I-I GELIJK SPEL vart het Nederlandsche elftal tegen België MET EENIC GELUK Stormbal-voetbal. Weber zouden de Belgen hebben gewonnen Verschillende ongunstige fac toren beïnvloedden den strijd. (Van een speclalen verslaggever.) ANTWERPEN. 3 April. Na de groote overwinning in Rotterdam, waar het Nederiandsch elftal vijf weken gele den met 7—2 van België won, is het 11 gelijk spel, dat de Oranjeploeg thans te Antwerpen behaalde, voor vele voetballiefhebbers een groote teleurstelling. Toch is dit resultaat voor insiders in geen enkel opzicht een verrassing geweest. In Rotterdam speelde een Neder landsche ploeg, welke ver boven haar gewonen vorm uitkwam en het moest als uitgesloten worden geacht, dat hetzelfde elftal in België opnieuw een éclatant succes zou boeken. Een belangrijke factor was voorts, dat de Belgen in staat waren een elftal op te stellen, dat sterker moest worden geacht dan dat, hetwelk te Rotterdam zoo'n zware nederlaag leed. Men had nu weer de beschikking over den spil Stijnen en daar juist de zwakke bezetting van de eenterhalfplaats in het Feijenoord- stadion een geweldige handicap was gebleken, kon vooraf wel worden vastgesteld, dat het Belgische elftal met Stijnen, die steeds uit stekend heeft voldaan, in belangrijke mate was versterkt. In K.N.V.B. kringen was men eveneens van oordeel, dat men ditmaal een Belgisch elftal zou ontmoeten, dat van vrijwel gelijke kracht als de Nederlandsche ploeg moest worden be schouwd. De verwachting was dan ook, dat een gelijk spel het meest waarschijnlijke re sultaat zou zijn. al achtte men door de groo- terö productiviteit van de Nederlandsche voor hoede een kleine overwinning eveneens een mogelijkheid. Pessimisten voorspelden zelfs, dat de Belgen wel eens revanche zouden kunnen nemen, maar die groep was verre in de min derheid. De pessimisten kregen gelijk. En toch hebben die pessimisten, het gelijk spel ten spijt, eigenlijk gelijk gekregen. Het heeft zeer weinig gescheeld of het Neder iandsch elftal had een nederlaag geleden. Het geluk was niet met de Belgen, die zich nu eenige zeker schijnende goals zagen ontgaan door het goede, maar zeer fortuinlijk keepen van Van Male. Een kleine overwinning hadden de Belgen, die over 't algemeen ook een tikje beter speelden dan de onzen, wel verdiend. Men zal zich afvragen: Hoe was het moge lijk, dat de Oranjeploeg. welke in Rotterdam zoo prachtig partij gaf. nu met een niet eens verdiend gelijk spel genoegen moest nemen? Verschillende factoren komen hierbij in het geding. Wij memoreerden reeds, dat het Ne deriandsch elftal vijf weken geleden eigenlijk boven zijn krachten speelde, terwijl de Belgen toen ver beneden hun normale prestatie bleven. Maar daarbij waren er verschillende andere factoren, welke onze spelers in ongun- stigen zin beïnvloedden. Men kent het streven naar concentratie van den heer Lotsy. Concentratie is noodig voor den wedstrijd, maar nog meer tijdens den strijd. De heer Lotsy heeft er steeds op gewe zen. dat goed en succesvol spel alleen mogelijk is. wanneer elke speler gedurende de volle anderhalf uur zich met zijn geheele wezen op het gebeuren binnen de witte lijnen concen treert. Hij moet voor honderd procent bij het spel zijn, ook al is de bal niet in zijn nabijheid. Concentratie was echter in het stadion van Deurne ten eenenmale onmogelijk. De spelers werden in het begin van den wedstrijd direct van hun stuk gebracht door de wanordelijk heden bij de ingangen. Ook nu had men blijk baar te veel kaarten verkocht, waardoor een deel van de toeschouwers geen plaats kon krijgen. Ongeveer vijf minuten na het begin slaagde men er in de politie-afzetting te ver breken, waardoor verschillende personen in het gedrang gewond werden. Verplegers en verpleegsters behandelden gewonden, tien tallen menschen klommen over de omrastering en bij al dat spektakel werden de spelers ge heel van hun stuk gebracht. De onzen sche nen daarvan meer hinder te hebben dan de Belgen, die bovendien gesteund werden door de weinig sportieve houding van het Belgische publiek, dat met voortdurend geloei de Oranje mannen van streek trachtte te brengen. Wan neer een Hollandsche speler tegen de spel regels zondigde, ging e\- onmiddellijk een steeds herhaald ,.Oei" geroep op. dat ook zeer dikwijls werd aangeheven, zonder dat er eenige reden voor kon bestaan. Zoo zagen wij eens Caldenhove, die geen andere keuze meer had, wilde hij geen uiterst gevaarlijke situatie ver oorzaken den bal out trappen. Onmiddellijk werd hij uitgejouwd door het publiek. Het ongunstige weer. Een derde en zeer belangrijke factor was net weer. dat buitengewoon ongunstig was. Een stormwind, die bovendien nog voortdurend draaide, stond schuin over het terrein. Boven dien ontlastten zich regen- en hagelbuien Regen- en hagelbuien boven het Antiverpsche stadion. Wanordelijkheden en gewon den. boven het stadion, waar het voor spelers en toeschouwers uitermate onaangenaam was. Deze ongunstige weersomstandigheden druk ten ook een domper op het spel. Het geheel was dan ook een wedstrijd van weinig aantrek kelijk karakter, waarbij uit den aard der zaak technisch goed spel maar weinig te zien werd gegeven. Zijn wijzigingen gewenscht? Nu de wereldkampioenschappen in aan tocht zijn, is de vraag actueel: moeten er nog wijzigingen worden gebracht in het Neder iandsch elftal. Het is een feit. dat de ploeg, welke dit jaar in Rotterdam nog eens de oude glorie deed herleven, binnen niet al te lan gen tijd gewijzigd dient te worden. Vandaag is wel duidelijk gebleken, dat Vente niet de aangewezen midvoor van het nationale elftal is. Nu we over Bakhuys niet meer de beschik king hebben, moet een centervoor worden gevonden, die behalve een vaardig schutter tevens een goed spelverdeeler is. De jeugd wedstrijd heeft bewezen, dat wij naar alle waarschijnlijkheid in de toekomst over een dergelijken aanvalsleider zullen kunnen be schikken. De jeugdige KJF.C.'er De Boer. die reeds tegen Luxemburg heeft meegespeeld in het Nederiandsch elftal, speelde in de jeugd- ploeg een in menig opzicht virtuose partij. Hij beschikt over een prachtig schot, terwijl hij het spel uiterst handig opent. Over die eigenschappen bleek Vente niet te beschik ken, die in dezen wedstrijd ondanks zijn har de werken maar weinig presteerde. De voorhoede van de Oranjeploeg. welke in Rotterdam zoo onverwacht schotvaardig was. speelde nu een matige partij. Ook nu was Smit weer de beste man, maar de Haar lemmer kreeg tegen de hard werkende en lang niet zachtzinnige Belgische verdediging weinig schietkansen. De beste kansen heeft eigenlijk Mijnders nog gehad, die ons niet is meegevallen. Wij hadden beter spel van den snellen Dordtenaar verwacht. Zeer matig was ook Van Spaandonck, die o.i. veel kans heeft niet in het Nederiandsch elftal herkozen te worden. Na Smit was Wels de beste man in de voorhoede. De kleine Gorcummer speelde zijn gewone, goed verzorgde spel. Onze middenlinie. Onze middenlinie speelde globaal genomen niet slecht, maar toch schonk het spel onzer halfs wat minder voldoening dan anders. Dat. was voornamelijk een gevolg van het zeer goede spel der Belgische middenlinie, welke zeker een klasse beter was dan in Rotterdam. De Belgen waren over 't algemeen wat agres siever dan onze halfs. De beste uit onze middenlinie was Paauwe. de minsteaanvoerder Van Heel. Het schijnt, dat Van Heel niet meer geheel de oude is. al heeft zijn spel nog steeds voor treffelijke kwaliteiten. In de tweede helft zakte hij echter bedenkelijk af. Wij kregen den indruk, dat hij was uitgespeeld, want hij kon het tempo, niet meer houden. Paauwe heeft van begin tot eind een technisch hoog staande partij gespeeld. In tegenstelling met Van Heel kwam Anderiesen, die voor de rust maar matig was, er in de tweede helft steeds beter in. Hij heeft wellicht door zijn enthou siaste spel, dat de anderen inspireerde, ons elftal voor een nederlaag behoed. De geruchten, dat Caldenhove den laatsten tijd minder goed op dreef is. werden in dezen wedstrijd bewaarheid. Caldenhove speelde ook nu een goede partij, maar zijn spel was toch belangrijk minder dan in de vorige wed strijden. Daarentegen was Weber veel beter zoodat onze verdediging vrijwel even sterk was als die te Rotterdam. Weber heeft zich door dezen wedstrijd weer definitief een plaats in de Oranjeploeg veroverd. Doelman Van Male kan hoewel de eenige goal der Belgen feitelijk door een fout van hem is ontstaan op een prachtigen wed strijd terugzien. Hij heeft eenige onhoudbaar schonende ballen gestopt en daardoor het Nederlandsche elftal voor een nederlaag be hoed. De goal der Belgen was echter zijn schuld, doordat hij de situatie verkeerd be oordeelde en ten onrechte zijn doel verliet. Braine de ster van het veld. De Belgische ploeg vormde een gaaf geheel. De groote kracht van de Roode Duivels was weer Braine, die de bes te speler van het veld was. Hij zorgde er steeds weer voor, dat nieuwe aanvallen konden wor den opgebouwd. Boven dien schoot hij herhaal de malen hard en zui ver; alleen aan Van Male is het te danken, dat hierbij de bal niet ln het Nederlandsche doel belandde. De fout BRAINE. van de Belgische voor hoede was ook nu weer, dat met uitzondering van Braine het schieten zwak was. Indien er beter was geschoten zou gisteren in Antwer pen revanche zijn genomen voor de smade lijke nederlaag van Rotterdam. Nu bleef de zoo alleszins verdiende revanche uit. De Belgische verdediging was ditmaal zeer sterk. De opstelling van Petit, een jonge, maar zeer stevige knaap, bleek een geduchte ver sterking. Petit bleek niet voor een klein ge ruchtje vervaard te zijn, maar zijn spel was niet bepaald fair. Hij trapte eens Vente op zettelijk, waarvoor hij feitelijk uit het veld had moeten worden gezonden. Ook Paverick was nu belangrijk beter dan in Rotterdam, terwijl Badjou op volkomen safe wijze zijn doel heeft verdedigd. Het veel betere spel van de Belgische ploeg ls echter grootendeels te danken aan het hechte spel der middenlinie, waarin Stijnen een uitstekende spil-partij speelde. Hij trad grootendeels op als stopper-spil. maar wan neer het moment gunstig was, trok hij mee naar voren. De nieuweling Van Alphen kan op een mooi debuut op de linkshalf plaats terugzien; ook Dewinter was goed op dreef. In de voorhoede waren de vleugelspelers beter dan in Rotterdam, maar brillante din- gegn deden zij toch niet. Het gevaarlijkst was rechtsbuiten v. cl. Wouwer. Isemborghs was een zeer behoorlijke midvoor. maar zijn schot vaardigheid was niet groot. Voorhoof Is nog steeds een nuttige speler, maar hij is toch lang niet de gevaarlijke spe ler van vroeger meer. toen hij gewoonlijk voor een paar goals goed was. Zijn schieten was evenals in Rotterdam vrij zwak. De scheidsrechter. Scheidsrechter Jewell maakte ditmaal geen sterken indruk. Hij strafte enkele ernstige overtredingen der Belgen te licht en boven dien was zijn kijk op off-side minder juist. Het verloop van den strijd Eivol was het Antwerpsche stadion, toen voor het begin eerst het Nederiandsch elftal en even later de Belgische ploeg het veld be traden. De volksliederen weerklonken het Nederlandsche zonder muziek, maar met zang. het Belgische met muziek, maar zonder zang de vele fotografen namen hun traditio- neele plaatjes en de scheidsrechter riep de beide aanvoerders op het middenterrein bij een voor den toss. Van Heel bleek goed te hebben geraden; hij gaf er de voorkeur aan, in de eerste helft met den stormwind in den rug te spelen. Van den beginne af aan was het dus duidelijk, dat de Nederlanders zich voor de rust een voor sprong zouden moeten veroveren, omdat het na de rust uitermate zwaar verdedigen zou zijn. Isemborghs bracht voor België den bal aan het rollen, maar de eerste Belgische poging om den in een kanariegele trui gestoken Van Male te benaderen, liep dood op ons backstel, dat onmiddellijk den bal naar de voorhoede verplaatste, waar van Nederlandsche zijde het eerste schot kwam: van Spaandonck kreeg den bal goed voor zijn voet en loste een lagen schuiver, waarmede Badjou echter geen moeite had. Bereden politie op het veld. Het spel was aan beide zijden zenuwachtig. Men hield te weinig rekening met den wind. trapte de ballen vaak te hoog, klaarblijkelijk kostte het moeite om de periode van nerveus elkanders krachten verkennen snel te over winnen. Nog sterker geprikkeld, dan zij toch al waren, werden de zenuwen der spelers, doordat een schare van circa duizend toe schouwers de afzetting forceerde en de politie vergeefs probeerde, het publiek buiten dc om heining van het speelveld te houden. Politie te paard galoppeerde het veld op, menschen werden onder den voet geloopen en hardhandig door de politie teruggedreven, er bleven men schen liggen, bezwijmd of gewond, verplegers en verpleegsters snelden toe,... er heerschte kort na het begin achter het Belgische doel, waar deze incidenten zich afspeelden, zulk een consternatie, dat van concentratie voor de spelers geen sprake kon zijn en dat zelfs de aandacht van den toeschouwer volkomen werd afgeleid. Dit kwam aan het spelpeil be grijpelijker wijs allesbehalve ten goede. Toen de rust eenigszins was teruggekeerd, ontwikkelde zich een niet fraai, maar snel op en neergaand spel, dat zeer rijk was aan sen- sationeele momenten en de Nederlanders iets in de meerderheid bracht. Toen bijvoorbeeld de Belgen een razend snellen aanval onderna men, wist Weber, wiens resoluut ingrijpen in dezen geheelen wedstrijd sterk de aandacht trok, het leder alleen in zijn macht te hou den door den bal tusschen zijn knieen te klem men. De scheidsrechter bestrafte dit met een vrijen schop, enkele meters buiten het straf schopgebied. Braine schoot den bal ongeloof lijk hard in een kluwen van spelers, er ont stond een gevaarlijke scrimmage, maar ten slotte werd de bal weggewerkt. Een even emotioneel oogenblik was het. toen vlak na elkaar Vente aan den eenen en Voorhoof aan den antieren kant rakelings naast schoten. Van geluk mochten de Belgen echter spre ken, toen Mijnders van de zijlijn af volko men onverwacht een scherp schot inzond, zóó steenhard, dat het Badjou bijna had verrast. Slechts met moeite wist de Be sche doelman erger te voorkomen. Nadat Nederland enkele corners had genomen, herhaalde zich dit. Nu was het Smit, die na een ingooi den bal kreeg en een schot inzond, waaruit de bal vlak voor het doel op stuitte en op het nip pertje nog door Badjou corner kon worden gestompt. Oogenblikkelijk hierna stormden de Belgen op het Nederlandsche doel af. maar het schot van Buyle na een pass van Braine ging naast. Caldenhove moest redding brengen, toen Buyle op zijn beurt den bal fraai aan Braine doorgaf, maar wederom belaagden de Neder landers het Belgische doel hierna en Vente had weinig geluk, toen een fraaie hakbal na een corner van Wels rakelings langs het doel van Badjou ging. Weinig beter verging het Mijnders. die na een voorzet van Wels een goede scoringskans kreeg, toen de uitloopen- de Badjou het doel had verlaten. Mijnders miste, maar met een beetje fortuin had dit een doelpunt kunnen zijn. Badjou. Smit. De Belgen trokken weer op Van Male af, die slechts vallende, maar niettemin rustig, een door Isemborghs ingekopten voorzet van Van de Wouwer uit zijn doel kon houden. Nauwe lijks een seconde later moest Badjou ver uit loopend een bal voor de voeten van Mijnders wegtrappen. Weer laten de Belgen een staaltje van hun kunnen zien. Braine krijgt den bal van Buyle, hij schiet, de bal springt terug van het lichaam van een Oranjeman en van 5 Meter afstand zendt Braine nu een kogel naar den uitersten hoek van het doel. Languit vallende redt echter Van Male op onverbeterlijke wijze. Enkele gevaarlijke Oranjeaanvallen vol gen. Vallend moet nu Badjou een schot van Van Spaandonck verwerken en even later een hoog schot van Wels corner stompen. Gedurende zeven minuten komen de Oranjehemden nu sterk in de meerder heid, voortdurend zweeft de bal voor het Bel gische doel; in deze periode wordt ook het Nederlandsche doelpunt gescoord. Oranje neemt de leiding. Na wat heen en weer getrap op den rech lervleugel belandt na 37 minuten de bal by Vente. deze geeft een zacht kopballetje door naar Van Spaandonck die vrij voor doel staat en zich geen seconde bedenkt, maar zuiver in den benedenhoek plaatst, onhoudbaar voor Badjou (01). Verwoed vallen de Belgen aan. Zij weten de Hollanders op eigen helft terug te dringen; op wonderbare wijze ontsnapt ons doel dan aan doorboring. Van de Wouwer zet voor, Buyle kopt in. Van Male staat verkeerd opge steld, valt wel uit naar den bal, maar wordt gepasseerd en via den paal stuit de bal niet in, maar uit ons doel. waar Van Male hem dan bemachtigtDat de Belgen hier niet gelijk maakten, was meer geluk, dan wijsheid. Opnieuw dreigen de Belgen nog vóór de rust gelijk te maken. Van de Wouwer zet voor. Van Male stompte den moeilijken bal weg. Braine bemachtigde het leder en schoot zóó hard in, dat de nu uitstekend opgestelde Van Mak- den bal wel stoppen, maar niet in zijn macht krijgen kon, zoodat Braine opnieuw van zeer geringen afstand inkogelen kon. Weer stopte Van Malemaar de Belgen hadden hier geen en de onzen een buitengewoon groote dosis geluk. Even later was het rusten. De tweede helft. Met zorg in hun hart zagen de tienduizen den Nederlanders, die de reis naar Antwerpen gemaakt hadden om de onzen te zien winnen, de tweede helft beginnen. Nu kregen de Belgen den wind in den rug en toen later he vige hagelbuien neervielen, speelden de Oranjehemden onder wel buitengewoon moei lijke omstandigheden. Badjou heeft na de rust niet zoo heel veel meer te doen gehad Van Male echter des te meerReeds on middellijk na de hervatting moest onze doel man resoluut ingrijpen om erger te voorko men. Wel deed Nederland in deze periode »oede tegenaanvallen, waarbij enkele comers werden geforceerd, maar de Belgen waren met den wind mee gevaarlijker dan voor de rust. Prachtig combineerend trokken zij tel kens op het doel af, waarbij de meesterlijke peiverdeeling van Braine telkens opviel Hun schoten waren lastig, hun spel was wat sneller dan dat van de tegen den wind en den hagel Intomende Oranjchemden; slechts aan het ongeëvenaarde werk van Van Male was Achttienduizend Nederlanders Trokken naar de Scheldestad. Achttienduizend Nederlanders Kregen een onprettig bad. Allen dachten met genoegen Aan die mooie zeven—twee, Waarmee wy de Belgen sloegen, Pas een goede maand gelee. Met zoo'n prettig souvenirtje, Was de zuidelijke gang Een genoegelijk pleziertje Met de leus: wij zijn niet bang. Maar hoewel dan ook de Belgen, Een vijf weken oude.schuld Niet volkomen konden delgen, Bijna werd hun wensch vervuld. Onze tegenstanders speelden Met vernieuwden moed en hoe, Dat wij nog de punten deelden, Kwam ons eigenlijk niet toe. Achttienduizend Nederlanders Trokken naar de Scheldestad, Achttienduizend Nederlanders Kregen een onprettig bad. Hagelsteenen, kille regen, Stormbalspel en nare kou. Spelers streden om de zege. Maar April deed wat hij wou. het te danken, dat de Belgen niet gelijk maakten toen Voorhoof een voorzet van Van de Wouwer verraderlijk inkopte. Ieder voelde evenwel, dat er een Belgisch doelpunt moest komen en dit kwam dan ook. nadat er ongeveer 20 minuten in de tweede helft ge speeld waren- De Belgen maken gelijk. Dewinter plaatste den bal hoog voor het Ne derlandsche doel, Caldenhove en Isemborghs snelden tegelijkertijd toe en terwijl iedereen zich gespannen afvroeg, wie zich van het leer meester zou maken, verliet Van Male geheel onnoodig zijn doel. Isemborghs was eerder dan Caldenhove bij den bal en het was voor hem nu niet moeilijk om met een kopballetje over Van Male heen den bal in het doel te plaatsen. (11). Jammer, dat Van Male. die den geheelen wedstrijd zoo fraai zijn doel had verdedigd, hier niet vrij uitging Weer moest Van Male even later hande lend optreden, toen Braine een kogel inzond. Een prachtige save deed het gevaar wijken. Weber onderscheidde zich enkele malen door zeer fraai Belgische aanvallen te onderbre ken. Vruchteloos probeerde intusschen de Nederlandsche voorhoede door snelle uitval len Badjou te bedreigen. Pas na gerui- men tijd werk ten de Oranje hemden zich weer los uit dc Belgi sche overheer- sching. Doortas tender werden de aanvallen opge zet, sluwer wer den zij doorge voerd en enkele malen moesten de Belgische backs alle krach ten Inspannen om de Nederlandsche stormloopen te onderbreken. Pe tit deed dit en- cele keeren niet geheel fair, maar de scheidsrechter strafte dit niet af. Badjou moest weer herhaaldelijk ingrijpen, maar het wilde nu eenmaal niet lukken. Alleen Wels en Smit waren een voortdurend gevaar, de an deren konden hun glorieuse spel uit vroeger dagen niet ontplooien. Op en neer ging de strijd. Van Male hield stand, al miste onze achterhoede een paar maal bedenkelijk, toen de felle wind den bal van richting veranderde. Zelfs Van Male sloeg eens finaal naast een bijna loodrecht neerkomenden bal Tegen het einde kwam Nederland nog even opzetten. Een reeks korte, felle aanvallen volgde. Maar tot doelpunten kwam het niet meer en toen de scheidsrechter het eindsig naal gaf was de stand nog steeds gelijk. Over het geheel genomen hadden de Belgen, vooral in de tweede helft wel den toon aan gegeven en voor alle Nederlanders zal het een verademing zijn geweest, dat het bij 1—I gebleven is en dat men ten minste niet met een nederlaag naar huis behoefde te gaan! De elftallen stonden als volgt tegenover elkaar opgesteld: .België: Badjou, Paverick, J. Petit, Van Alphen, Stijnen, Dewinter, Van de Wouwer, Voorhoof, Isemborghs, Braine, Buyle. Nederland: Mynders. Sfnit. Vente. Van Spaandonck. Wels, Van Heel. Anderiesen. Paauwe, Caldenhove. Weber, Van Male. Wels.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 9