Het recht van parlementaire enquete *TEN— J 1 CIlZÖÓNs Naturalisatie-debat Cheiranthus Cheiri. WO E SD A G 27 A P RIL 1938 HAARLEM'S DAGBLAD 7 Laatste halve eeuw is er weinig gebruik van gemaakt. TERWIJL tot het normale werk van de beide takken onzer volksvertegenwoor diging hun arbeid op -wetgevend ge bied behoort, beschikken zij ook nog wel over de bevoegdheid om iets anders te doen. Zij kunnen zelfs onder bepaalde om standigheden als speurders optreden. Ja. haast zou ik geschreven hebben, dat zij eventueel opsporingswerk kunnen verrichten. In dien zin intusschen. dat zij het licht omtrent ze kere feiten of toestanden, waaraan zij mee- nen hun belangstelling te moeten geven, kun nen trachten op te sporen. Dit vermogen zij te doen door middel van het aan de kamers toekomende interpellatie- recht, doch zoo noodig kan elk van beide ook een anderen weg inslaan en. zelfs geheel buiten de Regeering om. zelf en zelfstandig een onderzoek instellen. Laatstbedoelde bevoegd heid heet het recht van enquête, dat de Grondwet in 1848 aan de Tweede Kamer, in 1887 tevens aan de Eerste Kamer en aan de vereenigde vergadering gaf. Het verschil tusschen een interpellatie en een enquête is in de eerste plaats, dat de eer ste tot een Minister (de Regeering) gericht wordt, terwijl de Kamer, die tot een enquête overgaat, er juist in belangrijke mate op uit is, niet zoozeer een of meer Ministers aan den tand te voelen als wel allerlei andere lieden, getuigen en deskundigen door de commissie, waarvan de Kamer gemeenlijk de benoeming aan haar President overlaat zij kan echter ook zelf de leden aanwijzen - te doen hooren. In de tweede plaats gaat met de enquête een zekere spreekplicht gepaard, wat niet 't geval is t. a. v. de interpellatie. De behandeling van een- voorstel om een enquête in te stellen komt neer op wat er gebeurt, als een of ander Kamerlid het ini tiatief neemt tot indiening van een wetsont werp. De afgevaardigde die het voorstel doet. laat het van een schriftelijke toelichting ver gezeld gaan. afdeelingsonderzoek met Voorloo- pig Verslag volgt, daarop Memorie van Ant woord van den kant van den voorsteller en dan openbare behandeling. Krijgt het voorstel een meerderheid, dan moet meteen ook be paald worden binnen hoeveel tijd het onder zoek gereed dient te zijn. Verschijnings- en getuigenplicht. De enquête-commissie gaat dan aan den slag en roept al degenen voor zich. welke zij wenscht te hooren. In het algemeen bestaat tegenover haar zoowel de verschijnings- als de getuigeplicht,, terwijl de commissie dank zij de wet van 1850 betreffende de regeling van het recht van onderzoek ook de onont beerlijke dwangmiddelen bezit om aan haar recht tot het oproepen en hooren van getuigen en deskundigen de noodige kracht te kunnen bijzetten. Wat het verschooningsrecht aangaat, daar op kan men zich wegens beroeps- of ambtsge heim beroepen, al zal een ambtenaar of een militair er daarmee nog niet per se af zijn. Want de Kamer kan. op advies van de com missie. verlangen, dat de Minister-chef van den weigerachtigen ambtenaar (militair) de juistheid van diens beroep op het verschoo ningsrecht waarbij dan het staatsbelang te pas gebracht kan worden bevestigt. Blijft die bevestiging uit, dan is het zeker mogelijk van de dwangmaatregelen jn zake den getuige plicht gebruik te maken. Ministers kunnen heelemaal bulten schot blijven. Zij toch kunnen alleen door de Ka mer worden uitgenoodigd om inlichtingen te verschaffen en hebben het recht deze te wei geren met een beroep op het staatsbelang. Tot 50 jaar geleden hebben er 8 parlemen taire enquêtes plaats gevonden en daarna niet één meer. Wel echter is men sedert dien twee keer overgegaan tot een enquête door een staatscommissie, die dan soortgelijke bevoegd heden kreeg als de wet van 1850 aan een par lementaire commissie toekent, hetgeen dan was neergelegd, evenals trouwens het heele onderwerp van de enquête, in een speciaal daartoe in het leven geroepen wet. Ik denk hier b.v. aar. de crisis-enquête-commissie, die aan het werk is getogen uit hoofde van een hierop gerichte wet van 1918. Terwijl in den loop der jaren een enkele maal wel eens ge poogd is de Tweede Kamer te doen besluiten tot de instelling van een parlementaire en quête in verband met een bepaalde politieke kwestie, misten de enquêtes die wel zijn door gegaan, eigenlijk een uitgesproken politiek karakter. Zij liepen meestal over meer alge- meene zaken, al heeft er ook wel eens onder zoek plaats gevonden omtrent een zeer bij zondere aangelegenheid, te weten: de enquête van 1855—56 betreffende de uitvoering van de concesssie tot landaanwinning en verdie ping van het vaarwater op het Zwolsche diep! Verder dan controlerecht. Het enquêterecht gaat ongetwijfeld nog ver der dan het gewone controlerecht van de Ka mer. Dat gaf ook Thorbecke te kennen, toen hij betoogde, dat een enquête geoorloofd is. zelfs plicht kon zijn. ten aanzien van alle aangele genheden van wetgeving en bestuur, waarmee de Kamer in aanraking komt. Het omvat zoo gaf hij te verstaan alle belangen, die onder het bereik van wetgeving en bestuur vallen. Kampeerkaarten zijn noodig. Gemeenten en particulieren eischen ze. Hoewel het weer den laatsten tijd geens zins aanlokkelijk genoemd kan worden, heeft- het er honderden kampeerders niet van weer houden met Paschen het kam peerseizoen te openen. Elke week trekken er meer op uit om in de bosschen. op de hei en ook al aan zee te ver geten. dat het in de stad nog winter is. Met het oog hierop wordt er nogmaals op gewezen, dat de meeste belangrijke kampeer- gemeenten thans een kampeerkaart eischen. Reeds moesten in verschillende gemeenten velen worden geweigerd, die een dergelijke kaart niet bezaten en bleef er hun niets over dan weer naar huls terug te keeren Opgemerkt dient nog te worden, dat ook in de gemeenten, welke nog geen regeling heb ben getroffen, vele terreineigenaren de kaar ten eischen. opdat zij er van verzekerd zijn, dat hun terrein slechts door goed publiek be zocht wordt. Aanvraagformulieren voor kampeerkaarten zijn verkrijgbaar bij alle informatiebureaux der VVV. bii de bur. van den A.N.W.B. on bij de voornaamste zaken in kampeerartikelon. Telefonisch of schriftelijk kunnen ze wor den aangevraagd aan het secretariaat der Ned. Kampeerkaarten Centrale, Leldsche- gracht 44, Amsterdam-C., tel. 35751. Daaiin, in die bevoegdheid om ten aanzien van elk onderwerp een onderzoek in te stel len. vindt volgens Thorbecke de zelfstandig heid der Sta ten-Generaal haar uitdrukking. En wanneer men dus meent, dat het van nut is, de Kamer in volle zelfstandigheid, niet afgaande op wat van de Regeeringstafel wordt gezegd, te doen nagaan, wat er nu eigenlijk allemaal wel of niet met betrekking tot beweerde ongerechtigdheden op politioneel en justitieel gebied te Oss aan de hand was. dan heeft men in het enquêterecht ongetwijfeld een goed middel om zulks na te streven. Van daar dat het begrijpelijk is, dat thans zulk 'n voorstel bij de Kamer is ingediend. Dr. E. VAN RAALTE. Plan tot bestrijding der werkloosheid. Oud-minister Gelissen wil het bij Limburgschc Stroomverkoopmaatschappij doorvoeren. Oud-minister prof. dr. ir. H. C. J. H. Gelissen, directeur van de Stroom - verkoop-Maatschappij in Limburg, is volgens de Tel. "voornemens, na verkregen goedkeuring van zijn commissarissen, in zijn bedrijf een plan tot uitvoering te brengen, dat beoogt de werkloosheid te bestrijden. Prof. Gelissen wil een vrijwillige salaris- en loonsverlaging vragen, en voor het uit dien hoofde vrij ko mende geld nieuwe employé's te werk stellen. Dit moet niet als een op zichzelf staand geval gezien worden het ligt in de bedoeling van den oud- minister, de geheele Nederlandsche industrie te bewegen, dit systeem te gaan invoeren. Prof. Gelissen. In het kort gezegd, komt zijn plan hierop neer, dat ieder, van hoog tot laag. die werk zaam is in een industrieel bedrijf, afstand doet van een gedeelte van zijn inkomen. De hoogstbetaalden laten meer vallen dan de laagstenprocentueel stelde hij zich dit zóó voor dat directeuren, genoegen nemen met een vermindering van bijv. 10 pet. en de laagst betaalden met een vermindering van 2 pet. Gemiddeld zou dit neerkomen op een verla ging van 5 a 6 pet. Bij de Limburgsche Stroomverkoop-Maat- schappij zou men hierdoor een bedrag van circa f 30.000 verkrijgen, waarvoor bijv. 15 menschen ad f 2000 of 20 menschen ad f 1500 per jaar in dienst kunnen worden genomen De oud-minister heeft de overtuiging, dat bij algeheele toepassing van zijn plan 120 a 150.000 werkloozen werk kunnen krijgen. Vijftig jaar getrouwd. Maandag 9 Mei hoopt het echtpaar Elen- baasBehrens. Kerkhoflaan 27, te Zwanen burg bij Halfweg, den dag te herdenken, waarop zij vóór 50 jaar in het huwelijk traden. Tapijten, die een menschen- leeftijd meegaan, altijd de frischheld van fijnheid van kleurstelling behouden: koopt origlncele Perzische tapijten. Wij beschikken over een bui tengewoon assortiment groote en kleine kleeden, kussens, enz. enz. enz. WEDUUI BARTEUORISSTRAAT 13-17 - HAARLEM (Adv. Ingez. Med.) Werkloosheidspercentage dat van 1932. nadert In de eerste verslagweek van April was het werkloosheidspercentage voor alle verzeker den In de laatste jaren a.v. (tusschen haak jes zijn vermeld de percentages, indien de landarbeiders buiten beschouwing worden gelaten) 1932 23.3 (23.9), 1933 26.8 (27.6), 1934 24.3 (25.9). 1935 28.— (30.5), 1936 29 6 (32.0). 1937 25.5 (27.6). 1938 23 8 (25.1). Het werkloosheidspercentage nadert der halve het peil van 1932. Bij de organen der openbare arbeidsbe middeling stonden op 9 April 1938 in totaal 385.493 werkzoekenden ingeschreven, onder wie 364.105 mannen. Van de werkzoekenden waren er 366.732 werkloos, onder wie 350.868 mannen. Het aantal werkloozen onder de als werk zoekende bij de organen der arbeidsbemid deling ingeschreven bedroeg in den winter 193738 gemiddeld 399.000. In den winter 193132 was dit gemiddelde 231.000. Schijn baar Ls dit sterk in tegenspraak met het feit. dat bovengenoemde werkloosheidsper centages op een verbetering tot het peil van 1932 wijzen. Het is blijkbaar niet overbodig er nogmaals op te wijzen, dat het aantal bij de arbeidsbeurzen ingeschreven werkloozen den invloed ondergaat van het steeds grooter ge bruik. dat van deze instellingen wordt ge maakt. hetgeen wordt gestimuleerd door fac toren als verhooging van haar practische be- teekenis, vergrooting van haar bekendheid, uitbreiding der verplichting tot inschrijving voor steuntrekkenden, inschrijving van hen, die de scholen hebbep verlaten, toeneming van het aantal werkzoekenden als gevolg van bevolkingsgroei enz. Gebruik van het aantal ingeschreven werk looze werkzoekenden als maatstaf voor het verloop van de werkloosheid is volgens den directeur van den rijksdienst der werkloos heidsverzekering derhalve misleidend. Al leen de werkloosheidspercentages hebben als zoodanig waarde. BOND VAN EXPLOITANTEN VAN RADIO- CENTRALES. De Bond van Exploitanten van Radiocen trales hield Dinsdag onder voorzitterschap van den heer G. Fris Gzn. in ..Bellevue" te Amsterdam een vergadering, die door pl.m. 240 leden werd bezocht. Daar de vergade ring samenviel met het 10-jarig bestaan van den bond, droeg deze bijeenkomst een fees telijk karakter Na herdenking van hetgeen in de afgeloo- pen tien jaren door initiatief en onder lei ding van den bond was tot stand gebracht, kwam in bespreking de laatste door den mi nister van Binnenlandsche Zaken aan de ge meentebesturen gezonden circulaire inzake gemeentelijke heffingen, die dikwijls van zoo danigen aard zijn, dat de ontwikkeling van de radiodistributie daardoor wordt tegenge houden Hoewel de tekst der circulaire geen algeheele voldoening schenkt, verheugde men zich niettemin over dezen ministerïeelen maatregel en over de instelling van een com missie. die tot taak zal krijgen den minister in deze materie te adviseeren. De heer M. J. Biiak heelt L>ni*<lag afscheid genomen als directeur van het Host en Telegraafkantoor te IJmuiden. Namens het personeel werd den scheidenden directeur (midden) een blijvende herinnering aangeboden. EERSTE KAMER. Regeering zegt. dat de noodige voorzichtigheid wordt betracht. Een flink aantal aspirant-Nederlanders, ongeveer 200 aanvragers, moesten vandaag nog de laatste hindernis nemen op weg naar verkrijging van het door hen begeerde Ne derlanderschap. Mr. v. Vessem (nat. soc.) bleek op een dergelijke uitbreiding van het aantal landgenooten niet gesteld. Vooral niet omdat volgens hem door naturalisatie op groote schaal de ethnische samenstelling van ons volk 'n te eenzijdige wijziging zou onder gaan, n.l. als gevolg van de Joden, die er bij komen. In de toekomst moeten we. zoo be toogde hij, alleen die personen naturaliseeren, wier staatsburgerschap voor ons land van be lang te achten valt: men moet ook denken aan het probleem van de werkgelegenheid. De heer Briët (a.r.) bracht in herinnering hoe in vroeger eeuwen, onder de oude republiek, ge lukkig, geen beden kelijke vrees voor verandering in de samenstelling der bevolking aam dem dag was gelegd. Zoowel Fransche refugiés als Joden waren hier steeds welkom. Overigens gaf spr. aan Mr. Vessem te verstaan, dat deze in gebreke was gebleven om maar één geval uit de voorgestelde na turalisaties aan te wijzen, dat zijn bezwaren zou rechtvaardigen en dat hij bovendien uit het oog had verloren, dat r momenteel nog zooveel naturalisaties aar de orde komen tengevolge van grooten ach terstand. En tenslotte verweet hij den nat. soc. senator zeer ten onrechte een beroep te hebben gedaan op het Koninklijk woord „Wij moeten onszelf zijn en blijven" voor zijn anti vreemdelingen en anti-joodsch optreden. Als we onszelf willen zijn en blijven, dan dienen wij dat bovenal in geestelijken zin te toonen door geen vreemde gebruiken en allures bin nen te halen. Met deze woorden stemde later Minister Goseling van harte in, na zijnerzijds nog een aantal onjuistheden van Mr. v. Ves sem recht gezet te hebben en nadat voor dien ook de heer de Zeeuw zich tegen elk anti semitisch optreden gekeerd had. Zedl' ter snede was de opmerking van den Minister, dat uit den aard der zaak onder hen, die nu voor naturalisatie aan de beurt zijn. geen lie den voorkomen, welke slachtoffers zijn van zeker regime elder, want de aanvragers ple gen heel wat langer dan het minimum van 5 jaar te moeten wachten! Dat de Regeering de noodige waakzaamheid aan den dag legt ten opzichte van de toekenning van het Neder landerschap is voor een feit en men mocht zich heusch nog wel eens even rekenschap er van geven, hoe zeer velen reeds te voren, eer het tot indiening van naturalisatieontwerpen komt, bij de schifting op het Departement van Justitie plegen af te vallen. Met aanteekening dat de nat. soc. fractie tegen was, gingen de naturalisatievoorstellen er z. h. st. door. Dit laatste geschiedde eveneens, na een korte dialoog tusschen den heer de Jong (R.K.) en Minister van Buuren, met de wijziging van de wet op de evenredige vrachtverdeeling. TWEEDE KAMER. REGELING VAN WERKZAAM HEDEN. In de Tweede Kamer vond alleen regeling van werkzaamheden plaats, waarbij o.m voorkwam de mededeeling. dat het enquête- voorstel-Wendelaar naar de afdeelingen zal gaan, terwijl later Mr. Rost v. Tonnir.gen inat. soc verlof vroeg den Minister van Ju stitie met betrekking tot zijn ten aanzien van de marechaussee te Oss genomen beslissingen enz. te mogen mterpelleeren. Over eenige we ken. wanneer de Kamer weer in het openbaar bijeenkomt, zal zij over dit verzoek beslissen; vermoedelijk afwijzend, want nu er een enquête-voorstel is ingediend, ligt het voor de hand, dat men daarover eerst een beslissing zal wenschen te nemen. Ir. Albarda (s. d. drong er op aan de in terpellatie van zijn partijgenoot v. Gelderen over de werkloosfteidproblemen vooral niet te lang uit te stellen. President v. Schalk is van plan haar tegelijk met de behandeling van het wetsontwerp ter verhooging van het cre- diet voor werkverruiming te doen houden, maar als dat in den loop van Mei nog niet voor openbare beraadslaging gereed mocht zijn, zal hij met Ir. Albarda's verzoek ernstig rekening houden. Dit was alles wat er heden tijdens de ver gadering voor vermeldenswaardigs voorviel. R. Een woordenwisseling. Onmiddellijk na afloop van de openbare vergadering der Kamer ontstond een scherpe woordenwisseling tusschen de heeren Wende- laar (lib.en Rost van Tonningen (N.S.B.), welke laatste gezegd had „ik ben geen draaier" en deze woorden niet wilde terugnemen. Hierbij doelde de heer Rost van Tonningen blijkbaar op de houding van Mr. Wendelaar in de Ossche kwestie, die thans, zooals reeds is gemeld, een enquête voorstel heeft inge diend NEDERLANDSCHE UITGEVERSBOND EN DE ORGANEN DER OMROEPVEREENIGINGEN De Nederlandsche Uitgeversbond heeft een adres gezonden aan den minister van Bfnnen- Iandsche zaken, waarin de aandacht van den minister wordt gevraagd voor de „kwestie van het handeldrijven, in het bijzonder uitgeven, door omroepvereenigingen". Door de verkre gen machtiging tot het doen van uitzendingen zijn de omroepvereenigingen in een zekere monopoliepositie komen te verkeeren, tenge volge waarvan de door haar uitgegeven, radio programma's bevattende bladen groote op lagen, dus een groote „publiclteitswaarde" heb ben kunnen verkrijgen, waarvan de omroep organisaties gebruik hebben gemaakt om zich te begeven op een terrein, dat het hare niet is. n.l. dat van den handel. Adressant dringt er 'tenslotte bij den minis ter op aan te willen bevorderen, dat er een wettelijke regeling kome van deze strekking dat de omroep-organisaties om voor een mach tiging tot het doen van uitzendingen in aan merking te komen zich moeten verbinden, dat zij zich zullen onthouden van het uitoefenen van elk bedrijf, dat niet redelijkerwijs geacht kan worden noodzakelijk voort te vloeien uit de werkzaamheden van een omroep-organisa- tie. AANBESTEDING. Vanwege den rijkswaterstaat ls Dinsdag aan besteed: De aanleg van den toegangsweg naar Gouda, onder de gemeenten Waddlnxveen en Gouda, met bijkomende werken. Laagste inschrijver was F Wormsbecher te Heemstede voor f 287.973. Witter dan wit worden Uw tanden indien U poetst met Tube 60 en 40 ct. Doos 20 ct IVOROL (Adv. Ingez. Med./ De muurbloem. Eigenlijk zouden we beter boven dit stukje kunnen zetten de enkele Muurbloem, want daar willen we het speciaal over hebben. Vroeger zag men haast niet anders dan dub- belbloemige. Daar zijn soorten bij, die maa: enkele trossen per plant maken, maar dat zijn dan ook geweldige trossen, beladen met dicht-aaneengerijde dubbele bloemen. Te genwoordig voelt men meer voor losse, sier lijke trossen en enkele bloemen. Dat Dat verschijnsel zien we niet alleen bij Muur bloemen. Een enkelbloemige Cheiranthus maakt meerdere trossen per plant en aan den bloei komt bijna geen einde. Bovendien bestaat bij droge warme voorjaren het gevaar dat de bloemen van een dubbele Cheiranthus zich niet volkomen ontwikkelen en dan ziet zoo'n bloemtros er al heel armzalig uit. Bij de enkele behoeven we daar nooit bang voor te zijn. Muurbloemen staan bijzonder mooi in combinatie met Meibloeiende tulpen en in de komende weken zult u daar weer overal voorbeelden van zien. Maar ook groote een kleurige of gemengde perken van Muur bloemen-alléén doen het uitstekend. De beste gele is zonder twijfel Golden King een mooie bloedroode de z.g. Dresdener Bruine, Fire king is scharlakenrood, Early Feitham bruin met geel gevarieerd en Ruby Gem. helder paars-violet. Dit zijn enkele namen cn kleuren, maar er zou nog een heel rijtje andere te noemen zijn. De fluweellge tinten,, die ln Muurbloemen voorkomen, zijn bijzonder fijn. Muurbloemen zijn tweejarig, enkele uit zonderingen daargelaten. We zaaien dus in den zomer, hebben dan volgend jaar bloe men en doen het verstandigst, de planten na den bloei maar op te ruimen. Bij zachte winters en op een beschutte plaats kunnen de planten wel een paar jaar mee, maar op den duur worden ze erg armelijk. Beter is het daarom ieder jaar opnieufr te zaaien tegen eind Juni in den vollen grond. Na het verspenen komen ze dan half October op hun definitieve plaats, in de volle zon en in zeer voedzamen. klelachtigen en kalkhoudenden grond, waar ze tegen vorst en scherpen noordoostenwind moeten beschermd door lage rietmatjes of dennetakken. De enkel bloemige soorten nu verdragen de vorst beter dan de dubbele. Tot nu toe spraken we alleen over Muur bloemen van normale hoogte (40 o"M.) Er bestaan echter ook lage of dwergsoorten, de z.g. Tom Thumbvariëtelten, die slechts 25 cM. hoog worden en kostelijk zijn voor randen of kleine vakjes. Ze komen voor ln geel, bruin en bloedrood. Laten we dan tenslotte Cheiranthus allloni noemen, een heel bekende, enkelbloemige oranjegele Muurbloem, die ongeveer even hoog blijft als de tweejarige soorten, maar meer schermvormig in de breedte uitgroeit, en bijzonder goed een niet al te strenge vorst verdragen kan. Cheiranthus allloni is over blijvend. maar w kunnen maar beter ieder jaar opnieuw zaaien, omdat we dan beter geproportionneerde. symmetrische planten krijgen. Er bestaan verder nog twee vasteplants- muurbloemen ,die we dus ook als echte blijvende planten behandelen kunnen: Cheiranthu-s Cheiri Harpur Crewe, met hel dergele halfdubbele bloemen, een stevige plant met veel trossen en bovendien zomer en winter groen, en Pamela Purshouse, enkel bloemig oranje, een goede bloeier die nu en in de komende weken in volle fleur staat. L. 8.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 11