HET SPORTGESPREK
Litteraire
an tteek en i ngen.
Wiener Sangerknaben.
V R IT D A Cl 30 DKCE MEER 1938
H A A K C E M'S DAGBEAD
VAN DE WEEK
L
A. imn Beekum over clen
Elfstedentocht.
Gereed om voor de derde maal te starten.
Tot de velen, die teleurgesteld zijn over
het voorlcopig niet doorgaan van den Frie-
schen Elfstedentocht, behoort ook onze stad
genoot Arie van Beekum, de oud H. F.
C.-speler.
Reeds tweemaal, in 1929 en 1933, heeft hij
met succes aan dezen wedstrijd deelgenomen
en dat hij thans voor de derde maal heeft
ingeschreven, bewijst wel, dat het hem gced
bevallen is.
Over zijn ervaringen in deze unieke race
heeft hij ons het een en ander verteld.
„Toen ik voor de eerste maal deelnam, was
het verschrikkelijk koud en het viel niet mee,
's ochtends in volslagen duisternis tegen den
gierenden, doordringenden wind op te tor
nen en den juisten weg te vinden. Af en toe
was de richting wel met een lantaarntje
aangegeven, maar over het algemeen moest
men scherp opletten om niet uit den koers te
raken.
De weersomstandigheden en de geluks
factor spelen een groote, welhaast beslissende
rol. Is er veel wind, zooals in 1929, dan is
die zoowel je vriend als je vijand, want hoe
wel men tegen dan straffen Noord-Ooster
slechts een uurgemiddelde van 15 tot 18 K.M.
maakt wordt men op andere gedeelten door
zijn kracht als het ware voortgeduwd; het
is een genot om met een vaart van 35 tot
40 kilometer over het ijs te vliegen.
Dat ijs kan den rijder echter leelijk parten
spelen; in sommige secties is het hard en
egaal, maar dan
weer komt men op
stukken, die zacht
met sneeuw bedekt,
of schotsig zijn;
vooral op de meren
is de oppervlakte
niet ideaal.
Soms ook is het
mistig en dan ver
liest men alle oriën-
teerings-mogelij k-
heden; men spant
zich tot het uiterste
in om toch maar
geen terrein op de
concurrenten te ver
liezen en bij het in
halen van een tegenstander is het zaak om
zoo gauw mogelijk voorbij te komen, want de
ongelijkheid in slag werkt zeer hinderlijk.
In de steden en dorpen bestaat zeer veel
belangstelling; vooral de jeugd is zeer behulp
zaam. Op sommige plaatsen, waar de rijder
onder duiker-bruggetjes door zou moeten
kruipen, staan jongens met een slede gereed,
waarop men zich voorover laat vallen om op
die manier onder de brug te worden doorge
trokken. De jongens vergezellen den deel
nemer dan een eindweegs tot op het meer en
als hij dan weer alleen op die uitgestrekte
vlakte voortijlt, vraagt hij zich af, op welke
van de vele torentjes in het verschiet hij nu
eigenlijk wel moet aanhouden. Niet zelden
kiest men dan den verkeerden weg, zooals mij
ook gebeurde en toen een op het land staande
boer met armgezwaai en luid roepen mij op
mijn vergissing attent maakte, was ik zoo ver
uit de goede richting, geraakt, dat ik mijn
eerste plaats, die ik tot Sneek had weten te
handhaven, verloor.
Dan neemt men het maar wat gemakkelij
ker op en men aanvaardt dankbaar het aan
bod van een groeten dampenden kop thee in
een boerderij, alvorens verder te gaan.
De hartelijkheid en het medeleven van de
Friezen wordt door de rijders op hoogen prijs
gesteld; trouwens de geheele sfeer rond dezen
wedstrijd is er een van genoegelijkheid, kame
raadschap en sportiviteit. Voeg daarbij de
heerlijke inspanning, de prikkelende winter
lucht als in de middaguren het zonnetje
schijnt, het fraaie landschap, waarvoor men,
ondanks de inspanning, toch nog oog kan heb
ben en het is begrijpelijk, dat deze niet ge
makkelijke en soms zeer zware wedstrijd veel
voldoening schenkt als sportprestatie en
als tocht.
Als men in goede lichamelijke conditie is.
behoeft men niet te vreezen voor overver
moeidheid; ik heb na afloop van den wed
strijd met animo tot laat in den avond ge
danst. Trouwens ook ouderen, zooals de 50-
jarige Bruinsma uit Usquert, die den afstand
in 12 uur reed, w .ten den tocht te volbren
gen. Slechts dient men er voor te zorgen, dat
men warm gekleed is; het beste is een met
zeemleer bestikt badpak met daarover strakke
warme kleeding en degelijke bescherming van
de ooren, die soms van den feilen wind en de
ontzettende koude ('s ochtends vroeg 31 gra
den vorst Fahrenheit) veel te lijden hebben.
A. VAN BEEKUM.
DAMMEN.
DAMCLUB „HET NOORDEN".
De uitslagen van de laatste gespeelde partijen
luiden:
Clubkampioenschap 19381939.
Eerste klasse
C. HarmsenA. F. v. Leuffen 02
A. BlomG. v. d. Meulen 02
A. BronP. Ottolini 11
Tweede klasse
A. J. v. d. ZaagA. Lazet 20
J. BleijswijkJ. F. v. Garderen 20
KIJK UIT.
Competitie eerste tiental.
NieuwenburgSluys 02
LeuffenGoets 02
KlaverPersoon 02
Tweede tiental.
A. LenobleFiset 20
MastenbroekTempelman 02
WarmerdamP. Lenoble 02
PraagMastenbroek 20
HOCKEY.
ZUIDELIJK ELFTAL—BATAVIEREN.
Op Nieuwjaarsdag wordt te 's-Hertogen-
bosch een hockeywedstrijd tusschen het Zui
delijk elftal en de Batavieren gespeeld. Laatst
genoemde ploeg is als volgt samengesteld:
Anjema (Togo); de Waal (Amsterdam) en
Overing (Amsterdam)H. de Looper (Hilver
sum), B. Tresling (Groningen) en Kruyt
(Gooi); Berkhout (H.H.Y.C.), Schmeink (B.
M. H. C.), Schnitger (P.W.), Heybroek (Am
sterdam). en Esser (Togo).
'n Allerlaatste
TIP VAN TIPSY:
Oudejaarsavond en gezelligheid
is één. Klinkt daarom met
feestdranken van HOOIJ, want
HOOIJ verkoopt gezelligheid
in glazen.
Kleine Houtstraat 57
Rijksstraatweg 8
Rijksstraatweg 289
Kleverparkweg 24
Amsterdamstraat 64
Leidschevaart 132
GRATIS 'n keurig spel bridge-
of pandoerkaarten.
(Adv. Ingez. Med.j
SCHAKEN.
HET TOURNOOI TE HASTINGS.
Winst voor Euwe en Landau.
Donderdag is te Hastings de tweede ronde van
het schaaktournooi gespeeld.
Euwe won met wit van Golombek in 40 zet
ten, terwijl Landau met zwart van Sergeant won.
Deze partij duurde 32 zetten.
Szabo boekte een winstpunt tegen Klein in een
Gruenfeldverdediging na 33 zetten. Sir G. A.
Thomas won in een Engelsche opening van Tylor
na 36 zetten, terwijl Pirc in een Weenerpartij
na 30 zetten van Millner Barry won
De uitslagen luiden:
Hoofdgroep:
Tweede ronde:
Sir G. A. TromasTylor 10
Millner BarryPirc 01
KleinSzabo 01
EuweGolombek 10
SergeantLandau 0J
De stand luidt:
1. Szabo 2 punten, 2, 3, 4 en 5. Euwe, Landau,
Pirc en Sir G. A. Thomas, ieder l1/a punt, 6 en 7.
Tylor en Sergeant beiden V2 punt. 8 en 9. Klein
en Golombek, ieder 0 punten plus 1 afgebroken
partij. 10. Millner Barry 0 punten.
De afgebroken partij tusschen Tylor en Lan
dau uit de eerste ronde eindigde in remise
De verdere resultaten luiden*
Premier reserves A:
KoenigVan Scheltinga 10
MiesesPrins afgebroken in gewonnen stel
ling voor Mieses.
Premier reserves B:
PerlmutterMorrison 10
Van SetersJackson V2V»
WinserVan Doesburgh 01
Major A:
Mevr. RoodzantMrs. Shannon 01
TaylorMej. Heemskerk 10
Eerste klasse A:
DamenComan 1—0
DAMES-HOCKEY.
NEDERLAND—DENEMARKEN.
Nu de dameshockeywedstrijd Duitschland
Nederland niet kan doorgaan, stelt het bestuur
van den Ned. Dames Hockeybond pogingen in
het werk, in het voorjaar een wedstrijd tegen
Denemarken vastgesteld te krijgen, hetzij hier
of in Denemarken.
IJSHOCKEY.
A. IJ. H. C.—VOLANTS (5—0).
Wederom hebben de Parijsche Volants een
nederlaag geleden; thans te Amsterdam van
A. IJ. H. C. Dank zij den uitstekend werkenden
Franschen keeper werd in den eersten en twee
den speeltijd niet gescoord, maar in den derden
speeltijd scoorden de gastheeren vijfmaal, zoo
dat zij met 50 wonnen.
WÏELRÏJDEN.
„EXCELSIOR"
Bovengenoemde vereeniging hield Donder
dagavond hometrainer wedstrijden, bestaande
uit recordpogingen; de A- en B-klassers over
1 K.M.; de C-lcl. 750 M.; de Juniores 500 M.. Zij
die den snelsten tijd maakten van iedere klasse,
ontvingen den record-beker. De resultaten wa
ren als volgt: 1. B. Schell Jr. 46 1/5 sec.; 2. Fr
Jansen 57 1/5 sec.; 3. K. Verbeek 58 1/5 sec.; 4
G. Jansen 60 4/5 sec.
Junioren: 1. Van de Wagen 28 4/5 sec.; 2. Ta
verne 30 sec.
500 M. record A- en B-kl. 1. B. Schell Jr.
22 4/5 sec.; Fr. Jansen 25 4/5 sec.; 3. G. Jansen
26 1/5 sec.; 4. W. v. Dok 26 3/5 sec.; 5. B. Schell
Sr. 26 4/5 sec.
A.s. Zondagmiddag half twee komen de ren
ners in het clubgebouw bijeen voor het rijden
van den oliebollenrit. Hieraan zullen ook dona-
teurs(trices) deelnemen.
Deze wedstrijd wordt bij goed weer op den
weg gehouden; bij slecht weer op den home
trainer.
DE JONGE KAMPIOEN
Bovengenoemde vereeniging hield voor haar
leden in het clubgebouw „Flora", Pretoriaplein.
haar jaarlijkschen wildwedstrijd voor A- en B-
klasse 500 M. en 1 K.M. C-klasse 2 x500 M.
Juniores 2x250.
De uitslag was als volgt:
A- en B-klasse: 1. G. Peters, tijd over beide
ritten 1.03.3; 2. J. Roorda 1.07.1; 3. C. Bijster
1.07.4; 4. P. Peters 1.08.2; 5. H. Veerman 1.09 3.
C-klasse; 1. C. de Jong tijd over 2x500 M
46.3; 2. J. Jansen 47.2; 3. G. Gerritsen 49.2; 4
Stolman 51.1; 5. K. Naeft 53.2.
Junioren klasse: 1. K. Radsma tijd over 2x250
M. 28,2; 2. H. Droog 29; 3. Pette 31.
Op Nieuwjaarsdag oliebollen wedstrijd te 9
uur in het clubgebouw.
VOETBAL.
Haarl. Elftal—Viktoria wederom
afgelast.
Thans voorgoed.
Wij vernemen, dat de voetbalwedstrijd, dien
het Haarlemsch elftal hedenavond op het ter
rein aan den Schoterweg tegen Viktoria uit Pil-
sen (Tsjecho-Slowakije) zou spelen en die
Woensdag reeds moest worden uitgesteld, thans
voorgoed is afgelast, omdat de toestand van he»
terrein te slecht is. De Tsjechen kunnen niet
langer in Haarlem blijven.
Lezing scheidsrechter
J. J. F. van Gessel.
Op uitnoodiging van de sub-commissie Am
sterdam van den IC. N. V. B. waren Donderdag
avond in café-restaurant „Brinkman" aan het
Plein ongeveer vijftig scheidsrechters uit het
rayon Noord-Holland te zamen gekomen om te
luisteren naar een lezing van den heer J. J. F.
van Gessel, secretaris van bovengenoemde
commissie. Hij had als onderwerp gekozen:
„Practische wenken aan scheidsrechters en veel
voorkomende fouten". Achtereenvolgens werden
25 punten behandeld, betrekking hebbende op
de houding van den referee tegenover de spe
lers in moeilijke gevallen.
In de eerste plaats moet de arbiter onder alle
omstandigheden zichzelf blijven, hij moet de
„flair" hebben om leiding te geven en het over
wicht te bewaren zonder zich op den voorgrond
te plaatsen of een aanmatigenden toon aan te
slaan.
Door zijn manier van optreden moet hij den
spelers als het ware onbewust de overtuiging
bij brengen, dat zij zich zonder voorbehoud aan
zijn leiding hebben te onderwerpen. Teneinde
misverstanden of onaangenaamheden te voor
komen, moet de arbiter er op toezien, dat zoo
veel mogelijk tusschen de aanvoerders der beide
ploegen vóór het begin van den wedstrijd over
eenstemming wordt verkregen, b.v. wat het toe
staan van invallers betreft.
Bij het indienen van protesten moet hij de
behulpzame hand bieden en bij de behandeling
daarvan dient hij volkomen objectief zijn lezing
te geven en door hem gemaakte fouten ronduit
te erkennen.
Een goed scheidsrechter zal bij het volgen van
het spel steeds op de spelers en niet op den bal
letten, opdat hij hun positie (buitenspel) en ge
dragingen voortdurend kan zien. Opdrachten
geven is uit den booze; men kan een volwassen
voetballer niet dwingen een ver weg getrapten
bal te gaan' halen, doch hem hoogstens onopge
merkt op fouten in zijn gedrag wijzen. Daaren
tegen dient hij onmiddellijk op te treden, wan
neer een speler de perken te buiten gaat; elke
opzettelijke „foul" of gewelddadige handeling,
zooals natrappen of een poging daartoe, moet
met uit het veld zenden worden bestraft.
De referee moet echter volkomen van den
moedwilligen opzet overtuigd zijn; in grensge
vallen is het zaak, den overtreder op zijn fouten
of gevaarlijke manier van spelen te wijzen
Voor den scheidsrechter is een regelmatig loo
penden chronometer of horloge een eerste ver-
eischte, ook is het wenschelijk, een reserve-
fluit bij zich te hebben.
Na deze met aandacht gevolgde lezing bestond
gelegenheid tot het stellen van vragen, waar
van een druk gebruik werd gemaakt.
CRICKET.
THANS EEN DUBBELE CENTURY VAN
DON BRADMAN.
Bradman scoort weer centuries!
Te Adelaide scoorde hij tegen Queensland zijn
derde achtereenvolgende century, thans een
dubbele voor Zuid-Australië n.l. 225. Hij speelt
al weer met een gemiddelde van 160! Badcock
is op de Australische wickets eveneens in groot-
schen vorm en dit tweetal sloeg voor het 2de
wicket ruim 200 runs bijeen. Badcock haalde
juist de 3 cijfers. De 8 overige batsmen scoor
den 137 runs van de 462. Queensland faalde op
Grimmitt die zes wickets voor 33 nam en de
laatste drie voor 14 runs veroverde Queensland
kreeg met innings en 60 runs klop.
N. Z. Wales verloor te Melbourne ook den
tweeden wedstrijd nu tegen Victoria. Lee (121)
en Rigg (84) scoorden 190 voor het 1ste wicket,
waarna Gregory (71) enHassett (56), ondanks 't
goede bowlen van O'Reilly (6140) de 350 op
brachten. De innings leverde het hooge totaal
van 504 op. N. Z. Wales scoorde in de 1ste in
nings 294 (Chipperfield 78) en 388, na een fraaie
stand tusschen Barnes (98) en Chipperfield
(73). Fleetwood Smith nam in totaal 11 wickets
voor ruim 25 runs per stuk. O'Reilly leverde
ook in de 2de innings de noodige moeilijkheden
op en het kostte Victoria nog 6 wickets (O' Reilly
460) om de benoodigde 179 voor de overwin
ning te maken.
DE TWEEDE TESTMATCH ZUID-AFRIKA—
ENGELAND.
Zaterdag begint te Kaapstad de 2de testmatch.
Zuid-Afrika speelt met Balaskas, den googlïe-
bowler voor Bond en Rowan, een geroutineerd
testcricketer voor Dalton, die niet beschik
baar is.
Latere openstelling tapperijen te
Haarlem.
's Zaterdagsnachts tot half een.
De Burgemeester van Haarlem heeft bepaald,
dat gedurende het jaar 1939 de in Haarlem ge
vestigde lokaliteiten, waarvoor krachtens de
Drankwet vergunning of verlof is verleend, be
houdens tusschentijdsche algeheele of gedeel
telijke intrekking, in den nacht van Zaterdag op
Zondag tot 12.30 uur geopend mogen blijven.
Tot heden gold ook voor Zaterdag een sluiting
op 12 uur
KLACHT VAN Ir. MUSSERT TEGEN
Ir. ALBARDA.
Namens Ir. A. A. Mussert, Leider der N.S.B.,
heeft Mr. A. J. van Vessem, rechtskundig'
raadsman der N.S.B,, bij den Officier van
Justitie te Amsterdam een klacht ingediend
tegen Ir. J. W. Albarda met verzoek tot ver
volging wegens smaad subs, beleediging op
grond dat deze te Amsterdam op Zondag 25
December j.l. opzettelijk de eer en goeden
naam van Ir. Mussert zou hebben aangetast
door in een in de groote zaal van het Concert
gebouw gehouden bijeenkomst van de Fede
ratie Amsterdam der S.D.A.P. volgens een door
het Algemeen Nederlandsch Persbureau aan
de Nederlandsche Pers toegezonden en in ver
schillende bladen opgenomen verslag te zeg
gen:
„Als de heer Mussert de macht in handen
kreeg, zou er weinig anders gebeuren dan
wanneer Hitier ons land veroverde, aan wien
Mussert het wel spoedig zou uitleveren."
Door deze voor den Leider eener Nederland
sche nationale beweging hoogst grievende
telastelegging acht Ir. Mussert zich ernstig in
zijn eer en goeden naam aangetast en belee-
digd.
Nieuw Zusterhuis te Santpoort in
gebruik genomen.
Donderdag werd op het terrein van het Pro
vinciaal Ziekenhuis nabij Santpoort het eerste
der beide nieuwe zusterhuizen, welke onder
leiding van den Provincialen Waterstaat wor
den gebouwd, in gebruik genomen. Dit gebouw
biedt huisvesting aan een veertigtal verpleeg
sters, die in vier woningen zijn ondergebracht
op een zoodanige wijze, dat in ieder dezer
vier woningen twee groepen van vijf zusters
min of meer zelfstandig een „gezin" zullen
vormen.
De benedenverdieping is ingericht voor de
verpleging van zieke leden van het personeeel
terwijl een gedeelte van het gebouw bestemd
is voor een aantal hoofdverpleegsters. De
kelder, die als fietsenbergplaats zal worden
gebruikt, kan in oorlogstijd als gas- en
scherfvrije schuilplaats dienst doen.
De bpening geschiedde in intiemen kring.
Namens het personeel werd als geschenk een
electrische buitenklok aangeboden, welk hul
deblijk door den voorzitter der commissie van
bestuur, den heer A. W. Michels, namens de
provincie werd aanvaard.
Kindermoord opgehelderd.
Ein<j Augustus zagen voorbijgangers in de
Korne onder Buren (Bet.) een gonje zak
drijven, waaruit het armpje van een kind
stak.
Toen de zak door de onmiddellijk gewaar
schuwde politie geopend werd, kwam men tot
de ontdekking, dat er zich een pasgeboren
tweeling in bevond, beiden meisjes.
Ofschoon de politie natuurlijk direct een
enderzoek naar de herkomst der beide lijkjes
instelde, werd sindsdien nimmer iets over het
geval vernomen. Daardoor ontstond bij het
groote publiek de meening, dat de politie
voor een onoplosbaar raadsel gesteld was en
dit zelfs ondanks het feit, dat men wist dat
de brigadier-majoor Slik uit Tiel nog bijna
voortdurend in de Betuwe, en soms zelfs nog
wel daarbuiten, rondsnuffelde en dus blijk
baar nog steeds een of ander aanknoapings-
punt hoopte te vinden.
Dezer dagen is echter eensklaps gebleken,
dat de nasporingen wel uiterst moeilijk, maar
toch niet geheel onmogelijk waren, want door
de voortreffelijke samenwerking tusschen de
burgemeesters en de politie van Maurik en
Buren en de rijksveldwacht van de brigade
Tiel is men over kunnen gaan tot de aan
houding van de 23-jarige mej. C. H., geboren
K. uit Rijswijk (gemeente Maurik), verdacht
van het dooden der beide meisjes, waarvan
zij de moeder zou zijn.
Mej. H. wier ouders in Buren wonen en
die omstreeks half Augustus getrouwd is met
een steenfabrieksarbeider uit Rijswijk, is
naar Arnhem overgebracht en heeft inmiddels
reeds bekend.
Het onderzoek is echter nog niet gestaakt,
omdat rekening gehouden wesrdt met even-
tueele medeplichtigen.
Homo ludens. Proeve eener
bepaling van het spel-element der
cultuur. Door J. Huizinga. Haar
lem. Tjeenk Willink.
De groote tooneelschrijver Arthur Schnitzler
gaf eens aan één zijner fijne dialoogstukken
het motto mede: Wir spielen alle, wer es
weisz, ist klug".
De Leidsche professor Huizinga weet het,
en dat waarschijnlijk In een omvang waaraan
de dichter Schnitzler niet gedacht zal hebben
toen die zijn motto neerschreef. Het zou den
laatste ook vermoedelijk niet mogelijk ge
weest zijn in een prachtig boekdeel van
over de driehonderd pagina's een proeve te le
veren ter „bepaling van het spel-element in de
cultuur". Over de bewonderenswaardig-uit-
gebreide cultuurhistorische kennis van een
Huizinga behoefde de dichter niet te be
schikken om in een enkelen regel de quintes-
sens van de wijsheid van den geleerde te
grijpen. Maar de laatste was noodig om reken
schap van die wijsheid af te leggen, en het
lijkt overbodig hier te zeggen dat een en an
der hier op even charmante als grondige wijze
geschiedt.
Bedriegen we ons niet, dan heeft het pro
bleem van den spelenden mensch, van den
homo ludens, den schrijver reeds in zijn
Haarlemsche jaren bezig- gehouden. Een bui
tengemeen aantrekkelijke stof kon in den loop
der jaren uitgroeien tot een voorraadschuur
vol beschouwingen, overwegingen, schiftingen
waartoe de reeds genoemde veelomvattende
kennis van den auteur moest voeren.
Hoe aantrekkelijk wordt het dan, aan zijn
hand door de historie der culturen te dwalen,
met hem na te gaan hoe voor het denken en
doen der stervelingen vaak ongemerkt het
spelen een motief werd tot prestaties die de
anderen in verbazing brengen. Is het niet tref
fend, als een thans beroemd stichter van een
Nederlandsch grootbedrijf zijn succes meent
te moeten danken aan zijn arbeidsopvatting,
die het zich steeds uitbreidende werk ver
mocht te beschouwen als een sportieve activi
teit zijnerzijds, al zal men daarbij niet uit het
oog mogen verliezen dat alle spel allereerst
en bovenal een vrije handeling is" (pag. 11)
en dat Dr. Philips en zijn broer hun zaak
wel als een tak van sport konden beschouwen
(pag. 289) omdat zij er heer en meester in wa
ren en hun medewerkers en jongeren moes
ten „trachten" die sportieve arbeids-opvat-
ting bij te brengen? Voor de besten onder ons
zal waarschijnlijk alle arbeid spel zijn, zoolang
die arbeid de belangstelling ongeschonden
in beslag neemt. Maar ook voor die besten
kunnen momenten komen, waarin alle aar
digheid er af is en het spel-element zoek
raakt.
Het boek van Huizinga tracht ons aan te
toonen dat het spel-element eigenlijk overal
aanwijsbaar is. Ik zou hier echter de waar
schuwing van den geleerden schrijver zelf wil
len onderstrepen: „Men moet hier echter
op zijn hoede zijn, den samenhang van dat
begrip spel niet te overspannen". Als Plato
niet aarzelde ook de gewijde dingen onder de
categorie van het spel te begrijpen, kan dat
voor den niet wijsgeerig gevormden lezer mis
verstand opleveren.
„In deze platonische identificatie van spel
en heiligheid wordt niet het heilige neerge
haald, door het spel te noemen, maar het spel
verheven, door dit begrip tot in de hoogste
regionen van den geest te laten gelden", (pag.
29.)
Voor den gewonen mensch daalt het spel
van deze verhevenheid wanneer de schrijver de
vormen ervan zoekt in rechtspraak en krijg,
in poëzie en wijsbegeerte en vooral in
het rijk der kunsten. In de muziek en de
tooneelspeelkunst is het spel het woord
zegt het reeds van eerst-opvallende betee-
kenis.
Iemand „speelt" viool,, piano, een verraders
rol, etc. Dat dit maar niet zoo een toevallig
heid is doch een dieperen psyehologischen
ondergrond heeft blijkt, volgens Huizinga, uit
het feit dat eenzelfde .overeenstemming in
klank, om spel en muziek uit te drukken, zoo
wel in het Arabisch als in de Germaansche
en Gallische talen gevonden wordt.
In de schilderkunst ligt de zaak een weinig
anders. Voor een spel-element schijnt hier
minder plaats, omdat het kunstproduct, een
maal aanwezig, zijn eigen werkingssfeer per
manent behoudt en men zich tusschen leven-
looze dingen geen spel of wedstrijd denken
kan. Toch zal men vaak in bewonderende kri
tieken gelezen hebben hoe een of ander prach
tig stuk peinture „al spelend" geschilderd
lijkt.
In de enkele grepen, die hier uit dat rijke
boek gedaan werden, zal de lezer beseft heb
ben over hoe groote uitgestrektheid de proeve
der bepaling van het spel-element loopt. Voor
velen zullen misschien de laatste zestig blad
zijden, die een overzicht der beschavingen,
uit spel-oogpunt bezien, en een behande
ling van het spel-element der hedendaagsche
cultuur bevatten, nog het aantrekkelijkst
zijn (sport en wedstrijden). Doch het zal wei
nigen kunnen ontgaan met hoe groote conse
quentie prof. Huizinga alle cultuurvormen
en -verschijnselen doorspeurd heeft, om dit
materiaal bijeen te brengen, dat aan het spel
de verheven plaats wil inruimen waarop het
recht heeft. Homo ludens is een bijna onuit
puttelijke bron en op zichzelf reeds een ernstig
spel-element der cultuur. Het moet den schrij
ver een genot zijn geweest die proeve samen
te stellen en het zal velen lezers een duurzaam
genot schenken.
Het heeft als alle arbeid van dezen
auteur, de macht tot overdenking aan te zet
ten. En de ontwikkeling en de mutaties van
"net begrip Spel bij Huizinga na te gaan is
op zichzelf reeds een geestelijk festijn.
J. H. DE BOIS.
CR. MARKT
31 DEC. OM 6 U. GESLOTEN
PIANO'S - RADIO - MUZIEK
(Adv. ingez. Medj
MUZIEK.
Toen het bijna vier en een halve eeuw gele
den door keizerlijk decreet opgerichte Instituut
der Wiener Sangerknaben zijn financieelen steun
eerst dien des keizers, daarna die van den
Oostenrijkschen staat verloor, werd door se
lectie een reiskoor gevormd, om door het geven
van concerten in andere landen de kosten van
het onderhoud voor het geheele koor te bestrij
den. De samenstelling van dat reiskoor is na
tuurlijk sinds zijn vorming in 1927 telkens
gewijzigd, aangezien de jongens slechts tot het
begin der stemwisseling Sangerknabe kunnen
zijn, en ook de leiders wisselden.
Zoo is het wel te verklaren dat het peil der
prestaties in de achtereenvolgende jaren niet
steeds hetzelfde bleef. Maar boven het middel
matige kwam het steeds ver uit, en daardoor
hebben de kunstreizen van het koor, die zich
over verschillende landen van Europa, over
Noord- en Zuid-Amerika, Oost-Azië en Australië
uitstrekten een groot succes voor de instelling
gebracht en haar roem wijd en zijd uitgedragen.
Ook hier in Haarlem heeft men in de opvol
gende jaren, waarin het reiskoor onze stad be
zocht, kunnen ervaren, dat het den eenen keer
beter voldeed dan de andere, al bleven de geest
en het karakter ongewijzigd
Wat het koor in zijn huidige samenstelling on
der leiding van Haymo Tauber Donderdagavond
in de geheel gevulde Gem. Concertzaal ten ge-
hoore bracht grensde wel aan het volmaakte,
om het even welk kunstgenre het vertolkte. Het
waren oude vier- en acht-stemmige kerkelijke
composities, Kerst-, volks- en andere liederen,
een ballade en een kleine opera, later, als toe
gift nog een wals van Joh. Strauss en een wie
gelied.
Men staat versteld over de stemcultuur, de
vocale techniek, de zekerheid in polyphone mu
ziek, de ontwikkeling van het gehoor, de ac
teurstalenten en de discipline dezer jongens.
Dressuur? Natuurlijk ook. Zonder systema
tisch werken en strenge tucht zouden resultaten
als die der Sangerknaben niet bereikbaar zijn.
Men bemerkt de dressuur in de wijze waarop
zij het podium betreden, in hun houding, hun
onbewegelijkheïd gedurende het zingen, hun ge-
zamelijke buigingen op een nauwelijks zichtbaar
teeken van hun leider. Zooals ze daar staan te
zingen in hun, een laatste herinnering aan de
voormalige Oostenrijksche marine schijnende
uniforme kleedij, lijken ze haast automaten, die
een kerkelijke compositie met dezelfde nauw
keurigheid en althans uiterlijk onbewogenheid
ten gehoore brengen als de gracieuze en in zeer
vrij tempo genomen melodieën van Strauss'
„Geschichten aus dem Wienerwald". Maar zie
dan deze jongens in Lortring's „Die Opernprobe"
acteeren met de vrijheid en zekerheid van erva
ren tooneelspelers, met een mimiek en een ge
barenspel, die innerlijk meeleven doen veron
derstellen, en ge gaat het denkbeeld van dres
suur verwerpen. Toch moet deze ook hier aan
wezig zijn. Maar zonder groote kennis van za
ken, zonder doelbewust werken der instructeurs
en vooral zonder de aanwezigheid van groot
aangeboren talent bij de leerlingen, zou ze wei
nig vruchten opgeleverd hebben.
En waar nu toch in 't algemeen geen hooge
technische en artistieke ontwikkeling denkbaar
is zonder intensieve scholing van natuurlijke
begaafdheid, mogen we in het geval der Wiener
Sangerknaben het woord „dressuur" niet in on-
gunstigen zin opvatten, en we moeten bewon
dering hebben voor hun zoowel in koor- als
in solozang blijkende vocale en algemeen-muzi
kale ontwikkeling. Die bewondering richt zich
het allermeest naar hun bescheiden leider
Haymo Tauber, die zich in de begeleide stuk
ken sommige werden a cappella gezongen
als een vaardig pianist deed kennen.
Het tooneelspel leverde enkele meiitwaardig-
heden op. Zoo dirigeerde „Hannchen" (het ka
mermeisje) haar orkest met de linkerhand, een
vierkwartmaat soms in drieën slaande, en zoo
hield de fluitist zijn instrument naar links in
plaats van naar rechts. Maar misschien zijn dat
Wiener modes.
In elk geval heeft zoowel het tooneelspel als
de zang de aanwezigen terecht zeer bekoord en
willen we den „Sangerknaben" van harte een
„Auf Wiedersehen" toeroepen.
K. DE JONG,