UW BABY KAAN's t is een GENOT JAC. VAN WEERT voor een kunstzinnige dame, N.V. DE GROOT VETPUISTJES RADOX Van het Burgerlijk Wetboek en nog iets D0NDRKP\G 17 NOVEMBER 1938 HAAREEM'S DAGBEAD Zie ZOO die kan er tegen Schooltrui en Sportkousen gebreid van ijzersterhe Wot, doen bij die knapen wonderen. Vakkundig onderricht. KaanGen. Cronjéstraat 129 (Adv. Ingez. Med.) Kleine Verplichtingen Den „vriend met ijzeren hand en koel gebie dend oog" waarover de dichter zong, den plicht, kennen wij allemaal, en de teederheid van deze vriendschap wordt met een bedenkelijk gezicht weieens in twijfel getrokken. Maar daar staat hij, groot en onontkoombaar en we hebben ons maar aan hem te onderwer pen, wat we dan ook doen, de eene met wat meer gratie en vriendelijkheid dan de ander. Maar niet de uiterste vormen maken het leven moeilijk en ingewikkeld, niet de strenge plicht of de nauwkeurige stiptheid, niet de zuivere moraal of het nauwe geweten, maar de kleine tusschenvormen, de schijnbaar on belangrijke kleinigheden, waarmee men het zoo gemakkelijk op een accoordje kan gooien. Daartoe behooren de kleine verplichtingen, de onbelangrijke plichtjes die men kan doen. of misschien ook kan laten, die nooit, zooals de plicht of het geweten breeduit voor ons gaan staan en zeggen: hier ben ik en ik ga je niet uit den weg. Integendeel, zij dringen zich weinig aan ons op, soms komen zij op het meest onverwachte moment om den hoek kijken, knipoogen eens even en verdwijnen weer; of een volgend maal struikelen wij bijna over ze, of ook wel maken zij opeens een heidensch spektakel, om dan weer even bruusk te verdwijnen voor langen tijd. Het zijn echte duiveltjes die ons op de meest on gelegen oogenblikken voor de voeten loopen, maar die er altijd een lachend gezicht bij toonen en die zich weer even vroolijk opzij laten zetten. En dat laatste nu maakt dat zij zooveel meer moeilijkheden geven al zijn het dan ook maar kleine moeilijkheden, dan de grootere dingen die ons leven beheerschen. Kleine verplichtingen als: een bezoekje af leggen, een herstellende opzoeken, iemand te eten vragen, een kleine oneenigheid bijleg gen en meer van dergelijke zeer onbelang rijke gebeurlijkheden, die ieder wel als ver plichtingen voelt. Is dat nu zoo erg, om bezoeken af te leggen, om gasten te vragen, om zieken te bezoeken? Inderdaad dat is niets erg, integendeel erg prettig wanneer het goede vrienden betreft, maar al die kleinigheden kunnen belachelijk groote vormen aannemen, wanneer het zie kenbezoek een uitermate lastig mensch be treft, of wanneer de visite moet worden af gestoken bij iemand, die ons zeker op de punt van het mes zal ontvangen, omdat we in zoo lang niets van ons lieten hooren, of wanneer het eetbezoek iemand betreft die ons in het geheel niet aanstaat. Dan worden deze kleine verplichtingen van dag op dag verschoven, zij zijn er wel, maar wij duwen ze steeds op den achtergrond, en toch steken zij iederen keer hun kop weer op. Dwaasheid om menschen op bezoek te vra gen die ons niet aanstaan, of om zieken op te zoeken die lastig zijn, doe het dan niet, daarmee zijn ook de kleine verplichtingen uit de wereld. Maar dat kan lang niet altijd: wij moeten die dingen weieens doen, al beval len zij ons niet, om een ander waarvan wij veel houden een genoegen te doen; of omdat de goede vormen van de maatschappij waar in wij leven dat nu eenmaal eischen. of om dat wij van medegevoel voor iemand vervuld zijn. Dit alles legt ons kleine verplichtngen op. die van weinig belang zijn in het wereld gebeuren, maar die toch in den omgang met andere menschen noodig zijn. Het kan zelfs zijn, dat de verplichtingen die wij van dag op dag uitstellen eigenlijk erg prettig zijn. maar die wij uit traagheid nalaten. Zelfs de moeilijke vallen echter mee, en zij geven altijd voldoening, is het dan nog niet om de personen die het betreft, dan toch zeker om het feit, dat een klein duiveltje in ons tot zwijgen is gebracht. In het wereldgebeuren zijn kleine verplich tingen van geen belang, en wie een tijd door leeft van belangrijke gebeurtenissen kan aan zulke dingen geen aandacht besteden. Maar zij zijn er en blijven, zij laten zich niet weg praten en zij deelen speldeprikjes uit die ons iederen keer onaangenaam aandoen. Want zij willen gevoeld worden, en zij dringen aan op een vlugge bediening, zouden wij kunnen zeggen. En op dat vlug ingeruimde, kleine plaatsje hebben zij dan ook het volste recht. E. E. J.—p. is veilig in een Ledikantje van Anegang 46 65 en 70 c.M. diep (Adv. Ingez, Med.) Zondag: Vermicellisoep Konijn Aardappelen Appelmoes Flensjestaart met gember Maandag: Pikante Runderlappen Roode kool Aardappelen Wentelteefjes Vruchten. Dinsdag: Stamppot van zuur kool met spek Griesmeelschotel Vruchten Woensdag: Gehakt Spruitjes Aardappelen Water gruel Donderdag: Witte boonen in tomatensaus Gekookte ham Aardappelen Stoofperen Vrijdag: Witte boonensoep Brusselsch lof met eieren Aardappelen Gewelde boter Vruchten Zaterdag: Macaroni met ham en kaas Maizenapudding met appelmoes VEGETARISCHE MENU'S. 1. Preisoep met gebakken broodjes Brusselsch lof in vuurvasten schotel met bruine boter Aardappelen Pannekoeken 2. Eierschelpen Spruitjes en kastanjes Boter Aardappelen Vruchtengruel 3. Groentesoep Stamppot van rauwe zuurkool. Wentelteefjes van beschuit 4. Aardappel- pannekoek Bieten en andijviesla. Tapiocaschotel HEERLIJKE HAPJES VOOR HANDIGE KOOKSTERS. Van taarten, taartjes en croquetjes. Vandaag gaan we weer eens genieten van den aanblik van enkele bijzonder geslaagde „bijkomstigheden", enzeker zullen er velen onder ons zijn, die de stoute schoenen aantrekken en deze recepten eens probeeren. Op deze afbeelding komen voor een appel taart, een abrikozentaart, kleine taartjes van hetzelfde biscuitdeeg en dan nog bitterballen of wel kleine ronde croquetjes van vleesch ge maakt, die dikwijls voor het eten gegeven worden in het bitteruurtje en gepaneerde hambroodjes, een geschikt gerecht voor de koffietafel, of gegeven als warm voorgerecht, na de soep of inplaats van soep, De recepten volgen hieronder, behalve dat van den appeltaart, dat we eenige weken gele den reeds gaven. Abrikozentaart. Benoodigdheden voor een springvorm van 22 c.M. middellijn: 4 eieren, 120 gr. bloem, 140 gr. suiker, 1 theelepel bakpoeder, l lepel water, zout, 1h potje abrikozenjam, 1 klein blikje abrikozen, geconfeite kersen, amandelen, 50 gr. poedersuiker, paar druppels citroensap. Bereiding: De eidooiers met de suiker, het water en het zout in een groote kom kloppen, tot ze licht van kleur en schuimig zijn. (pl.m. 15 minuten). Het eiwit zeer stijf kloppen, de bloem met de bakpoeder zeven. De springvorm met de boter insmeren en met bloem be strooien. De helft van het eiwit op de ge klopte dooiers leggen, hierop de bloem en dit luchtig met elkaar vermengen. Dan de rest van het eiwit er door roeren (zoo luchtig mo gelijk) en de massa overdoen in een spring vorm. De taart in een matig warmen oven (onderwarmte in het begin) lichtbruin en gaar laten worden. (3/4 a 1 uur). De taart is gaar als hij van den rand loslaat en heelemaal veerkrachtig aanvoelt. Daarna uit den vorm nemen en op een rooster af laten koelen. In dien tijd het glazuur maken. De poeder suiker hiervoor met het water (pl.m. Va lepel) en het citroensap roeren tot het glanzend is. De amandelen opkoken, pellen, malen en vlug lichtbruin roosteren in den oven. De jam zoonoodig met wat water verdunnen, zoodat ze goed smeerbaar is. De garneering op een bord klaarleggen. Als de taart koud is in 2 of 3 plakken snijden en de jam er tusschen uitstrijken. Ze weer zorgvuldig op elkaar plaatsen.Den rand met wat jam bestrijken en de taart door de amandelen rollen, die men op een stuk grijs papier gedaan heeft. Door de jam plakken de amandelen. De meest gladde kant nu bedekken met een dun laagje jam. en hierop het glazuur, dat niet te dik moet zijn. nog uitloopen moet. uitschikken en uitstrij ken. De garneering van halve abrikozen en kersjes erop leggen. Wil men de kleine taartjes maken, dan maakt men het deeg op dezelfde manier, maar doet het in een laag biscuitblikje dat met bo ter besmeerd wordt en met bloem bestrooid. Na het bakken laat men het bekoelen, snijdt het in 2 plakken en besmeert deze met jam. mokka of crème au beurre. De plakken worden op elkaar gelegd, en in nette vier kantjes gesneden. Elk vierkantje wordt nu geglaceerd en gegarneerd met een vruchtje of met wat gespoten mokka of crème au beurre. Wil men de jam zelf maken, dan gaat dit als volgt: Abrikozenjam van gedroogde abrikozen. Benoodigdheden: 250 gr. gedroogde abri kozen. y2 L. water. 400 gr. suiker. Bereiding; De abrikozen in lauw water was- schen, weeken en gaar koken in het weekwa- ter. Ze fijn roeren, de suiker toevoegen en la ten koken tot de jam dik is. Overdoen in schoone potjes en deze afsluiten. Deze jam kan niet lang bewaard worden, hoogstens 3 a 4 weken. Gepaneerde hambroodjes. Benoodigdheden voor 10 a 12 stuks: 10 a 12 stukjes oud brood (pl.m. 4x6 c.M.). IV» ons schouderham. 2 d.L. bouillon of melk, 3 lepels bloem. IY2 lepel boter, peper, zout, 2 eieren, 4 lepels melk, frituurvet, paneer meel. Bereiding: Van bloem, boter en bouillon een dikke saus maken, deze goed door laten ko ken, de kleingesneden ham erdoor roeren en het mengsel op smaak afmaken met peper en zout. De broodjes met de massa beleggen naar het midden iets hooger toe laten loopen. De eieren uitroeren met de melk en wat zout en de broodjes hierin laten weeken en met het mengsel overgieten tot alles er in getrokken is. De broodjes door paneermeel halen en in dampend heete slaolie vlug bruin bakken. Op doen met peterselie, op den schotel een vin gerdoekje leggen. Bitterballen Benoodigdheden voor 20 a 24 ballen: 2 ons koud vleesch (kalfsfricandeau, rollade), 2 d.L. bouillon of bruin van jus, verdund met water, 25 gr. bloem, 25 gr. boter, 2 bladen gelatine, zout, peper, noot, eiwit, paneermeel, frituur vet. Bereiding: Van boter, bloem en vocht een dikke saus maken, hierin de geweekte gelatine oplossen, het klein gesneden vleesch er door roeren en op smaak afmaken met peper, zout en noot. De massa uitstrijken op 'n bord en koud en stijf laten worden. Het best kan men dit van te voren maken. Van de vleeschmassa kleine ballen maken, deze door paneermeel rol len, daarna door het even losgeklopte eiwit en nog eens door paneermeel halen. De ballen in heet frituurvet vlug bruin bakken, optapelen en de schotel garneeren met peterselie. om te gaan kijken naar de keurcollectie mode- nouveauté's van: GR. HOUTSTR. 98 - HAARLEM - TEL. 16772 (Adv. Ingez. Med.) RECEPT Schuimige sinaasappelvla. Benoodigdheden (4 personen): 50 gr. gries- meel (fijne), 5 a 6 sinaasappelen, 1 citroen, 1 d.L. water, 100 gr. suiker. Bereiding: Het water met het gezeefde vruchtensap aan de kok brengen. De gries- meel er in strooien en 5 minuten door laten koken. De suiker toevoegen en zoolang met een goed vertinde garde kloppen tot de massa koud en luchtig is. Overdoen in een vlaschaal en garneeren met een paar schyfjes sinaas appel. waar al het wit van verwijderd is. verwijdert U onmiddellijk en afdoende door deï« te betten met Radox. opgelost in warm water. Bi) apothekers en erkende drogisten a f0.90 per pak en f 0.15 per klem pakje. (Adv. Ingez. Med.) Boven: abrikozentaart en kleine taartjes; taart; onder: middengepaneerde hambroodjes en appel bitterballen. Gehaakte Handschoenen Deze moderne handschoenen, half hard groen, half grijs, zijn gehaakt van frotté wol met een haaknaald no. 4. Noodig zijn 50 gr. groen en 50 gr. grijs. We beginnen met den rechterhandschoen aan de kap en zetten 56 lossen op met groen. We kanten den draad af en beginnen weer aan de kap om op elke losse een vaste te haken. Aan het eind kanten we weer af, dus telkens aan de kap beginnen en aan den vingertop afkanten. Als we 6 toeren vasten gehaakt hebben, haken we van den 7den toer, 38 toeren vasten op de anderen, maar dan voor den middenvinger 20 lossen. Op de heele lengte haken we nu weer 6 toeren vasten. Nu beginnen we aan de kap met den grijzen draad en haken weer 38 vasten en dan voor den ringvinger 18 lossen. Met grijs haken we hier weer 6 toeren vasten op. De 7de toer, ook met grijs, be staat weer uit 38 vasten en 15 lossen voor den pink. Dezen toer haken we 5 maal op .en kan ten af. Vervolgens haken we nog steeds met grijs, om de wijdte van de kap te krijgen 15 vasten, dan afkanten. Daarna, daar boven op 12 vasten, daar weer boven 9 vasten, dan 6 vasten en dan nog 3 vasten. Alle draadjes worden afgehecht. De achterkant is geheel grijs gehouden. We beginnen in tegenovergestelde volgorde op den schuinen kant de 3, 6, 9,12, en 15 vasten te haken. Nu haken we den toer vasten tot den top van den pink en herhalen dit 5 maal. De 7de toer is weer 38 vasten en 18 lossen voor den ringvinger. Hierop weer 6 toeren vasten en 20 lossen voor den middenvinger met weer 6 toeren vasten er boven op. Nu zijn we aan den onderkant van den wijsvinger, waarin het split voor den duim zit. Dat gaat als volgt: 20 vasten, dan 16 lossen. Dit 5 maal herhalen, telkens aan de kap te beginnen. De boven kant van den duim is dan klaar. Nu beginnen we naast die 20 vasten opnieuw (1ste vaste in de 21ste) en haken 18 vasten en dan nog 18 lossen voor den wijsvinger. Dit herhalen we 5 maal, waarna we den zijkant van den hand schoen dicht naaien en de zijkanten van de vingers ook onzichtbaar dicht naaien. Rest ons nog- de binnenkant van den duim, waar voor we op 16 vasten van den duim nog een keer 6 toeren haken en deze ook dicht naaien. Ter versiering van de kap haken we 2 grijze en 2 groene bandjes van 4 vasten breed, resp. 18 en 13 toeren lang, die we schuin bij laten loopen en op de kap bevestigen, zooals de foto te zien geeft.Aan den binnenkant komt bij den pols een zelfde bandje van grijs dat 16 toe ren lang is en dat we eventueel met een druk knoop sluiten. Denk om de plaatsing van de vingers bij den linkerhandschoen. SP.—TH. Nabetrachting over het „Staatsburgeressendiner" Met somber gelaat demonstreert Louise Kooiman de „aanpassing" van het B. W. (foto: Kurt Kahle, Amsterdam). STAATSBURGERESSEN van thans zijn géén „kiesrechtvrouwen" van veertig jaar geleden! Onnoodig, hierover nog te delibereeren of er verbaasd over te zijn: we constateeren eenvoudig het feit. Die beide rassen verschillen hemelsbreed! Wie dit nog niet weet, heeft het op Zaterdag 15 October kunnen merken, toen twee-en tachtig staatsburgeressen bijeengekomen wa ren aan een gezellig diner in het Victoria- hotel te Amsterdam. Een diner, dat niet alleen gezellig, maar ook charmant was, daar alle aanzittenden zich voor de gelegenheid in avondtoilet hadden gestoken. We hebben nogeens weer gemerkt, dat de vrouw er óók wel op haar best kan en wil uit zien als er géén mannen in de buurt zijn; de tegenovergestelde opvatting is immers hope loos primitief en dateert uit een tijdperk, lang vóór de allereerste „kiesrechtvrouwen" haar strijd begonnen! De vereeniging voor vrouwenbelangen gelijk staatsburgerschap ach, met hoeveel gejuich zullen we den nieuwen pittigen, korten naam waaraan gewerkt wordi, begroeten! heeft dit er langzamerhand bij haar leden in gehamerd: Staatsburgeres zijn en de maatschappelijke en politieke belangen der vrouw een warm hart toedragen beteekent niet het vrouw-zijn opofferen aan de strijdbaarheid! We zijn in de eerste plaats vrouw, dan vrouwen met een open oog voor het goede en niet goede in de huidige maatschap pij. Vrouwen, die willen meehelpen om het heelemaal goed te doen zijn! Een hoog ideaal en daarom had dit Staatsburgeressen-diner, ondanks de luchtige, humoristische toon die er heerschte, een ondergrond van diepen ernst Mevr. de Vries-Bruins sprak het uit en er was niemand, die het niet heeft meegevoeld. Ja, en nu kom ik als vanzelf te praten over het Burgerlijk Wetboek, want daar draaide eigenlijk het heele diner om. "t B. W.. letterlijk geperst in een versleten zwart keurslijf, trad op in de gestalte van Louise Kooiman en hield een samenspraak met de tafelpresidente mej. mr. Corry Tendeloo, waaruit bleek, hoe „ake lig stijf en uit den tijd" het zich voelde en dat het niets gemerkt had van de „aanpassing" waarover in juridische kringen ter gelegen heid van het 100-jarig bestaan van het B. W. zoo hoog werd opgegeven. Vooral ten opzichte van de vrouwenbe langen blijkt er na honderd jaar nog veel te wenschen: de opschriften van de daslinten, die bij deze jammerklacht demonstratief wer- aen uitgespreid gaven blijk van een belang rijk, hoewel misschien niet hèt belangrijkste tekort en iedereen slaakte natuurlijk een zucht van verlichting, toen het B. W. sym bolische toekomsthandeling? zich tenslotte van het knellende keurslijf ontdeed en als een levenslustige jonge vrouw in avondtoilet te voorschijn kwam. Nog meer scherpe, doch niet al te giftige pijlen werden op de „mannenmaatschappij" afgeschoten, o.a. door een dame met een lui- felhoedje, die dt zegeningen van den ouden tijd, toen de schoonste deugd der vrouw was, dat zij „het zwijgen ertoe deed", in geestige rijmen in 't licht stelde. Mevr. Boissevain deel de hierop mede dat deze dame Coumy Bletz heette en de functie vervulde van candidaat- notaris en voegde hieraan toe: Maar wat wèl naar is. Ze wordt geen notaris, Zoolang dit wetboek daar is! Uit dit alles hebt u al begrepen, dat het erg gezellig was. Belangrijk werd het ook, toen mevr de Vries-Bruins den ernstigen kant aan de zaak belichtte. Eigenlijk zoo zeide zij zou iedere vrouw een Burgerlijk Wetboek in haar bezit moeten hebben om het eens serieus te bestudeeren en precies te weten te komen wat er aan ontbreekt. In art. 160 staat, dat de man het hoofd is van de echtvereeniging, art. 161 is dat van de beroemde gehoorzaamheid. Art. 163 vermeldt, dat de gehuwde vrouw al leen met bijstand van den man iets mag ge ven en ontvangen, art. 166 legt de handels onbekwaamheid vast van minderjarigen, krankzinnigen en.... gehuwde vrouwen. Ook de artikelen waarin staat, dat de ge huwde vrouw geen qjgen domicilie en geen eigen nationaliteit heeft, geen aanleiding tot veel onrecht. Zoo haalde spr het recente geval aan van een zeer welgestelde Joodsche ge huwde vrouw, die in het Sudeten-Duitsche ge bied woonde en thans opeens met hear man mee Duitsch en dus omdat zij Jodin is straatarm is geworden. Een paar „lichtpuntjes" zijn er ook wel: zoo regelt art. 168 het recht der vrouw om als openbare koopvrouw op te treden. En een weinig is het B. W. in de honderd jaar van zijn bestaan ook wel „opgekalefaterd". In art. 401, handelende over de voogdij, stond, dat de man bij zijn leven iemand kon aanwijzen, die na ziin overlijden alle handelingen van de vrouw ten opzichte van de kinderen kon verbieden. Dit art. is nu gelukkig vervallen. Ook mag de vrouw een eigen spaarbankboekje hebben en mag de man geen huurkoop aangaan zonder toestemming van zün vrouw. Teekenend voor de „mannelijke" instelling van onze regeering is het, dat dit laatste artikel in de Kamer nog altyd het „pantoffelheldartikel" wordt ge noemd. Mevr. de Vries-Bruins besloot haar uiteen zettingen met een ernstigen oproep, studie van de verschillende hiaten te maken en de mogeiykheden tot verbetering onder het oog te zien. Het moet, zeide spr. o.a., zoover ko men, dat de vrouw een wettelijk recht heeft op een deel van het inkomen van den man. Eerst als we zelf precies weten, wat we willen, kunnen de geesten der mannen worden be werkt. De toespraak culmineerde in het opstellen van een telegram aan de Tweede Kamer, dat er ongeveer als volgt uitzag: De Ned. vereeniging voor Vrouwenbelangen en gelijk Staatsburgerschap, te Amsterdam bijeen, ten zee.rste getroffen door de opmer king van de vereeniging van juristen, dat het Burgerlyk Wetboek zich zeer goed heeft aan gepast, wijst erop, dat by deze opmerking met de positie van de vrouw geen rekening is gehouden en dringt erop aan dat spoedig ver beteringen in het Burgerlijk Wetboek worden aangebracht. Nóg een ernstige klank was het toespraakje van mevr. v. d. Poll, een vrouw van de oude garde, die in warme bewoordingen het Jonge ren-werkcomité complimenteerde voor zijn stoeren arbeid, niet alleen by de voorberei ding van dit diner maar in 't algemeen. Voor wie weet wat een werk de jongeren in de ver eeniging Inderdaad verzetten, waren dit blijde klanken. De tegenstelling tusschen oudere en jongere Staatsburgeressen, tusschen haar. die den grooten stryd nog hebben meegestreden en haar, die van de verkregen voordeden genie ten maar er niet op mogen gaan insluime ren!) is gaandeweg bezig te verdwijnen. Tot heil van de beide groepen en van onze vrou wenbelangen! DE RUYTER—v. d. FEER.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 15