De feeërieke mode 1939 Onze kinderen en de zon MENU VAN DE WEEK Recept en DONDERDAG 19 JANUARI '1939 HSA'REEM'S DAGBEAD !0 Verwisselingen Wel zelden zullen er zooveel vrouwelijke be trekkingen tegelijk te vergeven zijn geweest als straks per 1 Februari het geval zal zijn. Het mag dan zijn, dat er eens tijdelijk een hausse" in typisten is door een gunstige eco nomische periode, of dat een nieuwe fabriek vele hulpkrachten tegelijk vraagt, misschien ook, dat er voor seizoenbedrijven zooals bij voorbeeld in de badplaatsen op eenzelfde mo ment veel vrouwelijk personeel wordt ge vraagd, een dergelijke uittocht met als ge volg een enorme vraag naar hulp in huis, zoo als er nu voor de deur staat, zal wel een uni cum zijn. En bij de verwisseling van Duitsehe voor HoUandsche meisjes zal het natuurlijk niet blijven: meisjes die in betrekking bleven om dat zij geen betere wisten, zullen nu wellicht een kans voor verbetering zien, zij het op fi nancieel gebied, of wat betreft de behande ling, vermoedelijk ook menigeen om een be trekking met meer perspectieven te krijgen. Nu zal het er bij al die verwisselingen op aan komen het hoofd koel te houden en niet in een soort paniekstemming 't eerste wat zich voor doet maar met beide handen aan te nemen. Daar is weinig kans op, zult u misschien meenen. Er zullen meisjes tekort zijn, dus de huisvrouw die hulp kan krijgen zal ze nemen, er zullen betrekkingen te over zijn, dus de meisjes kunnen op haar gemak uitzoeken wat haar het beste aanstaat. Maar dat moet toch niet zoo, noch van de eene, noch van de andere zijde: de werkgeef ster die het eerste beste meisje neemt, dat zich bij haar aanmeldt, hoewel ze haar niet aanstaat, krijgt daar zeker moeilijkheden mee, en dan zijn de strubbelingen veel on aangenamer, tijdroovender en vermoeiender, dan wanneer men tijdelijk eens met onvol doende hulp of heelemaal zonder is. En van al dat weloverwogen uitzoeken door de werkneemster komt ook meestal niet zoo veel terecht: zij wil immers op een bepaalden tijd aan het werk zijn. meestal dringt de tijd, en het eerste het beste wat haar lijkt, pakt ze aan. Hierbij heb ik nog het meest op het oog de tweede-meisjes, de kinderjuffrouwen en dergelijke, omdat ook daarin natuurlijk wel wat vrij zal komen, wat echter toch altijd tot een kleinen kring beperkt zal blijven. Het meisje-voor-alles zal allicht uit teveel aanvragen moeilijk haar keus kunnen ma ken, zij zal het gevoel krijgen dat het een sprong in 't duister is, die evenzeer goed als verkeerd kan afloopen. Maar tweede meisjes worden niet veel meer gevraagd en er zijn toch altijd nog meis jes die daarvoor een groote geschiktheid hebben, en die voor meisje-alleen niet deu gen, terwijl ook voor kindermeisjes vaak moeilijk iets goeds te vinden is. Laten zij dus maar niet dadelijk nemen, wat zich voordoet, want met diezelfde overwe ging bij haar èn bij de vrouw des huizes zijn beide partijen slecht gediend. Behoorlijk navraag doen naar beide zij den bij menschen die betrouwbaar zijn, is een eerste eisch, hoewel dat niet altijd even gemakkelijk is. Want als mevrouw aan haar vriendin, het zusje van haar eigen dienst meisje aanbeveelt, hoewel zij weet, dat dit meisje geen goede betrekking waard is, of omgekeerd als het vertrekkende meisje een vriendin opwarmt om bij haar mevrouw te komen, hoewel zij zelf dolblij is, dat zij er niet langer behoeft te blijven, dat zijn onbe trouwbare informaties, die alleen maar tot narigheid aanleiding kunnen' geven. Overijlde besluiten zijn, voor welke betrek king dan ook, altijd dom en worden dan ook zeker betreurd, want d.enarigheid die daar aan vastzit, werkt veel verder na dan de moei te, die genomen moet worden om direct tot een goede oplossing te komen. E. E. J.—P. Tulle, kant en borduursel zijn zeer geliefd KLEINE TIPS VOR DE HUISVROUW. Mosterd kan men veel langer goedhouden door er een paar druppels citroensap door te men gen. De geur blijft er ook langer aan. Hebt u geen tijd om iederen dag het water in uw bloemvazen te ververschen? Doe dan een cent in het water; u zult dan nooit last hebben van een onaan gename geur. Cokes brandt beter en rookt minder, indien u een weinig pekel erover hebt gesprenkeld. De wasch kan nooit in den waschketel bevriezen, als u zorg draagt een flinke hand zout in het waschwater te doen. Hoe we van oud nieuw maken Warm vest voor koude dagen. Ditmaal geven we een modelletje van een vest, dat voor verschillende doeleinden, b.v. schaatsenrijden, wandelen en ook voor koude dagen in huis geschikt is. 't Beste materiaal is een oude jurk van jersey of tricot of misschien een oude mantel. De in gezette stukjes op de borst loopen in dwarse draadrichting. De hals van 't vest is heel een voudig in V-vorm en wordt verder gesloten met knoopen en knoopsgaten. De rug wordt van achteren met ruimte aan de taillenaad gezet, zoodat we een iets over- blousenden rug krijgen. Vóór de wintermode afscheid neemt om plaats te maken voor de echte lentemodellen vormt zij een gracieuzen overgang van mid winter tot voorjaar door gebruik te maken van allerlei sierlijke, luchtige, echt vrouwe lijke stoffen. Tulle, kant en borduursel zijn thans favo riet, ook en vooral voor namiddagjaponnetjes. Kant geeft immers altijd een vroolijke toets aan een degelijk stijlvol wintertoiletje en doet de lente voorvoelen, ook in het uiterlijk der vrouw Onze teekening geeft hiervan een aardig beeld. V.l.n.r.: japonnetje van zwarte tulle met zwart fluweel; zwarte kant, gegarneerd met zwart satijn; zwarte kant met zwarte tafzij; zwarte tulle met dito crêpe, opgefleurd door een ceintuur met drie witte bloemen. Charmante jurkjes, vindt u niet? Een korreltje wetenschap in dii van de kinderzorg. E afgeloopen zomer heeft heel weinig zonnige dagen gebracht: de winter zal wellicht weer lang en donker zijn. Dit is een ernstig gemis voor onze kleintjes; een gemis, dat we niet kunnen ver goeden. Want onze kinderen hebben, net als al les dat leeft maar in bijzondere mate, zonne schijn noodig om te kunnen gedijen. Wij zelf natuurlijk ook! Kunnen we niet, als de winter zoo erg lang duurt en er zoo extra grauw en kil uitziet, in een moedelooze bui kla gen: „o, wat snak ik naar een zonnetje" en voe len we allemaal niet de langzaam aantreuzelen- de lentezon als een bijna al te sterke geduld- proef? En verwachten we niet steeds weer met hetzelfde, naief-kinderlijke optimisme achter dat hortende, stootende voorjaar een warmen, stra- lenden ideaal-zomer? Ja, zoo zijn we, en onze jonge kinderen voelen, net als wij, al drukken ze dit verlangen, deze diepe behoefte aan zonnekoestering, niet in woorden uit. Kunnen we er in slagen, ons kindje naast een voldoende en verstandige voeding ook genoeg zon te geven, dan houden we de rachitis, die el lendige kinderkwaal, op een afstand. Waarom? Is „Engelsche ziekte" dan geen ge brek aan kalk? Ja en neen. De raehtis of Engelsche ziekte, die vooral onder stadskinderen voorkomt, werd vroeger algemeen opgevat als een ziekte door kalkgebrek. De beenderen van het kind, die zonder kalk moeten groeien, blijven week: ze kunnen den druk der spieren en het lichaamsgewicht niet dragen en gaan verbuigen. Armen, beenen. rug- gegraat worden krom en aan de gewrichten, waar telkens nieuwe beenstof wordt aangevoerd ormen zich verdikkingen. De weeke tandjes worden misvormd onder den druk van het kauwen. In het begin van de ra- chitisbestrijding trachtte men het gebrek aan kalk op te heffen, door het kind kalkrijk voedsel toe te dienen. Later, toen men als oorzaak van een gelijksoortige ziekte, de z.g. beenderverwee- king, het ontbreken van vitamine A had aange wezen, trachtte men de kwaal te genezen of te voorkomen door het geven van spijzen, waarin deze vitamine overvloedig voorkwam. Toen echter de pogingen om het kleine kind te voeden met onverdunde koemelk, waarin zoo wel kalk als vitamine A in voldoende mate voorkwamen, voor de rachitis-bestrijding geen succes hadden, maar de kwaal veeleer vererger den, vond men eindelijk in een andere vitamine de vitamine D„ dat men in levertraan toedien de. de beslissende factor in het probleem. De vitamine D heeft nl. de eigenschap, de kalkstoffen uit het voedsel te helpen omzetten tot beenderenkalk. En dus merkte men. dat de rachitis eigenlijk geen ziekte door kalkgebrek is, maar een ziekte door gebrek aan kalkomzet ting, wat heel iets anders is. Sinds heette de vitamine D, die zoo prachtig bij deze omzetting hielp, de anti-raehitis-vitamine. En zoo heet ze nog. Maar inmiddels werd er weer iets anders ont dekt: de straling der levende cellen; en hierdoor kreeg men een nog dieper inzicht in het wezen der Engelsche ziekte. Men stelde vast. dat alle levende wezens behalve warmtestralen ook nog stralen van een andere golflengte uitzenden, zoo als de occultisten reeds lang hadden aangeno men. De Russische geleerde Gurwitsch ontdekte, dat een uitspruitende ui door haar stralen staat is de cellen in den bol van een andere ui, die tegen haar aan wordt gelegd, tot snelleren groei te brengen. De stralen, die bij dit proces werkzaam zijn, werden als ultra-violette her kend. En niet alleen uien, doch ook appels, pe ren en andere vruchten bleken in staat door haar straling den cellengroei van andere orga nismen, o.a. ook van witte muizen, te bevorde ren. Deze ultraviolette straling der lichaams cellen roept in de naburige cellen een „secun daire straling" te voorschijn, die zich met een snelheid van 15 tot 20 K.M. in de seconde voort plant. Bij gezonde kinderen en zelfs bij pas-gebore nen werd de celstraling geconstateerd, doch bij rachitiskinderen niet. Het gezonde menschelijlce organisme gebruikt deze straling om uit een in het bloed aanwezige vitamine-achtige stof de vitamine D op te bou wen. En dus kunnen kinderen zonder celstraling de vitamine D niet opboüwen. Ze kunnen dit echter wel met behulp van de ultraviolette stra len der zon en dus.... moet het rachitiskindje en zeker ook het kind, dat aanleg voor Engel sche ziekte heeft, zooveel mogelijk aan de heer lijke zonnestralen worden blootgesteld. Dit wisten we eigenlijk allang, maar 't is ze ker wel interessant om nu eens haarfijn het „waarom" te weten. Dus, jonge moeders, laat uw baby of kleuter van ieder zonnestraaltje genieten! In dit verband waarschuwt de wetenschappe lijke wereld zeer tegen den ondoelmatigen vorm der zeer diepe kinderwagens. Hierdoor worden de spaarzame zonnestralen, die anders in den winter nog het kindje ten goede zouden komen, radicaal geweerd en door de mica-tochtschermen wordt bovendien het zonlicht gezeefd, zoodat de ultraviolette stralen worden tegengehouden. De kracht der ultraviolette zonnestralen is in den winter het geringste. Statistieken toonen dan ook aan, dat de groei der kleintjes in den winter veel geringer is dan 's zomers en dat de fij nere innerlijke processen der beenvorming en versterking der beenderen practisch stilstaan. Zondag Kippesoep Biefstuk Brusselsch lof Caramelvla. Maandag Rijst m. kip en kerry- saus Gevulde beschuitbol- len. Dinsdag: Zuurkoolstamppot Gebraden worst Flensjes. Woensdag: Tomatensoep Gehakt Koolraap Sinaasappel. Donderdag Kalfslappen Gestoofde prei Griesmeelschotel. Vrijdag: Stokvisch Gebraden uien Mosterdsaus Rijst Beschuit m. bessensap Zaterdag Bruine boonensoep met gehaktballetjes Trommelkoek. VEGETARISCHE MENU'S. 1. Kaassoep Prei in een vuurvas ten schotel met bruine boter Rijstebrij. 2. Zakeieren op ge roosterd brood met tomatensaus. Aardappelpurée. Groene kool Gesmolten boter Vruchten en noten. 3. Omelet met cham pignons Spruitjes en kastanjes Gewelde boter Bessensappudding met agar-agar Vanillesaus. 4. Aardappelsoep Schorseneeren met kaassaus Griesmeelpudding met abrikozen. De kunst van geven Het is vaak moeilijk, de juiste verhouding te vinden tusschen datgene, wat men zou wil len geven en dat, wat men geven kan. Als men ze vindt, zijn er twee menschen blij: de gever en de ontvangende. Slechts aan edele menschen kan men teveel geven, maar dit mag geen reden zijn, met geven op te houden. Het geschenk komt steeds overeen met de voorstelling, die de gever zich van den ont vangende maakt. Daarom kunnen geschen ken verrassen, verrukken enbeleedigen. Het niet uitpakken van geschenken kan twee dingen beteekenen: schaamte of wan trouwen. Geen enkel geschenk is ooit volkomen naar wensch. Zelfs wanneer men zichzelf iets ca deau geeft, treft men 't ook nooit heelemaal. Kleine geschenken onderhouden een kleine vriendschap. Groote geschenken kunnen een groote vriendschap niet onderhouden. Wie veel geeft, geeft zelden van harte. Vrouwen geven liever dan mannen, maar mannen geven meer. Menigeen houdt de cadeautjes, die hij voor anderen koopt, ^elf, eenvoudig, omdat hij er niet van scheiden kan. Geschenken zijn niet altijd een bewijs van genegenheid, maar het achterwege laten van geschenken is nog nooit een bewijs van ge negenheid geweest! Kaas soep Benoodigdheden (4 personen): V2 L. melk. H L. water, 40 gr. macaroni, 40 gr. bloem, 40 gr. boter, 40 gr. oude kaas, zout. Bereiding: De macaroni in kleine stukjes breken en gaar koken in H L. water met wat zout. De macaroni er uit scheppen. Op het vuur de boter en de bloem door elkaar roeren, de melk en het kookwater van de macaroni er langzaam bijgieten en de soep door laten ko ken. De macaroni er weer in doen en de ge raspte, oude kaas er op het laatst doorroeren. Schorseneeren met kaassaus (au gratin) Benoodigdheden (4 personen) 1V2 K.g. schor seneeren, 10 gr. zout per L. water, 3 d.L. melk, 25 gr. boter, 25 gr. bloem, 30 gr. oude kaas. Bereiding: De schorseneeren bij gedeelten schrappen, de schoone stukken dadelijk af snijden en in water doen met een scheutje azijn (tegen het verkleuren). Ze nakijken, goed wasschen, en op zetten met kokend water, zout en een scheutje melk. (Kooktijd plm. uur). De schorseneeren afgieten, met kokend water afspoelen en overdoen in een vuurvasten schotel. Van boter, bloem en melk en de grootste helft van de kaas een saus maken. Deze over de schorseneeren heen schenken, de rest van de boter er over heen strooien en een lepel gesmolten boter er over heen schenken. In een heeten oven het schoteltje bruin laten worden, (bovenwarmte). Bessensappudding met agar-agar. Benoodigdheden f4 personen)4 d.L. bessen sap, 1 d.L. water, 125 gr. suiker, 7!/2 gr. 1 kleine stang agar-agar; Voor de saus: 3 d.L. melk, 1 eidooier, 5 gr. maizena, vanille, 25 gr. suiker. Bereiding: De agar-agar afspoelen en door koken in een klein beetje water oplossen. (10 a 15 minuten). De bessensap met het water aan de kook brengen, de suiker er in oplos sen, en de agar-agar er bij gieten Alles zeven en direct overdoen in den omgespoeiden pud dingvorm. Als de pudding stijf is, los maken en keeren. Voor de saus de melk met de vanille laten trekken. Het eidooier met de suiker en de maizena met een klein beetje koude melk aan mengen, warme melk er bij gieten, alles terug doen in het pannetjes en even door laten ko ken. Vanille verwijderen. Koud geworden, om de pudding heen gieten of er bij geven in een vlaschaal. Kaaskoekjes Benoodigdheden: 100 gr. oude kaas, 100 gr. boter. 100 gr. bloem, zout. Bereiding: De boter in de bloem klein snij den, de geraspte kaas er bijdoen en doorkne den tot men een soepelen bal heeft. Dezen eenigen tijd laten staan om op te stijven. Er een rol van maken met een middellijn van 2>/2 c.M. Hiervan dunne plakjes snijden, en deze op een beboterd bakblik in den oven heel licht bruin en gaar laten worden. Ze zóó presenteeren of twee aan twee op el kaar met wat boter ertusschen en gegarneerd met wat kaasboter. Voor kaasboter b.v 2 lepels boter tot room roeren, en zooveel fijne, ge raspte kaas er doorroeren dat de massa er goed naar smaakt. Met een spuitzakje op elk koekje een torentje spuiten. In plaats van kaasboter kan men ook ansjovisboter hiervoor nemen. Geroosterd brood met kaas Kleine stukjes toast met een passend plakje zachte, korstlooze kaas bedekken. Wat peper of paprika er over heen strooien en de stukjes op een bakblik „heel even" in een heeten oven zetten. Warm opdienen. Kaasballetjes. Benoodigdheden: 2 eiwitten, plm. 100 gr pikante geraspte kaas, maggi-aroma. Bereiding: De eiwitten zeer stijfklopDen en zooveel kaas erdoor roeren, tot men een ta melijk stijve massa heeft. Maggie-aroma toe voegen. Hiervan met 2 lepeltjes kleine balletjes vormen en deze in heet. maar geen dampend frituurvet, lichtbruin bakken. Warm opdienen mijn vrouw heeft de ruilziekte. Een veel ernstiger kwaal dan griep of .zenuwen". In de laatste dagen van het jaar was ze dood- Si van 't sjouwen, omdat al haar Sinter aas- en Kerstgeschenken eenige keeren moesten worden geruild. Maar ook de rest van haar leven staat in het teeken van een zeer levendigen ruilhandel. Mijn vrouw is nooit tevreden met wat ze koopt. Als ze een paar handschoenen moet hebben, aarzelt ze lang, zéér lang tusschen twee paren. De verkoopster vindt beide pa ren precies even mooi en ook kwaliteit en prijs zijn hetzelfde. Eindelijk koopt mijn vrouw het eerste, neen tóch het tweedeneenf tóch het eerste paar. Maar als ze twee huizen ver is, keert ze op haar schreden terug en gaat de handschoenen ruilen. „Iets in haar" heeft zeer duidelijk gezegd, dat het tweede paartje toch beter was. De nieuwe paraplu, waarmede mijn vrouw 's middags een winkel verlaat, is altijd een andere dan die, waarmee ze 's avonds thuis komt. Zoo ruilt ze alles: japonnen, kant, schoenen, boeken. In de winkels noemt men haar die-dame-mag-'t-geruild. „Maar zegt mijn vrouw Lily is toch nog érger. Die kan nóóit besluiten! Daarom heeft Lily ook nog geen man. Ik ben blij, dat 't bij mij niet zóó erg is. Maar dat komt misschien omdat we elkaar leerden kennenin Januari. Denk je ook niet?" Uit het leven van mevrouw Campan hofdame van JIarie Antoinette. Uitverkoop en nog iets Ruilen een moderne ziekte van het zwakke geslacht. We hebben nu eindelijk eens rust in huis: 't is uitverkooptijd. Mijn vrouw gaat op koopjes uit, en ze doet het bescheiden en gezellig, gearmd met een vriendin en gedurende al deze weken staat haar gezicht sereen en gelukkig. En telkens herhaalt zich de dankbare uitroep: „Heerlijk toch, dat er niet geruild mag worden!" Ja, wat de wanhoop van andere vrouwen uitmaakt, het feit, dat uitverkoop-aankoo- pen meestal niet mogen worden geruild, geeft haar een ongekende rust. Wonderlijk? O, neen, 't is psychologisch zeer verklaarbaar. Zal ik u 't geheim onthullen? Nu dan: Mevrouw Campan. Een van de merkwaardigste figuren uit de directe omgeving van het Hof ten tijde van Lodewijk XV en Lodewijk XVI was mevrouw Campan, de bekende schrijfster van de zeer interessante mémoires van Frankrijk's onge lukkigste koningin, Marie Antoinette. Op haar vijftiende jaar werd zij reeds voor lezeres van de dochters van Lodewijk XV en later hofdame van Marie Antoinette. Zoo in de naaste omgeving van Marie Antoinette vertoe vende, was zij zeer goed in staat het intieme leven dezer vorstin te beschrijven. Mevrouw Campan had natuurlijk ook vele vijanden, die jaloersch waren op de positie, die zij aan het Hof bekleedde en die op alle mogelijke manie ren getracht hebben haar goeden naam te be zoedelen, zelfs nog na haar dood. Zij is heel oud geworden en de omstandig heden hebben haar de gelegenheid geschonken, beroemde vrouwen uit verscheidene tijdperken van dichtbij gade te slaan en te beoordeelen. Ze had een vlotte pen, waardoor ze heel boeiend de gebeurtenissen, die ze om zich heen waar nam, kon weergeven. Jeanne Louise Henriëtte Genet, werd 6 Octo ber 1752 te Parijs geboren. Haar vader wal hoofdcommies aan het ministerie van buiten- landsche zaken. Henriëtte kwam uit een groot gezin, maar haar ouders besteedden veel zorg aan de opvoeding hunner kinderen, waarvan vooral Henriëtte snelle vorderingen maakte in de muziek en bij de studie der vreemde talen. Zij sprak b.v. vlot Engelsch en Italiaansch. Op haar vijftiende jaar werd zij aan het Hof gepresenteerd. Maria Leckzinska, de gemalin van Lodewijk XV was toen juist overleden. Haar posite als voorlezeres der dochters van Lodewijk XV, Adélaïde, Sophie en Louise, had niet veel aantrekkelijks, want zij leidden een eentonig, zeer besloten leven. Toen Marie Antoinette in Mei 1770 in het huwelijk trad en in dien tijd alleen vertrouwe- lijken omgang had met „Mesdames" (de doch ters van Lodewijk XV), kwam zij al spoedig in aanraking met mejuffrouw Genet. Weldra trad mej. Henriëtte in het huwelijk met den heer Campan, wiens vader secretaris van het kabi net der dauphine was. Lodewijk XV gaf haar een bruidschat mede en al gauw verheugde me vrouw Campan zich zóózeer in de gunst der dauphine, die groote bewondering had voor haar talenten, dat zij een aanstelling kreeg als „fem me de chambre". Van dien tijd af begint mevrouw Campan haar gedenkschriften te schrijven; lief en leed heeft ze steeds met Marie Antoinette gedeeld en haar trouw aan het koninklijk gezin, dat haar als raadgeefster niet kon ontberen, maakte haar gehaat bij het opgeruide volk, zoodat ook haar leven in groot gevaar verkeerde bij de bestor ming van de Tuilerieën in 1792. Na den dood van het koningspaar begaf ze zich met haar zieken echtgenoot en haar 70-jarige moeder naar het dal der Chevreuse, waar zij te Com- bertin in behoeftige omstandigheden haar dagen doorbracht. Na den val van Robespierre, 27 Juli 1794. keerde zij naar Parijs terug en toen kwam er een heelen ommekeer in haar leven. Met den haar aangeboren aanleg voor paedagoge, stichtte ze te St. Germain een kostschool voor jonge dames. Onder het régime van Napoleon belastte deze mevrouw Campan met de taak om te Ecouen een opvoedingsgesticht in te rich ten. Zij kreeg daar het toezicht over driehonderd meisjes en deze school kende toen een tijd van grooten bloei. Maar na de Restauratie werd zij opgeheven en kreeg ook mevrouw Campan na tuurlijk haar ontslag. Daarna vestigde zij zich te Nantes, waar een harer liefste leerlingen getrouwd was met een dokter. In dien tijd leef de ze feitelijk alleen nog maar voor haar zoon; maar ook hèm moest ze vroegtijdig verliezen! Sindsdien voelde ze zich nooit meer goed, zé moest een operatie ondergaan en bleef daarna voortdurend lijdende. Het eenige wat haar nog op de been hield waren haar herinneringen aan vroegere betere dagen. Zij stierf 16 Maart 1822 en daarmede kwam een einde aan het leven van een begaafde vrouw, dat geheel besteed werd aan studie, ge hechtheid aan de koningin en het schrijven'van werken over opvoedkunde en van mémoires. Haar karakter was van nature krachtig en ver heven, steeds stond zij klaar om de ongelukki- gen to helpen. Allerminst verdiend zijn de las terpraatjes, die men over haar heeft rondge strooid, haar geschriften zyn daarvan getuigenis. B. A«

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 13