SANOSTOL met frisse hen
Abei Gance's film J'accuse
Hun bloed
mag in den
wereldoorlog
niet voor
niets ge
vloeid zijn!
Gezellig is dat
HOENDERDOS
WOENSDAG 22 JUNI 193S
HAARDE M'S DAGBLAD
7.
Volwaardig
sinaasjppelsm.uk
Dat zegt V:
rr
Zeven millioen menschen vielen in den
wereldoorlog" 19141918. In vier jaren tijds
verdween een getal menschen zoo groot als
de bevolking van Nederland, van den aard
bodem. Is hun bloed voor niets gevloeid?
Misschien, zegt de weifelmoedige, want de
oorlog is er altijd geweest en zal daarom al
tijd wel blijven. Neen, meent de overtuigde,
wij hebben van de ellende van anderen ge
leerd, het leven is geen cirkelgang, geen
zinloos kapot maken om weer van net
begin af te laten groeien. Het leven
is vernieuwing zonder vernieling. Geen
vernieling uit drift, maar een vernieuwing uit
geloof, in het leven, in de menschen. En af
breken van het oude met de vooropgezette
bedoeling er iets
nieuws van te ma
ken. Maar geen af
breken om het af
breken.
Oorlog is zinloos geworden, en voert ons
naar geheelen ondergang. Maar om het ver
keerde van dingen te ervaren, moeten veel
martelaren vallen. Zij zijn gevallen.
Zeven millioen martelaren zijn gevallen om
ons van het verkeerde van een modernen
oorlog te overtuigen. Zij stierven in een af
schuwelijke hel van verschrikkingen. En zij
mogen niet voor niets gevallen zijn. Dat roept
Victor Frcincen, die de figuur vertolkt van den
man, in wien de oorlogsherinnering voortleeft,
en die de gevallenen van den wereldoorlog uit
hun graven oproept om hen ervan te laten
getuigen dat zij niet voor niets gevallen zijn,
en dat de menschheid een les uit hun leed
dient te trekken.
de Fransche film „J'accuse" van Abel Gance
u toe. De dooden verrijzen uit hun graven
en klagen u aan, u mensch van heden, omdat
ge den oorlog nog niet uitgebannen hebt,
nadat 7000.000 menschen geofferd waren aan
den waanzin van den krijg, omdat ge niet
geleerd hebt uit de les van de historie.
7000.000 dooden mogen niet voor niets ge
vallen zijn. Hun bloed heeft de aarde door
drenkt, opdat u op den akker het zaad des
vredes zoudt kunnen strooien. Hun ellende,
hun verschrikking zijn er geweest om de
menschenwereld iets verder te helpen naar
den vooruitgang en niet naar den onder
gang. En hun stem klinkt uit het verleden en
klaagt u aan, u mensch van heden, omdat gij
dreigt te vergeten dat 7000.000 dooden niet
voor niets gevallen zijn.
Deze gedachte vormt den grondslag van
de Fransche film „J'accuse". En zeis een
sterke grondslag, logisch, los-van elk idealis
me. eigenlijk misschien welzakelijk
Idealisten, practische en onpractische, zijn
het er overeens dat de moderne oorlog zinloos
is. Maar er zijn nog altijd meer non-idealis
ten en zelfs contra-idealisten. Zij zijn alleen
vatbaar voor zakelijke motieven, voor 2 2
is 4. en zien nog altijd in den oorlog een
soort zuiveringsproces, een etappe in den
volkengroei. De krijg moge eens die functie
vervuld hebben, het is duidelijk dat ze dat
niet meer doet. sedert de technische ontwik
keling het oorlogsinstrument heeft laten
uitgroeien tot een enorm monster, dat gereed
staat zijn verwekkers te verslinden. De
menschheid heeft die functie van den oorlog
aichzelf laten overleven. Accoord, zeggen de
idealisten. Goed, meenen de overigen, maar
eerstbewijzen! Zij willen bewijzen tot
in den dood toe.. Maar zij zien niet dat, wan
neer de oorlog zijn zinloosheid zou bewijzen,
het probleem oorlog-of-vrede inderdaad
grondig opgelost zou zijn. Te grondig. Want
na den eerstvolgenden oorlog zullen er waar
schijnlijk geen menschen, althans geen Euro-
peesche menschen genoeg meer rondwande
len om de vruchten van dit bewijs te pluk
ken. Wie het onderste uit de kan wil, krijgt
het lid op zijn neus, dat is nog steeds waar.
Gelukkig is er nog steeds een Zakelijk motief
voor de zinloosheid van den oorlog, hoewel
het geen absoluut bewijs is. Maar als dit
motief niet voldoende is voor een beschaving
om de strekking ervan te begrijpen en ernaar
te handelen verdient die beschaving wellicht
niets beters dan den ondergang en ik geloof
dat dit motief wel voldoende is.
Idealisten eenerzijds en non-idealisten en
contra-idealisten anderzijds kunnen elkaar de
hand reiken, wanneer het gaat om de zake
lijke vraag: zijn 7000.000 menschen in den
wereldoorlog voor niets gedood? Hun dood
heeft ons niet bewezen dat wij er ruimer
door kunnen adem halen, dat zij teveel
waren, want we hebben 20 jaren lang kun
nen constateeren dat de tijden er niet beter
op worden. Hun dood heeft ons bewezen
dat wij op den verkeerden weg zijn! En nu
wij weer den verkeerden weg dreigen op te
gaan hooren wij overal de herinnering in
ons roepen: denk erom, 7000.000 menschen
zijn niet voor niets gevallen. En nu de laat
ste tijden de spanningen soms zeer hoog
worden opgevoerd is het logisch, dat iemand
naar het meest moderne expressiemiddel
de film heeft gegrepen om de stem van
7000.000 gevallenen over de wereld te bazui-
hen. En die iemand is Abel Gance. En de
film, heet „J'accuse". Een film met een
enorme logische kracht, een film, die u niet
opwindt, maar die het stemmenkoor van
7000.000 gevallenen uit het verleden laat
weerklinken.
Victor Francen symboliseert in deze film
de figuur van den oorlogsinvalide (de orga
nisatie van Oorlogsinvaliden verleende uiter
aard haar medewerking bij het tot stand
komen van de film) de man, in wiens hoofd
een granaatscherf is blijven steken, een man
in wiens gedachten de hel van 19141918
bloedwarm voort blijft leven, de man, die
het contact legt tusschen de dooden, die in
den oorlog zijn gevallen en de levenden, die
den oorlog nog niet hebben ervaren. Victor
Francen speelt deze figuur niet, maar is
haar met hart en ziel. Francen is weliswaar
waar geen oorlogsinvalide, maar hij zal den
oorlog wel ervaren hebben, evenals Abel
Gance, de regisseur, zooals eindeloos vele
Franschen. De film is doortrokken van de
overtuiging-dat-ze-gemaakt-moest-worden, op
geweld uit een enorme behoefte de stem van
het verleden te laten hooren, daar waar veel
menschen komen: in de bioscoop, 'k Weet het.
er zullen daar nu veel wegblijven want deze
stem van het verleden is voor velen een stem
van het geweten. Maar er zullen ook velen
komen. Laten zij er verdiept-in-hun-vredes-
overtuiging vandaan gaan en er iets meer
van al hun goede voornemen in de
practijk door toepassen. De vrede groeit
langzaam. Maar zoolang zij groeit is dat een
bewijs voor haar juistheid. De vredestoestand,
niet als wapenpauze maar als basis voor een
geestelijke volkenstrijd, is nieuw. En als
iets nieuws op deze wereld groeit is dat een
bewijs dat het goed is. De oorlog groeit ook,
maar hij is niet nieuw, hij is vergroeid en
wordt wanstaltig. Dat is onlogisch, dat is een
bewijs voor zijn verkeerdheid. En op deze
wereld heeft het logische, het gezonde het op
den duur nog altijd gewonnen van het on
logische, het ongezonde.
Daarom spreekt deze film zoowel tot idealisten
als tot non- en contra-idealisten een even
duidelijke, heldere logische taal. De stem uit
het verleden spreekt. De mensch van heden
luistere.
v. H.
GEM. ZANGVEREENIGING „CON
AMORE".
Een dezer dagen gaf bovengenoemde zang-
vereeniging onder leiding van Willem Hespe,
een zeer geslaagd concert op „Brederodeduin".
Dit concert ging gepaard met een door acht
dames gedansten „elfengroet", ingestudeerd
door Tilly Sylon, welke dans zeer in den
smaak viel.
OPENLUCHTSAMENKOMST VAN
KERK EN VREDE.
De Federatie Noordholland Zuid van „Kerk
en Vrede" zal op 25 Juni, 's middags 3 uur. een
openluchtsamenkomst beleggen te Velsen
(halte Zeeweg'. Als sprekers zullen optreden:
ds. G. J. Duijvendak. Evang. Luth Pred. te
Haarlem, mevr. SpanjaardLevy van Gro
ningen en ds. H. J. Mispelblom Beyer, Rem.
Pred. te Leiden.
zoo met een boek of handwerkje
in de zon. Maar straks in het
hoekje bij de haard, die zoo'n be
haaglijke warmte geeft dank zij de
kolen van HOENDERDOS, is dat
niet even gezellig? En nu die
brandstoffen bestellen beteekent
een niet geringe besparing op die
uitgaven. De voordeelige voorjaars-
prijzen gelden nog tot en met
30 JUNI.
TELEFOON 11979
(Adv. Ingez. Med.)
Winkelsluiting op Zaterdagavond.
'Advies van de Middenstands-
centrale aan B. en W.
Geadviseerd wordt, de winkels niet om
8 uur te sluiten.
Naar aanleiding van het bekende verzoek
der bediendenorganisaties om vervroegde
winkelsluiting op Zaterdagavond, heeft het
dagelijksch bestuur van de Middenstands
centrale desgevraagd aan B. en W. van Haar
lem het volgend advies uitgebracht.
Wii meenen voorop te mogen stellen, dat
de Winkelsluitingswet, binnen welks kader
de gevraagde maatregelen zouden moeten
vallen, in de-eerste plaats in het leven is ge
roepen voor de belangen van de winkeliers.
Het frappeert ons, dat groepen, welke zoo
vele belangen bij de winkelondernemingen
hebben, zelfs zonder overleg met de georga
niseerde patroons, tot een dergelijk voorstel
komen.
Wii adviseeren uw college aan het verzoek
der bedienden-organisaties geen gevolg te
geven op de volgende overwegingen:
1. Het valt niet te ontkennen, dat er ver
band bestaat tusschen de werktijden van de
arbeiders in het algemeen en tusschen het
sluitingsuur der winkels. Wij zien dan ook in
het verleden, dat een ongebreidelde arbeids
duur en gelegenheid tot koopen langzamer
hand heeft plaats gemaakt voor kortere
werktijden en vroegere sluitingsuren. Het
vroegere sluitingsuur was echter steeds het
gevolg van den korteren arbeidstijd en wij
zien thans niet hetzelfde verband.
2 Al zouden echter in de toekomst de werk
tijden nog meer verkort worden, dan neemt
o.i. de Zaterdagavond toch een zeer bijzon
dere plaats in in dit vraagstuk en wel spe
ciaal in onze stad. Immers Haarlem is een
inkoopcentrum voor inwoners van buitenwij
ken en buitengemeenten, zelfs in verre omge
ving. Deze menschen zijn gewoon om, wan
neer zij zich verfrischt en opgeknapt heb
ben en na van den vrijen Zaterdagmiddag
genoten te hebben, zich tegen den avond
naar de stad te begeven. Het is niet aan
twijfel onderhevig, dat wanneer men het
sluitingsuur vervroegt tot 8 uur, vele inwo
ners uit die buitengemeenten niet meer vol
doende gelegenheid vinden om hun inkoopen
in Haarlem te doen. Voorts zou aan de win
kels onthouden worden een belangrijk be
drag. dat besteed wordt aan direct opkomen
de behoeften.
3 Waar wij vervolgens ook de aandacht op
willen vestigen is het feit. dat velen niet al
leen naar de stad komen om inkoopen te
doen. maar dat zij van die gelegenheid ge
bruik maken om den avond gezellig door te
brengen, hetzij in café of restaurant, hetzij
in schouwburg of bioscoop. Het is dus niet
alleen de winkelstand die nadeelige gevolgen
zou ondervinden yan de getroffen maatre
gelen. In dit verband wijzen wij ook nog op
het „aspect" van de stad, indien op Zater
dagavond de winkels om 8 uur zouden ge
sloten worden en de helverlichte etalage^, die
gewoonlijk zoo'n prettige sfeer scheppen,
donker zouden zijn.
Samenvattende kunnen wij dan ook zeg
gen, dat de handeldrijvende Middenstand,
zoowel als de exploitanten van cafés, restau
rants en bioscopen ernstig nadeel zouden
ondervinden door niet- en elders bestede
bedragen, terwijl het ons voorkomt, dat een
algemeen Haarlemsch belang vergt, dat niet
alleen geen afbreuk wordt gedaan aan de
gezellige sfeer op Zaterdagavond in de stad,
maar dat integendeel alle krachten worden
ingespannen om het vertier in Haarlem te
doen toenemen.
ZONNEBRILLEN met de juiste glazen.
ZONNEBRILLEN als voorzet zeer practisch.
Uw bril moet voor vacantie in orde zijn.
Opticiens ENDENBURG Zn.
RIJKSSTRAATWEG nummer ZES. Uw adres.
(Adv. Ingez. Med.)
ORGELBESPELING
in de Groote- of St. Bavokerk te Haarlem, op
Donderdag 23 Juni 1938, des namiddags van
34 uur, door den heer George Robert.
Programma.
1. Fantasie d kl. t., J. P. Sweelinck.
2. Preludium en Fuga, G gr. t.. J. S. Bach.
3. Aus tiefer NotF. Mendelssohn Bar-
tholdy.
4. Fuge I über den Namen B. A. C. H., R.
Schumann.
5. Cantabile, C. Franck.
6. Morceau de Concert. A. Guilmant.
BACHCONCERT HAARLEM S GEMENGD
KOOR.
In de recensie van het Bachconcert van
Haarlems Gemengd Koor in ons blad van
Dinsdag stond abusievelijk als de organist
de heer George Robert vermeld. Het orgel
werd echter bespeeld door den dirigent
van het koor, den heer Jan Booda.
Wij rectificeeren hiermede de fout van onzen
muzikalen medewerker, waarover wij ons
leedwezen betuigen.
„Dit keer was het 't fijnst van al de tien
keeren!"
Het moet voor het comité ..Autotocht ouden
van dagen", dat gisteren de tiende jaarlijksche
autotocht voor Haarlemsche ouden van dagen
organiseerde, een voldoening zijn geweest deze
enthousiaste woorden na het bezoek, dat in
Amsterdam aan Artis werd gebracht want
daarheen ging de jubileumstocht uit den
mond van zoo menig oudje te hebben mogen
hooren.
Artis ontving op den stralenden zomerschen
dag van gisteren de oudsten van dagen en de
jongsten, vereend in him gemeenschappelijke
belangstelling voor het dierenleven. School
klassen van jongens en meiskes dwaalden
luid-sprekend, jolig en joelend, door de lanen
van den dierentuin. En er tusschendoor schoof
plotseling een oudje alleen of met een ander,
aan den arm van een behulpzame zuster of
padvindster, maar in kleine, overal verspreide
groepjes, niet zoo luidruchtig, niet zoo bewege
lijk, maar toch met een niet minder vroolijke,
opgewekte uitdrukking in het gezicht. Hun
gastvrouwen en gastheeren, autobestuursters
en bestuurders, die met hun wagens 74 in
getal de oudjes van Haarlem naar Artis en
terug brachten, amuseerden zich de kostelijke
have van Hollands mooisten dienrentuin ook
opperbest.
Haarlem's Commissaris van Politie, de heer
E. H. Tenckinck, lid van het comité „Auto
tocht Ouden van Dagen", dat gisteren een
tocht naar Artis in Amsterdam organiseerde,
toonde belangstelling voor een zeeboe.
De papegaaien, zaten als vanouds gelijk
trouwe wachters op hun stokjes-aan-draad-
jes langs de „oprijlaan" geschaard, die naai
de eigenlijke „villa" Artis voert, een villa
voor dieren, met vele dependances, voorzien
van alle gemakken, maar met één groot onge-
FL.1.40 PER FLACON IN APOTHEKEN EN DROGISTERIJEN
(Adv. Ingez. Med.)
mak. n.l. dat voor alle openingen-waar-een
beest-door-kan tralies zitten, dikke, stevige
De leeuwen lagen lui te zonnen in hun rots-
tuin, bepaald onwellevend en zonder het
minste respect voor de grijze haren en den
ouderdom van hun bezoekers.
De nijlpaarden speelden duikbootje en de
zeehonden krijgertje.
De pinguins wgren nog steeds de meest
gastvrije dieren, .want zij kwamen met hun
altijd-uitgesprcide „armen" verwelkomend en
vriendelijk-waggelend op de oudjes toe.
De giraffe stak zijn kop zoo hoog omdat hij
meende in de hoogte koelte te kunnen
vinden.
De zebra's hadden het echter nog niet warm
genoeg om hun gestreepte truitjes eens uit
te trekken.
De wisentkoe heette Beatrice en het kalfje
„Artisma", maar hoe of ze ook bij hun lieve
naampjes werden geroepen zij bleken niet ge
voelig voor den dierenburgerlijkenstand en
de daaraan verbonden plicht een naam te
hebben, die de menschen voor hen hebben
ingesteld.
De wisentstier had stierlijk het land. Hij
heette „Schaljapin" maar hij zong niet. Wel
keek ie valscb.
De struisvogel u weet wel dat dier' dat
zooveel politieke misère op zijn geweten
heeft kuierde op zijn stelten.
De woestynschepen, de kameelen, voelden
zich in de warmte best thuis, en het eenige
wat zij misten, was de woestijn.
De apen waren luidruchtig, en binnenin
het apenhuis keek een orang oetang meewa
rig naar de passeerende menschen. En in zijn
filosofeerende oogen weerspiegelde zich de
nog steeds onbeantwoorde vraag: „Kijken de
menschen naar mij of kijk ik naar de
menschen?"
Overal, waar men gistermiddag in Artis
kwam. zag men plotseling een van de Haar-
leinsche oudjes opdagend Men ontmoette el
kaar dan hier, dan daar en groette als oude
bekenden. Het was een dorp, waar men elkaar
dan weer in de apenstraat. een volgend maal
in den leeuwenlaan, in het nijlpaardenpad
het zeehondenplein of in de eerste bison-
dwarsstraat tegenkwam, met een blik in de
oogen van: „Ook uit Haarlem?"
Omstreeks drie uur togen de oudjes alle
maal naar een gebouw, waar eindelijk eens
geen „niet voederen" op stond, en daar kre
gen ze versnaperingen.
Toen was het uit. Het bezoek aan Artis.
Vele oudjes hadden er herinneringen aan
jeugdbezoeken opgehaald.
Maar er waren er velen, die deze keer, eerst
in den winter van hun leven, het jeugdige ge
noegen van het Artisbezoek smaakten. En
zij waren allen erover uit zoo echt kinderlijk
opgetogen. Het was een prachtigen dag.
Zonnig van buiten. Zonnig van binnen.
1 Hoe oud of de oudjes van dagen waren, één
dag hebben zij zich weer heerlijk jong ge
voeld.
Eén der Haarlemsche oudjes, die gisteren een bezoek brachten aan Artis, kon
het best met de wilde dieren vinden! Het comité „Autotocht Ouden van Dagen"
kan met voldoening terugzien op de zeer geslaagde excursie, welke ongeveer 180
ouden van dagen zooveel jeugdig genoegen schonk.
Haarlemsche .uocn van dagen n stille bewondering voor de Pinguins in Artis.
Gisteren brachten ongeveer 180 oudjes een bezoek aan den Amsterdamschen
Dierentuin. Het was het tiende uitstapje georganiseerd door het comité „Auto
tocht Ouden van Dagen".
Jeugdig genoegen voor ouden van
dagen.
Met 180 Haarlemsche oudjes
in Artis
„Dit maal was het 't fijnst van al de
tien keeren!"