6k*Aa"u mtUe: TWEE WERELDTITELS Voor van der Vijver en van Vliet SNELHEID! Wielrijden Loatti en Scherens na spannenden strijd geslagen MAANDAG 29 AUGUSTUS 1938 HAAR t EM'S DAGBEAD 5 Geen successen bij de stayers JWEE wereldtitels op één dag, wie had dat durven dröomen. Zeker, we wisten, dat onze Ar ie van Vliet in den Grand Prix van Kogen- hagen den Belg Scherens achter zich had gelaten, maar had „Poeske" niet immer de gewoonte, een aantal weken voor den strijd om het kampioenschap zijn geheele aandacht op de training voor deze belangrijke gebeurtenis in het wielerseizoen te concentreer en? De Belg is zeer eerzuchtig en niet slechts om het daaruit voortvloeiende finan- ciëele voordeel had hij zijn zinnen er op gezet, het trotsche record van den zesvoudic/en wereldkampioen, den Deen Ellegaard, te verbeteren. En zijn kans leek goed, boen, nadat het bekende kwartet Richter, Sche rens, Van Vliet en Gérandln het tot de semi-final had gebracht, onze landge noot drie zware ritten noodig had om met den Duitscher af te rekenen, ter wijl ,,den Poes" zonder al te veel moei te Gérardin in twee manches uitscha kelde. De toeschouwers, die ten getale van ongeveer 20.000 de uitstekend geregel de wedstrijden volgde, geraakten al lengs meer in spanning, vooral, toen bij de amateurs de eenig overgebleven Italiaan Loatti zich een plaats in de finale verzekerde door Henk Ooms te kloppen, die door velen als de meest tactische van onze drie vertegenwoor digers werd beschouwd. En daar ook Derksen, de zeer snelle Zwollenaar, tegen Van der Vijver aan het kortste eind had getrokken, was men alge meen bevreesd, dat Nederland met twee tweede plaatsen genoegen zou moeten nemen. Immers, Van der Vijver had in de voorgaande maanden zoo dikwijls de meerderheid van Loatti moeten erkennen en hij had zooveel moeten geven om zich tegen den 19-jarigen Derksen te kunnen hand haven, dat men met weinig vertrouwen den eindstrijd tegemoet zag. De pessimisten kregen ongelijk, zoo wel Van Vliet als Van der Vijver ver overden de regenboogtrui en tweemaal ging onze driekleur onder de tonen van het Wilhelmus aan den vlagge- mast omhoog. Doch laiat ons bij het begin beginnen en de nieuwe wereldkampioenen volgen op hun moeilijken weg naar den hoogs ten titel. Reeds in de allereerste serie, die Zaterdag middag voor slechts 5000 man publiek verreden werd, kwam Van der Vijver tegen den Tsjech Jakl en den Duitscher Purann aan den start. Zonder zich al te zeer in te spannen kwam Jef uit derde positie naar voren en schoof zijn wieltje over de eindstreep. Ooms rekende met Hasselberg en Horn af, terwijl Derksen den snelsten tijd van den dag (12 1/5 sec. over de laatste 200 Meter) maakte en zijn tegenstan ders van den kop af finaal los reed. De Zwit ser Ganz zorgde voor de verrassing door den Deen Andersen en den Belg Hendrikx te slaan. Ook de daarop volgende achtste finales lever den onzen landgenooten weinig moeite op; wel gaf Schorn aan Van der Vijver kranig partij evenals Hoelzner (Denemarken) aan Ooms, doch. de oranjetruien lieten zich geen moment verontrusten. Derksen deed het in jeugdigen overmoed meer spectaculair tegen den Belg Deny, die reeds op 350 Meter de spurt inzette, doch aan de finish zeven lengten bij den Hollandschen „coming-man" ten achter was. Deze Derksen. die in het eerste jaar, dat hij in groote wedstrijden meerijdt, meer dan ge wone capaciteiten aan den dag legt, zal onge twijfeld in de nabije toekomst een ernstige candidaat voor een nationalen- en wereldtitel worden; hij is zeer snel en met meer routine zal hij tot de sterkste rijders in zijn categorie behooren. In de kwart-finales was zoowel Italië als Holland door drie rijders vertegenwoordigd, terwijl een Deen iNielsen) en een Belg (Gos- selin) het achttal completeerden. Toen werd het ernst, want het was geble ken. dat Bergoni en Astolfi weinig voor hun landsman Loatti onderdeden. Drie Nederlanders in de halve eindstrijden. B' ERGONI nam tegen Van der Vijver den kop en de Hollander volgt op drie leng ten. Op 250 Meter laat laatstgenoemde een prachtige demarrage zien, die den Italiaan volkomen verrast en voor deze op toeren is, is Jef onbereikbaar. Hc Loatti heeft met Gosselin, die al zeer onnoo- zel rijdt, weinig moeite en ook Ooms wint op vlotte wijze van Nielsen. Maar zal Derksen zich den snellen Astolfi, door sommigen als de meerdere van Loatti aangezien, van het lijf kunnen houden? Hij leidt langzaam, ver snelt regelmatig en vangt den Italiaan op 200 Meter goed op. In een zeer spannenden en feilen eindspurt wint de Zwollenaar met een halve lengte in 12 1/5 sec. Derhalve heeft de geschiedenis zich her haald, want ook in 1925, toen de wereldkam pioenschappen in ons land werden gehouden, kwamen er drie Nederlandsche amateurs in' den halven eindstrijd. Dat waren toen; Meyer, Mazairac en B. Leene. terwijl Oszmella (Duitschland) figuurlijk en letterlijk als vier de man fungeerde. Intusschen hadden de profs, ook niet stil gezeten en natuurlijk had Van Vliet een ge makkelijke zege op den Deen Grundahl be haald. Peperkamp daarentegen liet zich door Gérardin verrassen en Kremers kwam een half wiel tegen Falck Hansen te kort. Geen van beiden kon het via de herkansing tot een plaats in de kwart-finale brengen en de win naar van deze répéchage, die drie extra-ritten had moeten rijden (de Belg Cools) was daar na bij voorbaat kansloos tegen Van Vliet, die met 4 lengten zegevierde. Michard probeerde het met een langen spurt tegen Scherens, doch het mocht niet baten. De beide Franschen Gérardin en Renaudin maakten geen al te zekeren indruk, wel won Gérardin van Falck Hansen, doch zijn zege was niet zoo overtui gend, als men had verwacht, terwijl de winnaar van den Grand Prix de Paris voor amateurs. Renaudin, die daarna onmiddellijk tot de be roepsklasse was overgegaan, in tactiek zeer veel te kort schoot en Richter als het ware de overwinning cadeau gaf. Ooms en Derksen verliezen. OE zou de indeeling van de halve eind- strijden zijn; wie zou er tegen Loatti en wie tegen Scherens moeten rijden. Het was Ooms. die zich de zware taak toegewezen zag, om te trachten den Italiaan voor den titel uit te schakelen. Dat is onzen stadgenoot niet gelukt, al dient direct te worden geconsta teerd. dat hij zijn sterken rivaal schitterend partij heeft gegeven en eerst na drie ritten diens meerderheid moest erkennen. Voor de eerste maal is de nieuwe bepaling van kracht, dat de semi-finals in twee en zoo noodig in drie ritten zullen worden beslist. In de eerste rit loot Loatti den kop, doch op 250 M. gaat Ooms naar voren, houdt den Italiaan naast zich tot vlak voor de eindstreep, doch moet hem dan laten passeeren. In de tweede manche, na eindeloos gebalanceer, tracht Loatti Ooms te verrassen, de Hollander komt inderdaad vier lengten achter, doch na een prachtige, lange sprint klopt hij zijn rivaal op de streep met banddikte. In de „belle" past de Italiaan beter op en wint, ondanks heftigen tegen stand van Ooms, uit tweede positie met kt lengte. Ook Van der Vijver en Derksen hadden drie ritten noodig om uit te maken, wien de eer te beurt zou vallen, zijn land in de finale te vertegenwoordigen. In de eerste rit loot de Roosendaler den kop, Derksen gaat op 250 M. voorbij, versnelt en zijn keiharde eindspurt is Jef te machtig. Tot veler verrassing wint Derksen in 12 1/5 sec. In de tweedemanche wacht de Zwollenaar te lang, alvorens hij de sprint inzet en ditmaal verliest hij met een lengte. In de beslissing is zijn achterstand nog grooter en met drie lengten voorsprong toont Van der Vijver, die op kop is vertrokken, zich de sterkste. Scherens en Van Vliet in de finale. Scherens heeft met Gérardin niet al te veel moeite en verzekert zich in twee ritten van zijn plaats in de finale. Van Vliet heeft het tegen den zeer goed in vorm zijnden Richter niet zoo gemakkelijk. Hij wordt op 200 Meter verrast en is in de laatste bocht reeds gesla gen. De Duitscher wint met drie lengten. Dan moet Richter den kop nemen en ditmaal past Arie beter op. Zijn gelanceerde spurt brengt hem van 2 lengten achterstand in de laatste bocht op 10 Meter voor de streep gelijk en hij wint met halve lengte in 11 3/5 sec., den snel sten tijd van alle ritten. De beslissende man che wordt door den Hollander zeer tactisch gereden; in de voorlaatste bocht gaat hij naar boven, duikt van de hoogte af weg en op dat moment is Richter reeds geslagen. Het ver schil is vijf lengten en Van Vliet is in de fi nale. JEF VAN DER VIJVER VOOR DE TWEEDE MAAL WERELDKAMPIOEN Nog even zet Van der Vijver de tan den op elkaar, maar het is reeds niet meer noodig. Loatti kan de machtige spurt van den Roozendaler niet bij houden en gaat reeds rechtop zitten. De strijd is gestreden. Om de derde plaats. In drie ritten verovert Derksen den derden prijs op Ooms, een fraai succes voor den Zwollenaar, die de eerste manche slechts met banddikte verloor. Richter is Gérardin in twee sprints de baas en dan is het oogenblik daar, waarop de finales een aanvang nemen. De beslissingen. VAN DER VIJVER loot den kop, hij gaat hoog door de voorlaatste bocht, versnelt op 300 Meter, zet op 220 Meter de spurt in, houdt den Ita liaan naast zich en wint met een half wiel in 12 sec. Zal hij zijn succes kunnen herhalen? Thans vertrekt Loatti op kop, hij be gint te versnellen op 250 Meter, doch Van der Vijver gaat voorbij, ligt op 200 M. in vollen sprint, weet den snel naderbij komenden, wanhopig vech tenden Italiaan op het laatste rechte eind prachtig te weerstaan en wint overtuigend met 1 1/2 lengte in 12 1 5 seconde. Van der Vijver is wereldkampioen en rijdt in de regenboogtrui zijn eere ronde, luide toegejuicht door het en thousiaste publiek, dat zich afvraagt, of van Vliet voor een dubbel succes zal zorgen. Want Arie heeft zich intus schen in den eersten rit tegen Sche rens, die op kop moest vertrekken, van zijn allerbeste zijde laten zien. Na hoog door de voorlaatste bocht te zijn gegaan, duikt Van Vliet op 200 M. naar beneden, de Belg volgt, doch kan hem niet bereiken en geeft zich voor dc streep al gewonnen. Tijd 12 secon den. Doch dan krijgt Scherens zijn gelief koosde tweede positie. Arie zet zijn spurt iets te laat in, Poeske heeft hem bij het inkomen van de bocht reeds te pakken en zijn kattesprong brengt op de streep een kwartwiel voorsprong. Na tien minuten pauze komen de 29-jarige Belg en de 22-jarige Hollan der voor de „belle" aan den start en het is op Sclieren's gezicht duidelijk te lezen, dat hij teleurgesteld is, nu het lot hem aanwijst om op kop te vertrekken. Wel tracht hij Van Vliet deze positie op te dringen, doch onze landgenoot laat zich daartoe niet ver leiden, blijft goed volgen, maar raakt op 200 Meter bij het aanzetten van de spurt toch ruim twee lengten achter. Dan echter toont hij zijn groote capa citeiten. In een prachtigen rit achter haalt hij den Belg 50 Meter voor de streep, nog even kampt Scherens wan hopig, doch dan is hij uitgeput en ver slagen. Van Vliet stormt op de finish toe en wint met twee lengten in 11 4/5 sec. het wereldkampioenschap der be roepsrijders. Onder uitbundig enthousiasme rijdt Arie. ge tooid met een enormen krans, zijn eereronde, vergezeld van Scherens. Richter, enGuus Schilling, die wel een zeer groot aandeel heeft in het onverwachte prachtige dubbele succes van onze Nederlandsche sprinters. Twee wereldtitels voor ons kleine Holland op één dag; het is nog nimmer tevoren ge beurd enhet is bijna te mooi om waar te zijn. Maar de gelukkige gezichten van Van Vliet en Van der Vijver en de twee regenboogtruien zijn evenzoovele bewijzen van Nederland's su perioriteit op den korten afstand. Een stralende dag van sport met een prach tig resultaat. CRITICUS. Valpartij bij de stayers. Voor de eerste serie van de wedstrijden ach ter groote motoren kwamen Zaterdag middag inmiddels was het reeds avond geworden in deze volgorde aan den start: Meuleman (gangmaker Philippe), Kraus (van Ingelghem), Lohmann (Groslimond), Canazza (van der Stuyt) en Heimann (Sal- dow). Deze vertraging in het programma was ont staan door het feit, dat na afloop van de sprintwedstrijden de motoren nog niet ge keurd bleken te zijn. De strijd was van den beginne af aan zeer interessant. Alleen de Zwitser Heimann kon het tempo niet volgen en zakte na 25 K.M. af. Na 25 K.M. had Kraus de leiding, gevolgd door Meuleman, Heimann, Lohmann en Canazza. Tusschen de 25 en 75 K.M. had de strijd een wisselend verloop. Heimann was inmiddels verscheidene ronden achter geraakt en vijftig ronden voor het einde besloot de wedstrijdlei ding hem uit den koers te nemen. De 75 K.M. werden gereden in l uur 4 min. 42 3/5 sec. op dat moment lag Kraus nog steeds aan den kop, gevolgd door Meuleman. Lohmann, en Canazza. Het zag er naar uit, dat eerst in de laatste ronden de beslissing zou vallen. En inderdaad gebeurde dit. Lohmann zette vier ronden voor het einde, toen hij op de derde plaats lag achter Kraus en Meuleman, het of fensief in, daar, naar bekend is, alleen de winnaar van elke serie volgens de nieuwe for mule direct in den eindstrijd wordt geplaatst. Toen er nog 2y2 ronde te rijden wa ren, naderde Lohmann in de bocht Meuleman. De gangmaker van Kraus gaf geen gelegenheid aan Meuleman om te passeeren. Deze ging hoog in de bocht probeeren Kraus te passee ren. Doch van Ingelghem, de gangmaker van Kraus, ging nog hooger rijden, met het gevolg, dat Meuleman als het ware tegen de ba lustrade werd aangedrukt. Lohmann zat er vlak achter. Een botsing kon niet uitblijven. En zoo zag men op een gegeven moment, bij het uitko men van de bocht voor de Marathon tribune. de gangmaker van Meuleman ten val komen, waarbij behalve zijn eigen rijder ook Kraus werd meege sleurd. De vonken van den motor sprongen over de baan. Philippe. Meuleman en Kraus, wer den gelukkig niet ernstig gewond, breuken werden niet geconstateerd, alleen schaafwonden. Toch besloot men hen naar het ziekenhuis over te brengen voor een nader onderzoek. Intusschen was het Lohmann, als mede Canazza. gelukt buiten de val partij te blijven. Zij konden de 100 K.M. uitrijden, waarbij Lohmann als eerste over de streep ging. Een offi- cieele tijd was in verband met het in cident niet opgenomen. De wedstrijdleiding heeft den gangmaker van Ingelghem voor twee weken geschorst en hem voorts beboet met 2.000 francs, bovendien zal men aan het U.C.I. bureau voorstellen hem voor den tijd van een jaar te diskwalificeeren. Ook de gangmaker van der Stuyft heeft een boete van 1000 fres. gekregen terwijl hij voor twee weken geschorst werd. Dit was het slot van den eersten dag der wereldkampioenschappen, een wel zeer on regelmatig einde, dat gelukkig niet al te» em s' 5're gevolgen heeft gehad. Maar reeds thans kan worden geconsta teerd, dat de nieuwe formule voor de stayers wedstrijden veel meer strijd in het leven heeft ¥\E snelheidsbacil zit zeker negen-en-negen- tig procent van alle nienschen in het bloed en ivie hem niet heeft dus tot dat ééne procent behoort leze onderstaande niet, want het zal hem niet interesseeren. Het zal hem onbegrijpelijk zijn hoe men bijna vier uur kan kijken naar enkele wielrenners, die duizend meter moeten sprinten, doch het slechts over twee- of driehonderd meter doen. Maar dan ook met volledige overgave: snel sneller snelst. Ieder, die sprintwedstrijden ijiceft gezien, weet, dat het zeer snel gaat. maar hij reali seert het zich pas goed als hij uitrekent, dat een tijd van 12 seconden over de laatste twee honderd meter een snelheid van 60 K M. betee- kent. En dan: „Van Vliet 113 5 seconde". De stem uit den luidspreker vertelt het nog sneller. Razend vlug malen de beenen in het rond: op die laatste paar honderd meter komt het aan, de voorafgaande tellen schijnbaar niet mee, al doen Ooms en Loatti er minstens vijf minuten -over. Doch zij maken er aanvankelijk meer een wedstrijd in het stilstaan dan een wedstrijd in het sprinten van, maar dat laatste stuk moeten ook zij hard rijden, en ze doen het niet langzamer dan de anderen. Na de wedstrijden van Zaterdag en Zondag moet de bewondering voor onze Nederlandsche sprinters overal in de wereld wel weer enkele procenten zijn gestegen. We stonden al vrij hoog genoteerdinaar nu zijn tve tot ver boven pari gestegen. Van de acht demi-finalisten vier Nederlanders-, twee x>an hen toerden toereld- kampioen. En Loatti mocht van geluk spre ken, dat hij in de demi-finale niet Derksen tegen zich heeft gekregen. Atiders was mis schien nog een landgenoot als tweede geëin digd ook. Snelheid. Op de korte baan zijn wij Neder landers, zie naar Osendarp, van Beveren, van Vliet, van der Vijver, Hoving zeer sterk over de langere afstanden niet zoo overweldi gend. Gevolg van een nog niet-ontdekte Neder landsche eigenschap: hevige krachtsontplof fing van korten duur? Of komen we voor de groote afstanden adem tekort? Interessant dit te onderzoeken? Misschien voor dat eene onaangetaste procent. Niet voor al die anderen, die meer dan tevreden zijn met hun kampioenen. Want snelheid over den korten afstand apprecieer en wij toch maar het meest, nietwaar Ls. geroepen, zooveel strijd, dat gangmakers en renners nerveus werden en den strijd tot in de laatste ronde wilden uitvechten. De veiligheid werd daarbij niet altijd in acht genomen. Weer een Ned. succes bij de achtervolging. Op het programma van de avondwedstrij den stonden behalve de derde manche voor den stayerswedstrijd ook nog de series van de ach tervolging om den Grand Prix du Monde. Alle series werden door Nederlanders ge wonnen, zoodat het Donderdagavond een vol komen Nederlandsche aangelegenheid zal worden. Klink. Pijnenburg, Slaats en Schulte wisten zich te plaatsen, zoodat het als het ware een revanche van de nationale kampioenschappen is geworden. Richard. Archambaud, Di Paco en Kaers waren de verliezers. (Voor het vervolg van het verslag zie men pag. 6, lste kolom). SCHERENS GESLAGEN! In de laat ste bocht lag Scherens nog ruim een lengte voor, doch dan komt Van Vliet onweerstaanbaar naar voren en als eerste passeert de Hollander de eind streep.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 9