Felle Novemberstorm woedde
boven ons land.
INDRUKKEN
Enkele schepen in nood.
JRooij
Engeland en het vorstelijk bezoek
aan Nederland.
GROOT CONCERT.
/rjecd&^
AUGUST KIEHL. f
DONDERDAG 24 NOVEMBER 1938
HAARDE M'S DAGBCAD
TI
Een felle Novemberstorm heeft
boven ons land gewoed en schade
aangericht. Tevens valt er minstens
één slachtoffer te betreuren.
Woensdagmiddag liepen op den weg van
de haven naar den Burg op Texel eenige
leerlingen van scholen in den Helder, die
juist met de boot waren aangekomen.
Door den hevigen storm werd een
der jongens, de 17-jarige J. Rab, naar
den linkerkant van den weg gedre
ven. Achter hem naderde op dat
oogenblik een personenauto. De jon
gen werd gegrepen en tegen de straat
geworpen, waar hij bewusteloos bleef
liggen. Het slachtoffer werd onmid
dellijk per veerboot naar het hospi
taal in den Helder overgebracht, waar
de jongen bij aankomst reeds bleek
te zijn overleden.
Amsterdam deed in alle haast het
feestkleed af.
In alle haast is Amsterdam na het vertrek
van Koningin Wilhelmina en Koning Leopold
begonnen met het inhalen der vlaggen en met
het wegnemen der versieringen. Het gebeurde
onder het motto „redden, wat nog te redden
is".
De stormwind bulderde door de straten en
over de pleinen, hoeden dansten over de natte
straten, soms honderden meters ver, vlaggen
en vlaggedoek werden losgerukt en kwamen
dikwijls op de electrische leidingen van het
tramnet terecht. Dan kon de tram niet ver
der en moest er een montagewagen komen om
het doek of het touw weg te halen. Dat gaf
maar narigheid en stagnatie. Tegen vier uur
ongeveer was reeds een groot deel van de
versiering op het Damrak geborgen en dus ge
red.
De brandweer in in totaal 25 maal uitgerukt
voor losse dakpannen, losgerukte stukken
zink, gebroken vlaggestokken en een omge
waaide schoorsteen.
Schepen in nood.
Het garnalenscheepje „Helder 38", schipper
A. Tot, is tengevolge van den storm nabij Oos
terend (Texel) vergaan. De schipper en de drie
opvarenden konden door de schippers van
der Vis en Steigstra uit Oosterend worden
gered. Het scheepje is verloren.
Het Belgische motorscheepje „René Paul",
van de reederij Geurts te Antwerpen, gebouwd
in 1937, metende 545 bruto ton, 266 netto
ton, komende van Llanelly, op weg naar
Antwerpen, is hedennacht ter hoogte van de
Nolleplaat omhoog gevaren. Het schip is echter
na een half uur bij wassend water weer vlot
gekomen, zoodat de „Goliath", welke ter as
sistentie was uitgevaren, geen hulp behoefde
te verleenen.
De René Paul" heeft de reis naar Antwer
pen voortgezet,
Twee geslaagde reddingen der
„Insulinde".
De reddingboot „Insulinde" uit Oostma-
horn, heeft een moeilijke redding verricht. Het-
was een Zoutkamper visschersvaartuig de
Zoutkamp 61 dat op het Groninger wad
in nood verkeerde, zoodat er voor de twee op
varenden groot levensgevaar bestond. De
bemanning heeft de twee visschers opgepikt
en behouden in Oostmahorn aan wal gezet.
Onmiddellijk daarop is de reddingboot op
nieuw uitgevaren naar het vrachtscheepje
„Lauwerzee" dat op weg was naar Schier
monnikoog. Het schip was in het stormweer
lekgeslagen en is door de „Insulinde" op sleep
touw genomen naar Schiermonnikoog, waar
het behouden is binnengebracht. Aan boord
van het vaartuig bevonden zich twee opva
renden.
Wederom angstige oogenblikken
Woensdagmiddag kruiste voor de Scheve-
ningsche haven de motorschokker SL 31.
schipper J. van Seters, en stelde alle pogin
gen in het werk om de haven te bereiken
Doch dit was niet gemakkelijk doordat een
sterke vloed ging en de zee zeer onstuimig
was. Aan den kant kon men duidelijk waar
nemen dat de schokker een zwaren toer zou
hebben om op eigen kracht de haven binnen
te komen. Hooge zeeën sloegen over het
scheepje, dat ternauwernood aan een onder
gang ontsnapte. De reddingboot „Zeemans-
hoop" was bereids op het eerste alarm ver
trokken en lag in de buitenhaven gereed om
zoo noodig assistentie te verleenen.
De bemanning van den motorschokker slaag
de er intusschen met de uiterste inspanning
te kwart over vier in, de haven binnen te
komen.
Er waren veel belangstellenden op den
strandmuur.
In Haarlem.
In Haarlem is alleen maar een oude, met
klimop begroeide boom in den tuin omgewaaid.
De Hout lag weliswaar bezaaid met takken,
maar booinen zijn er niet gesneuveld.
Ongeluk op de Dreef.
Woensdagmiddag drie uur reed Dr. K. C. A.
Valken uit Aerdenhout per auto over de
Dreef. Ter hoogte van de Paviljoenslaan woei
een dikke tak van een boom, die op de auto
terecht kwam. De tak drong door het dak en
kwetste Dr. Valken aan hoofd en oogen. Door
een passeerenden automobilist uit Amsterdam
werd hij naar de Maria-Stichting vervoerd,
waar hij ter verpleging is opgenomen.
Een dertigjarige juffrouw kreeg Woensdag
avond acht uur in de Smedestraat een dak
pan op het hoofd, waardoor zij gewond werd.
Zij werd door leden van den Ongevallendienst
voorloopig verbonden, waarna zij voor ver
dere behandeling naar het Sint Elisabeths
Gasthuis werd gebracht.
Op de Paul Krugerkade woei Woensdag
avond van de Chocoladefabriek Union een
20 M. lange schutting omver, zonder persoon
lijke ongelukken te veroorzaken.
Te Haarlemmermeer.
De zeer krachtige storm is oorzaak geweest,
dat gisterenmiddag op Schiphol een vliegtuig
omsloeg en het den bestuurder moeilijk maakte
de cabine te verlaten.
Een militair vliegtuig kwam na een oefe-
ningsvlucht weer behouden te Schiphol aan
en stond reeds stil, toen het door een hefti-
gen rukwind omsloeg. De bestuurder, die er
nog niet uit had kunnen stappen, kwam daar
door in een benarde positie. Door zich uit het
vliegtuig te laten rollen, wist hij zich te be
vrijden. 1-Iij kreeg geen noemenswaardig letsel.
Ook elders heeft de stormwind zijn vernie
lend werk gedaan. Van vele huizen vielen dak
pannen op den grond. Bij enkele kassen gingen
dakraampjes stuk. Op tal van plaatsen ge
raakten wielrijders de macht over het stuur
kwijt, enkelen kwamen met elkaar in botsing.
Persoonlijke ongevallen hadden niet plaats.
Te Zandvoort.
De storm, die Woensdagavond opstak uit het
Zuidwesten, heeft in Zandvoort weer vrij wat
last en schade veroorzaakt. Groote hoeveelhe
den zand werden met gxoote kracht het dorp
ingejaagd. Voor mensch en dier was het verblijf
op straat daardoor allesbehalve aangenaam.
Op verschillende plaatsen hoopte het zand
zich zoodanig op, dat het verkeer er hinder van
ondervond. Aan den Boulevard Barnaart werd
van een villa een ruit ingedrukt. Dit had zeer
ongewenschte gevolgen. De wind kwam n.l.
door deze opening naar binnen, waardoor deu
ren werden opengedrukt, waarvan de ruiten
in scherven vielen. Ook van de serre braken
vele ruiten.
FOTO-ALBUMS
POSTZEGEL-ALBUMS
POëZIE-ALBUMS
ANEGANG14 TEL.11963
(Adv. Ingez. MedJ
van een ontmoeting
met Koning Leopold.
(Van onzen Haagschen correspondent.)
In de groote heerenkamer van het werkelijk
zeer ruime gezantschapsgebouw in de Jacob
Catslaan bevond zich de Koning, ongeveer
in het midden van de kamer. Achter de sofa,
waarvoor hij zich had opgesteld, stonden
eenige Belgische hoogwaardigheidsbeklee-
ders, onder wie wij minister Spaak ontdekten.
Terzijde in het vertrek hielden zich de ge
zant en zijn echtgenoote barones Herry op.
terwijl zich voorts in dit gedeelte van het
gebouw eenige heeren uit 's Konings gevolg
en de aan het gezantschap hier te lande ver
bonden functionarissen bevonden.
Terwijl Koning Leopold zich met een van
de bezoekers onderhield, had ik volop gele
genheid hem gade te slaan. Mij viel toen al
op welk een beminnelijke eenvoud er van
hem uitgaat, gepaard gaande met een groo
te mate van oprechtheid, die heel zijn wezen
kenmerkt.
De eenvoud van den vorst sprak eigenlijk uit
alles, uit gansch zijn houding, uit elk ge
baar, dat hij maakte en ook uit den stevigen,
vriendelijken handdruk, dien hij den aan hem
voorgestelden bezoeker gaf. Handrukken
kunnen dikwijls veelzeggend zijn, juist van
officieele personen in hun officieele functie.
Hier nu ontbrak alle kille vormelijkheid. Trou
wens, die was aan heel de ontmoeting, hoe
kort ook, ten eenenmale vreemd. Een eer
lijke hartelijke toon was het, dien men hoorde.
Naar aanleiding van de verzekering, dat men
zich, gelijk hij wel bemerkt zou hebben, hier
te lande buitengewoon over 's Konings be
zoek verheugde, gaf de vorst te kennen, diep
ontroerd te zijn over de hem ten deel geval
len ontvangst. Hij bleek het hem bereide
welkom werkelijk buitengewoon op prijs te
stellen. En op eenige vriendelijke woorden aan
het adres van zijn land gewijd, verzekerde hij
terstond, altijd gaarne hier in Nederland te
komen. De Koning liet niet na de verzekering
te geven, dat hij houdt van Nederland en het
Nederlandsche volk, terwijl hij aan het slot
van het onderhoud nog eens kenbaar maakte
hoezeer hij getroffen was door de wijze waar
op men hem ten onzent had ontvangen.
Het ligt voor de hand, dat de journalist niet
naliet acht te slaan op de wijze, waarop de
hooge bezoeker uit ons buurland zich van onze
taal bediende. Welnu, ik kan zonder aarzelen
verklaren, dat de Koning niet alleen geen
Groote belangstelling voor de toenadering
tusschen Den Haag en Brussel.
Vertrouwen in de Nederland
sche regeering.
Londen, 22 November 1938
(Van onzen correspondent)
IN officieele en andere politieke kringen
was sinds eenigen tijd reeds aanzienlijke
belangstelling merkbaar voor het bezoek
dat de Koning der Belgen thans brengt
aan onze Koningin. De door de beide Souve-
reinen gisteravond aan het banket ten hove
gehouden toespraken werden met eenige span
ning tegemoetgezien, daar men er, althans
voor goede verstaanders, iets meer van ver
wachtte dan de betuigingen van vriendschap
en 'waardeering, welke zulke redevoeringen
gewoonlijk kenmerken.
Natuurlijk beseft men ook hier dat een be
zoek van Koning Leopold aan ons land niet
noodzakelijkerwijze politieke beteekenis be
hoeft te hebben, aangezien alleen reeds de
internationale correctheid voorschrijft, dat
een vorst eenigen tijd na zijn troonsbestijging
die naburge landen bezoekt, waarmee hij de
vriendschappelijkste betrekkingen onder
houdt. Zoo was Koning Leopold een jaar gele
den de gast van Koning George en het Engel-
sche volk.
Het toeval wil. dat het bezoek aan Amster
dam plaats heeft op een tijdstip, waarop
staats- en regeeringshoofden bijzonder ambu
lant zijn. De vorige week bezocht de Koning
van Roemenië Londen; de Koning van Grie
kenland bevond zich hier terzelfder tijd, of
schoon niet officieel. Gisteren is Prins Regent
Paul van Joego Slavië met zijn gemalin te
Londen aangekomen en zal tien dagen lang de
gast des Konings in Buckingham Palace zijn
Chamberlain en Lord Halifax zijn deze week
officieele gasten der Fransche regeering.
Het nauwe contact, dat de Britsche regee
ring aangeknoopt heeft met de staatshoof
den en ministers van Roemenië en Joego Sla
vië bewijst, dat zij geenszins onverschillig is
voor de gevolgen, die de oplossing der
Tsjechisch-Duitsche crisis voor Zuid-Oost-
Europa hebben zal. Maar groóter waarde nog
hecht zij aan de positie van de andere groep
van kleine landen, die door hun oude demo
cratische instellingen, hun hooge beschaving
en hun degelijke stabiliteit, hoeksteenen zijn
van den vrede in Europa.
De samenwerking der zoogenaamde Oslo-
mogendheden heeft steeds de onverdeelde in
stemming gehad van de Britsche staatslieden,
maar grooter, ja overwegend belang, heeft
Engeland bij de positie van Nederland en
België. Dat de verhouding tüsschen de beide
landen, na de jaren van wrijving, die op den
oorlog volgden, weder voortdurend vriend-
schappelijker wex-d, schonk groote voldoening
aan Londen, dat hechte samenwerking
wenschte tusschen Den Haag en Brussel. Van
daar dat, toen in het midden van 1936 eerst
minister Spaak en vervolgens Koning Leopold
persoonlijk een „nieuwe politiek' aankondig
den, de Britsche regeering en de Britsche
pers hiervan met niet geringe voldoening ken
nis namen. De verplichtingen, welke België
ten opzichte van Frankrijk, en formeel ook
jegens Engeland had, waren niet alleen ge
vaarlijk voor België zelf, maar bovendien een
onoverkomelijke hinderpaal voor samenwer
king tusschen dat land en het onze. In Enge
land juichte men het dus toe, dat België op
nieuw overging tot een neutraliteitspolitiek,
die in hoofdzaak gevormd scheen te zijn vol
gens het beroemde Nederlandsche model.
Het bleef echter niet bij een platonische in
stemming. Koning Leopold en de toenmalige
Belgische Premier Van Zeeland bezochten
Engeland herhaaldelijk en bijna op den dag af
twee jaren geleden kwam laatstgenoemde on
verwacht te Londen aan. Men is nooit precies
achter de oorzaak van dit bezoek gekomen.
Maar wat men wel wist is dat Eden in allerijl
een lunch ter eere van den Belgischen minis
ter liet aanrichten niet omdat Van Zeeland
honger had. maar omdat een openbare ver
klaring, door Eden af te leggen, plotseling
dringend noodzakelijk geworden was.
Aan deze lunch zeide de Britsche minister:
„Ik geloof, dat bij den toestand, waarin
oogenblikkelijk de wereld verkeert, ons land
de zaak van den vrede geen grooteren dienst
bewijzen kan dan door duidelijk te zijn. Laat
ons dus bij deze Engelsch-Belgische bijeen
komst opnieuw bevestigen, dat de onafhanke
lijkheid van België voor ons volk een levens
belang is en dat België op onze hulp rekenen
kan. wanneer het ooit weer het slachtoffer
wordt van een niet-geprovoceerden aanval".
Sinds deze gedenkwaardige woorden gespro
ken werden, heeft tusschen de Britsche er.
Belgische staatslieden een zeer nauw contact
bestaan. De Britsche opvatting is deze, dat
terwijl België geen anderen plicht heeft dan,
ingeval van oorlog, zijn onafhankelijkheid
tegen iederen aanvaller te verdedigen, Groot
Brittannië de door eigenbelang voorgeschre
ven plicht heeft, België tegen iederen aanval
ler bij te staan.
Het onmiddellijke gevolg hiervan is, dat
Engeland er belang bij heeft, dat België zoo
sterk mogelijk is, opdat de verleiding, dat land
aan te vallen, zoo klein mogelijk zal zijn.
Het belang der Nederlandsch-
Belgische samenwerking.
MET betrekking tot Nederland heeft Enge
land hetzelfde belang. Het is dus begrij
pelijk, dat elke zichtbare toenadering tusschen
ons land en België te Londen een zeer gunsti-
gen indruk maakte en in het verkeer tusschen
de Belgische en de Britsche diplomatie door
eerstgenoemde aangemoedigd werd. Wat Ko
ning Leopold te Amsterdam zeide, namelijk
dat de kleinere landen oorlog alleen buiten
hun grenzen kunnen houden door zich weder
zijds met elkaar te verstaan, weerspiegelt
ook het Britsche standpunt en wij mogen ver
der gaan en zeggen dat de steun dien Enge
land in geval van nood aan kleinere landen
verleenen zou, voor een niet gering deel zou
afhangen van die onderlinge samenwerking.
Samenwerking tusschen Nederland en Bel
gië beschouwt men hier niet alleen als een
waarborg voor den vrede in West Europa,
maar ook als een bijdrage tot versterking van
Engeland's diplomatieke positie, vooral aange
zien door zulk een samenwerking vermeden
zou worden dat een der groote aangrenzende
landen hetzij in Nederland, hetzij in België,
overwegenden invloed krijgen zal.
Het is sinds lang reeds de meening der
Britsche diplomatie, dat Nederland en België
alleen reeds door het feit, dat zij beide groote
koloniale mogendheden zijn, een bijzondere
belangengemeenschap hebben, zoowel met el
kaar als met Engeland. Maar vooral in de
laatste twee jaren heeft bovendien de Euro-
peesche toestand zich zoodanig ontwikkeld,
dat Engeland niets liever wenschen kan, dan
de hechtste samenwerking op ieder gebied tus
schen de twee landen aan den overkant der
Noordzee, welker onafhankelijkheid sinds de
zestiende eeuw de grondslag van Engeland's
buiten1and?che nnlitiek geweest en gebleven is.
Te Londen stelt men groot vertrouwen in
het bezadigde, weloverwogen oordeel van de
Nederlandsche regeering en sinds België's bui-
tenlandsche politiek zich grootendeels aan de
beproefde Nederlandsche tradities aangepast
heeft, is elk teeken van vertrouwelijke samen
werking tusschen Den Haag en Brussel de
Britsche regeering in de hoogste mate wel
kom.
ffexio 0419A
(Adv. Ingez. Med.)
moeite had met de woordkeuze, maar ook dat
hij het Nederlandsch voortreffelijk uitsprak,
met natuurlijk hier en daar een enkelen ty
pisch Vlaamsch misschien doe ik nog be
ter te zeggen, typisch-Teirlincksch aan-
doenden klank: Teirlinck v.as, gelijk bekend,
zijn leermeester in het Nederlandsch.
Een ontvangst van enkele uren, waar een
paar honderd menschen worden voorgesteld,
zooals Woensdag het geval was, eischt natuur-
lenk veel. Toch moet men niet meenen, dat
de Belgische Koning aan het slot van den
middag den indruk wekte van ook maar in
het minst vermoeid te zijn. Daarvan viel
niets te bespeuren. Wel maakte het den in
druk alsof hij het veel prettiger zou vinden,
een volkomen huiselijk gesprek te voeren.
Juist deze laatste impressie hing samen met
het sterk innemende van zijn optreden, ook
van zijn prettig aandoende stem. Al bij al
was het de rustige, open eenvoud, welke van
hem uitging, die tenslotte den hoofdindruk
vormde. Ik kreeg sterk het gevoel, dat al wat
lijkt op wereldsch schijnvertoon Koning Leo
pold vreemd is, ja, hem zelfs niet ligt. Een
groote mate van oprechtheid moet zijn ka
rakter in het bijzonder beheerschen. En ach
ter de uiterlijke schuchterheid gaat ongetwij
feld een in vele opzichten rustige vastbera
denheid schuil. Zoo is hij dan in feite een
figuur, die wel degelijk weet wat hij wil, is
hij iemand op wien men aan kan.
Een innerlijk voorname figuur en daardoor
ook in dien zin, een waar Vorst.
E. v. R.
EXAMENS.
Academische opleiding.
Bevorderd aan de Gem. Universiteit te Am
sterdam tot arts de heer W. Ephraim, Amster
dam; geslaagd voor artsexamen eerste ge
deelte mej. C. G. J. v. d. Veen. Alkmaar, mej.
G. W. v. d. Wal, Amsterdam, de heer C. M. M.
Meuwese, 's-Hertogenbosch en de heer J. Gla-
zenburg, Zaandam.
Geslaagd voor het cand. examen wis- en
natuurkunde (1.) de heer Ie Kheng Heng.
MUZIEK.
Die Spaernesanghers.
De scheppingsdrang en scheppingskunst van
Lieven Duvosel hebben wij in de jaren van
zijn Haarlemsch inwonerschap niet minder
leeren kennen en bewonderen dan zijn vitale
kracht en activiteit als koorleider. Bijna elk
concert, dat door een onder zijn leiding staan
de vereeniging gegeven werd, bracht werken,
veelal noviteiten, van zijn hand.
Het concert, dat Woensdagavond 23 No
vember in de uitverkochte groote zaal van het
Gemeentelijk Concertgebouw gegeven werd.
was geheel aan werken van Duvosel gewijd.
Inderdaad was de titel „Groot concert" er voor
gerechtvaardigd. Het Mannenkoor „Die Spaer
nesanghers", Haarlem's Vrouwenkoor, een
Knapenkoor, de organist Albert de Klerk, vier
vocale solisten en het door toevoeging van
vedels, basvedels, tokkel- en slagwerktuigen
versterkte H.O.V.-orkest werkten voor deze
muzikale gebeurtenis samen.
De eerste helft van het programma bevatte
werken, die hier reeds tevoren uitgevoerd wa
ren. Albert de Klerk opende den avond met
een uitmuntende, klare vertolking van het uit
drie deelen: Prelude, Choral en Dubbel -
fuga bestaande, in 1937 geschreven orgelwerk,
dat de toondichter „Levensschets" genoemd
heeft. Deze benaming moge den onzijdigen
hoorder te persoonlijk lijken voor een werk,
dat in klassieken vorm geschreven is. en waar
van het muzikale idioom weinig individueels
vertoont Bach en diens voorgangers zijn er
in te herkennen het bewijst 's componis
ten bekwaamheid om zich in de strenge vor
men te bewegen. En het grandioze „Sanctus",
in 1903 geschreven, bewijst dat Duvosel reeds
op 25-jarigen leeftijd die kunst volkomen
machtig was. Het onder leiding van Mej.
Corrie Koppen staande knapenkoor leverde
in dit stuk bijzonder goed werk. Tusschen
beide genoemde werken in werd het reeds
meermaals gehoorde „Aussöhnung" uitgevoerd,
waarin de sopraan Helène Ludolph zich glan
zend tegenover het groot orkest en het man
nenkoor handhaafde.
Na de pauze kregen we de allereerste vol
ledige uitvoering van den uit vijf stukken be-
staanden „Leie"-cyclus. Zijn in het van 1930
dateerende „Aussöhning" Wagner-invloeden
op te merken, de in uiteenloopende jaren ge
schreven stukken van den cyclus toonen die
ook, zoowel in de harmoniek als in de orkestra
tie. Dat Duvosel beide met virtuoziteit be-
heerscht en behandelt wisten we reeds en dit
bleek nu ook weer ten duidelijkste. Kleurrijk
is de partituur. Vaak is het een licht, flonke
rend klankenspel, dat onze ooren vermeit;
soms ook in het Symphonisch gedicht „De
Navond". het vierde van den cyclus tref
fen ons ernstige klanken, hoofdzakelijk van
bazuinen en hoorns. In het laatste stuk.
„Kerstnacht" is alles, orkest, orgel koren en
solostemmen, vereenigd en tot een grootsehe
stijging aangewend, die in een kolossale, ko
raalachtige hymne haar hoogtepunt bereikt.
Liefelijke stemmingen overheerschen in de
eerste drie stukken. Men hoort daar vogelge-
kweel en watergekabbel. Het zijn idylles, die
een groote klankschoonheid bezitten.
De bariton Lucien Louman droeg de solo
partij in no. 2 ,J)e Leie" zeer schoon en vol
uitdrukking voor. Jan Hensen's weeke tenor
stem bleek voor de vertolking van de zang
partij in no, 3. „De Liefde aan de Leie" zeer
geschikt. In het laatste stuk „Kerstnacht aan
de Leie" werkten deze twee solisten met de
sopraan Helène Ludolph zeer goed samen.
De koren en het orkest kweten zich zeer ver
dienstelijk van hun taak. Over 't algemeen leek
me de klank van het vrouwenensemble mooier
dan die van het mannenkoor Ook in dit stuk
overwon het knapenkoor opmerkelijk goed de
betrekkelijk groote moeilijkheden. De altzan
geres Tine Woudt had hier geen partijin het
vóór de pauze uitgevoerde Sanctus had zij haar
taak in het solokwartet naar behooren ver
vuld, zonder gelegenheid te hebben om op den
voorgrond te treden.
Dat voor een volkomen doorzichtige
vertolking van de gecompliceerde orkestpartij
meer tijd van voorbereiding noodig zou zijn
dan die waarover ons orkest beschikken kan
is wel buiten kijf. Toch mogen we met wat het
orkest presteerde, in menig opzicht tevreden
'zijn.
Dit concert was dus zeker een belangrijke
muzikale gebeurtenis. Of de volledige cyclus
„De Leie" ook elders herhaaldelijk tot uitvoe
ring zal komen, zullen we moeten afwachten.
Het werk bezit vele schoonheden, doch het leek
me dat meer contrasteerende stemmingen het
ten goede hadden kunnen komen. Het is over
wegend lyrisch. Ware het niet mogelijk geweest
om motieven voor een Scherzo en voor een
schildering van de duivelsche oorlogsdreiging
te vinden?
Hoe dit ook zij; we mogen Duvosel danken
voor het vele schoone dat hij ons op dezen
avond geschonken heeft. Daarvoor toonde zich
ook het publiek erkentelijk. Allen, mitsgaders
de op het podium aanwezigen hebben den
eminenten kunstenaar, die zelf heel den avond
de leiding in handen had, hartelijk en lang
durig gehuldigd en ook bloemen en een lau
werkrans werden hem vereerd.
K. DE JONG.
Heeft Uw kind een
schooikleurtje ?i
Dot is gelukkig heelé*
moal weg te krijgen mei
de zuivere levertraan
Jecovitol.Let op het merk
Jecovitol, w.ant op het
gehalte aan vitaminen
komt het aanl
(Adv. Ingez. MedJ
HET TOONEEL
De laatste der drie K's.
Met August Kiehl, wiens overlijden op 84-ja-
rigen leeftijd ons heden wordt bericht, is de
laatste der 3 K's heengegaan. Het is reeds meer
dan 40 jaar geleden, dat zij in den Artis-
schouwburg den tegenwoordigen Holland-
schen Schouwburg naast elkander optraden,
maar zoo groot was hun populariteit, dat iedere
oudere Amsterdammer u nog zal weten te ver
tellen. dat met de 3 K's Kreeft, Kelly en Kiehl
werden bedoeld.
Het was de glorietijd van de Hollandsche
operette. Eiken avond als de 3 K's met me
vrouw Buderman-Van Dijk speelden in De
Klokken van Corneville, De Mascotte. De jonge
Hertog, Erminie, De Vice-admiraal of De Mi
kado, was de Artis-schouwburg stampvol. Van
de 3 zoo populaire acteurs was Kelly, de Am-
sterdamsche Straatjongen, de dol-komieke,
Kreeft, de fijne en meest talentvolle en Kiehl,
de deftige. Ik heb de 3 K's maar één keer samen
ik meen, dat het in Surcouf, de Kaper was,
zien spelen. Dat was in 1892. dus al 46 jaar ge
leden. Veel herinnering heb ik er niet van be
houden en ik ken de 3 K's dan ook meer uit den
lateren tijd, toen zij niet meer als trio, maar af
zonderlijk optraden.
August Kiehl was hoewel hij bij het Haag-
sche gezelschap van Valois debuteerde een
typisch Amsterdamsche figuur. Er kon geen be
langrijke tooneelgebeurtenis zijn een begra
fenis bijvoorbeeld of men kon er zeker van
wezen August Kiehl in een deftige gekleede jas
en met zijn hoogen hoed te zien. Ieder in de too-
neelwereld kende hem, de nestor der tooneel-
spelers, als „Oom Guus". Geen acteur, die de
gave van imiteeren bezat zooals Lobo, Cor
Ruys, Johan Kaart en Carel van Hees zou
vergeten August Kiehl, met zijn eigenaardige
lispelende stem, ten tooneele te voeren naast
figuren als Bouwmeester, Royaards en Ver
kade. Een bewijs, hoe populair en bekend hij
was.
Er is in de loopbaan van Kiehl, zooals van
zoovele kunstenaars, een treffende tragiek. Na
de dagen van glorie der operette in den Artis-
schouwburg, die hem wel artistiek succes maar
weinig financieel voordeel aanbrachten heeft
Kiehl niet zooals Kreeft zijn plaats bij de
goede gezelschappen kunnen vinden. Hij zwierf
van het eene troepje naar het andere en voor
al in de laatste jaren van zijn leven stond hij
dikwijls in een milieu, waar hij krachtens zijn
talent feitelijk niet thuis behoorde. Ik heb hem
herhaaldelijk bij zoogenaamde „volkstroepen"
in den Jansschouwburg zien spelen, en altijd
onderscheidde hij zich dan door artistieke dis
tinctie. Zelfs in de kleinste rollen zag men in
hem den ouden tooneelrot, die zijn vak door en
door kende en „tooneel" wist te maken. Zijn ver
schijning was in zoo'n milieu herhaaldelijk een
verfrissching. maar je voelde daarom niet min
der de tragiek van het geval, omdat hij meer en
beter had verdiend.
Tot op zeer hoogen leeftijd heeft hij moeten
spelen, nu eens in het Rozen-theater, dan weer
in een anderen volksschouwburg, in revues
bij Kees van Dam en in verschrikkelijke dra
ken, maar dit belette niet. dat men in hem al
tijd eerde een der 3 K's. die eens de glorie vorm
den van de Hollandsche operette. Als Gaspard
in De Klokken van Corneville. Fratellini in De
Mascotte, Jupiter in Orpheus in de Onderwe
reld, de scherprechter in De Mikado leeft hij
nog in de herinnering van de oudere Amster
dammers, die de 3 K's niet hebben vergeten. Ook
heeft Kiehl nog eens den tekst van een operette
De Parel van Zaandam geschreven, die een
aardig succes mocht behalen.
Met August Kiehl verliest de Amsterdamcr-he
tooneelwereld een van haar meest populaire cn
braafste vertegenwoordigers.
J. B. SCHUIL.