T LOTISICO Frankrijk s te Berlijn nieuwe gezant. Vertrouwen in het regeeringsbeleid uitgesproken. Trekt aanstaanden Maandag 7 November Duitsch-Italiaansche arbitrage in het geschil tusschen Hongarije en Tsjecho-Slowakije. RADIO i MAANDAG 31 OCTOBER 1938 Slotzitting van het congres der radicaal-socialisten te Marseille. Bonnet geeft een uiteenzetting van de Fransche politiek tijdens de Europeesche crisis. Daladier als partijvoorzitter herkozen. Zaterdag was het de laatste dag van den radicaal socialistischen partijdag te Marseille. De Fransche minister van buitenlandsche zaken Bonnet behoorde tot de sprekers en gaf een uiteenzetting van de buitenlandsche poli tiek der Fransche regeering. Hij zeide o.a.: Wij gelooven noch aan de fataliteit van een oorlog, noch aan de fatali teit van den vrede.De leerstelling van onze partij is alle veiligheidsmaatregelen te nemen om het vaderland te beschermen, en geen enkele kans, hoe klein ook, te laten voorbij gaan voor het behoud en de bevestiging van den vrede. Gedurende de jongste crisis heeft de Fran sche regeering dag in dag uit en op elk uur van den dag met de Engelsche regeering samengewerkt en het moet onze zorg zijn die vriendschap met Engeland nog verder te ont wikkelen en te verstevigen. Naast de traditioneele vriendschap met En geland, zoo vervolgde Bonnet, staat het vraagstuk van onze betrekkingen met de an dere landen. Eén ding is zeker: het is onmogelijk dat de volken van Europa blijven leven in den toe stand van onzekerheid, waarin zij zich thans bevinden. Laat ons wenschen, dat na het ac- coord van München in Europa een beter begrip en een geest van ontspanning mag ontstaan. Wij wenschen in de eerste plaats, dat Frank rijk normale betrekkingen met zijn nabuur landen onderhoudt. Wij wenschen, dat tusschen Duitsch- land en Frankrijk een waarachtige samenwerking moge tot stand komen en dat in deze twee landen moge wor den weggenomen de vrees voor een conflict, dat in weinig tijd alle met zooveel moeite zoowel in Duitschland als in Frankrijk verkregen vooruitgang, zou vernietigen. Tusschen Frankrijk en Italië zijn zoojuist weer normale be trekkingen aangeknoopt. Wij verheu gen ons er over, want niemand meer dan wij wenschen een versterking der traditioneele vriendschapsbanden tus schen Italië en Frankrijk. Inzake den toestand in Spanje verklaarde Bonnet: Wij zijn er van overtuigd, dat een regeling van het conflict, hetwelk onze na buren verdeelt, mogelijk zal worden op den dag, dat alle buitenlandsche vrijwilligers zich zullen hebben teruggetrokken en dat de Span jaarden zich van aangezicht tot aangezicht onder elkaar zullen bevinden. Bonnet wees voorts op de noodzakelijkheid der economische organisatie van Europa. Wij gelooven, zoo zeide hij, dat het accoord van München de inleiding moet vormen tot vol hardende pogingen om een vreedzame orga nisatie in Europa te vestigen, maar dit ideaal kan slechts verwezenlijkt worden, naar mate men Europa op een betere wijze economisch organiseert dan thans het geval is. Het Fransch-Britsche plan betreffende Tsjecho-Slowakije was het eenige middel om te voorkomen dat Duitschland tot geweld over ging. Het was niet minder duidelijk, dat een verwerping van het plan Engeland ertoe zou brengen zich niet meer met de Tsjecho-Slo- waaksche kwestie te bemoeien. Daarna herin nerde Bonnet aan het onderhoud van ChamJ berlain met Hitier te Bad Godesberg en de gebeurtenissen, welke daarop gevolgd zijn. Het verdrag van München heeft den vrede gered. Van de vorming van onze regeering af hebben wij gezegd: indien Duitschland over gaat tot geweld, indien Duitschland met ge weld Tsjecho-Slowakije binnenrukt zullen wij dat niet verduren. Dat wij in dit opzicht oprecht waren is voldoende gebleken uit de door ons getroffen militaire maatregelen, Meer dan 'n millioen man hadden wij onder- de wapenen en indien de Fransche re geering aldus een beroep deed op de toewijding van alle burgers, dan was dat, omdat zij besloten was haar woord te houden en geen geweld te dulden. Georges Bonnet. Onze Britsche vrienden hebben aan deze gezindheid geen oogenblik getwijfeld. Enge land wist, dat wij een invasie in Tsjecho- Slowakije met dezelfde vastberadenheid zouden afslaan als dat wij naar een com promis streefden. Voor het eerst stemde Groot-Brittannië erin toe actief deel te nemen aan de regeling van de Tsjecho-Slowaaksche kwestie. Het bracht Frankrijk den noodigen hulp opdat het pact dat ons aan Tsjecho- Slowakije verbond eventueel op de meest werkzame wijze kon worden uitgevoerd. Wij blijven trouw aan de beginselen van den Volkenbond. Frankrijk zal altijd bereid zijn zich met alle kracht te scharen bij de pogingen, welke in het werk worden gesteld om de samenwerking tusschen de volkeren te versterken. Het zal ijdel zijn te ontkennen, dat de Volkenbond een ernstige crisis door maakt en dat Frankrijk niet uitsluitend op den bond zijn vredespolitiek kan grondves ten. Bonnet's slotwoorden waren: Om met alle volkeren, niet één uitgezonderd, de onont beerlijke onderhandelingen aan te gaan, moet eerst Frankrijk machtig zijn en moet op den dag, waarop de kwestie der ontwapening ge steld wordt, Frankrijk kunnen spreken op voet van gelijkheid met welk ander land ook Bonnet werd aan het einde van zijn rede voering langdurig en stormachtig toegejuicht, vooral toen Daladier hem de hand drukte. De congresdeelnemers brachten daarop beiden staatslieden een ovatie. Vervolgens nam Herriot het woord, wien eveneens een betuiging van sympathie ten deel viel. Hij zeide te betreuren, dat de poli tiek van collectieve veiligheid schipbreuk leed en dat de Volkenbond op het oogenblik geen kracht bezit. Herriot zeide met Daladier te verklaren: Laat ons sterk zijn, laat ons steeds sterker zijn. Indien wij geen voldoende productie hebben, zullen al onze pogingen om de kracht van ons leger te verhoogen ijdel zijn. Zich tot de arbeiders richtende, zeide hij: Ik veroordeel de bezetting van fabrieken. Wij moeten Frankrijk redden door een voortduren de actie van werk en herstel. Ge moet de vrijheden verdedigen, als bijvoorbeeld de vrij heid, welke men heeft om geboren te worden als Jood of als Christen. Alle Franschen, zoo besloot Herriot, moeten Frankrijk verde digen. maar wij, radicalen, moeten boven dien het democratische ideaal verdedigen. Het congres heeft vervolgens bij acclamatie minister-president Dala dier herkozen tót voorzitter van de partij. De motie inzake de algemeene po litiek werd aangenomen met bijna tweeduizend tegen twaalf stemmen. In deze motie wordt gezegd, dat na de tragische gebeurtenissen, het con gres haar volledig vertrouwen uit spreekt in den minister-president en de regeering. De buitenlandsche po litiek wordt volledig aanvaard, even als de binnenlandsche politiek. De partij betreurt verder, dat het werk voor den vrede en de arbeid, welke noodig is tot hejl van het land bemoeilijkt is door het optreden van de communistische partij en door de heftige aanvallen van de verklaarde tegenstanders van de republiek. De partij stelt vast. dat de communistische partij, door de agitatie welke zij in het geheele land heeft gevoerd, door de moeilijkheden, welke zij der regeering heeft bereid, alsmede door haai- agressieve oppositie van de laatste maanden de solidariteit heeft gebroken, welke haar met de overige partijen van het volks front verbond. Toen tijdens de debatten de afgevaardigde Bayet het woord nam, toonde, naar Havas meldt, de vergadering zich vijandig. Bayet vroeg of de aanwezigen zich verheugden over den breuk van het volksfront, hetgeen met „ja" geroep werd beantwoord, waarop spreker antwoordde, dat hij zich persoonlijk hierover niet verheugde Hierna brak een storm van verontwaardiging los, zoodat Bayet niet verder kon spreken. In de zaal deden zich tusschen aanhangers van Bayet, welke zeer in de minderheid waren en tegenstanders enkele incidenten voor. Tenslotte hief de ver gadering de .Marseillaise" aan en Bayet moest naar zijn plaats terugkeeren. In zijn antwoord op de debatten verklaarde Daladier niet te zullen bukken voor somma ties. Hij heeft zijn weg gekozen en draagt hier voor de verantwoordelijkheid. Deze laatste woorden van Daladier werden luide toegejuicht. Onder het zingen van de .Marseillaise" ging de vergadering uiteen. Uitwijzingen van Polen uit Duitschland opgeschort. Inzake de behandeling van de in Duitschland vertoevende Poolsche on derdanen is Zaterdag tusschen de Duit- sche en Poolsche regeering een over eenkomst tot stand gekomen, welke in houdt dat deze week onderhandelingen zullen worden gevoerd. Dienovereenkomstig zijn de maatre gelen tot het uitwijzen van Polen uit Duitschland en van Duitschers uit Po len voorloopig opgeschort. Naar verluidt zullen morgen reeds de be sprekingen tusschen de Duitsche en Poolsche regeering beginnen. De Poolsche ambassadeur te Berlijn, Lipsky, die te Warschau vertoefde ge durende het weekeinde, zal voor de besprekin- egn naa rBerlijn terugkeeren. De besprekingen zullen niet alleen handelen over de Polen, die in Duitschland leven en die vermoedelijk niet naar Polen zullen terugkee ren, doch ook over hen, die reeds zijn uitge wezen. Volgen s Havas zijn ongeveer 13.000 buiten landers in Duitschland gearresteerd, 6000 van hen waren reeds naar de Poolsche grens ge transporteerd, hiervan is ongeveer de helft over de grens gezet. Zij zullen op Poolsch gebied blij ven, tot een resultaat zal zijn bereikt in de Poolsch-Duitsche onderhandelingen De Poolsche onderdanen, die nog niet over de grens zijn ge zet hebben toestemming gekregen op eigen kos ten naar hun woonplaats terug te keeren. Ver scheiden zijn reeds te Berlijn, München en Leip zig teruggekeerd. Anderen, die geen geld voor de terugreis hebbene wachten tot men hen zal helpen. Koopt tijdig Uw kans bij de bekende Lotisico-Agentschappen (Adv. IngezMedj Von Ribbentrop, Ciano en hun Hongaarsche en Tsjechische collega's deze week bijeen. (Adv. Ingez. Med.) Conferentie te Weenen. De Italiaansche minister van bui tenlandsche zaken, graaf Ciano, heeft Zaterdag te Rome den Tsjecho Slo- waakschen zaakgelastigde dr. Brauner, en den Hongaarschen zaakgelastigde, Villani, ontvangen om hen mede te deelen, dat in het onderhoud, dat de Duitsche minister van buitenlandsche zaken, Von Ribbentrop, met den Duce heeft gehad, besloten is bevestigend te antwoorden op het verzoek van Hongarije en Tsjecho Slowakije op te treden als scheidsrechter in het ge schil tusschen deze beide landen. Von Ribbentrop en Ciano zullen in verband hiermede op 2 November te Weenen bijeenkomen. De Hongaar sche en de Tsjecho Slowaaksche mi nister van buitenlandsche zaken zijn uitgenoodigd op denzelfden dag te Ween aanwezig te zijn. Volgens Havas hebben de besprekingen te Rome tot de volgende punten geleld:: 1. Duitschland en Italië staan gunstig te genover samenwerking met de groote West- Europeesche democratieën. Zij zijn van mee ning, dat de binnenlandsche ontwikkeling in die beide landen sedert de conferentie te Mün chen een zeker optimisme rechtvaardigt. Dit gevoelen is versterkt door de rede van Daladier te Marseille. 2. Duitschland en Italië blijven op het stand punt staan, dat het Spaansche probleem slechts kan worden opgelost door een algeheele overwinning vain Franco. De beide landen staan vijandig tegenover iedere bemiddeling, die vooral in de oogen der fascistische leiders, de zege der réchtschen in Spanje slechts in ge vaar zou kunnen brengen. 3. In de kwestie der bewapeningen zouden Berlijn en Rome, uitgaande van de opvatting, dat een accoord met Frankrijk en Engeland wenschelijk is, gunstig staan tegenover het denkbeeld van onderhandelingen over bewa peningsbeperking op een basis, die aanvaard baar zou zijn voor alle belanghebbenden. 4. Ten opzichte van het Hongaarsch-Tsje- cho Slowaaksche probleem zonder slechts de formuleeringen der oplossing, waartoe tusschen Mussolini en von Ribbentrop besloten zijn, uit gewerkt moeten worden. Walingelichte kringen te Rome zijn van meening, dat het plan tot een gemeenschap- Men schrijft ons uit Berlijn: ROBERT COULONDRE EN ZIJN TWEEJARIGE WERKZAAMHEID TE MOSKOU ERWIJL Frangois Poncet nog druk doende was afscheid te nemen van de Fransche ko lonie te Berlijn, arriveerde inmiddels reeds zijn opvolger, Ro bert CoulOQidre, aan wien door de Duitsche regeering het agrément is toegekend. Op de voorpagina der Duitsche dagbladen vindt men por tretten van den nieuwen ambassa deur aan den Pariser Platz, al of niet in gezelschap van zijn voorgan ger en een deel der Duitsche pers verbindt aan een korte, min of meer officieele begroeting, ook eenige ad viezen aan het adres van Coulondre, welke ons voorshands volmaakt over bodig toeschijnen Zoo lezen wij in den „Lokal-Anzeiger" onder meer: „De nieuwe Fransche gezant te Berlijn was na een langdurige werkzaamheid op oplitiek en economisch terrein binnenlands ook twee jaar ambassadeur in Moskou. Hij zal daar wel tot de ontdekking gekoben zijn, dat het nationaal-socialistische Duitschland al zijn krachten tegen het bolsjewisme inspant en dat het zich daarvan door geenerlei politieke overweging of dor druk van andere zijde laat afhouden. Meer dan alle andere voor de politiek en de diplomatie van Frankrijk ver antwoordelijke staatslieden zal Coulondre hebben ingezien, dat de door Parijs gevolgde politiek in den vorm van een bondgenoot schap met Sovjet-Rusland een débacle moest zijn en dat de gang van zaken sedert de be raadslagingen en overeenkomsten te München slechts een logisch gevolg is van de fouten, welke men te Parijs heeft gemaakt" Of men te Parijs op zulk een commentaar zal reageeren, is de vraag, maar Coulondre zal bij het lezen van zulke ongevraagde raad gevingen en hij moet de Duitsche taal uitstekend beheerschen allicht geen sym pathieken indruk opdoen van de wijze, waar op hij in de hoofdstad van het Derde Rijk wordt begroet. Wat meer terughoudendheid zou in dezen ter plaatse geweest zijn, vooral daar men druk doende is het politieke leven op een hooger niveau te brengen! Robert Coulondre behoort tot den kring van Hugenoten, die aan den Quai d'Orsay vrij talrijk vertegenwoordigd is en men be weert, dat uit dit millieu vele voortreffelijke diplomaten en politici te voorschijn geko men zijn. Hij is thans 52 jaar oud en als expert op economisch gebied nam hij deel aan verschillende groote conferenties in de jaren van na den oorlog. Men zag hem te Londen, Lausanne en Stresa en door zijn contact met Gustav Stresemann en andere Duitsche staatslieden uit dien tijd moet hij een vrij duidelijk beeld gekregen hebben van Duitschland's interne verhoudingen. Zijn oordeel werd steeds als koel en zakelijk gewaardeerd en deze repu tatie schijnt te Parijs den doorslag gegeven te hebben tot zijn benoeming. Hij mist weliswaar de elegante, innemen de figuur van zijn voorganger, maar daar staat tegenover, dat de periode der roman tiek thans voorbij is en dat het op nuchter en zakelijk overleg aankomt. Coulondre's Ie Moskou. t N DERDAAD zond de Fransche re- geering Robert Coulondre enkele jaren geleden naar Moskou, kreeg hij dus een diplomatieke opdracht, die niet bepaald aangenaam en afwisselend genoemd kan worden. Wat beoogde de eersfee regeering van het thans zoo fel bestreden Volksfront met de uitzending van een specialist op financieel en commercieel gebied. Zonder vooroordeelen en met de vereischte koelheid stelde hij zich als Fransch am bassadeur aan het Kreml voor en met de nauwkeurigheid van een geleerde volgde hij van dichtbij de crisis, die daar sedert Lenin's dood heerschte. Speciaal in militaire krin gen maakte men zich te Parijs allang geen il lusies meer over müitaire hulp van Russische zijde en de gang van zaken in Tsjecho-Slo wakije heeft bewezen, dat de van zijn hand uit Moskou verstrekte informaties op juist heid berustten. En dat Coulondre's zienswijze over den wer- kelijken toestand in Sovjet-Rusland niet zonder invloed is gebleven op de publieke opinie, bewijst een publicatie in de rechts ge oriënteerde „Jour" van den vroegeren minis ter van Justitie, Senator Lemery. Dezeeischt in zijn beschouwing niets minder dan de op zegging van het Fransch-Russische pact, want slechts langs dien weg kan Frankrijk zijn relatie tot andere landen en hierbij Robert Coulondre. wordt toch waarschijnlijk in de eerste plaats aan Duitschland en Italië gedacht vernieu wen en verbeteren. De gebeurtenissen in Tsjecho-Slowakije. q ENATOR LEMERY stelt vast. dat Moskou niet bij machte was, aan andere staten militaire hulp te verleenen. De gebeurtenissen in Tsjecho-Slowakije zijn daarvan een dui delijk bewijs en het aftreden van dr. Benesj als tweede president dezer republiek hangt daarmede nauw samen. Met uitzondering van Praag zoo schrijft de Senator hebben alle andere staten verdere samenwerking met Moskou van de hand gewezen! Frankrijk was bijna het kind van de rekening geworden. Nog is het tijd zoo besluit hij waarschuwend om tot bezinning te komen. Ongetwijfeld ligt de beslissing in Frankrijks handen, maar onder de gegeven omstandig heden zal de verhouding tot Duitschland hier bij van sterken invloed kunnen zijn. Hier ope nen zich zoo zegt Marcel Lucain, die tot Da ladier in nauwe relatie staat, in „Paris-Midi" geweldige perspectieven voor de naaste toe komst. „Men ontwerpt thans in vooraanstaande kringen een „Sofortprogramm" voor den vrede in West-Europa". Wij kunnen ons de zaak zoo voorstellen zoo besluit Lucain dat de leiders der groote mogendheden in overeen stemming met de besprekingen te München een hervatting van de vredesonderhandelingen voorstellen in den vorm van een conferentie tot bevestiging en uitbreiding van de Euro peesche relaties. En zulk een voorstel is noodig om aan de volken van Europa weer moed te geven en hoop op een betere toekomst! (Nadruk verboden.) pelijke Poolsch-Hongaarsche grens weinig kans heeft verwerkelijkt te worden. Gayda schrijft in de Voce d'Italia o.m.: De standpunt envan Rome en Berlijn ten opzichte van het Hongaarsch-Tsjecho-Slo- waaksche probleem vallen geheel samen op drie punten: De noodzakelijkheid van een zoo spoedig mogelijke oplossing van het geschil tusschen Hongarije, Polen en Tsjecho Slowakije. Gayda zegt, dat de besprekingen verder betreKKing hebben gehad op alle Europeesche en wereld problemen, welke de beide mogendheden inte resseeren, o.m. het probleem der betrekkingen tusschen de totalitaire landen en de West- Europeesche democratieën. Voldoening in Hongarije. In den gisteravond te Boedapest gehouden kabinetsraad is met voldoening kennis geno men van het besluit van Duitschland en Italië om te arbitreeren. Vandaag reeds zullen de Hongaarsche en Tsjecho Slowaaksche militaire deskundigen te Pressburg (Bratislawa) bijeenkomen ter be spreking van de modaliteiten van de over dracht der grondgebieden. „MEIN KAMPF" MAG IN TSJECHO SLOWAKIJE WEER GELEZEN WORDEN. De regeering van Tsjecho Slowakije heeft besloten het boek van Adolf Hitler „Mein Kampf", alsmede negen Duitsche kranten, welke in Tsjecho Slowakije verboden waren, toe te laten. PRCERAMMA DINSDAG 1 NOVEMBER 1938. HILVERSUM I 1875 en 415.5 M. KRO-uitzending. 8.009.15 Gramofoonmuziek. (Om 8.15 Be richten). 10.Hoogmis. 11.30 Gramofoon- muziekmuziek. 12.15 KRO-orkest 1.001.20 Gramofoonmuziek. 2.00—2.55 Gramofoon muziek. 3.KRO-Melodisten en solisten. 3.45 Gramofoonmuziek. 4.— Berichten, vervolg concert. 4.45 Gramofoonmuziek. 5.25 Decla matie (opn.) 5.45 Gelukwenschen. 6.05 KRO- orkest. 7.Berichten. 7.15 Causerie „Aller heiligen—Allerzielen' 7.35 Sportpraatje. 8.— Berichten A.N.P., mededeelingen, 8.15 KRO- Symphonie-Orkest. 9.15 Interviews. 9.35 Ver volg concert m.m.v. solist. 1010 Declamatie 10.30 Berichten A.N.P. 10.40 Literair muzi kaal programma. 11.3012.00 Gramofoonmu ziek. HILVERSUM II 301.5 M Avro-uitzending. 8.00 Gramofoonmuziek. (Om ca. 8.15 Be richten). 10.Morgenwijding. 10.15 Gewijde muziek (gr.pl.) 10.30 Voor de vrouw. 10.35 Ensemble Jetty Cantor. 11.Huishoudelijke wenken. 11.30 Vervolg concert. (Om 12.15 Be richten). 12.25 Gevarieerd concert (opn.) 1.45 Omroeporkest en solist. 2.45 Knipcursus. 3.45 Berichten, gramofoonmuziek. 4.30 Kinder koorzang. 5.Voor de kinderen. 5.30 Om roeporkest. 6.15 De Twilight Serenaders. In de pauze: Zang en piano. 7.Voor de kinde ren. 7.05 Pianovorodracht. 7.30 Engelsche les. 3.Berichten A.N.P. Radiojournaal. Mede deelingen 8.20 Bonte Dinsdagavondtrein. 9.50 Luisterwedstrijd. 10.20 Bridge-cursus. 11.— Be richten A.N.P. Hierna: Filmmuziek. 14.25 12.00 Puszta's ensemble. DROITWICH 1500 m. 12.20 Gramofoonmuziek. 1.502.20 Orgel spel. 4.15 FrankRea en zijn orkest. 4.50 Piano voordracht. 5.20 Charles Brill en zijn orkest en soliste. 6.20 Berichten. 6.45 Cembalovoor dracht. 7.20 Mantovani en zijn Tipica-orkest. 7.50 Sociaal-economische causerie. 8.20 Geva rieerd programma. 8.50 Radiotooneel met mu ziek. 9.20 Berichten, 9.45 Causerie „It occurs lq me". 10.Jack Hylton en zijn orkest. 20 35Radiotooneel. 11.35 De Grosvenor House Dance Band. 11.5012.20 Dansmuziek gr.pl.) RADIO PARIS, 1648 M. 9.00, 10.00, 11.20 Gramofoonmuziek. 11.45 Orgelconcert. 12.35 Zang. 1.05 Gramofoonmu ziek. 5.05 Zang. 5.20 Gramofoonmuziek. 7.20 Het Ellis-orkest. 8.35 Pianovoordracht. 8.50 Radiotooneel. 8.50 Radiotooneel. 10.5012.05 Kamermuziek. KEULEN 456 M. 5.50 Gramofoonmuziek. 6.30 en 7.50 Omroep orkest. 8.35 Literairmuzikaal programma. 9.20 Gramofoonmuziek. 11.20 Omroeporkest. 1.30 Populair concert. 3.20 Kurhessisch Landesor- kest en soliste 5.35 Het Rheinische Trio 6.25 H. Schroeder's Kamerorkest. 8.20 Radiotoneel. 8.35 en 9.35 Gramofoonmuziek. 9.5011.20 Vrouwentrio, mannenkwartet, Omroepkoor, Omroep-Amusementsorkest en solist. BRUSSEL, 322 M. 9.— en 9.20 Gramofoonmuziek. 10.20 Hoog mis. 11.20 Gramofoonmuziek. 12.50 en 1.30 Om- roepkleinorkest. 1.502.20 en 2.35 Gramofono- muziek. 2.50 Violen en piano. 3.20 Accordeon ensemble. 4.20 A Capellakoor. 5.20 Omroep- dansorkest en solisten. 6.50 en 7.20 Gramofoon muziek. 8.20 Omroepkleinorkest. 9.05 Radio tooneel. 9.50 Vervolg concert. 10.3012.20 Gra mofoonmuziek. BRUSSEL 484 M. 10.20 Hoogmis, 12.20 Gramofoonmuziek. 1. en 1.30 Omroeporkest. 1.502.20 Gramofoon muziek. 5.20 Orgelspel. 6.35 Gramofoonmuziek 8.20 en 9.40 Omroeporkest. 10.3011.20 Gra mofoonmuziek. DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 7.30 Omroeporkest en solist. 8.10 Declamatie. 8.208.35 Politiek dagbladoverzicht. 9.20 Be richten. 10.2011.20 Gramofonmuziek.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 9