te Koog aan de Zaan is vertegenwoordigd door twee mooie schilderijen van den kunstschilder F. Mars, te Wormerveer, die ook nog eenige penteeke- ningen van Zaansche molens afstond. Nu wij het toch over molens hebben mogen wij meteen wel de aandacht vragen voor de knappe teekening van den heer Dingemans. voorstellende de molen ,JDe Adriaan" (wan neer zal die herbouwd worden?', en behoo- rendc tot de inzending der Vereeniging „Haer- lem", die voorts verschillende uitgaven bevat en enkele voorwerpen uit het Vereenigïngsge- bouw van ..Haerlem": de Hoofdwacht. Zeer belangwekkend is cok de „Stand" van den steeds groeienden Ned. Jeugdbond voor natuurstudie te Leiden: de rijpere jeugd zal hier veel van haar gading vinden. Nog jong is de Heemkunde-Commissie in' Limburg, maar zij heeft hier al heel wat in teressant materiaal bijeen weten te brengen. De Bond Heemschut stelt tal van foto's ten toon. vooral betrekking hebbende op gevel restauratie. Hoe heemkunde wordt beoefend in alle rangen der Padvinderij blijkt duidelijk uit de inzending van het Ned. Padvindstersgilde in Den Haag. Het Instituut voor Arbeidex-sontwikkeling te Amsterdam toont eenige goed afgewerkte mo dellen van tehuizen Last not least is er nog de zeer mooie ver zameling hoerenkunst van de Landbouw Hoo- geschool te Wageningen. Jammer, dat men voor deze inzending niet over wat meer ruim te kon beschikken, dan was elk onderdeel nog meer tot zijn recht gekomen. Deze collectie bestaat uit verschillende voorwerpen van wer kelijk bewonderenswaardige hoerenkunst (sierklompen, mutsen, sieraden enz.) uit eeni ge deelen van ons land. Een groot aantal pas- telteekeningen van Nederlandsche boerenwo ningen en landschappen is van de hand van den heer H. Ramaer, lector aan de Landbouw Hoogeschool te Wageningen. Er is nog veel meer op deze tentoonstelling: wij hebben slechts hier en daar een greep kun nen doen en het een en ander vaag aanduiden. Maar wij hopen voldoende belangstelling te hebben gewekt bij velen, om in bijzonderhe den te gaan zien wat ons eigen land biedt aan schoonheid op het terrein der natuur en dei- cultuur. En zooals gezegd: vooral de jeugd moet in de komende dagen naar het Frans Halsmuseum! Zaterdagmiddag is de tentoonstelling door prof. dr. G. A. van Poelje in zijn kwaliteit als voorzitter van de Commissie van Heemkunde geopend. Bij deze opening waren o.m. tegen woordig de wethouders de heeren A. G. Boes en M. A. Reinalda. J. L. Tadema, voorzitter der Ver. Haerlem, dr. S. Eizinga, inspecteur van het M. O., mr. P. G. van Tienhoven, voor zitter van de „Hollandsche Molen", de burge meester van Lisse, baron van Wijnbergen, de heer G, D. Gratama, dir. van het Frans Hals Museum en nog vele genoodigden en belang stellenden, Prol', van Poelje deelde allereerst mede dat er bericht van verhindering binnengekomen was van de Commissaris der Koningin in Noord-Holland, van den burgemeester van Haarlem en van Dr. van Gilse. De naam van de Commissie van Heemschut zou misverstand onder de jeugd kunnen wekken en daarom is deze op initiatief van dr. van Gilse, die dit werk in Limburg zeer sterk propageert, ver anderd in de Commissie voor Heemkunde. In deze commissie zijn de talrijke vereenigin- gen vertegenwoordigd die in den Bond van Heemschut samenwerken om het behoud van de schoonheid in stad en land te verzekeren. Wanneer de jeugd eenmaal voor dit werk enthousiast is geworden zal er later een enthousiast geslacht van volwassenen zijn dat zal zorgen voor het zooveel mogelijk onge schonden behoud van al het schoone dat ons land biedt. Het voornemen bestaat nog meer dere tentoonstellingen in deze geest te hou den en daardoor de liefde voor het karakte ristieke en mooie in eigen land aan te wak keren. Er is echter nog een element van bijzondere beteekenis dat hierbij naar voren komt. De ar beid van de Commissie wordt mede gesteund en gedragen door het nieuwe onderwijskundig beginsel dat met verschillende benamingen wordt aangeduid en dat zich voornamelijk hierdoor kenmerkt dat de oude methode van „ingieten en overhevelen" plaats heeft moeten maken voor een methode waarbij de jeugd geanimeerd wordt tot zelfontdekking en zeli- doen. Hot nieuwe onderwijs gaat principieel cle richting uit van een vrijheid van beweging waarbij men b.v. bij het organiseeren van schoolreisjes niet meer angstvallig waakt of hierdoor misschien één leeslesje minder wordt gelezen of 10 rekensommen minder worden gemaakt. Deze tentoonstelling is zeker ook voor het groote publiek maar in de eerste plaats toch voor de jeugd. Het onderwijs in Limburg wordt dank zij dr. van Gilse langzamerhand gedrenkt in deze sfeer van Heemkunde. Spr. zcide zich ook te verheugen dat deze ten 12 cochets 50 c*. P roef doosxe 2 cachets 10 ct. BijApoth.enDrog- toonstelling in Haarlem wordt gehouden, in het bekende Frans Hals Museum. Wil men de beteekenis van Heemkunde leeren kennen, dan moet men in deze stand gaan wandelen! Pr. dr. van Poelje besloot zijn rede met eenige zeer hartelijke woorden tot den Haar- lemschen wethouder van Onderwijs, den heer A. G. Boes, die ondanks het klimmen der ja ren en niettegenstaande hij zelf met de oude methode is opgevoed, toch alle waardeering en alle begrip heeft voor de nieuwe gedachte en de nieuwe stroomingen in het onderwijs. KORPS MOTORDIEN ST. Op 17 Januari a.s. zal door den commandant van het Korps Motordienst de zilveren me daille, onderscheidingsteeken voor 24-jarigen dienst, worden uitgereikt aan den sergeant kok P. Schipper. PROGRAMMA VAN DE ILAARLEMSCHE RADIO CENTRALE OP DINSDAG 18 JANUARI 1938. Progr. I. Hilversum H. Progr. n. Hilversum I. Progr. 3H 8.Keulen. 9.20 Parijs Radio. 9.50 Keulen. 10.20 Diversen. 10.35 Parijs Radio 12.05 Diversen. 12.20 Parijs Radio. 12.40 Ned. Brussel. 12.20 Diversen. 3.Ö5 Parijs Radio. 3.20 Keulen. 4.20 Droitwich. 4.40 Keulen. 5.20 Ned. Brussel. 6.50 Keulen. 8.20 Fransch Brussel. 9.20 Beröihünster. 9.45 Fransch Brussel. 10.30 Boedapest. 11.25 Diversen. Progr. IV. 8.Ned. Brussel. 9.20 Diversen. zlO.35 London Regional. 1.20 Droitwich. 2.40 London Regional. 5.20 Droitwich. 7.50 London Regional. 8.10 Droitwich. 11.05 London Regio nal. 11.20 Droitwich. Progr. V. 8.007.00 Garmo'foonplatencon- cert: Billy Cotton speelt met zijn orkest, af gewisseld door het orkest van Adalbert Lut ter. 1. This town's too quiet Billy Cotton. 2. Why am I blue. idem. 3. Poor Robinson Crusoë, idem 4. Ticke tacke still und leise, Adalbert Lutter. 5. Tain't, Billy Cotton. 6. Imtangoschritt, Adalbert Lutter. 7. The tattooed Lady. Billy Cotton. 8. The man from Harlem, idem. 9. Ja bei Nacht, Adalbart Lutter. 10. Listen tot the German Band, Billy- Cotton. 11. Eine Nacht auf Java, Adalbert Cotton.' 13. Keep calling we sweatheart, Billy Cot ton. 14. Die Sonne-uhr, Adalbert Lutter. 15. We just could ft say goodbye, Billy Cot ton. 16. A bedtime story, idem. 8.0012.00 Diversen. Cabaretavond van Handelsavond- schoolreunisten. Optreden van dc „Harmony Sisters". De oud-leerlingen van de handelsavond school besteden hun avond anders dan de scholieren. Want terwijl deze laatsten des avonds uiteraard in de klas bijeenkomen om te leeren, houden de oud-leerlingen een reünie in „La Gaité" om te dansen en feest te vieren. Wie heeft er gelijk? Alles op zijn tijd. Zooals het goede oud-handelscholieren be taamt, werd er door hen op dezen avond naar harmonie gestreefd. De bekende Harmonie- sisters die we reeds menigmaal voor de A.V.R.O.-microfoon hoorden, vormden na melijk de hoofdschotel van het cabaretpro gramma. En met eere! Hoewel de spontane reacties der toehoorders in de zaal allesbehal ve harmonisch waren! Maar wel van harte gemeend. De Harmonie-sisters bezitten voor him gen re en "nun optreden een allure, welke soms grooter neigingen heeft dan die welke op een avond als deze passen. Een hunner bezit een bijna Fransche bravoure, wanneer zij haar kunstzuster aan de piano verlaat en in haar eentje de zaal instapt en zij onderscheidt zich daarin van velen harer Hollandsche col lega's die zich angstvallig bij de microfoon houden. En zij verviel geen oogenblik in aan stellerij, waarvoor in zulke gevallen altijd zoo'n groot gevaar bestaat. Integendeel, En het pleit voor het publiek, dat het zoo'n op treden zoo zeer wist te waardeeren. De „sis ter" aan de piano houdt er een prachtig ryth- me in en bezit evenals haar partner een ge mak van voordracht, dat de ware kunstena ressen ook op dit bescheiden gebied ken merkt. Bravo voor de Reünisten om zoo'n at tractie te engageeren. Het getuigt van goeden smaak. Daar waren dezen avond meer bewijs zen van. De bands van Bob van Venetie „Rythm Maniacs" en Jackie Holker „Five swingers" mochten er zijn. Hun dansmuziek was zeer verzorgd en afwisselend. Het pro gramma vermeldde voorts nog het optreden van Annie Hensen. die liedjes ten gehoore bracht en Hans de Rood. Er heerschte een uitbundige stemming on der de talrijke feestvierenden. Er waren ver scheidene dansattracties, die hier insloegen. Het bestuur van deze reunistenvereeniging onder leiding van hun voorzitter A. C. Luiï heeft eer van zijn werk gehad. (Adv. Ingez. Med.) Feestavond van de Nederlandsche Reisvereeniging. Tholen en Van Lier met de revue „Extra Tijding". De feestavond, dien het bestuur van de ai'- deeling Haai'lem van de Nederlandsche Reis vereeniging voor Zaterdagavond had georga niseerd, heeft heel wat leden van de N. R. V. familie met hun introducés naar de groote zaal van het Concertgebouw getrokken. Het verschijnsel van een volle concertzaal in onze stad zal op dezen avond echter wel geen ver wondering hebben gebaard, want wie met de N.R.V. aangelegenheden op de hoogte is, weet welk een goeden klank haar feestavonden heb ben en hoezeer men zich daar in den waren zin des woords „en familie" voelt. Het cabaretprogramma, dat na het wel komstwoord van den voorzitter, den heer J. G. Kraan, ten uitvoer werd gebracht, werd verzorgd door een paar goede bekenden van de N. R. V.ers, n.l. Tholen en Van Lier. thans met twee vrouwelijke krachten versterkt tot de „Vier van Tholen en Van Lier". Hun revue ..Extra Tijding" heeft de aanwezigen eenige kostelijke uurtjes bezorgd en de lach was dan ook haast geen oogenblik van de lucht. De „schakel" tusschen de verschillende scènes vormt de redactie van het nieuws bureau „Extra Tijding", waar een veeleischend hoofdredacteur zijn reporters tot wanhoop brengt door alleen het allernieuwste nieuws te willen accepteeren en overigens de berichten over China per kilo worden ingekochtNiet alle tafereelen leken ons echter even geslaagd. Soms bleven de „Vier" met hun grappenma kerij wel wat al te veel aan de oppervlakte, maar er viel ook heel veel goeds te noteeren. Zoo gaf Van Lier eenige geslaagde imitaties te zien en te hooren van Nederlandsche radio- en cabaretberoemdheden, waarbij in het bij zonder de kostelijke nabootsing van Willy Derby genoemd moet worden. Trouwens, de scène, waar deze imitaties een onderdeel van uitmaakten, bleek in haar geheel uitermate in den smaak te vallen. Er is naar hartelust ge lachen om de dwaze typeeringen, die Tholen als radioluisteraar gaf en de gesprekken, die hij met omroeper-Van Lier voerde. Natuurlijk liet het tweetal zich ook in hun beproefd genre van den samenzang hooren en evenzeer ligt voor de hand, dat ook voor community- singing een plaats was ingeruimd. Na de pauze verrastten de „Vier" de zaal met een in passend décor uitgevoerd Parijsch tafereel getiteld „De Parijsche straatzangers". Hier steeg hun kleinkunst boven het middel matige peil uit. Er zat waarlijk sfeer in dit aantrekkelijk stukje cabaret. Te middernacht werd de leuze van den feestavond „de beentjes van den vloer". Onder leiding van den heer W. Schroder begon een bal, dat een geslaagde apotheose van het feest vormde. De balleider zorgde voor verscheidene attracties, zoodat er ruimschoots afwisseling was. Een woord van lof komt behalve hem en het bestuur toe aan de band „The Harlem Kings", die voor uitstekende dansmuziek zorgde. EERSTE HULP-VEREENIGING „SNEL VERBAND". Dr. J. E. baron de Vos van Steenwijk beschermheer. Op een daartoe strekkend verzoek van het bestuur van bovengenoemde vereeniging, heeft de dr. J. E. baron de Vos van Steenwijk, burge meester van Haarlem het beschermheerschap van de Eerste Hulp-Vereeniging „Snelverband'" aanvaard. Jochem's Wraak, door J. H. GODSCHALK. VER zijn bx-illeglazen heen keek me neer Grindmans zijn bediende, die in afwachtende houding bij het schrijf bureau van zijn patroon stond, aan. Dan schudde hij beslist het kleine, dikke hoofd en sprak: „Neen. meneer Hagen, daar kan ik U geen verlof voor geven. Als U verhuizen wilt, is dat mij goed, maar ik vind 't niet noodig, dat U daarvoor verzuimt. De menschen van de ver- huisonderaeming zullen den boel toch wel op zijn plaats zetten, nietwaar? 't Lijkt mij toe, dat U daar dan bepaald overbodig bent." Jochem Hagen waagde nog een poging. „Maar, meneer, er valt nog wel wat anders te doen, dan den boel op zijn plaats te zetten. Bovendien doen die lui van de verhuizing lang .niet alles. Ik kan mijn vrouw toch niet alleen laten ploeteren?" Meneer Grindmans staarde een oogenblik voor zich uit en zei dan: „Nu goed, TJ kunt dien dag verlof krijgen, maar ik moet hem van Uw vacantie aftrekken." Jochem zag zijn patroon een oogenblik ver bluft aan en antwoordde toen: „Goed. me neer!", waarna hij zich naar zijn plaats be gaf en zijn werk hervatte. De dag van verhuizing kwam en ging, als alle dagen, en weldra was ook de vacantie van Jochem aangebroken. Meneer Grindmans wenschte hem goed weer en een genoegelijken tijd toe en herinnerde hem er aan, dat hij Jochem niet Donderdag, maar Woensdag over een week terug verwachtte. „Eén dag hebt U al bij Uw verhuizing opgemaakt, weet U nog wel. meneer Hagen?", merkte de consequente oude heer op, en Jochem bevestigde dit schoorvoetend. Gedurende de eerste dagen van zijn verblijf in de rustige badplaats aan het strand van de Noordzee wierp Jochem zich in al die ge neugten. die voor een jong huisvader aan zee openstaan; baden, kuilen graven, vestingen bouwen van zand. duinwandelingen maken en ook nu en dan lui en gemakkelijk in den lig stoel naast dien van zijn vrouw een beetje soezen of rustig praten. Maar aan die eenvoudige vreugde kwam spoedig een wreed einde: de zon, die weken lang dag in. dag uit, haar warme stralen naar het aardrijk had gezonden, werd door zware wolken verduisterd, totdat tenslotte uit een grijzen hemel de regen gestadig neerviel, Het was geen weer om buiten te zijn. en nu kwa men de gezelschapsspelen, die het ruime pen sion in voorraad had, goed van pas. De eerste dag werd dan ook genoegelijk doorgebracht, maar hoe langer de regenperiode duurde, des te meer daalde de stemming. Landerig hingen de pensiongasten rond. De spelen trokken niet meer, alle boeken waren reeds uitgelezen, alle stof voor conversatie was uitgeput, en wie, half wanhopig, het kloeke besluit nam. maar eens een luchtje te gaan scheppen, keerde weldra druipend van het water met drijfnatte schoenen terug. Dat duurde ruim een week en spoedig kwam de dag in het zicht, waarop Jochem naar zijn kantoor zou moeten terugkeeren. Het gevoel, dat zijn kostbare en korte vacan tie in regen verliep, had hem. zooals te be grijpen was. wrevelig gemaakt, maar de ge dachte, dat hier voor de achterblijvenden ook niets meer te genieten viel, verzoende Jochem aan den avond van zijn laatsten va- cantiedag met. zijn aanstaanden terugkeer naar zijn arbeid. Edoch toen hij den volgenden morgen door vrouwlief uitgeleide werd gedaan, kwam het stralende zonnelicht hem tegemoet, en de praatgage melkboer, die juist aan de deur was, verzekerde hem, dat 't nu wel een tijdlang „mooi weertje" zou blijven. Dit was voor Jochem voldoende om grommend als een beer naar de tram te loopen, die hem stadwaarts zou voeren. Als de baas hem dien dag van de verhuizing nu had geschonken, zou hij, Jochem, tenminste nog één mooien en prettigen dag hebben gehad. In plaats daarvan moest hij naar kantoor! In Jochem's anders zoo vreedzame hart sloop de gedachte aan wraak binnen, en toen hij, in de tram gezeten, die plannen uitwerkte, verdween allengs de wrevelige trek op zijn Vijf minuten vóór negenen stapte Jochem het kantoor binnen en ongewoon luidruchtig begroette hij zijn patroon en collega's. Op meneer Grindmans' na eenige aarzeling uit gesproken vraag, of hij een goede vacantie had gehad, antwoordde Jochem: „Zeker me neer. geweldig goed; veel regen en nu de zon weer schijnt, naar huis terug!" Meneer Grindmans zweeg verder en Jochem installeerde zich aan zijn schrijftafel, zooals iemand dat doet. die van zijn vacantie te rugkeert. Hij haalde wat oud werk te voor schijn en gedurende ongeveer een kwartier hoorde men niet veel meer dan het geklep per van de schrijfmachine, waarover de ty piste haar vaardige vingeren liet gaan. Plots daverde door de geopende vensters de schelle en luide klank van een draaiorgel, vlak vóór de deur staande, naar binnen. Deze stortvloed van tonen bleek de inleiding te vormen tot een even luidnichtige potpourri van „Hollandsche feestliederen", waarin de luisteraars o.m. werden opgewekt ,.de klok maar te laten luiden" en „er den moed maar in te houden". Meneer Grindmans keek ver stoord van zijn zooeven binnengekomen post op, wenkte den jongsten bediende en droeg hem op. den orgeldraaier te verzoeken, wat verderop te gaan. Maar Jochem voorkwam dit, door te zeggen, dat hij den orgelman ge- engageerd had, om de feestvreugde ter eere van het weerzien te verhoogen. Met groote verbazing had meneer Grind mans toegeluisterd, en, zich tot Jochem rich tend. sprak hij: „Maar, meneer Hagen, dat gaat toch wel wat ver. vindt u ook niet? U begrijpt toch wel. dat deze luide muziek zeer hinderlijk voor het werk is?" „Dat kan wel zijn, meneer, maar féést moet er vandaag zijn. Ik ben veel te blij, dat ik weer terug ben", riposteerde Jochem. die onmiddellijk daarop in het inzetten van een foxtrot door het „pierement" aanleiding vond. juffrouw Bijzei, de ruim vijftigjarige, zéér corpulente boekhoudster, tot een „dans je" uit te noodigen. Deze dame. die zich bin nen deze muren voor het eerst bij haar voornaam hoorde noemen, keek verontwaar digd en blijkbaar tot in de fijnste vezelen van heur ziel beleedigd op, doch zweeg waardig. De typiste trachtte haar vroolijkheid achter een zakdoekje te verbergen, sommige colle ga's keken steeds verbaasder, enkele andere hadden de grootste moeite, niet in lachen uit te barsten. Jochem trok zich van juffrouw Bezel's on uitgesproken maar duidelijke weigering niets aan en zong lustig met het straatinstrument mee, totdat dit laatste na een breed en plech tig „Wie Neerland's Bloed" verdween. Terstond verliet Jochem haastig het kan toor. om weldra met een aantal haringen in vetvrij papier terug te komen. Luidkeels riep hij over het kantoor: „Nou jongens en meisjes, wie lust een hapje zeebanket? Uit zoeken maar, zure en zoute haringen!" Niemand wilde, met het oog op den steeds verwonderder en strenger kijkenden patroon, van het gulle aanbod gebruik maken, zoodat Jochem, na zelf een paar haringen te hebben verorberd, de rest aan de twee kantoorpoesen gaf, die een oogenblik haar waardigheid ver gaten en zich met groote vreugde op het rijke maal wierpen. Meneer Grindmans, begrijpende, dat alleen nuchtere arbeid den rebel tot kalmte zou kunnen brengen, droeg Jochem op, een ach- terstalligen debiteur op voorzichtige wijze aan zijn schuld te herinneren. Jochem zette zich achter een schrijfmachine en begon na eenige oogenblikken aan den maanbrief. Toen deze klaar was, bracht hij den brief naar meneer Grindmans, die den gèkalmeerden bediende bijna vriendelijk toeknikte. Maar hoe ver anderde de uitdrukking van zijn gelaat, toen hij het volgende las: „Mijnheer, Weet u niet meer, dat u van mij een partij boonen hebt gekocht, waarvoor ik u op 15 Maart een factuur ten be drage van: 127.50 zond? Zitten uw hersenen als u die tenminste bezit dan zóó vol stopverf. dat ueelemaal vergeten hebt, die kleinigheid even te betalen? Was het nu beslist noodig. dat mijn arme bediende, die toch al zoo weinig geniet, voor u van zijn vacantieoord moet terugkomen, juist nu het mooi weer geworden is, en dat alleen maar, omdat u niet even de moeite hebt wil len nemen, mij het zooeven genoemde bedrag te sturen? In uw eigen belang raad ik u ten sterkste aan, maar gauw te betalen! Met verschuldigde gevoelens, UEds. dw. dnr. J. Grindmans". Na lezing van dit epistel zat de heer Grind mans even na te denken. Toen riep hij Jochem bij zich en sprak rustig tot hem: „Meneer Hagen, ik geloof, dat u nog een paar dagen rust noodig hebt. Gaat u maar naar huis, a.s. Maandag verwacht ik u weer op kantoor. Beterschap, meneer Hagen!" Een uurtje later vertelde Jochem. In een ligstoel aan het zonnige strand, lachend de geheele geschiedenis aan zijn verbaasde vrouw. Alliance Fran^aise. Lezing van den heer Bernard Frank. „Ik houd eigenlijk geen conférence", zei Zaterdagavond de heer Bernard Frank, oud- officier bij de Fransche marine, die voor de leden der afd. Haarlem van de Alliance Frangaise sprak over het onderwerp: „Sous la grand' voile". „Ik geef maar wat losse her inneringen Wij gelooven, dat de heer Frank hier wat te bescheiden was ofwij weten niet meer wat een conférence is. Inderdaad was deze lezing van den begaafden spreker een der schitterendste conférences (zooals de voorzit ter, de heer J. H. Sauveur, in zijn slot- en dankwoord terecht zeide) die wij in de Alliance hebben gehoord: niettegenstaande het voor deze vereeniging late uur bleef zij boeien tot het eind. Deze oud-marine-officier !s ook literator; hij schreef verschillende boeken en voor de hoofdpersonen uit die boeken vroeg hij dezen avond de aandacht op een onnavolgbaar- pakkende wijze. Hij begon met een geestige vergelijking te trekken tusschen het tijdperk vóór 19141918 en dat daarna: beide zijn gescheiden door een muur. Die muur is de oorlog. De jongens van vóór de oorlog hadden den drang naar het avontuur in zich, die van het na-oorlogsche tijdperk aanbidden van snelheid en het „re cord". Ook de kleine Bernard Frank voelde zich sterk tot „het avontuur" aangetrokken. Hij verslond Jules Verne en vooral dat groote groene geïllustreerde boek, met op den omslag de afbeelding van een groot schip met volle zeilen en met het portret van een kapitein met een blonde baard en staalblauwe oogen. Dat boek was in zijns vaders huis in Normandië en het heette: „De kinderen van kapitein Grant!". Hij wilde naar zee, maar hij moest naar een „college" in Bretagne. Hij vluchtte, maar werd teruggebracht. Een tweeden keer ging 't eveneens zoo. Tot op een dag hij 'n schip zag, dat hem sterk deed denken aan het schip van kapitein Grant. Hij hoorde van een matroos dat het een vrijwel onbekende bestemming tegemoet ging en was niet meer te houden. Voor den oorlog waren de menschen te ver- deelen in twee groote groepen: die der dich ters en die der niet-dichters. Thans behoort men tot rechts of tot links. (Geef mij maar de dichters, merkte spr. op.) Bernards vader be hoorde tot de dichters. Hij zei tenslotte: „Goed. Je mag naar zee. Dat zal jc wel genezen". De toekomst heeft geleerd, dat ook dichters zich kunnen vergissen. Bernard Frank werd leerling-loods aan boord van zijn eerste schip, maakte kennis met de vogels van diverse pluimage, die de bemanning vormden en later zou de literator Bernard Frank deze vele typen in zijn boe ken teekenen. Gevoelig en geestig en verma kelijk vertelde de conferencier nu van die menschen, tot wie hij gedurende een deel van zijn leven in zoo nauwe betrekking heeft ge staan. Daar was in de eerste plaats de kapitein: „Seul maiti'e après Dieu", hard. streng, maar begaafd met een prachtig gevoel voor recht en rechtvaardigheid, man van weinig woorden en veel schoppen. Wie een flinken ribbenstoot van hem kreeg kon er op aan, dat de kapi tein op dat oogenblik in een uitstekend hu meur was. -Zijn mannen droegen hem op de handen. Dan was er monsieur Prudence, ge leerd en tegelijkertijdgek; omdat hij Latijn kende had de kapitein hem benoemd tot scheepsdokter. En dan Merlin de zanger met de prachtige stem, die ook des nachts zong, als het niet mocht en dan stond de kapitein stiekum te luisteren. Allen waren het „typen" aan boord; de man, die „koning" ge weest was ergens bij een wilden volksstam; „le marin pieux", de kok en de timmerman en zij werden allen geteekend door den confe rencier met veel inzicht in hun karakter en veel humor. Hoe levendig beschreef hij den tornado, die het schip teisterde en havende en hoe roerend was de geschiedenis van den kleinen Creoolschen wees; die als scheepsjon gen aan boord kwam. met zijn papegaai Ernile. altijd droomde van „l'ile heuseuse" en dat eiland steeds maar weer teekende, met kleur krijt in een schoolschrift. De kleine Sammo viel overboord en verdronk en werd begraven op juist zoo'n eiland, als hij zich dit altijd had gedroomd De heer Sauveur sprak warme woorden van dank tot den conferencier, die zijn gehoor de poëzie van de zee) op zoo treffende wijze had doen beleven. dal werkelijkheid gaai worden. Als abonné van de. Radio-Centrale kunf U alle gebeurtenissen ongestoord mee-beleven. (Adv. Ingez. Medj HAARLEM EN HEEMSTEDEFILM. A.s. Dinsdagavond zal in de Marnixschool, Dutrystraat 1, Haarlem-Noord de Haarlem en Heemstedefilm van de Stichtingen voor Toe vallijders worden vertoond. Behalve de genoodigden, zullen alle belang stellende in den arbeid van de bekende Ver eeniging voor de verpleging van Lijders aan Vallende Ziekte, hierbij hartelijk welkom zijn. De heer Kortenhoeven hoopt de film toe te lichten. DE GESTOLEN AUTO. De vorige week werd ons aoor de politie me degedeeld, dat een in Den Haag gestolen nieu we Ford van 1937 in een garage aan de Pa- pentorenvest was ingeruild voor een oude Renault en Citroen ter gezamenlijke waarde van slechts f 135. Deze garagehouder verzocht ons mede te deelen, dat deze twee auto's niet f 135, maar minstens f 625 waard zijn. En de gestolen nieuwe Ford was blijkbaar in aanrijding ge weest. De radiateur was daardoor defect ge raakt en de wagen was aan den rechterkant beschadigd, zoodat genoemde garagehouder de waarde van deze Ford op hoogstens f 700 a f 750 schat.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 8