SI MARGAGA.
FEUILLETON
Een avontuurlijk verhaal uit de binnenlanden
van Sumatra's Oostkust,
door
GERT HARTENAüTHIEL.
31)
Omstandig en mij zelf tot kalmte dwingend,
nam ik het dossier uit mijn tasch en een stoel
bij de tafel schuivend, begon ik daarin te bla
deren. Maar plotseling hield ik hiermee op.
toen mijn blik op een Chineeschen naam viel:
Kah Ho Ta! Verdraaid, ging het mij door
het hoofd. Waar had ik dien naam al eens
meer gehoord? Toen ik evenwel bemerkte, dat
de planter mij in gespannen verwachting
scherp van terzijde opnam, herstelde ik mij
vlug en begon:
„Het Chineesche consulaat heeft tegen u,
meneer Van der Trijs, een aanklacht inge
diend. Volgens de daarin vervatte beschuldiging
zou uw Chineesche huishoudster,Kah Ho
Ta" wederom aarzelde ik even, om daarna
echter onmiddellijk te vervolgen „Kah Ho
Ta, hier op uw plantage en zelfs in uw bun
galow vermoord zijn! Het Chineesche consu
laat heeft uw tendel besar (Chineesche hoofd
opzichter). Tsche Tschang, gehoord, maar be
strijdt diens verklaring, volgens welke de Chi
neesche vrouw 's nachts, dus in haar slaap
door ontelbare jungleratten zou zijn aangeval
len en bijna geheel verscheurd zou zijn. Er
wordt integendeel beweerd, dat uw huishoud
ster door menschenhanden van het leven is
beroofd en daarbij afschuwelijk zou zijn ver
minkt. Ik verzoek u, meneer Van der Trijs
mij daarover de door het gouvernement ge-
wenschte inlichtingen te willen verschaffen."
Daar het Chineesche stuk uit het dossier in
het Maleisch was gesteld, las ik het ook in
deze taal voor, zoodat ook de fakir, die nog
steeds zwijgend in een hoek van de veranda
zat en het gesprek met gespannen aandacht
volgde, van den inhoud kennis kon nemen.
Over zijn diep bruin gelaat gleed een hoonende
grijns en als uit de verte hoorde ik hem fluis
teren: „Ik heb hem! Ik heb hem!"
Moeizaam adem halend stond Van der Trijs
op en eenigen tijd liep hij kennelijk trachtend
zich zooveel mogelijk te beheerschen, de
veranda op en neer. Eindelijk bleef hij voor mij
staan en heesch en aarzelend, zei hij:
..De verklaringen van den tendel besar zijn
geheel overeenkomstig de waarheid! Ik kan
ze onder eede bevestigen. Daarnaast wil ik
u nog wel meedeelen, dat het een wonder mag
heetèn, dat mijn ouden bediende en mijzelf
nog niet hetzelfde lot heeft getroffen."
Op mijn verbaasde opmerking, dat toch in
elke Indische woning ratten voorkwamen,
maar dat het toch nooit was voorgekomen,
dat volwassen menschen zooals het in de
verklaring van den Chineeschen hoofdopzich
ter heette door ontelbare jungleratten wa
ren aangevallen, doodgebeten en bijna geheel
verscheurd, knikte de planter slechts zwijgend
om daarna zijn wandeling weer voort te zet
ten. Spoedig daarop echter liet hij zich met
een zucht in een ligstoel vallen, terwijl hij zijn
gelaat met beide handen bedekte.
..Kaptein", steunde hij, „ook ik ook ik
heb dat vroeger niet voor mogelijk gehouden!"
Hij kwam weer overeind liep naar een klein
muurkastje, nam daar een flesch whiskey uit
en vulde met bevende handen twee glaasjes,
welke hij op tafel zette.
„Drink eerst eens, kaptein", animeerde hij
op schorren toon. „anders zoudt u wel eens
onwel kunnen worden bij hetgeen ik u tot
mijn rechtvaardiging moet vertellen."
Hij nam zijn glas. knikte mij toe en goot den
inhoud in een teug door zijn keel.
Ietwat bedachtzamer volgde ik zijn voor
beeld.
Van der Trijs sprak Maleisch en slechts zel
den wierp hij er een paar woorden Neder-
landsch tusschen door. Het leek, alsof hij zich
had afgewend zich op andere wijze verstaan
baar te maken.
„Ruikt u niets, kaptein?" vroeg hij huive
rend en zijn herculische gestalte trilde als een
espenblad. „Ruikt u die aaslucht niet, die
me sinds drie jaar dag en nacht vervolgt?
Dat zijn doode ratten, die na elk nachtelijk
gevecht tusschen dat ongedierte in hoeken en
gaten liggen en in de hitte tot ontbinding
overgaan!"
„Man!" riep ik, vol walging. „Hoe houd je
dat uit? Zijn er dan geen middelen om een
dergelijke plaag te bestrijden? Heb je geen
honden of katten?"
Hij lachte spottend, schudde berustend het
hoofd, liet zich opnieuw in een stoel vallen en
staarde verbijsterd voor zich uit.
„Ach wat! Honden en katten bah die
stomme dieren zijn gevlucht om zich zelf te
redden! Er is niets, wat ik al niet gepro
beerd heb. Ik ben vervloekt mijn leven is
een voortdurende kwelling! gaat u maar
eens kijken in de koeliehuizen, de stallen of
de woningen van mijn opzichters, nergens zult
u een rattenstaart ontdekken! Maar hier, in
mijn huis, is het onheil, zoodra de zon is on
dergegaan en de nacht begint. Bij honderden,
nee, bij duizenden komen ze uit de jungle aan
gekropen om me te kwellen en me tot wan
hoop te brengen. Kaptein, waarachtig je
kunt me gelooven, zoowaar als ik hier zit,
sinds drie jaren vecht ik, strijd eiken nacht
om m'n leven!"
Het duizelde me. Dat is onmogelijk, wat
die man me daar vertelt, dacht ik. De stumper
is ziek, lijdt misschien aan hallicunaties.
Hulpeloos keek ik naar den fakir, alsof die
me een verklaring, een welkom advies zou
kunnen geven. Maar Margaga zat onbeweeglijk
in zijn hoek en staarde voor zich op den
grond.
„Wie is die man?" vroeg de planter, die mijn
blik gevolgd had en nu pas bemerkte dat wij
niet alleen waren.
.Mijn helper, een fakir, een dienaar van Mo
hammed. wien de profeet geheime krachten
heeft verleend om misdadigers te kunnen ont
maskeren en hen aan het gerecht uit te leve
ren. Een rechtsfanaticus", voegde ik
zacht aan toe.
Van der Trijs huiverde. „Fakir geheime
krachten", herhaalde hij langzaam, alsof elk
woord moeite kostte. „Kap'tein, ik ik haat
dit soort menschen!"En wat kalmer
voegde hij er na een korte pauze aan toe:
„Luistert u eens! Ik zal u wat vertellen."
Hij wischte zich het zweet van het voor
hoofd, zuchtte diep en vervolgde: „Ja het
zal een jaar of drie geleden zijn. Ik zat met
een vriend van me, den planter König
„König!?" riep ik plotseling verrast.
..Ja, met König, maar waarom interesseert
u dat zoo?"
„Weet u dan niet, dat König vermoord is?"
vroeg ik, verbaasd over de onwetendheid van
den man. die hier geheel van de wereld afge
sloten scheen te leven.
„König dood vermoord?"
„Ja", antwoordde ik, zelf ontroerd bij de
herinnering aan dit tragisch verscheiden van
den man. die zich in zoo breeden kring vrien
den had weten te verwerven. „König is als
slachtoffer van een laffe misdaad gevallen en
de politie zoekt tevergeefs naar den bedrijver
van dezen fanatieken moord, den man met de
drie roode strepen!"
Mechanisch herhaalde Van der Trijs: „De
man met de drie roode strepen!" Dan echter
mompelde hij, zichtbaar ontdaan: „Dus ook hij
König!" Hij maakte een beweging, alsof
hij elke aandoening van zich afschudde en be
gon daarop weer gejaagd te spreken; „Hoort
u verder, kap'tein! Waar was ik ook weer
gebleven? O. ja! Ik zat dus met König op
de waranda van het Oriëntal Hotel in Singa
pore. Wij keken beiden naar het bonte leven
op straat en maakten over een en ander een
paar opmerkingen, toen plotseling zoo'n wal
gelijke, smerige fakir met lang, zwart haar
voor ons opdook, op wiens voorhoofd drie
vuurroode strepen waren geschilderd. De kerel
kwam de waranda op tot dicht bij de plaats,
waar wij zaten en liet ons vijf of zes gedres
seerde jungleratten zien. ongelooflijk groote
dieren, die voor de hotelgasten allerlei merk
waardige kunststukjes moesten uitvoeren.
Vooral König ergerde zich over het optreden
van den kerel; hij snauwde hem een paar maal
toe zich te verwijderen, maar toen dat niet
hielp en de man steeds opdringeriger werd, gaf
hij hem een schop, die hem achterwaarts deed
tuimelen. Op hetzelfde oogenblik evenwel liep
een van die afschuwelijke ratten over mijn
schoen en ik walgde daar zoo van, dat ik
König's voorbeeld volgde, met het resultaat,
dat het beest in een wijden boog door de lucht
vloog. Haastig krabbelde de fakir overeind,
pakte zijn ratten weer in het kistje, dat hij
bü zich droeg, wierp ons een van haat ver
vulden blik toe en verliet de waranda."
„Aha, en nu denkt u zeker, dat het die rat-
tenfakir is, die onzen vriend König heeft ver
moord en om zich te wreken u dat leger rat
ten op uw dak heeft gestuurd?"
Dat denk ik niet alleen, daar ben ik van
overtuigd! Ik heb den indruk, dat die kerel
mij net zoo lang zal vervolgen tot ik murw
ben en me niet meer kan verdedigen, zoodat
ik dan, evenals Ka Ho Ta, een prooi van dat
ongedierte zal worden."
Hij wees naar buiten in de richting van de
bijgebouwen. „Ziet u daar dat gevlochten
draad, rechts van het huis? Welnu, daar
mee tracht ik mij tegen de aanvallen van dat
gespuis te beschermen. Het bestaat uit ver
schillende deelen, die eiken avond om mijn
bungalow worden opgesteld. En in de kooi,
welke daardoor ontstaat, moeten mijn oude
bediende en ik dan den geheelen nacht ver
blijven om niet door dat hongerige ongedierte
te worden verscheurd." Hij steunde en be
dekte zijn gezicht met beide handen. „Ik heb
alles gedaan, wat mogelijk was. Ik heb zelfs
mijn huis in brand gestoken om me van die
dieven te bevrijden, maar nauwelijks was mijn
nieuwe bungalow gereed, of sij stroomden weer
van alle kanten toe."
„Verschrikkelijk, ontzettend", moest ik toe
geven. „En die Chineesche, Ka Ho Ta, hoe is
die in uw huis gekomen?"
(Wordt vervolgd)'.
Meulenberg (België) won het eerste deel der vierde étappe
van den Tour de France, welke Vrijdag werd verreden.
De winnaar voor zijn concurrenten bij aankomst te Roche
sur Yon
Nabij Zaandam wordt langs de spoorlijn Amsterdam Alkmaar een nieuwe sluis gebouwd,
ten behoeve der fabrieken in de Zaanstreek. Overzicht van de werkzaamheden
Tijdens rioleeringswerken nabij de Groote Kerk te Veere is men gestuit op
oude fundamenten en tientallen skeletten. Overzicht van de opgravings
werkzaamheden
Te Besakih op Bali hebben Woensdag 29 Juni een achttal Balineesche zelfbestuurders den eed
afgelegd, welke plechtigheid met typisch Indisch ceremonieel plaats vond
Dr. C. Fehmers, die benoemd is tot
voorzitter der Ned. Maatschappij tot
bevordering der geneeskunst
Een felle brand
heeft Vrijdag de
Dominicuskerk te
Tiel geheel ver
woest. Een over
zicht tijdens het
blusschingswerk
Op de terreinen der Noordwijksche Golfclub zijn Vrijdag
de wedstrijden aangevangen om het internationaal amateur
kampioenschap van Nederland. Een der deelnemers aan slag