Dickie en de Verborgen Schat Het Tsjecho-Slowaaksche vraag stuk ter Londensche conferentie. Sproeten komen vroeg in Sprutol. Bij alle Drogisten. Nationale gedachte in Zwitserland versterkt. 7. A T E R T> A G 30 A P RIE 1938 HA'AREEM'S DAGBEAD Slechts de medewerking van beide partijen kan de oplossing brengen. Contact der Fransche en Britsche Generale Staven wordt voortgezet. De Fransch-Britsche besprekingen te Londen zijn gisteren geëindigd. Daladier en Bonnet zijn met de andere leden der Fransche delegatie met twee vliegtuigen der Air France om 18.20 uur des avonds van Croydon naar Parijs vertrokken. In het officieele communiqué over de con ferentie wordt o.a. gezegd, dat besloten is tot voortzetting van het overleg tusschen de generale staven, zooals 19 Maart 1936 beslo ten was. Het onlangs tot stand gekomen Britsch-Italiaansche verdrag werd goedge keurd. De Britsche ministers spraken de hoop uit, dat de Fransch-Italiaansche onderhande lingen even bevredigende resultaten zullen afwerpen. De ministers verklaarden zich voldaan over de kalmeering in de Middel- landsche Zee, waartoe deze onderhandelingen hebben geleid en waren het erover eens, dat deze de voorwaarden zouden verbeteren voor de uitvoering van het accoord van November j.l. inzake het terugtrekken der vrijwilligers uit Spanje en de onderhandelingen over een accoord tot terugtrekking van het oorlogs materiaal zouden vergemakkelijken. Algemeene overeenstemimng werd bereikt ten aanzien van midden- Europa en de maatregelen om in het belang van den vrede tot een op lossing dezer problemen te geraken. Verder zijn bepaalde kanten van de situatie Jn het verre Oosten besproken, alsmede de vraagstukken voor de komende zitting van den Volkenbondsraad. De ministers consta teerden de gemeenschappelijkheid hunner belangen en kwamen overeen de bestaande politiek van raadpleging en samenwerkinr te ontwikkelen niet slechts ten aanzien van de defensie, doch ook ten aanzien van de idealen van het nationale en internationale leven, die de beide landen tot elkaar hebben gebracht. Naar Reuter van de meest gezag hebbende zijde verneemt, was het be sluit tot voortzetting van het contact tusschen de Fransche en Britsche generale staven tezamen met het zoeken naar middelen om te komen tot een vreedzame regeling van het Tsjecho Slowaaksch probleem, het voornaamste punt der besprekingen. Wat het Spaansche probleem betreft, heb ben de Fransche ministers in het bijzonder den nadruk gelegd op het belang, dat zij hech ten aan een terugtrekken der vrijwilligers, in categorieën en niet in eenvoudige getallen- verhouding. Ten opzichte van Tsjecho Slowakije kwam men overeen na te gaan of middelen gevon den kunnen worden om bij te dragen tot een vreedzame regeling van het Tsjecho Slowaak- sche vraagstuk. De Engelsche ministers maak ten het duidelijk, dat al zouden zij hun volle- digen invloed aanwenden aan den kant van den vrede, Groot Brittannië geen verdere ver bintenissen in deze aangelegenheid op zich kan nemen dan die, welke reeds in het parle ment uiteengezet zijn in de algemeene ver klaring over de Britsche politiek. Wederzijdsche concessies noodig. Aan deze verklaring viel niets toe te voegen. Ter zelf der tijd werd de opvatting uitgespro ken, dat, wanneer men tot een overeenkomst wilde komen tusschen de Praagsche regee ring en de Sudeten Duitschers, dit niet alleen kon komen van den kant van Benesj, maar dat Henlein eveneens een bijdrage moest leve ren. Bijgevolg kwam men overeen alle moge lijkheden na te gaan van het uitoefenen van invloed in alle kringen, waar dit nuttig kon blijken en te trachten de elementen uit te vinden, die tot een overeenstemming zouden kunnen worden gebracht. Tegenover de critiek, dat Tsjecho Slowakije geen Britsche of Fransche kwestie is, wordt er op gewezen, dat na den Anschluss Groot Brittannië zeer duidelijke verzekeringen heeft gekregen van Goerïng ten opzichte van Tsjecho Slowakije en dat verder, wanneer het probleem op geweldda dige wijze behandeld zou worden, dit een bedreiging met zich mede zou brengen voor den Europeeschen vrede, waarbij zoowel Groot Brittan nië als Frankrijk vitaal belang hebben. De kwestie van economischen bijstand aan Tsjecho Slowakije en andere landen in Mid den Europa werd opgeworpen door de Fran sche ministers. Aangezien er echter weinig tijd meer beschikbaar was en men erkende, dat dit een zeer ingewikkeld en technisch pro bleem vormt, besloot men, dat het aan beide partijen zou worden overgelaten na te gaan, welke hulp mogelijk kan zijn. Bijgevolg zullen beide landen het hun mo gelijke doen en elkander hiervan op de hoogte houden. Omtrent de Londensche besprekingen over het Tsjecho Elowaaksche vraagstuk meldt de speciale correspondent van Havas nog: De zeer openlijke bevestiging van den wil van Frankrijk al zijn verplichtingen te eer biedigen, bracht een uitermate duidelijk element in de besprekingen, Welker ingewik keldheid zeer groot was. Chamberlain heeft, ongetwijfeld om uit het Britsche standpunt' alle consequenties te trekken, die deze hou ding met zich mede bracht, er prijs op ge steld overleg te plegen met zijn delegatie voor hij zich weer naar de Fransche ministers be gaf ln Downingstreet na het déjeuner op het departement van buitenlandsche zaken. Verder seint de speciale correspondent van Havas o.a. nog: Over het algemeen hoopt men, dat de op Tsjecho Slowakije drukkende bedreiging in groote mate zal blijken te zijn opgeheven door de Fransch-Britsche over eenstemming. De accoorden der generale sta ven geven daaraan een waarde, die duide lijk genoeg is om ze een waarschuwing van heilzamen aard te doen vormen. Niemand hier weet niet. da: het spel der Fransch- Britsche bijst<»»i -♦> - ipüchtingen in feit niet zou kunnen worden opgeschort door dat van het Fransch-Tsjechische accoord. Daladier is tevreden. Voor zijn vertrek van Croydon wilde Dala dier niets anders zeggen dan dat hij een hoogst verheug enden indruk had gekregen van de besprekingen met de Britsche ministers, met wie hij openhartige en hartelijke bespre kingen had gevoerd, welke op alle essentieele punten tot nauwe overeenstemming hadden geleid. De gemeenschap van belangen en idealen, die Groot-Brittannië met Frankrijk verbindt, was derhalve, naar Daladier zeide. door deze besprekingen opnieuw bevestigd. De hartelijkheid, die in het communiqué tot uit drukking is gebracht, is geenszins overdreven, eerder kan het tegendeel gezegd worden. Bon net. die later op den avond per trein vertrok, deelde mede, dat hij des middags een bezoek aan minister Simon had gebracht, doch dat geen officieele besprekingen over financieele aangelegenheden waren gevoerd, Bonnet zeide voorts, dat voor de besprekin gen tusschen de generale staven geen datum is vastgesteld, doch dat zij spoedig zullen be ginnen. Beroep op de Belgische Kaïnercommissie. Minister Soudan dringt aan op hernieuwd onderzoek. BRUSSEL 29 April (Belga/A. N. P.) Van ochtend is de kamercommissie voor de finan ciën op uitnoodiging der regeering bijeenge komen. Minister van financiën, Soudan, woonde de vergadering bij en deed voorlezing van een verklaring, waarin der commissie wordt ge vraagd terug te komen op het gisteren geno men besluit artikel 1 van het wetsontwerp inzake de instelling van een surtaxe mobile en het onderzoek voort te zetten. De minister heeft een zeer dringend beroep op de commissie gedaan en er op gewezen, dat de regeering bereid was alle verbeteringen te aanvaarden, welke de commissie zou kun nen voorstellen. De commissie is tot Dinsdag uiteengegaan. Zij heeft geen besluit genomen. Minister-president Janson heeft vanochtend de afgevaardigden der links-georiënteerde liberalen ontvangen, die er prijs op stellen hun standpunt over de financieele plannen der regeering kenbaar te maken. Zij hebben den minister-president bevestigd den innigen wensch te hebben op loyale wijze samen te werken met een regeering van na tionale eenheid, welke vastbesloten is het begrootingsevenwicht te herstellen. Zij achten de intrekking van het voorstel der regeering inzake de instelling van een sur taxe mobile onontbeerlijk en wenschen deze vervangen te zien door de oude crisisbe lasting. Ilalië's vlootprogram. Twee slagschepen van 35000 ton op stapel. De onderstaatssecretaris der Ita- liaansche marine, admiraal Cavagnari, heeft in de Rassegna Italiana het Ita- liaansch vlootprogram voor 1938 be sproken. Dit program voorziet in het op stapel zetten van twee slagschepen van 35.000 ton, van twaalf verken ners en een aanzienlijk, doch nóg niet vastgesteld aantal onderzeeërs. Admiraal Cavagnari wijst er vervolgens op, dat binnen drie jaar de kern van de Ita- liaansche vloot zal bestaan uit vier groote, snelle, zwaar bewapende, zeer moderne sche pen, Dit jaar zal de onderzeevloot bestaan uit 106 schepen, waarvan acht grooter dan 1000 ton. Binnen twee jaar zal nog een twintigtal onderzeeëers worden gebouwd. Tenslotte verklaart admiraal Cavagnari, dat Italië door het bekend maken van zijn vloot program niemand schrik aan wil jagen, doch door zijn kracht ter zee zal het vrienden een waardevolle bondgenoot zijn en een macht voor hen, die het durven te bedreigen. Hevig luchtgevecht boven Hankau Japansche vliegtuigen wierpen honderd hommen uit Duizend dooden in de voorstad Hanjang? f\>T 'v KIANGSQ. I z AN-WEVV/Ö O Y'-'LiUGTyilr^ TSJINKIAU&S J* ''SOUsSj^ I 4UXHJB/™EH0^ NIW&PO kiöukiaug) 0 "VTSJEKIANG HO E PE Havas verneemt uit Hankau 29 April: Vanmiddag hebben 39 Japansche vliegtui gen een aanval gedaan op Hankau. Zij wier pen een honderdtal bommen op het arsenaal van Hanjang en het station van Oetsjang. Veertig Chineesche vliegtuigen stegen op en gesteund door de luchtdoelartillerie wisten zij twintig Japansche vliegtuigen omlaag te schieten. Drie Chineesche vliegtuigen werden vernield, in het arsenaal werd een tiental burgers gedood, aan het station werd slechts geringe schade aangericht, t In tegenstelling met het boven staande meldt Reuter, dat bij het bombardement op Hanjang duizend personen gedood werden. Volgens de Japansche lezing werd aan het luchtgevecht boven Hankau deelgenomen door vijftig Japansche en tachtig Chinee sche vliegtuigen en zijn van deze laatste er 51 neergeschoten, terwijl slechts twee Japan sche vliegtuigen verloren gingen. Chineezen zouden Noord-Sjantoeng grootendeels „gezuiverd" hebben. Het Chineesche Persbureau meldt, dat de Chineesche troepen, die in N.O. Sjantoeng, ten noorden van de Gele Rivier opereeren, in de afgeloopen dagen Litsing, Tsjanhwa, Woeti, Yanghsing, Pinghsien, Poetai, Hwei- min, Sjangho en Tsingtsjen hebben her overd. Met uitzondeling van Tsiyang zijn alle districten in Noord Sjantoeng van Ja pansche troepen gezuiverd. In Oost Sjansi hebben de Chineezen Dinsdag Litsjen en Toengyangkwan heroverd. Uit Hankau wordt voorts uit Chineesche bron gemeld, dat de Chineesche troepen gis termorgen de belangrijke stelling Tantsjeng in Zuid-Sjantoeng hebben heroverd en de Japanners hebben gedwongen naar het noor den terug te trekken. Majoor van het Leger des Heils vermoord. Donderdag is naar Domei meldt, majoor James Dempster van het Amerikaansche Le ger des Heils, die werkzaam was te Tinghsien, ten zuiden van Pauting aan den spoorweg Peiping-Hankau, door Chineesche bandieten vermoord. Ook een wit-gardist zou om het leven gebracht zijn. Spanje protesteert tegen het Britsch-Italiaansche verdrag. „Italiaanschc inmenging werd gewettigd." De Spaansche ambassadeur heeft op het Foreign Office een nota overhandigd, waarin wordt geprotesteerd tegen dat deel van het Britsch-Italiaansch verdrag, waar bij Engeland klaarblijkelijk goedkeurt, dat de Italiaansche hulp in Spanje niet terug getrokken wordt voor het einde van het conflict. Dit beteekent naar de opvatting der Spaansche regeering een wettiging van de Italiaansche inmenging. het voorjaar, koopt tijdig een pot (Adv. Ingez. Med.) ONZE DACELIJKSCHE KINDERVERTELLINC Dickie was al spoedig in het Woud der Knoestige Boomen aan gekomen en hoe het kwam. hij wist het niet, maar hij voelde zich eigenlijk niets op zijn gemak, hier zoo alleen tusschen al die vreemd- gevormde boomen. Brrrr, rilde hij, er zouden hier best dieven kunnen zitten. Nou en om voor de tweede maal ontvoerd te worden, nee hoor, daar voel ik niets voor. Ik denk. dat ik maar weer den kant van huis zal op gaan, dat lijkt mij het beste. Zoo gezegd, zoo gedaan. Maar o wee, Dickie, daar sla je een ver keerden weg in, zoodat je nu heelemaal verkeerd bent. Pas nou op, dat je niet verdwaalt, anders is het weer heelemaal mis! Maar omdat alle boomen en alle weggetjes zoo op elkaar leken, begreep Dickie veel te laat, dat hij verdwaald was. Daar zal je het hebben! zuchtte hij. Nou ben ik verdwaald en wie weet, waar ik aanstonds terecht kom. Tjonge, je kunt hier ook niet weten, waar je wel bent geweest en waar niet. Het Woud der Knoestige Boomen is net een doolhof. Jammer, dat oom Mopperniet er niet bij is, die weet den weg hier zoo goed. Enfin, goed zoeken maar, misschien kom ik er nog uit! Gevolg der gebeurtenissen in Centraal-Europa. G e n v e, 25 April 1938 (Van onzen correspondent). IN de laatste weken hebben wij hier te lande telkens opnieuw kunnen bemerken welken diepen indruk het zoo snelle ver dwijnen van de Oostenrijksche zelfstan digheid op de Zwitsersche bevolking heeft ge maakt en hoe hierdoor het besef der onder linge saamhoorigheid en de waardeering voor de eigen vrijheid en onafhankelijkheid in de verschillende Zwitsersche kringen nog zijn versterkt. Dit wil natuurlijk geenszins zeggen, dat de Zwitsers bevreesd zouden zijn, dat reeds van daag of morgen Duitsche legertroepen de Zwitsersche landsgrenzen zouden overschrij den en dat Adolf Hitler dan eenige uren later te Bern zou verschijnen, om de aansluiting van Zwitserland bij Groot-Duitschland te ver kondigen! De Zwitsers hebben voldoende po litiek besef om te begrijpen, dat een dergelijk gevaar op het oogenblik nog niet dringend is. Hitier heeft trouwens verschillende malen uit drukkelijk verzekerd, dat hij de zelfstandig heid van Zwitserland zal blijven eerbiedigen. Het zou bovendien voor de Duitschers wel heel moeilijk zijn bij een voortduren van den wereldvrede eenig argument te vinden, op grond waarvan een inval in Zwitserland te rechtvaardigen zou zijn. Een nationaal-socia- listische partij, die „bevrijding" dank zij het ingrijpen van den grooten broer aan de over zijde der grenzen verwacht, bestaat in Zwit serland niet. Zelfs de nationaal-socialistisc'n gezinde „frontpartij", die trouwens nimmer veel aanhang had en wier stemmental in de laatste jaren voortdurend nog zwakker gewor den is, pocht bij iedere gelegenheid op haar nationaal-Zwitsersche gezindheid en verloo chent iedere nauwe verbinding met Duitsch- land. Het gevaar voor Zwitserland ls echter gele gen in de kans op het uitbreken van interna tionale militaire verwikkelingen, bijv. in ver band met het lot der Sudeten-Duitschers in Tsjecho Slowakije. Dan zou het niet ondenk baar zijn, dat één der drie groote mogendhe den. die met hun drieën Zwitserland thans omknellen, verklaren zou zich genoodzaakt te achten, natuurlijk „tegen eigen wil!", het Zwitsersche grondgebied te schenden, omdat anders een der andere naburen dit gedaan zou hebben! Het zal een regeering vermoede lijk wel niet al te moeilijk vallen op een voor teeken van een plan tot neutraliteitsschennis door de tegenpartij te kunnen wijzen, dat haar een voldoende voorwendsel tot een eigen preventieve schending der Zwitsersche neu traliteit zou opleveren! Ook een zwakke na tionale stemming bij de Zwitsers zelf, een on voldoend tot uiting komende wil van het Zwitsersche volk om zich tegen iederen aan valler, wie hij ook zijn moge, krachtig te ver dedigen, zouden een argument tot „preven tieve" schending der Zwitsersche landsgren zen kunnen worden. Niet uit den Volkenbond. HET is dit zeker niet geheel denkbeeldige gevaar, dat de oorzaak is, waarom de groote meerderheid van het Zwitsersche volk thans de regeering bij haar streven naar vol ledig herstel der Zwitsersche neutraliteit bin nen het kader van den Volkenbond onder steunt. Zwitserland wil niet uit den Volken bond treden. Afgezien van meer idealistische overwegingen ook hierom reeds niet, omdat een uittreding uit den Volkenbond thans juist door een groot gedeelte der wereld zou be schouwd worden als een aansluiting van Zwitserland bij het Duitsch-Italiaansche anti- Volkenbondsblok, als een prijsgeven dus juist van de Zwitsersche politieke neutraliteit. Doch Zwitserland wil, lid van den Volkenbond blijvend, zijn volledig recht op neutraliteit te rug verkrijgen, dat het door de toetreding tot den Volkenbond gedeeltelijk verloren had. Zwitserland wil niet, dat in een mogelijken Europeeschen oorlog Duitschland of Italië Zwitsersche neutraliteit zou kunnen wantrou wen, omdat Zwitserland nog door eenige sanctieverplichtingen gebonden is. Terwijl het Zwitsersche volk dus ter bezwe ring van het gevaar, om in een Europeeschen oorlog betrokken te worden, zijn volstrekte neutraliteit terug verlangt, is omdezelfde re den een groeiend saamhorigheidsgevoel on der de Zwitsers, een ernstig streven naar ver zachting van binnenlandsch-politieke tegen stellingen, een algemeen inzicht in de nood zakelijkheid van versterking der landsveide- dieing vast te stellen Dit laatste heeft c.e ïe- eeering dezer dagen tot haar groote voldoe ning kunnen bemerken. Het voornemen tot eenige militaire hervormingen -»PSevat heb bend, stelde zij prijs erop te voven de leiders der politieke partijen hierover te raadplegen, opdat Zwitserland in de tegenwoordige inter nationale omstandigheden niet het van een referendumstrijd over vraagstukken betreffende de militaire landsverdediging zou worden. De minister van militaire aangele genheden Minger kon echter met volkomen gerustheid zijn plannen nader gaan uitwei- ken. De leiders van alle politieke kamergroe- pen, ook die van de s°cl^al"^^°fr^iSv5?® partij, hadden hem verzekerd, dat hij op hun steun zou kunnen rekenen zoowel met betrek king tot nieuwe uitgaven voor oorlogsmate riaal, als ten aanzien van de voorgenomen verlenging der herhalingsoefeningen. En oe leiders der kamerfracties hadden zelfs er in toegestemd van een der rechten der vo.ksver- tegenwoordiging afstand te doenztj legden zich erbij neer, dat de opperste bevelhebber van het leger, die slechts in tijden van inter nationaal gevaar benoemd wordt, voortaan niet meer door de volksvertegenwoordiging, doch door de regeering zou worden benoemd! Belangrijk besluit der Kamerfracties. iEN van de belangrijkste besluiten van den laatsten tijd in het belang van een betere samenwerking tusschen de hin en ter verhindering van een al te feilen bin- nenlandschen politieleen strijd isfeen..^d®^e beslissing der leiders der kamerfracties ge weest, n.l. hun besluit tot het in het leven loe pen van kleine permanente kamercommissies, waarin iedere der zeven politieke partijen dn de rangorde der partij sterkste: sociaal-demo craten, vrijzinnigen, katholieken, boeren, on af hankelij ken. liberaal-conservatieven en vrije democraten; de communisten met slechts 2 kamerleden vormen geen kamerfractie) door één lid vertegenwoordigd zal zijn Deze com missies, die zich ieder met een bepaald gebied van staatswerkzaamheid zullen bezig houden, zullen trachten, zonder in bijzonderheden over een speciaal wetsvoorstel af te dalen, over de groote hoofdlijnen der op hun gebied te voe ren toekomstpolïtiek tot overeenstemming te komen. Het is duidelijk dat de regeering. die steeds de loyale uitvoerster van de wenschen van liet parlement is. ook met deze inzichten der kleine kamercommissies in ruime mate re kening zal h' uden. Op deze wijze zullen ook de nog buiten de regeering staande sociaal democraten meer dan tot dusverre toch het regeeringsbewind kunnen beïnvloeden. Bij-» zondere overwegingen, gedeeltelijk van per soonlijken aard, maken namelijk een onmid dellijke opneming van socialistische leiders in de Zwitsersche regeering niet raadzaam. Een typisch voorbeeld van de versterking der nationale gedachte in Zwitserland is het besluit, dat de socialistische vakvereenigingen van Bern en Zurich genomen hebben, om dit jaar in den 1 Mei-optocht naast de roode vlag der Internationale ook de nationale Zwitser sche vlag mede te dragen. De vakvereeni gingen stelden zich op het standpunt, dat de Zwitsersche arbeiders, van welke politieke richting ook, vastbesloten zijn desnoods met hun leven de vrijheid, onafhankelijkheid en democratie van Zwitserland tegen iederen aanvaller te verdedigen. Zij zullen dus met op geheven hoofde ook achter de nationale Zwitsersche vlag mogen marcheeren. En een belijdenis van trouw aan de nationale zaak achtten de leiders der vakvereenigingen ge rechtvaardigd, daar de arbeiders het aan de Zwitsersche democratie en aan den vasten wil van het volk tot edlging van de vrijheid van het land te d< n hebben, dat zij in Zwitserland nog ongehinderd hun 1 Mei- viering kunnen houden, in Zwitserland nog vrij kunnen vergaderen, spreken en ook vrij critiek uitoefenen! Deze rechten zijn waard verdedigd te worden. Daarom, zoo besluit de oproep der socialistische vakvereenigingslei- ders tot de arbeiders, zullen zij, trouw blij vend aan de roode vlag als symbool der vol- kerenverbroedering en van volkenvrede, daar naast hun steun verleenen aan de Zwitsersche vlag met het witte kruis op het roode veld ais symbool van onafhankelijkheid, vrijheid en democratie! B. DE JONG VAN BEEK EN DONK Duitsche mededeel in gen over „Putsch"-pogingen in Tsjecho- Slowakije* Tegenspraak van officieele zijde. Het Duitsche blad „Der Angriff" maakb melding van een „poging van Tsjecho-Slo waaksche agentprovocateurs om op 1 Mei een bloedige Putsch te veroorzaken in Sudeten Duitschland." Een zekere Glaser, die van de Duitsche nationaliteit vervallen verklaard is en tegen wien een bevel tot in hechtenisne ming is uitgevaardigd, zou onder de aanhan gers van Henlein gepoogd hébben een anti- Tsjechische terroristische organisatie te vor men, waarbij hij zich voordeed als Duitsch officier. In de plaatsen, waar hij er in slaag de een organisatie te vormen, zou hij de commandanten van de gendarmerie op de hoogte hebben gesteld. De gendarmerie kreeg opdracht een meedoogenloos gebruik te ma ken van de wapenen. Het complot zou zijn uitgelekt doordat een jong Sudeten Duitscher de leiders van zijn partij hiermede in kennis stelde. De Angriff beschuldigt de regeering te Praag de Sudeten Duitsche beweging met geweld te hebben willen vernietigen. Het Tsjechische persbureau Ceteka publi ceert naar aanleiding van het bovenstaande de volgende officieele mededeeling: Het bericht is volkomen onjuist. „Dezer dagen hebben de autoriteiten van. Duitsehen kant de mededeeling ontvangen, dat, volgens een gerucht, een zeker individu in Noord-Bohemen zou opzetten tot tegen den staat gerichte daden. Op grond van deze vage inlichtingen werd een streng onderzoek ingesteld dat echter geen enkel concreet resultaat opleverde. De bewering, dat deze provocateur bij de gen- dai'merie menschen zou hebben aangebracht, is verzonnen. Er is geen enkele aanbrenging geschied, hoewel personen, die iets over deze zaak we ten. verplicht zijn zulks te doen. Wat het z.g. bevel aan de gendarmerie zonder aanzien des persoons met kracht van wapenen op te treden tegen samenzweer ders aangaat, daarvan kan natuurlijk geen sprake zijn. Tsjecho-Slowaaksche officieren er van te beschuldigen, dat zij op dit punt iets in. elkander kunnen zetten, is zoo onhandig, dat het zelfs niet noodig is dat tegen te spre ken". Fransche ballon door den bliksem getroffen. Twee officieren gedood. Uit Sarreguimines: Nabij Ditche is een mi litaire kabelballon door den bliksem getrof fen en omlaag gestort. Twee officieren kwa men om het leven, vijf soldaten werden ern stig gewond. Vliegtuig van Duitsehen gouw leider verongelukt. Bestuurder omgekomen, gouwleider Terboven gewond. Het vliegtuig van den nationaal- socialistischen gouwleider Terboven, den „Oberprasident" van de Rijnpro vincie. is gisteravond bij aankomst op het vliegveld van Essen verongelukt. Het ongeluk zou toe te schrijven zijn aan 'n motordefect. De bestuur der kwam om het leven. Terboven werd gewond. Hij is naar een zieken huis overgebracht. Zijn toestand is echter niet gevaarlijk. Violiste van kostbare viool beroofd. Met geleend instrument op het concert Het A.N.P. verneemt uit Boedapest, dat de viool van de Poolsche violiste Umlnska ge stolen is. Het instrument werd gebouwd in de achttiende eeuw en de waarde wordt op 250.000 zloty geschat. De diefstal werd gepleegd voor een con cert. terwijl de violiste in een restaurant soupeerde. Zij had haar instrument in haar auto laten liggen. Zij was genoodzaakt haar concert op een geleende viool te geven.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 6