SI MARGAGA.
De kleine entente op het eiland Rozenburg,
waar thans duizenden vogels broeden
Op 3 Juli a.s. begint de K.N.I.L.M. haar geregelden dienst op Australië. Op 16 Juni j.l.
startte van Tjililitan de PK. AFO voor de proefpostvlucht. Even voor den start van deze
nieuwe Lockheed Super Electra
Het Nederlandsch-lndische leger heeft eigen zend- en ontvangtoestellen
voor radio-telefonie vervaardigd, die een groote vooruitgang op de vroegere
apparaten zijn gebleken bij de proeven, welke op 17 Juni werden genomen
FEUILLETON
Een avontuurlijk verhaal uit de binnenlanden
van Sumatra's Oostkust.
GERT HARTENAUTH1EL.
„Saja, toean besar!" Kwiek en vlug liep zij
vooruit, zoodat ik haar nauwelijks kon bijhou
den Zij leidde mij om het bedehuis heen en
door een kleinen voortuin naar een miniatuur
houten huisje, waarvan de ramen met luiken
gesloten waren. Vervolgens klopte zij drie
maal op de eveneens gesloten huisdeur, het
geen tot gevolg had. dat er ergens in de wo
ning licht werd ontstoken, waarna een mom
pelende stem hoorbaar werd. Het meisje ant
woordde fluisterend en noemde haar naam.
Op hetzelfde oogenblik werd de deur ge
opend en trad Kariromo naar buiten.
O. toean besar?!" fluisterde hij verheugd,
toen hij mij herkende. „O de toean besar komt
bij Kariromo
..Die hem helpen wil", vulde ik aan.
Saja. saja". antwoordde hij zacht. „Kari
romo wil den toean commandant helpen. Kari
romo is trouw. Kariromo is dankbaar. Kom
zachtjes binnen, toean besar! Kom m mijn
armelijke woning, maar wij moeten voorzich
tig zijn. niet luid spreken, de atapmuren zijn
dunEen spion zou ons gemakkelijk kun
nen hooren. Zachtjes! Zachtjes!" Op zijn
teenen ging hij vooruit en wij volgden zwij
gend.
Achter ons schoof Batta een paar zware
grendels op de deur.
Wij betraden een klein en spaarzaam ver
licht vertrek, dat slechts van eenig primitief
meubilair was voorzien. In het midden van
de kamer was de vloer bedekt met een vrij
zindelijke cocosmat, waarop de merkwaardig
ste dingen verspreid lagen: de onvermijdelijke
beteldoos. rookgerei, een paar meloenen, wa
pens en fijne vischnetten, kussens en dekens,
alles door elkaar. Het was een typisch Oos-
tersch stilleven, dat voor een Europeaan ech
ter weinig bekoorlijks had, reeds daarom niet,
omdat het 't zijne bijdroeg tot de ondragelijke
atmosfeer, welke in deze inlandsche woningen
pleegt te heerschen. Maar ik was nu zelf een
Maleier, luisterend naar den naam Sodite-
romo, even bruin als de anderen en ik moest
dus alle geuren van den aequator als iets van
zelfsprekends accepteeren.
Nadat wij met gekruiste beenen op de mat
hadden plaats genomen, stak ik een sigaret
op en begon: „Wel, Kariromo, wat heb je me
voor belangrijks mee te deelen? Vertel me
maar alles, dat je gehoord hebt, dan zal ik
zien wat ik er van kan gebruiken om een op
stand te vermijden en den geloovigen hier
weer rust en orde te brengen."
Kariromo boog onderdanig het hoofd. „Zoo
als de toean besar beveelt. Maar misschien
is 't beter, dat eerst mijn zuster Batta spreekt
en u van een ontmoeting vertelt."
Ik knikte het meisje, dat zich geheel in de
schaduw had teruggetrokken, vriendelijk toe.
Zoo Batta. verte] dan maar eens. wat dat
voor een ontmoeting geweest is. Dat is dan
zeker gebeurd, nadat we elkaar gezien had
den?"
In tegenwoordigheid van haar broer gedroeg
het meisje zich veel verlegener dan toen wij
onder vier oogen waren. Terwijl ze sprak,
keek ze hem voortdurend angstig aan. alsof
ze voor elk woord, dat ze uitte, eerst zijn
goedkeuring vroeg.
„Heer", zei ze zacht, „toen ik u vanmorgen
verliet en me naar huis spoedde, zag ik den
Yogi, Si Margaga."
„Si Margaga?" viel ik haar geïnteresseerd
in de rede. „Ken je dien dan?"
Batta glimlachte. „Vraagt u maar, wien u
wilt. heer; den heiligen man. den wreker van
,den profeet, kent iedereen."
„En waar heb je hem gezien?"
Ze schudde meewarig het hoofd..„Dat weet
ik niet, heer. Plotseling, zoo. alsof hij
uit de lucht was gevallen, stond de heilige
voor mij. Ik schrok en wilde vluchten, maar
hij hield mijn hand vast en zei: „Jij, kind van
Mohammed, behoeft niets te vreezen. want ik,
de dienaar van den profeet, wil je zegenen.
Toen wierp ik me voor hem op den grond
en kuste den zoom van zijn kleed. Hij legde
zijn hand op mijn hoofd en zei vriendelijk:
„Mijn dochter, je bent op weg goed te doen
en goede menschen zegen niet alleen ik. maar
ook de schepper dezer wereld; Allah! En
let nu op, mijn kind! Onthoud de woorden,
die ik je zeggen zal en breng ze over aan den
man, dien je helpen wilt. Ik. de fakir Si
Margaga, bevind me steeds in jullie omgeving,
ook al kunnen blikken mij niet omvatten. Ik.
de wreker van den profeet, waak over jullie
en achtervolg de „drie roode strepen". Ik
mag zijn spoor niet verlaten." Bevend van
opwinding herhaalde ik zijn woorden en ik
kuste zijn zegenende hand, maar toen ik op
stond en den meester wilde aanzien, was hij
plotseling verdwenen. Precies zoo geheimzin
nig als hij gekomen was. had hij zich ook
weer verwijderd. Maar Allah en Moham
med weten, dat ik gehoorzaam was!"
De kinderlijke wijze, waarop Batta een en
ander te mijner kennis bracht, maakte onwil
lekeurig een diepen indruk op me. Terwijl ik
er over nadacht, drukten mijn gastheer en zijn
zuster hun gelaat op de mat en verdiepten
zich in het gebed.
Eerst na eenige minuten richtte Kariromo
zich weer op. Op volkomen zakelijken toon zei
hij: „Batta heeft gesproken, toean besar en nu
zal ik vertellen, wat ik weet. Moge het van
belang zijn en u voor onheil behoeden. Toen
de moefti's hevig vertoornd van hun bezoek
aan het gerechtsgebouw terugkeerden, hielden
zij raad en besloten zij zich voor de gevangen
neming van Si Timbo, Si Zecko en Si Kruto
te wreken. Zij hebben bloedspionnen uitge
zonden, die voorzien zijn van wapens en van
den ivoren ring."
1 Ik luisterde aandachtig. Dat was de tweede
maal, dat ik dezen avond van den ivoren ring
vernam.
Kariromo boog met een tragisch gebaar
het hoofd en vervolgde: Deze spionnen hebben
tot taak den toean commandant te vangen en
te dooden de moefti's te bevrijden en
de gevangen genomen koelies op te hangen!"
Deze mededeeling was niet bepaald gerust
stellend en onwillekeurig wenschte ik mijzelf
geluk, dat mijn ontmoeting met den Maleier,
die ongetwijfeld eveneens tot deze spionnen
van de moefti's behoorde, nog zoo goed was
afgeloopen.
„Saja. toean besar", vervolgde Kariromo,
zonder mijn antwoord af te wachten, „dat
weet ik en mijn ooren hebben vele 'oooze
woorden gehoord over den oppas. Mij, Kariro
mo. werd het bang om het hart en daarom
besloot ik een soerat te schrijven. De kleine
Batta heeft den brief bezorgd, omdat Kariro
mo niet in het huis der soldaten kon komen.
Wantrouwige blikken volgden mij, den mos
keedienaar, overal en als men bemerkte, dat
ik den toean commandant waarschuwde, zou
ik zeker moeten sterven. Saja!!
„Je bent een trouwe ziel, Kariromo", ant
woordde ik. werkelijk geroerd door zijn aan
hankelijkheid. „Ik ben je dankbaar voor je
goede zorgen en zal je rijk beloonen."
Zijn donkere oogen schoten vuur.
„Kariromo zal zich over die belooning ver
heugen. omdat hij arm is. Maar", zei hij. ter
wijl hij afwijzend 't hoofd schudde, ik waar
schuw den toean besar niet om er een beloo
ning of geschenken voor te krijgen, maar om
dat de toean steeds zoo goed is geweest voor
Kariromo, toen deze zijn bediende was.
De toean heeft hem nooit onrechtvaardig ge
straft, hij heeft hem altijd vriendelijk behan
deld en toen Kariromo ziek was, heeft hij hem
zelfs gezond gemaakt. Saja! Kariromo ver
geet het goede niet en daarom wil hij den
toean besar helpen."
Zijn woorden vormden voor mij een nieuw
bewijs, dat de inlander zeer gevoelig is voor
een vriendelijk woord en een of andere kleine
attentie. Inderdaad had ik hem eens verpleegd,
toen hij bij een of andere gelegenheid gron
dig zijn maag had bedorven en waarschijnlijk
had hij dat opgevat, alsof ik hem van den
dood had gered.
,Ken je Tarimo?" vroeg ik na een korte
pauze.
Ontsteld sprong hij op. De naam scheen een
geweldigen indruk op hem te maken. Ook het
meisje staarde mij verschrikt aan.
„Tarimo?!" fluisterde Kariromo, heesch,
„Tarimo o, heer, Tarimo is een bloedhond,
dien de moefti's tegen de Europeanen ophit
sen! Tarimo is gevaarlijk en wreed! Tari-
mo's kris is rood van menschenbloed en
zijn naam is een bedreiging!"
Uit eigen ervaring wist ik, dat de inlanders,
die meestal loom en traag zijn, voor een ener
giek en moedig man een overdreven bewon
dering koesteren en hem direct als een held
of als een gevaarlijk misdadiger stempelen.
Derhalve nam ik ook deze mededeelingen over
den spion niet al te tragisch, zij het dan, dat
ik aan den anderen kant het gevaar, hetwelk
hij zou kunnen oDleveren, geenszins onder
schatte.
„Kariromo". vroeg ik dus geïnterresseerd,
„waar woont die door jullie zoo zee/ gevrees
de man die Tarimo?"
„O, toean besar, wie Tarimo kent, weet, dat
hij daar woont, waar de tijger zijn hol heeft.
En evenals de tijger, overvalt hij in het
bosch en in het oerwoud de menschen, die
hij vermoord om zijn bloeddorstigheid te stil
len."
,Dat lijkt me dan voldoende reden om hem
voorloopig eens een poosje achter de tralies
te zetten. Onder de inlanders hier zal hij wel
niet veel goeds doen en voor opruiers is er op
het oogenblik heelemaal geen plaats. Luis
ter eens, Batta", wendde ik mij tot het meis
je, dat nog steeds met groote oogen naar
het gesprek luisterde, „je hebt vanmorgen ge
toond, dat men je wat kan toevertrouwen.
Durf jij den schildwacht, die voor het ge
rechtsgebouw op post staat, een briefje van
mij in de hand te drukken?"
(Wordt vervolgd,).
Z. Exc. minister mr. dr. ir. J. A. M. van Buuren heeft Vrijdagavond in het Kurhaus te bchevenmgen
aan den in ons land vertoevenden Australischen minister Sir Earle Page (2e van links) een diner
aangeboden
De nieuwe vlieghaven van Leeuwarden is Vrijdag officieel door den commissaris der Koningin in
Friesland, mr. P. A. V. baron van Harinxma thoe Slooten, geopend
Het ernstig vliegtuigongeluk nabij Tours kostte zeven per
sonen het leven. Een overzicht op de plaats des onheils.
Van het toestel is niets meer over dan eenige onherken
bare resten
Nauwkeurig werk bij de Engelsche
wapenfabricatie, welke thans op groote
schaal wordt uitgevoerd
Op de Weesper-
zijde bij de Dui-
vendrechtschebrug
te Amsterdam vond
Vrijdag de start
plaats der deel
nemers aan den
negenden 24-uurs
oefenrit van de
Vrijwillige Burger
wacht Amsterdam