Een goede zakenvrouw Het bezoek dat Lord Gowrie, de gouverneur-generaal van Australië, met zijn echtgenoote aan den gouverneur-generaal van Ned. Indië te Batavia bracht, ging met groot ceremonieel gepaard De traditioneele „gomets-vuren", op den dag, voorafgaande aan het Joodsche Paaschfeest, werden Vrijdag weer op het Waterlooplein te Amsterdam ontstoken De heer W. C. Th. baron van Ittersum te Hardenberg, die benoemd is tot algemeen voorzitter van den Neder- landschen Imkerbond De vruchtboomen komen nu aller- wege in bloei. De bloesem weelde zal wederom duizen den bewonderaars trekken Hore Belisha, de populaire Engelsche minister van Oorlog, op het vliegveld Le Bourget te Parijs op zijn doorreis per vliegtuig naar Malta Het militaire eer is een der gendarmes, slachtoffer der onlusten te Tunis, ter aarde besteld. Een foto tijdens de militaire ceremonies De „overdekte" was goed bezet tijdens de jaarlijksche school- wedstrijden te Amsterdam FEUILLETON door HEKMAN ANTONSEN. 80) Ned Ransome had hem voortdurend met aandacht bekeken en probeerde zijn naam thuis te brengen. Toen opeens herinnerde hij zich, dat hij de jonge man was, die zooveel indruk op zijn zuster gemaakt had. door on der het rijden op de Southwestern Limited te springen, zonder zich een oogwenk te be denken. „Zeg vader", riep hij uit. ..Het zou me wa rempel niet verwonderen, als die kerel^ een goede kans maakt. Val houdt van hem Zoowel de kolonel als jonathan keken hem aan. alsof hij een zonnesteek gekregen had. Ned grinnikte en stond op. Hij klopte Jona than geruststellend op den schouder. .,Ik meen het niet kwaad. Blijf vannacht bij ons logeeren, dan zal ik je morgenochtend vroeg zelf naar Callard rijden. Ik zou dit voor geen geld ter wereld willen misloopen!" Jonathan kon er beslist niet bij. Hij had een kans. Den volgenden morgen heel In de vroegte reden ze weg in den snellen wagen van Ned Ransome. De kolonel was bijna meegegaan, maar hij veranderde op het laatste oogen- blik van plan cn daar was hij per slot van rekening blij om, toen hij hen met een vaart van een kanonskogel had zien wegstuiven De kolonel was zoo Jong niet meer. Ze reden de ruim tweehonderd mijl aan éen stuk m razende vaart en kwamen vier uur na hun vertrek bij de velden der Ransome Olie Maat- schapnij te Callard aan Jonathan overzag een uitgestrekte vlakke prairie door de zon verschroeid, waarop zich een woud van boor torens verhief. Mijlen en mijlen ver in het rond stonden ze overal verspreid, in hun soort sierlijk en indrukwekkend, honderd voet hoog de lucht instijgend met hun in zil- ververf geschilderde stalen pijlers, die in de blakende zon van Texas glansden en schit terden. De Ransome-velden! Groepen stoere kerels in overalls, met oude en gedeukte hoeden op het hoofd, met beenkappen en rijbroeken. Voorraadtanks, buisleidingen, machinelood- sen, kabels vormden samen de machinerie, die stroomen vloeibaar goud naar de aard oppervlakte bracht. Ned reed naar het kantoor, een lang ge bouw aan de grens der velden. Daar stonden verscheidene auto's geparkeerd en hij vestig de de aandacht van Jonathan op een lange, roomkleurige roadster. ..Van Val", zei hij. „Ze is dus in de buurt". Ze liepen het kantoor binnen en Ned sprak een der opzichters aan. ,Jk ben Ned Ransome". zei hij. „Is mijn zuster hier ergens?" Ze was boven op haar kantoor. Haar kan toor! Ze gingen naar boven en bleven voor de open deur van een kantoortje staan. De jolige dame droeg werkelijk een rij broek. beenkappen en shirt, waarvan de mouwen over haar gebronsde armen waren opgerold. Met haar ellebogen op den lesse naar en het hoofd in de handen bestudeerde ze een geologische landkaart. „Hé!" riep Ned en floot tusschen zijn tan den. Valentine nier het hoofd op. Jonathan zag haar opeens verstrakken en haar oogen wer den wijd van verbaasdheid, toen ze hem zag staan. „Jij!" riep ze ongeloovig uit. „Nee toch?" ..Ja" zei Jonathan. ..Beslist ja!" Ze zat als verlamd op haar stoel. Ze was dien morgen opgestaan met het vooruitzicht van weer een dag vo) besprekingen met werklui, boorlieden. geologen en opzichters.... terwijl haar gedachten toch al door bij hèm waren; en daar stond hij voor haar. groot, donker van haar, met grijze oogen en zijn gezicht één en al glimlach. „Verdraaidzei Valentine Ransome. „Excuseer me even", zei Ned beleefd. ,Jk moet iemand nog even over een oliebron spreken'. Hij trok zich terug en sloot onopvallend de deur achter zich dicht. ..Je staat zeker verbaasd. Is het niet?" vroeg Jonathan. Valentine herstelde zich een beetje. ten minste voor het uiterlijk. Inwendig was het haar nog. of de heele wereld rondtolde en zag ze overal sterretjes. „Ik moet erkennen, dat het zoo is", zei ze. Ze stond op en liep naar hem toe met uitgestoken hand, ver legen als een schooljongen. ..Hoe maak je het. Jonathan? Hoe ben je in vredesnaam hier gekomen?" „Heb je spoor in Pointdexter opgepikt", zei hij. haar stevige koele hand aannemend. „En", vervolgde hij. „het is verdraaid geluk kig, dat je ten minste ergens in Texas bent. want ik heb het razend druk en heb de hoop gekoesterd dat ik je niet zou moeten volgen naar Port-Said, of Singapore of ergens an ders heen". Hij hield haar hand nog steeds vast. maar nu maakte ze die zachtjes doch beslist los. Haar donkere oogen bleven nieuwsgierig op hem rusten. „Nou, ik ben dolblij, dat ik je terugzie", merkte ze op. „Maar wat voert je eigenlijk hierheen?" „Wel, dat zal ik je zeggen", zei Jonathan hartelijk. „Jij. Een eenlettergrepig antwoord. Doodeenvoudiger kan het niet. En absoluut nauwkeurig. Jij!" „Ik?" vroeg Valentine. Hij keek haar een oogenblikje aanzag haar rossige krullende haar. haar gebronsde ovale gelaat, haar door de zon verbrande neus. „Ja!" zei hij met overtuiging. „Jij. Port- Said zou maar een wandelingetje voor me ge weest zijn". Een snelle blos overdekte haar gelaat. Ze keerde zich plotseling om, liep om haar bu reau heen en ging er achter zitten. ..Hoe gaat het met de reeder ij?" vroeg ze meteen vlug. ,J}e reederij?" vroeg Jonathan vaagweg. „Reederij? Ohde reederij! Wel, uitste kend!" Hij kwam terug op zijn vorige onderwerp. Mijnheer Blair was een jonge man, die het druk had; en bovendien vond hij. dat hij daar niet langer kon blijven staan en zoo maar naar haar kijken. Hij legde zyn han den op het bureaublad en boog zich naar haar toe. „Valentine, het verwondert me niets, dat jij er verbluft van staat, dat ik hier zoo maar kom aangerend. Het lijkt erg onverwachts, dunkt me. Maar in werkelijkheid is het niet onverwachts. Den eersten keer in mijn leven, dat ik jou zag. is mijn hart opgesprongen van geluk en ik denk. dat ik al heel lang van je heb gehouden, zonder het eigenlijk zelf te weten. En toen je bent weggegaan", hij haalde diep adem. „toen wist ik het op eens met een schok. Valentine, we hebben samen heel wat afgevochten en dat is voorbij en voor de rest van mijn leven wil ik niets ander dan vrede met jou!" Ze boog het hoofd en kneep haar vingers zoo hard ineen, dat haar knokkels er wit van werden. „Met andere woorden, als ik in New-York gebleven was. dan zou jij het nooit te we ten gekomen zijn? Je zoudt het nooit ont dekt hebben en met Carol Wallace getrouwd zijn? Haar rustige lage stem was gedaald tot een gefluister, dat den ietwat plagenden spot die in haar woorden lag, scheen te onder strepen. .Carol?" Herhaalde Jonathan. ..Carol? Maar liefste, het lijkt me eeuwen geleden, dat ik Carol gezien of gesproken heb!" „Je was toch met haar verloofd?" zei Va lentine nadenkend. „Het was maar malligheid!" verklaarde hij "rondweg. „Maar het was toch het algemeene praatje langs de Rialto. Dick Segrave verkondigde het als een vaststaand feit". „Och, Dick!" riep hij ongeduldig uit. ..Hij beschouwde het als een uitgemaakte zaak, net als de rest van de lui. Maar het was zoo niet. We zijn vaak met elkaar uit geweest, maar dat was alles. Geen van ons beiden heeft aan den ander iets verloren, wat van werkelijke waarde was. Ik heb nooit ook maar een oogenblik iets voor haar gevoeld van wat ik voelvoor jou! Dat moet je van me aannemen, Valentine!" Ze leunde actherover en vouwde de han den achter haar hoofd ineen. .Je verlangt van me. dat ik heel wat aan neem", zei ze openhartig en ronduit. „Je hebt je nog nimmer gedragen, alsof je ook maar iets om me gaf. en nu kom je me ineens vertellen, dat het wèl zoo is. Neen", vervolgde ze met een beslist schudden van haar rossige kopje, „dat klinkt niet juist". „Luister eens, we hooren nu eenmaal bij elkaar. Iedereen kan dat zien". „Heusch waar? Me op een jacht gevangen zetten en dan op ruw weer te hopen, dat was ook zeker een teeken van liefdevolle belang stelling? is dat zoo, of niet?" „Dat lag nu eenmaal in den loop der za ken", zei Jonathan. „En ik heb heusch niet om slecht weer gebeden. Ik hoopte, dat het een .gezellig tochtje voor je worden zou". „En toen je dien ossenkop van een Wimple op me afgestuurd hebt aan dek van de Ma- rinoco, terwijl ik jou wilde zien.... toen was je zeker dol op me. niet?" Jonathan voelde zich heelemaal niet op zijn gemak. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 16