HITLER VERWACHT EEN LANGEN VREDE.
Buiten de koloniën geen territoriale eischen.
Solidariteit met Italië bevestigd.
Thans minder verwarring
in Noord Spanje.
DINSDS'G 31" JANUARI 1939
H A"'AR U EM'S DAGBEAD
S
Voor de eerste maal is de Duitsche Rijksdag gisteravond in tegen
woordigheid van de afgevaardigden uit Oostenrijk en het Sudeten-
land bijeengekomen.
Hitier hield een rede, die langer dan twee uur duurde en waarin
hij o.a. als zijn overtuiging uitsprak, dat hij in een „langen vrede"
gelooft. Hij constateerde verder, dat Duitschland en Italië volkomen
solidair zijn en dat, mocht een oorlog tegen Italië ontketend worden,
Duitschland aan de zijde van dit land zou staan.
Ten aanzien van 't koloniale vraagstuk zeide Hitier, dat Duitsch
land bij zijn eisch tot teruggave van zijn vroeger koloniaal bezit
blijft.
Tenslotte bracht de Führer den wensch tot uiting met alle andere
landen in vrede te willen leven. Hij noemde hierbij o.a. Nederland.
Hitier begon zijn rede met een terugblik op de'
gebeurtenissen, die zich in zes jaar nationaal
socialistisch bewind voltrokken hebben.
Op 30 Januari 1933 trok ik de Wilhelmstrasse
binnen, vervuld van de diepste bezorgdheid voor
de toekomst van mijn volk. Heden zes jaar
later kan ik tot den eersten Rijksdag van
Groot-Duitschland spreken.
Zes jaren waren voldoende om de droomen van
eeuwen te vervullen, een jaar om ons volk in
het genot van die eenheid te brengen welke het
vergeefs nagestreefde verlangen van talrijke
generaties was. Niet zonder strijd zooals ge-
dachtenelooze burgers wellicht plegen te geloo-
ven. Want vóór dit jaar van de Duitsche één
wording staan schier 20 jaar van een fanatieke
worsteling van een politieke idee.
Er aan herinnerend, dat de 14 punten van
Wilson o.a. het beginsel van het zelfbeschik
kingsrecht bevatten, zeide Hitier, dat de vroe
gere geallieerden zich uit egoistische overwegin
gen daarvan hadden bediend.
Zoo weigert men Duitschlan de teruggaaf van
zijn koloniaal bezit met de bewering, dat men
de inwoners dier koloniën niet eenvoudig tegen
hun wil waarom zich in 1918 echter natuur
lijk niemand heeft bekommerd weer aan
Duitschland mag teruggeven. Alleen, terwijl
men zoo uit naam van het zelfbeschikkingsrecht
voor primitieve negerstammen als beschermer
optreedt, weigerde men in 1918 aan het op een
hoogen trap van cultuur staande Duitsche volk
de toekenning van tevoren aan dit volk plechtig
beloofde algemeene menschenrechten. Het her-
zieningsartiekel van het Volkenbondspact had
slechts een platonische beteekenis
De „aansluiting" van Oostenrijk en
het Sudetenland.
Als zoon van de Oostmark had spreker in
Januari 1938 het besluit genomen in den loop
van het jaar, hoe dan ook, het recht van zelf
beschikking te geven aan de 6Y2 millioen Duit-
schers in Oostenrijk. Hij noodigde den Oosten-
rijkschen bondskanselier uit tot een bespreking
en deelde hem mede, dat het Duitsche Rijk
geen onderdrukking van de Duitsche volksge-
nooten meer zou toelaten en hij liet er geen
twijfel aan bestaan, dat de vrijheid van zelf
beschikking met alle ten dienste staande mid
delen zou worden opgelegd.
Spreker herinnerde verder aan zijn rede in
den Rijksdag van 22 Februari, waarin hij zeide,
dat het lot van de 10 millioen Duitschers in
Midden-Europa het rijk niet meer onverschil
lig zou laten en dat tegen onderdrukking en
mishandeling scherpe maatregelen genomen zou
den worden.
Eenige dagen later besloot Schuschnigg tot
een eclatante schending van de overeenkomst
van Berchtesgaden. Dit bleek uit de rede van
Innsbruck op 9 Maart. In den daarop volgenden
nacht gelastte spreker de mobilisatie van een
aantal Duitsche infanterie- en pantserdivisies,
met het bevel Zaterdag 12 Maart, des ochtends
te 8 uur Oostenrijk binnen te rukken. Vrijdag
ochtend was de mobilisatie gereed. In den na
middag trad Schuschnigg af, onder druk der
omstandigheden in het binnenland en op verzoek
van Oostenrijksche zijde, om verwarring te voor
komen marcheerden reeds omstreeks tien uur
's avonds de Duitsche troepen Oostenrijk binnen
Dit alles verliep in waarlijk adem-benemend
tempo. Het vertrouwen in de snelheid en de
slagvaardigheid van het Duitsche leger werd
niet alleen niet beschaamd, doch zelfs overtrof
fen. De eerste verkiezing in Oostenrijk op 10
April wees uit, dat 99 pet. van de Oostenrijk
sche bevolking voor den „Anschluss" was.
Eenige weken later begon onder inwerking
der campagne van internationale ophitsing in
Tsjecho-Slowakije een sterkere onderdrukking
van de daar wonende Duitschers. Ongeveer 3y2
millioen Duitschers werden hier tegen hun wil
vastgehouden in een staat, waarin zij meer of
minder werden mishandeld. Geen wereldmogend-
heid met eergevoel kon dit op den duur goed
keuren. De verantwoordeilijke man in Tsjecho-
Slowakije was de toenmalige president van den
staat, di-. Benesj. Deze had in Mei 1938 besloten
tot mobilisatie, met het doel Duitschland te pro-
voceeren en het een nederlaag toe te brengen
in zijn internationale prestige.
Niettegenstaande de herhaalde verklaring, dat
Duitschland niet had gemobiliseerd, werd toch
vastgehouden aan de verklaring, dat Tsjecho-
Slowakije had gemobiliseerd onder dwang van
een Duitsche mobilisatie, dat Duitschland we
gens deze Tsjechische mobilisatie de zijne had
gestaakt en van zijn plannen had moeten afzien.
^Vaardeerende woorden tot Mussolini,
Chamberlain en Daladier.
Wij waren allen gelukkig, zoo ver
volgde Hitier, dat het dank zij het ini
tiatief van onzen vriend Mussolini en
dank zij eveneens de hoogelijk te waar-
deeren bereidwilligheid van Chamber
lain en Daladier gelukte de elementen
voor een overeenkomst te vinden, welke
niet alleen de vreedzame oplossing van
een niet uit te stellen aangelegenheid
veroorloofde, maar die daarboven uit
als een voorbeeld kan worden be
schouwd voor een algemeene verstan
dige behandeling en afdoening van be
paalde problemen van levensgewicht.
Echter zou het zonder de vastberadenheid het
probleem van het Sudetenland hoe dan ook tot
Adolf Hitler.
oplossing te brengen niet tot zulk een overeen
stemming van de Europeesche groote mogend
heden zijn gekomen.
Hitier keerde zich vervolgens tegen het „ge
schreeuw der democratische moralisten en we
reldhervormers". Uit de redevoeringen en de
pers van deze democratieën vernemen wij dage
lijks over de moeilijkheden, waaraan wij bloot
staan, en dat wij hongersnood hebben of binnen
kort zullen krijgen, dat wij te gronde gaan aan
een financieele crisis of althans aan een crisis
in de productie, of ten minste een crisis in de
consumptie. Binnen een week hebben wij zoo
juist kunnen lezen, aldus de Führer, dat Duitsch
land wel een productie-overschot heeft maar
geen consumptie-vermogen, ten tweede, dat
Duitschland groote consumptiebehoeften heeft
maar te geringe productie, ten derde dat wij te
gronde gaan tengevolge van een drukkenden
schuldenlast, ten vierde, dat wij geen schulden
wilden maken, maar door nationaal-socialisti-
sche middelen tegen alle rechtzinnige kapitalisti
sche begrippen in zouden handelen en daarom
te gronde gaan, kortom we hebben den oprech
ten eensgezind democratischen eisch hooren
uiten, dat Duitschland te gronde zal gaan.
Overbevolking.
Over één ding zijn we het ook in Duitschland
geheel eens: Duitschland bevindt zich ongetwij
feld in een buitengewoon moeilijke economische
positie, ja, sedert 1913 zou het in de oogen van
velen hopeloos kunnen lijken. Maar het natio-
naal-socialisme heeft gebroken met het systeem
van laf verzaken en den wil tot zelfbehoud in
het volk wakker geschud. Onze poging is met
buitengewoon succes bekroond, zoodat ik twee
dingen kan zeggen, ten eerster Wij voeren een
reuzenstrijd met inzet van de geheele kracht en
energie van ons volk en ten tweede: wij zullen
dezen strijd winnen, ja wij hebben hem gewon
nen.
Waarin ligt de oorzaak van al onze
economische moeilijkheden? In de over
bevolking van ons gebied („Lebens-
raum").
Wij hebben een bevolkingsdichtheid van 135
menschen per vierkanten kilometer, zonder
eenige hulp van buiten en zonder de vroegere
reserves, zonder koloniën, gebukt onder schul
den. Nochtans voeden en kleeden wij ons volk,
en we hebben geen werkloozen. Ik vraag u
welke van de zoogenaamde groote democratieën
zou dit in onze omstandigheden klaarspelen?
Er zijn landen met slechts 5 tot 11 menschen
per vierkanten kilometer, beschikkende over alle
denkbare bodemrijkdommen, die desondanks
niet in staat zijn hun eigen sociale problemen
op te lossen. De vertegenwoordigers dezer sta
ten spreken over de wonderbare eigenschappen
hunner democratie, zoolang wij echter een twee
derangs democratie in Duitschland bezaten, had
den wij zeven millioen werkloozen en een voor
de revolutie staande maatschappij.
Nu hebben wij ondanks onze moeilijkheden
deze problemen opgelost, dank zij ons regime en
onze binnenlandsche organisatie. Geen wonder,
dat het Duitsche volk het tegenwoordige regime
zijn instemming geeft en het vroegere afwijst.
Geen agressieve plannen.
Het is ons, Duitschers, zeide de Führer
vervolgens, volkomen onverschillig,
welken staatsvorm andere volken be
zitten.
De bewering, dat het nationaal-socia-
listische Duitschland binnenkort Noord-*
of Zuid-Amerika, Australië, China, of
zelfs Nederland aanvallen of verdeelen
zal, en wel omdat daar andere regee-
ringssystemen heerschen, zou nog
f
slechts aangevuld kunnen worden met
de voorspelling, dat wij in aansluiting
daaraan het voornemen hadden onmid
dellijk de volle maan te bezetten.
Voortgaande zeide Hitier:
Over de noodzakelijkheid deel te nemen aan
het internationale commercieele leven behoef ik
niets te zeggen.
Het grootste volk van Midden-Europa werd
gedwongen zich nog veel meer dan tevoren toe
te leggen op export. Het optreden der zooge
naamde overwinnaars uit den wereldoorlog was
even onverstandig als onverantwoordelijk. De
roof der Duitsche koloniën was moreel onrecht
vaardig, economisch onzinnig en politiek ge
meen en dom. Niemand kan in ernst aannemen,
dat een hoogstaand volk van 80 millioen men
schen tot paria gedegradeerd kan worden.
De koloniën.
Over de verdeeling der rijkdommen
van de wereld en de koloniale kwestie,
waarbij hij den eisch tot teruggave der kolo
niën als Duitschland's eenige territoriale
eischen herhaalde, zeide Hitier dat de
positie wat Duitschland betrof zeer een
voudig was.
Het telt 80 millioen menschen. Het groote
Duitsche koloniale bezit dat het rijk eens in
vrede door verdragen en door aankoop had ver
worven is geroofd, ondanks de plechtige toezeg
gingen van Wilson. De bewering, dat dit kolo
niale bezit toch geen beteekenis had, kon er
slechts toe leiden het met een onbezwaard hart
terug te geven. Belachelijk noemde spreker de
bewering dat Duitschland er niets mee kon be
ginnen en dat het dit ook vroeger niet had ge
kund. De verdere bewering, dat het koloniale
bezit niet kon worden teruggeven omdat Duitsch
land daardoor een strategische positie kreeg, is
een monsterachtige poging bij voorbaat aan een
natie, een volk algemeene rechten te betwisten.
De Führer keerde zich voorts met beslistheid
tegen het verwijt dat door de Duitsche methoden
van een wederzijdschen goederenruil de wereld
handel zich een stap achteruit bewoog.
In den verderen loop van zijn rede zeide de
Führer, dat de nationale-socialistische staat in
een tijd dat de financieele en economische theo
logen der andere landen twee- of viermaal per
jaar de ineenstorting van Duitschland voorspel
den, de waarde van zijn valuta gestabiliseerd
heeft door de productie tot het uiterste op te
voeren.
Wij zijn ons er echter van bewust, dat zulk
een aanvullende prestatie-vergrooting op één
gebied niet mogelijk is, namelijk op het gebied
van onze voedselvoorziening. Hier stelt de na
tuur een grens. De consumptie-mogelijkheid zou,
wanneer hierin geen verandering komt, een na
tuurlijke beperking vinden in de uiterste grens
der levensmiddelen-productie. Aan den toestand,
die dan ontstaat, kan men slechts op twee ma
nieren ontkomen:
lo. door aanvullenden invoer van levensmid
delen, d.w.z. een toenemenden uitvoer van Duit
sche producten of;
2o. door de vergrooting van de levensruimte
van ons volk.
Daar de tweede oplossing op het oogenblik
ten gevolge van de nog steeds voortbestaande
verblinding der vroegere overwinnaars niet
mogelijk is, zijn wij gedwongen ons bezig te
houden met de eerste, d.w.z. wij moeten expor-
teeren om levensmiddelen te kunnen koopen en
in de tweede plaats moeten wij, in verband met
liet feit, dat deze export voor een deel grond
stoffen vereischt, welke wij zelf niet bezitten,
nog meer exporteeren om deze extra-grond
stoffen te verkrijgen.
De aanstaande taak der economische politiek
schetsend zeide Hitier dat in komende jaren een
zorgvuldige schifting moet geschieden van de,
werkkrachten, de tewerkstelling er van stelsel
matig te regelen door een rationaliseering en
voor alles door een technisch betere organisatie
der arbeidsvoorwaarden grootere prestaties te
bzereiken en daardoor tevens ook werkkrachten
voor nieuwe aanvullende producties uit te spa
ren. Dit dwingt ons de kapitaalmarkt voor een
technische uitbreiding onzer ondernemingen in
grootere mate vrij te geven en daarbij van de
aanspraken van den staat te ontlasten. Dit alles
echter leidt weer tot de noodzakelijkheid van
een scherpe coördinatie van economie en geld
wezen.
Hitier vervolgde: Wij blijven betreuren, dat
het noodzakelijk is een groot deel der nationale
energie te besteden voor bewapening. Hieraan
is echter niets te veranderen. Wij hebben geen
reden om aan te nemen dat als Duitschland
weer eens in een periode van zwakte mocht
geraken, ons lot anders zal zijn dan in de na-
oorlogsche periode. Integendeel, in bepaalde
democratieën wordt de haat tegen de zooge
naamde totalitaire staten kunstmatig aange
kweekt door heeren als Duff Cooper. Eden.
Churchill, Ickes enz.
We moeten niet uit het oog verliezen, dat het
in deze democratieën mogelijk is, dat binnen
enkele maanden de ergste ophitsers de leiding
krijgen. Het is dus onze plicht ons volk tijdig op
de hoogte te brengen van de activiteit van deze
menschen. Het Duitsche volk gevoelt geen haat
jegens Engeland, Amerika of Frankrijk, maar
deze volken worden voortdurend door Jood-
sche ophitsers tegen Duitschland aangezet.
De perscampagne in bepaalde landen
draagt een waar misdadig karakter. In
den laatsten tijd wordt voor de inter
nationale ophitserij ook van de radio
gebruik gemaakt. Wij willen hier een
woord van waarschuwing laten hooren.
Wanneer de radio-uitzendingen uit be
paalde landen naar Duitschland niet op
houden, zullen wij daar binnenkort op
antwoorden
Ook de aankondiging, dat er anti-fascistische
films gemaakt zullen worden, zal door de Duit
sche productie beantwoord worden met de ver
vaardiging van anti-semietïsche films. Ook over
de uitwerking daarvan moet men zich niet ver
gissen. Er zijn genoeg volken, die deze films
zullen apprecieeren.
Ik geloof, dat wanneer het internatio
nale Jodendom zijn perscampagne
staakt, een accoord tusschen de volken
beter tot stand zal kunnen komen.
Slechts die elementen hopen op oor
log. Ik echter geloof aan een langen
vrede.
Over den toestand op kerkelijk gebied
zeide Hitier o.a.:
Slechts éénmaal heeft de staat op het
gebied van de kerk ingegrepen, namelijk
toen hij probeerde de onmachtig-ver-
splinterde protestantsche landskerken tot
één machtige Duitsch-evangelische kerk
samen te vatten. Dat mislukte door het
verzet van eenige bisschoppen, en daar
om werd de poging opgegeven, want
het is niet onze taak, de protestanten
met geweld tot eenheid te brengen.
Wanneer nu in het buitenland met name
door zekere democratische staatslieden voor
eenige Duitsche priesters wordt gepleit, dan
kan dat alleen om politieke redenen gebeuren,
want die lieden zwegen, toen in Rusland dui
zenden priesters en later in Spanje duizenden
priesters en nonnen werden afgeslacht.
Italië en Japan.
Met het oog op de groote gevaren acht ik het
een bijzonder geluk in en buiten Europa vrien
den te hebben gevonden: in de eerste plaats
heb ik het oog op Italië en Japan, die eveneens
voor hun bestaan vechten. Wat het fascisme
voor Italië beteekend heeft is nog moeilijk te
schatten, maar zooals ik bij mijn bezoek aan
Italië in 1938 reeds in mijn rede in het Palazzo
Venezia gezegd heb: ik moest sidderen bij de
gedachte wat uit Rome en Florence zou gewor
den zijn, als het Mussolini niet gelukt zou zijn
Italië voor het bolsjewisme te redden.
Onze solidariteit is meer dan een
„Zweckmassigkeit", zij is uit geschied
kundige en cultureele saamhoorigheid
geboren en daarom mag de wereld nu
mijn onwrikbaar besluit vernemen:
Iedere oorlog, welke tegen Italië, om
welke reden dan ook, gevoerd zou
worden, zou Duitschland aan de zijde
van zijn vriend vinden.
De pers in de democratische landen heeft
zich eenige jaren geleden reeds ernstig vergist
nopens het verloop van den veldtocht van Italië
in Abessynië, zooals ze zich nu weer vergist
heeft over den uitslag van den strijd, welken
Franco in Spanje voert. Maar niet de pers in de
democratische landen, maar mannen maken
geschiedenis. Deze mannen zijn de vertegen
woordigers van hun volleen en het nationaal-
socialistische Duitschland en het fascistische
Italië zijn sterk genoeg om niet alleen den vrede
te handhaven, maar ook elk conflict met succes
te beëindigen.
Dit beteekent niet, dat wij oorlog wen-
schen, maar slechts, dat wij besloten
zijn onze gemeenschappelijke belangen
te behartigen, doch tevens, dat wy voor-
misdadige dreigementen onder geen om
standigheden zullen terugdeinzen.
Onze betrekkingen tot Japan zijn op dezelfde
leest geschoeid en wij hopen, dat het anti-
Kominternverdrag nog eenmaal het kristalli
satie-punt zal worden, waaronder zich nog meer
volken zullen vereenigen om het satanische .ver
schijnsel van het bolsjewisme af te weren.
Zou Japan vallen dan zou ook Oost-Azië voor
het bosjewisme open staan en niemand, be
halve de Joden, zouden daarbij gebaat zijn.
Wat de verhouding met Engeland betreft,
heb ik herhaaldelijk verklaard, dat het nationaal-
soeialisme het Britsche rijk niet bedreigt. Ik zou
het op prijs stellen, indien beide volken vol ver
trouwen met elkaar konden samenwerken. Het
zelfde geldt voor Frankrijk.
Met Polen bestaan geen meeningsverschillen.
De vijf jaar geleden gesloten overeenkomst heeft
tot vi-iendschap tusschen beide landen geleid.
Met Hongarije zijn wij vrienden en hebben wij
gemeenschappelijke belangen.
Met Joego Slavië zijn de betrekkingen veel uit
gebreider geworden en zijn banden van vriend
schap tot stand gebracht. Ook onze economische
betrekkingen met Bulgarije, Roemenië en Tur
kije zijn verbeterd.
De buurlanden.
„Duitschland verheugt zich er over,
dat ook in- het Westen, Zuiden en Noor
den vreedzame staten liggen en dat het
met die landen vreedzame grenzen heeft.
Onze betrekkingen met de staten
in het Westen en Noorden, Bel
gië, Nederland, Noorwegen, Zwe
den, Denemarken en de Oostzee-
sthten zijn verheugend en ook de volken
in die staten hebben een afkeer van den
eeuwigen oorlogsdruk en schijnen zich
steeds meer terug te trekken van de
frazen van den Volkenbond. Niemand
kan hen meer als vrienden waardeeren
dan Duitschland.
Ik hoop, dat ook Tsjecho-Slowakije den weg
naar innerlijke rust zal vinden en dat de ten-
denzen van den vroegeren leider Benesj ver
dwijnen.
Hongarije en Mandsjoekwo hebben zich bij
het anti-Komintern-pact aangesloten, hetgeen
een nieuwe overwinning is in den strijd tegen
het internationale bolsjewisme. De relaties van
Duitschland met Zuid-Amerika zijn verheugend
Onze verhouding met de Vereenigde Staten van
Noord-Amerika lijdt onder een lastercampagne,
welke als voorwendsel heeft, dat Duitschland de
onafhankelijkheid of vrijheid van Amerika zou
bedreigen. Wij gelooven, dat ondanks de Joodsch
kapitalistische pers, geen enkele Amerikaan er
aan twijfelt, dat van die beweringen geen woord
waar is, Duitschland wil ook met Amerika in
vredeleven.
Er bestaat echter een verband met economi
sche belangen. Of Duitschland met de Zuid- en
Centraal-Amerikaansche staten zaken wil doen,
gaat alleen die staten en ons, doch niemand an
der, ook maar iets aan. (Gejuich).
Overigens geloof ik, dat alle staten thans zoo
veel binnenlandsche problemen hebben op te
lossen, dat het voor de volken te wenschen
ware, dat de verantwoordelijke staatslieden zich
met hun eigen aangelegenheden bemoeiden.
Evacuatie geschiedt ordelijker.
Prof. Negrin in Frankrijk.
Havas verneemt uit Perpignan, dat Spaan-
sche autoriteiten erin geslaagd zijn, den weg
van Figueras naar Le Perthus, den voornaam-
sten toegansweg tot Frankrijk, die sedert vier
dagen door een onontwarbaar kluwen van voer
tuigen en de massa vluchtelingen was, te ont
ruimen.
Overeenkomstig de introducties der regeering,
toonen de Fransche autoriteiten de grootste wel
willendheid jegens vrouwen, kinderen en grijs
aards, doch zij wijzen alle desterteurs terug.
Men schat het aantal republikeinsche soldaten,
die hun post verlaten hebben om de wijk te ne
men naar Frankrijk, op vijfduizend. De evacuatie
der vrouwen en kinderen zal van nu af aan
vergemakkelijkt worden door de aankomst van
52 autobussen uit Parijs.
De minister van binnenlandsche zaken Sar-
raut en de minister van gezondheid Rucart zijn
gistertavond uit Parijs naar Perpignan ver
trokken.
De Spaansche minister-president,
Negrin, is gisteren in Frankrijk aan
gekomen.
Naar verluidt heeft hij reeds eerder
eenige geheime reizen naar Fransch ge
bied ondernomen om zich met de Fran
sche autoriteiten in verbinding te stellen.
De correspondent van United Press
te Perpignan schrijft, dat volgens niet-
officieele schattingen tot nu toe 35.000
vluchtelingen in Frankrijk toegelaten
zijn.
Laat in den namiddag kwamen gisteren te
Perpignan orders binnen .volgens welke 4000
militiemannen die, in het Bellegardefort en
1800, die in de omgeving van Cerbère geïnter
neerd waren, naar Catalonië moeten worden te
ruggezonden. Zij zijn echter Spanje niet ver
binnen en de meester trachten langs berg
paden Frankrijk clandestien binnen te komen,
gebruik makend van de duisternis. Over de
grens heeft men, dank zij den prefect van het
departement Oostelijke Pyreneeën, Didkowski,
het den vluchtelingen het wachten minder hard
gemaakt door voedselconvooien te organiseeren,
die koud vleesch en brood over de grens aan de
wachtenden die in de nabijheid der grens staan
brengen.
Hedenmorgen heeft men 27.000 rantsoenen
brood gedistribueerd.
Verder zijn verscheiden nieuwe concentratie
punten ingesteld voornamelijk bij Arles sur
Tech en Haras de Perpignan.
Tegenstand der republikeinen
wordt krachtiger.
Havas verneemt van het front in
Catalonië: Sedert Zondag is de tegen
stand der republikeinen krachtiger
geworden. De rechtsche troepen stuiten
bovendien op moeilijkheden, daar liet
terrein steeds meer geaccidenteerd
wordt.
Vooral in het noorden en het centrum van het
front is het weer bovendien slecht. De troepen
van Urgel opereeren halverwege tusschen Sol-
sona en Berga, die van Arragon naderen den weg
tusschen Berga en Vich. In den sector Manresa
hebben drie internationale brigades getracht een
bres in de rechtsche stellingen te maken. Zij
werden echter zonder veel moeite terugge
worpen.
Anderzijds verneemt Reuter uit Burgos, dat
de rechtschen de verovering van Castell Tersol,
ten noorden van Caldas de Mombuy in den cen-
tralen sector van Catalonië melden. De troepen
van Franco staan, naar verklaard wordt, thans
op 8 K.M. van Berga.
Speciale Italiaansche correspondenten aan het
Catalaansche front schrijven in verband met
een communiqué, dat in Salamanca is uitgegeven
betreffende internationale brigades, die versla
gen zijn door de legionarissen, dat deze laat
sten met groote verrassing bij de gevechten in
het gebied van Granollers constateerden, dat
hun tegenstanders internationale militieman
schappen waren. Deze vormden n.l. die drie bri
gades, welke de elfde, twaalfde en dertiende
brigade vervingen, welker leden volgens de ver
klaringen der republikeinsche regeering allen
gerepatrieerd waren. Onder de gesneuvelde
militiemannen werden geïdentificeerd Engel-
schen, Franschen, Tsjechen, Noord- en Zuid-
Amerikanen. Uit documenten zou voorts geble
ken zijn, dat de reorganisatie der brigades tot
stand is gekomen dank zij den Franschen com-
munistischen afgevaardigde Marty en den repu-
blikeinschen generaal Rojo, tezamen met luit.-
kolonel Modesto.
PROGRAMMA
WOENSDAG 1 FEBRUARI 1939.
HILVERSUM I, 1875 en 301,5 M.
VARA-Uitzending. 10.0010.20 v.m. VPRO.
6.30—7.00 RVU., 7.30—8.00 VPRO.
8.00 Orgelspel. (Om 8.16 Berichten). 8.30
Gramofoonmuziek, 9.30 Causerie „Onze Keu
ken". 10.00 Morgenwijding. 10.20 Voor Arbei
ders in de continubedrijven. 11.40 Voor de
werkloozen. 12.00 Gramofoonmuziek. (Om
12.15 Berichten). 12.30 Fantasia. 1.00—1.45
VARA-orkest. 2.00 Voor de vrouw. 3.15 Voor
de kinderen. 5.30 Orgelspel. 6.00 Esmeralda.
6,28 Berichten. 6.30 Causerie „De practische
beteekenis van de „helderziendheid". 7.00
VARA-kalender. 7.05 Gelukwenschen. 7.10
N.V.V.-praatje. 7.30 Bijbelvertellingen. 8.00
Herhaling SOS-berichten. 8.03 Berichten
ANP. VARA-Varia. 8.20 Voor schakers. 8.21
Zang met pianobegeleiding. 9.00 Radiotooneel.
10.00 Berichten ANP., 10.10 VARA-orkest.
11.00—12.00 Gramofoonmuziek.
HILVERSUM II. 4.15,5 M.
NCRV-uitzending. 6,307.00 Onderwijsfonds
voor de Scheepvaart,
voor de Scheepvaart.
8.00 Schriftlezing, meditatie. 8.15 Berichten,
gramofoonmuziek. (9.30—9.45 Gelukwen
schen). 10.30 Morgendienst. 11.00 Gramofoon
muziek. 11.15 Ensemble v. d. Horst. (12.00
12.15 Berichten). 1.00 Gramofoonmuziek. 1.30
Het Nederland's strijkkwintet en gramofoon
muziek. 3.00 Christ. Lectuur. 4.35 Zang en
plano. 4.15 Gramofoonmuziek. 4.45 Felici
taties. 5.00 Voor jongens en meisjes. 5.45
Gramofoonmuziek. (c.a. 6.30 Berichten). 6.30
Taalles en causerie over het Binnenaanva-
ringsreglement. 7.00 Berichten. 7.15 Causerie
..Bouwen aan de volkskracht". 7.30 Gramofoon
muziek. 7.45 Causerie „Leerbewerking". 8.00
Berichten ANP., herhaling. S.O.S. berichten.
8.15 Christ. Oratorium vereeniging „Con
Amore." solisten en het Nederlands Kamer
orkest. (9.159.40 Causerie „Mozes: de dienst
knecht Gods") 10.30 Berichten ANP. 10.35
Gramofoonmuziek. 19.45 Gymnastiekles. 11.00
Gramofoonmuziek. Ca. 11.50—12.00 Schrift
lezing.
DROITWICH, 1500 M.
11.2511.50 Gramofoonmuziek. 12.10 BBC-
Northern-orkest. en solist. 1.00 Gramofoon
muziek. 1.20 Uit Stockholm: Septiman-orkest
en solisten. 2.00—2.20 Declamatie. 3.10 Dans
muziek (gr. pl.), 3.35 Causerie over de fabrica
ge van golf-ballen. 3.50 Sectie van het BBC-
Northern Ireland-orkest. en solist, 4.205.10
Vesper. 5.20 Hongaarsch Zigeunerorkest. 6.00
Gramofoonmuziek 6.20 Berichten. 6.40 Zang.
7.05 Voor knutselaars. 7.20 BBC-Theaterorkest
8.05 Actueele causerieën. 8.35 BBC-Sympho-
nie-orkest. en solisten. 9.30 Berichten. 9.50
Vervolg concert. 10.40 Het Leslie Bridgewa-
ter-kwintet. 11.20 Joe Loss' Band. 11.5012.20
Jazzmuziek, (gr. pl.)
RADIO-PARIS, 1648 M.
8.00, 10.00 en 11.20 Gramofoonmuziek. 12.30
Zang. 1.10 Gramofoonmuziek. 1.25 Cantrelle-
orkest. 1.55 Gramofoonmuziek. 2.35 Zang.
2.50 en 3.30 Gramofoonmuziek. 3.50 Viool
voordracht. 4.05 en 5.05 Zang. 5.25 Derveaux-
orkest. 6.35 Pianovoordracht. 7.50 Gertler-
kwartet. 8.35 Zang. 3.50 Kamermuziek. 9.20
Variété-programma. 10.50 en 11.2011.35 Gra
mofoonmuziek.
KEULEN. 456 M.
5.50 Rheinische Landesorkest. 7,50 Gra
mofoon muziek. 11.20 Bedrijfsorkest. 12.35
Omroepkleinorkest. soliste en Keulsch Piano
duo. 1.302.20 Populair concert.. 2.40 Gra
mofoonmuziek. 2.50 Kinderkoor. 3.20 Gramo
foonmuziek. 4.50 Mannenkoor „Geselligkeït".
6.35 Gramofoonmuziek. 7.30 Arbeidsdienst
orkest. 8.35 Omroeporkest en solisten. 9.35
Filmmuziek (gr. pl. 10.20 Omroep-Amuse
mentsorkest en solisten. 11.202.20 ''pulair
nachtconcert (opn.)
BRUSSEL, 322 M.
12.20 Gramofoonmuziek. 12.50 en 1.30 Om
roep dansorkest. 1.50—2.20 Gramofoonmuziek.
5.20 Zang. 5.50, 6.50 en 7.20 Gramofoonmuziek.
8.20 Conservatorium-orkest van Leuven en
solist.10.3011.20 Omroepdansorkest,