Haarlem's Dagblad Hitier voor den Duitschen Rijksdag. Anthony Eden afgetreden. Hitler's Betoog. Geen nieuwe politieke gezichtspunten Duitschland erkent Mandsjoekwo. Eerste ton voor Artis binnen Filmkeuring. Het belangrijkste 55e Jaargang No. 16769 Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courant-Uitgaven en Al gem. Drukkerij N. V. Bureaus: Groote Houtstraat 93, bijkantoor Soendaplein 37. Postgirodienst 38810. Drukkerij: Znider Buiten Spaarne 12. TelefoonDirectie 13082, Hoofdred. 15054 Redactie 10600, Drukkerij 10132, L2713 Admin. 10724, 14825. Soendaplein 12230. Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen HoofdredacteurROBERT PEEREBOOM Directie: P. W. PEEREBOOM EJN ROBERT PEEREBOOM Maandag 21 Februari 1938 Abonnementen per weck f 0.25. p. maand f 1.10. per 3 maanden f 3.25. franco pe* post f3.55. losse nummer» 6 cent per ex. Advertentien: 1-5 regels f 1.75, elke regel meer f 0.35. Reclames f 0.60 per regeL Regelabonuemcntstarieven op aanvraag. Vraag en aanbod 1-4 regel» f 0.60. elke regel meer f 0.15. Groentje» tie rubriek De dictator van Duitschland heeft Zondag een uitvoeriger rede gehouden dan ooit te voren. Deze omvang van zijn jongste betoog vindt evenwel niet zijn oorzaak in buitenge wone wijdloopigheid over de buitenlandsche politiek, maar in een extra-breedvoerige schets van de ontwikkeling van het Derde Rijk ge durende de eerste vijf jaren van zijn bewind. Die schets werd toegelicht met vele statisti sche gegeven en had de kennelijke bedoeling zoowel binnen- als buitenland te imponeeren met de behaalde resultaten. Daarbij en ook in het vervolg van zijn rede voerde Adolf Hitler een hooger toon dan bij vorige gelegen heden. Die kwam zeer duidelijk tot uiting in de volgende passages: „Wij weten, dat voor een nieuwe taak nieu we krachten noodig zijn. Wij weten, dat de taak der toekomst een sterker samenvatting van de" politieke en militaire krachten des rijks vereischt dan vroeger noodig was. Ik hoop dat het, nu al die krachten onder mijn directe leiding zijn gesteld, tot de versterking onzer machtsmiddelen zal komen, die de hui dige tijdsomstandigheden vereischen". Dit is, als men zoo'n passage uit zulk een rede licht, alarmeerende taal. Er volgt op: „Wij stellen den vrede hoog, maar even hoog stellen wij onze eer en de onvervreemdbare rechten van ons volk. Als ooit een interna tionale Hetze den vrede van ons volk zou be dreigen, dan zouden staal en ijzer ons rijk in bescherming nemen: dan zou de wereld zien, hoe partij en weermacht van één geest ver vuld zijn. Het is niet mijn bedoeling, het acht bare Duitsche officierscorps tegen den laster van internationale journalisten in bescher ming te nemen. Er zijn nu eenmaal onder de journalisten twee soorten menschen: waar- heidslievenden en leugenaars, doch er is maar- één soort Duitsche officieren". Hier voelt ge alweer waar wij naar toe gaan. Het Duitsche prestige en de Duitsche overgevoeligheid voor iedere critiek, voor ieder gerucht dat de macht en eenheid van het Derde Rijk ook maar in het minst in twijfel zou kunnen trekken, doen zich voor de zoo- veelste maal gelden. En 'het blijft op dit altijd- aanwezige teere punt dat den buitenland- schen toeschouwer wel vaak als Duitsche Achilleshiel moet voorkomen niet bij deze uitlatingen. Telkens weer komt Hitier erop terug. Hij citeert allerlei geruchten, uit de laatste dagen en zelfs van een heelen tijd ge leden, Hij wil geen internationale conferenties meer, want die zijn alleen aangenaam voor de deelnemers en stellen de volken steeds weer teleur. En die journalisten zouden de resulta ten toch maar vervalschen en elke bespreking verkeerd uitleggen. Hij wil graag onderhan delen met andere mogendheden, maar langs de normale diplomatieke wegen. Dus: bin nenskamers. Het is moeilijk te taxeeren in hoeverre hij als volksredenaar optreedt en bewust overdrijft als hij direct oorlogsgevaar in de verspreiding van geruchten gaat ont dekken. Ik heb het onlangs nog op deze plaats gezegd: de wereld is vol geruchten, niet alleen ten aanzien van Duitschland en men moet de journalisten ook verdeelen in diegenen die on afhankelijk schrijven, dus eigen meening uiten, en de anderen die slechts als employés van bepaalde groepen en belangen handelen. Wie staan achter hen? Hun schrijverij is een gevolg: bij wie ligt de oorzaak? Maar het is zeker dat Duitschland en dat Hitier zelf bui tengemeen overgevoelig op het punt van cri tiek zijn, dat dit zijn oorzaak vindt in een Duitsche geestesgesteldheid die al veel eerder aan den dag is getreden dan tijdens het be staan van het Derde Rijk en dat men in het buitenland heel wat meer met de Duitschers zou kunnen bereiken als men daarmee reke ning hield en er diplomatieker in optrad. Het gebrek aan begrip van anderer volksaard treedt vaak bij de Duitschers aan den dag maar niet alleen bij hen. Bij koele beschouwing van Hitler's rede kan men daarin wel een hooger toon dan vroeger ontwaren maar geen oorlogszuchtige strekking waarnemen. Wel doet hij, zonder Tsjecho-Slo- wakije bij name aan te duiden, krachtige woorden hooren over de rechten van Duitsche minderheden in andere landen, maar als hij het dan heeft over „den goeden wil waarmee een evenwicht of een ontspanning bereikt kan worden" is de toon weer verzoenend. Duitsch land wil die buitenlandsche volksgenooten be schermen evenals Engeland zijn belangen over heel de wereld handhaaftAls dat zich inderdaad beperkt tot het aanvaarden van een evenwicht, bij goeden wil bereikbaar, klinkt het geenszins alarmeerend. Maar omtrent de Oostenrijksche aecoor- den is er weinig afdoende opheldering geko men en men kan de hartelijke woorden aan Schuschnigg's adres zonder al te veel belang stelling lezen. En voor velen in het buitenland zal Hitler's politieke theorie inzake Japan, die ten groote Japansche overwinning over China veel minder gevaarlijk voor de wereld acht dan een nederlaag, die z.i. alleen ten goede van het bolsjewisme zou komen, wat gewaagd klinken. Wat is duurzamer, de Russische dictatuur van Stalin of het gele gevaar? Trouwens: Duitschland levert oorlogsmate riaal aan China. Het Chineesche leger heeft Duitsche instructeurs. Een groot succes van Japan bevordert Duitschland op deze wijze zeer zeker niet. Maar Hitier heeft Mandsjoekwo erkend. En hij zegt dat hij Japan als „garant voor de cultuur" beschouwt, een zin die men ook kan uitlich- IN de rede, die Adolf Hitler gisteren voor den Duitschen Rijksdag heeft gehouden, heeft de Führer een overzicht gegeven van wat in de afgeloopen vijf jaar onder het nationaal-socialisme tot stand is gekomen, de huidige positie van het Duitsche Rijk in de wereld be sproken en een blik in de toekomst geworpen. Hitier keerde zich zeer scherp tegen dat deel der buitenlandsche pers, dat z.i. de toestanden in Duitschland verkeerd weergeeft en op deze wijze de goede verstandhouding tusschen de volken verstoort. Over de veranderingen in de Duitsche legerleiding zeide de Führer, dat een aantal legerleiders is afgetreden, uitsluitend om plaats te maken voor jongere krachten. Hitier herhaalde de Duitsche eischen tot teruggave van het koloniaal bezit en bevestigde Duitschland's standpunt tegenover het bolsje wisme, dat zijn uitdrukking vond in het anti-Kominternverdrag met Italië en Japan. Duitschland zal niet meer in den Volkenbond terugkeeren, maar blijft bereid tot samenwerking met de andere mogendheden. Hitier deelde voorts mede, dat Duitschland Mandsjoekwo zal erkennen. Hij bracht tenslotte dank aan Schuschnigg voor zijn medewerking aan het herstel der Duitsch-Oostenrijksche banden. De rede van den Führer duurde pl.m. drie uur. De Rijksdagzitting van Zondag had plaats1 in de Kroll Opera te Berlijn, die voor deze ge legenheid feestelijk versierd was. Zij werd bij gewoond door de leden van het Duitsche kabi net en het diplomatieke corps. Op de perstri bune bevonden zich meer dan 100 buitenland sche journalisten. Op het vastgestelde tijdstip opende generaal- veldmaarsehalk Goering. de vergadering. Hij gaf dadelijk het woord aan den Führer tot het afleggen van de verklaring der rijksre- geering, welke als eenig punt op de agenda van den rijksdag stond. Twee redenen voor de bijeenroeping. Aan zijn rede ontleenen wij: „Dat de Rijksdag tegen vandaag is bijeenge roepen, is te verklaren uit twee redenen: ten eerste heb ik het juist geacht eenige persoon lijke mutaties niet voor, doch na den 30sten Januari uit te vaardigen en ten tweede leek het mij noodig op een bepaald gebied van onze buitenlandsche betrekkingen tevoren nog een dringend noodzakelijke opheldering te geven. Want gij allen verwacht met recht, dat op zoo'n dag niet alleèn een terugblik in het ver leden, doch ook een blik op de toekomst wordt gegeven. Deze beide zaken vormen dan ook de taak en den inhoud van de redevoering, die ik vandaag tot u zal houden. De dag, waarop ik als chef van de grootste Duitsche oppositie-partij het huis aan de Wil- helmplatz binnenging en het als Führer en als kanselier der natie verliet, was een dag van ommekeer in de geschiedenis van ons volle, toen, thans en voor altijd. Allen zijn 't er over eens en allen is het duidelijk: de 30e Januari 1933 vormde de afsluiting van een tijdvak en den aanvang van een nieuw. Ondanks de waarlijk voorbeeldlooze discipli ne en terughoudendheid, welke de nationaal- socialistische beweging: bij de ten uitvoerleg ging van haar revolutie in acht nam, hebben wij het kunnen beleven, dat een zekere bui ten en erover vallen, maar die men zeker niet te letterlijk moet opvatten. Veel in dergelijke redevoeringen moet men niet te letterlijk opvatten; veel vooral moet men tusschen de regels lezen. Na Hitler's betoog is op denzelfden dag het bericht van het aftreden van den Britschen minister van Buitenlandsche Zaken Anthony Eden gekomen. Dat aftreden is een gevolg van meeningsverschil met den premier Ne ville Chamberlain, zich in wezen kennelijk grondend op Eden's wensch, een bepaalde prestige-politiek tegenover Italië en Duitsch land te blijven voeren. Lord Halifax is nu mi nister ad interim. Mijn indruk van Hitler's rede zegt mij dat een Halifax thans beter op zijn plaats is dan een Eden. Waarover meer in een volgende beschouwing. R. P. Standbeeld van H. M. de Koningin te Delft? Prinselijk Paar zou het dan onthullen. Op instigatie van het bestuur der vereeni- ging „Oranjedag" heeft de burgemeester van Delft, mr. G. van Baren zich met een schrijven gewend tot de Koningin, met 't verzoek van H.M. toestemming te verkrijgen voor het doen ver vaardigen en plaatsen van een standbeeld van H.M. de Koningin naar de laatste uitgegeven foto ter gelegenheid van haar aanstaand 40- jarig regeeringsjubiléüm. De Delftsche beeldhouwer, de heer H. J. Etienne heeft reeds een ontwerp gemaakt voor dit standbeeld, dat in een der De'.ftsche plantsoenen zal worden geplaatst. Na eventueele toestemming van K.M. de Ko ningin zal het Prinselijk Paar worden uitge- noodigd het standbeeld te onthullen. tenlandsche pers het nieuwe rijk met een vloed van leugens en laster overgoot, Vooral in 1933 en '34 konden wij steeds weer zien, dat staatslieden, politici of journalisten in onze zg. democratische landen zich genoopt Voelden methoden en maatregelen der nationaal-socia- listische revolutie te critiseeren. Wanneer wij in de afgeloopen vijf jaren op ongeveer dezelfde wijze zouden hebben huisge houden als de wereldburgers van Sovjet-Rus- sissche, Sovjet-Spaansche afkomst, dat wil dus zeggen Joodsch ras, dan zou 't ons niet gelukt zijn uit het Duitschland van het diepste ma- terieele laagtepunt een land te maken van ma- terieele orde en algemeenen herbloei. Toen op 30 Januari de overleden rijkspresi dent mij het kanselierschap overdroeg, was alleen reeds van economisch standpunt bezien de toestand van het rijk bijna geheel zonder vooruiticht. Er moest met heele maatregelen begonnen en onmiddellijk gehandeld worden. Wie zich verplicht gevoelt tot de taak in een dergelijk uur de leiding van een volk op zich te nemen, is niet aan de wetten van parlementai re gewoonte verantwoordelijk, of verplicht tot een bepaalde democratische opvatting, doch uitsluitend aan de hem opgelegde zending. En wie die missie dan stoort is een vijand van het volk om het even of hij deze verstoring begaat als bolsjewist, als democraat, als revolution- naire terrorist of als reactionnaire fantast. Wanneer Duitschland thans economisch ge red is, dan dankt het Duitsche volk dat slechts aan zijn eigen leiding en aan zijn eigen ar beid. Het buitenland heeft daaraan in het ge heel niet bijgedragen. Hitier besprak vervolgens zeer uitvoerig de economische resultaten van het nationaal- socialisme. waarbij hij gedetailleerde cijfers gaf. Stijgend handelsverkeer. Deze enorme werkzaamheid op econo misch gebied vindt ook haar uitdrukking in den buitenlandschen handel, zeide Hitier. Zonder dat wij hebben deelgeno men aan economische wereldconfe renties, zonder dat wij in het bezit zijn van die geweldige economische mogelijkheden van andere wereld- mogendheden, is het ons gelukt den buitenlandschen handel wat invoer betreft van 4.2 tot 5.5 milliard en wat den uitvoer betreft van 4,9 tot 5,9 milliard te brengen. (Vervolg op pag. 4.) Het woord is aan Elinor Clynr* De hoogste idealen zijn niets dan uitvloeisels van gezond verstand, dichterlijk behandeld. Te volgen politiek tegenover Daitschland en Italië de oorzaak. Geschil met Chamberlain. Lord Halifax Britsch minister van buitenlandsche zaken ad interim. Gisteravond heeft de Britsche minister van buitenlandsche zaken, Anthony Eden, nadat het kabinet dien dag tweemaal bijeen geweest was, zijn ontslag ingediend. De oorzaak van dit be sluit ligt in het ernstige geschil dat tusschen Eden en den premier Neville Chamberlain gerezen is over de tegenover Italië en Duitschland te volgen politiek. Ge lijk met Eden is de onderstaats secretaris van buitenlandsche za ken, Lord Cranborne, afgetreden. Beide ontslagen zijn aanvaard. Lord Halifax is vanmorgen be last met de portefeuille van bui tenlandsche zaken ad interim. Tijdens de eerste kabinetszitting hebben de pre mier en verscheidene ministers getracht Eden óver te halen op zijn besluit om af te treden, dat hij des morgens reeds medegedeeld had, terug te komen. Aan het einde van de verga dering was Eden niet overtuigd maar gaf hij toe nog eenige oogenblikken te zullen naden ken. Eden begaf zich toen naar het Foreign Office, waar hij van gedachten wisselde met eenige zijner rechtstreeksche medewerkers. Iets meer dan een uur later keerde hij terug naar zijn collega's en deelde mede. dat zijn besluit onherroepelijk was. De vraag doet zich thans voor. of de ministers, die ten aanzien van de bui tenlandsche politiek de opvattingen van Eden deelen, zijn voorbeeld zullen volgen. Eden zelf heeft, naar men meent te weten, alle moeite gedaan om te voorkomen, dat een kabinets crisis uit zijn aftreden zou voort vloeien. Het schijnt, dat de nationaal liberale ministers hierover beraad slaagd hebben. Ingeval het aftreden van Eden geen kabi netscrisis tengevolge heeft en. dus alleen de Anthony Eden. kwestie van zijn vervanging gesteld wordt, acht men het zeker, dat Lord Halifax zijn in trede zal doen in het Foreign Office. Aange zien Lord Halifax geen zitting heeft in het Lagerhuis, zou dan Chamberlain de buiten landsche politiek der regeering in dit Huis verdedigen. Volgens sommige kringen is het ook mogelijk dat Chamberlain zelf de portefeuilles van bui tenlandsche zaken neemt. Eden lieden voor het Lagerhuis. Eden zal vandaag in het Lagerhuis een ver klaring afleggen, welke gevolgd zal worden door een verklaring van Chamberlain, die een verdaging van het Huis zal voorstellen. Waar schijnlijk zullen hierop debatten volgen. (Vervolg op pag. 4.) ARGENTINIë HEEFT EEN NIEUWEN PRESIDENT. BUENOS AIRES. 21 Febr. 1D.N.B.1 De af getreden president generaal Justo heeft Zon dagmiddag onder groote plechtigheden zijn ambt overgedragen aan den nieuwen presi dent der republiek. Ortiz. Het Artis Reddings Comité deelt ons mede de eerste honderd duizend gulden te hebben bereikt. Vol goede verwachting zet het zijn actie ten bate van Artis voort. Adolf Hitier. De centrale filmkeuringscommissie bestaat 10 jaar en heeft in dat tijdsverloop twee films per dag gekeurd.) Wat een drama's, wat een kluchten, Wat een lachen, wat een zuchten. Zijn er in die tien jaar tijd, Voor de dames en de heeren, Die centraal films censureeren, In totaal tentoongespreid. Duitsche, Fransche, Italiaansche, Engelsche, Amerikaansche, Rolden langs hun spiedend oog; Dat voor onze goede zeden, Van tien jaar gelee tot heden, Elke scène critisch woog. Korte films en heele lange. Droeve, vroolijke en wrange, Alles rolde hun voorbij Sterren nu weer lang verdwenen, Nieuwe sterren, pas verschenen, Alles, allen keurden zij. Twee per dag, wat dat beteekent, Over tien jaar uitgerekend. Geeft een indrukwekkend beeld; Maar u hoeft niet te beklagen, Niet elk lid keurt alle dagen, 't Werk wordt met veel zorg verdeeld. Toch zou ik wel willen weten, Of zij zich nooit overeten Aan dien filmschen overvloed; Is er één film op te voeren, Die hen nu nog kan ontroeren, Of hen smaaklijk lachen doet? 'k Bied intusschen beste wenschen Aan die keur van keuringsmenschen, Die ons heil beschermen, aan; Laat ze vroolijk jubileer en, Er is, mag men constateeren, Tien jaar keurig werk gedaan. WEEKBERICHT Coöp. Vooruitgang U.A., HAARLEM. ROOMBOTER, per pond 79 ets. BAK- en BRAADVET 35 ets. ZEEUWSCHE KOGELBOONTJES, puik in de kook, 4 pond 25 ets. BOTERHAMWORST, per ons 9 ets. CREAM WAFELS. 4 ons 25 ets. DADELS, per pond 9 ets. Groote doos SCHOENCRêME 10 ets. MET DIVIDENDBONS. (Adv. Ingezt Med.) HEDEN: 14 PAGINA'S. De rede van Ilitler voor den Duitschen Rijksdag 1 en 4 De Britsche minister van buitenlandsche zaken. Eden, is afgetreden 1 en 4 De Billiton Maatschappij wil trachten het goud van de „Lutine" omhoog te halen 3 De regeering wil de driejarige Kweek school voor onderwijzers in een vierja rige omzetten 3 Gevsendorffer vliegt de „Parkiet" van Californic naar Curacao 3 Franco's troepen dringen Teruel binnen 4 Voorloopig zal nog geen beslissing geno men worden over nieuwe modellen nummerborden 3 ARTIKELEN, ENZ. R. P.: Hitler's betoog 1 K. de Jong: Namiddagconcert der H. O. V. 2 J. B. SCHUIL over: AmsterdamFollies 2 Criticus over den wedstrijd Kennemcrs West Frisia 5 Dé Haaxman: In snccuwland 10 Dc Burgerlijke Stand is opgenomen op a

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 1