MASKERS
Men exploiteere Indië's bodemschatten
BEKENTENISSEN
?vPTERLIJKE
NEDERLANDSCHE
ANDEL-MAATSCHAPPIJ,
ZATERDAG 18 FEBRUARI 1939
HAARDE M'S DAGBEAD
S.S. „ORANJE NASSAU" NAAR
GRIEKENLAND VERKOCHT.
Naar wij van de directie der Koninklijke
Nederlandsche Stoomboot Maatschappij ver
nemen, is het s.s. „Oranje Nassau" van deze
maatschappij, naar Griekenland verkocht.
Doodelijke val van een glazen
wasscher.
Volledigheidshalve dient erkend, dat ook de
kwestie van „vorm" er nog bijkomt. Die doet
zich in elke sport en dus ook in den zadel voor
net als bij den man van het koffiehuispar
tijtje, die gisteren zichzelf nog overtrof en
een gemiddelde van een-en-een-kwart maakte,
tot ontzetting van zijn tegenstander, maar
morgen een treurige inzinking zal beleven en
tot driekwart of zelfs vijf achtsten zakken.
Erger: er zijn heele periodes waarin men
veeleer achter- dan vooruit lijkt te gaan, zon
der dat de ijverige bestudeering van vakli
teratuur ook maar den geringsten baat ople
vert. En dan komt er plotseling een dag
waarop de hardnekkigst volgehouden fout
spoorloos verdwijnt, verzwindt gelijk sneeuw
voor de zon. Dat is een grootsche en blijde
ervaring en het vooruitzicht dat zij herhaald
kan worden ten aanzien van een andere
fekortkoming geeft nieuwen moed en opent
verre verschieten.
Mijn gevoel dat ik. zeer bescheidenlijk, kan
rijden wordt door de paarden hopelijk ge
deeld. Er zijn er bij, van die zwaarbeproefden
die vaak beginnelingen op hun rug hebben,
die mij en mijnsgelijken-in-de-rijkunst vrien
delijk zien naderen. Is mijn „vorm" goed.
aan beloont zoo'n ros mij na afloop van den
rit wel eens met een hartelijk neusgewrijf over
mijn mouw, hetgeen niet zoo goed voor het
rijcostuum is. Twee suikerklontjes in plaats
CARNAVAL IN EUROPA
Vrijdagmiddag te ruim zes uur werd de
glazenwasscher A. J. Hoogenes, die bezig was
met het wasschen van een pui van een winkel
huis te Lisse, door een duizeling overvallen,
met het gevolg, dat hij van een hoogte van zes
meter van den ladder stortte. Met ernstige
verwondingen werd de ongelukkige de garage
van de Protestantsche Coöperatieve Vereeni-
ging binnengedragen, waar hem nog de sa
cramenten konden worden toegediend. Een
kwartier na het ongeluk is de glazenwasscher
bezweken.
Schade aan „Sibajak" uiterst
gering.
Omtrent de Vrijdag gemelde berichten, dat de
„Sibajak" van de Rott. Lloyd in aanvaring zou
zijn gekomen met een Britschen torpedoboot-
jager vernemen wij nader, dat Lloyds hiervan
slechts vermeldt dat de „Sibajak" in de baai van
Gibraltar met een Britsch oorlogsvaartuig in
aanraking is gekomen.
Daar de gezagvoerder normaal het vertrek
van de „Sibajak" uit Gibraltar heeft gemeld en
tot Vrijdagmiddag bij de reederij geen nadere
berichten van den gezagvoerder hieromtrent
zijn binnengekomen, moet worden aangenomen
dat bij deze aanraking aan geen van beide
vaartuigen noemenswaardige schade is toege
bracht
De instorting aan de Valkensteeg
te Rotterdam.
Rechtbank keurt ee novereenkomst goed.
Door een vonnis van de rechtbank te Rotter
dam is thans ook officieel een einde gekomen
aan het drama in de Valkensteeg te Rotterdam.
Reeds eenigen tijd geleden werd bekend, dat
de gemeente tot overeenstemming was gekomen
met de weduwe J. M. Kok-Den Dunnen, wier
man bij de ramp is omgekomen en die van de
gemeente een schadeloosstelling had geëischt.
Aan de weduwe Kok zou worden toegekend tot
aan haar dood of eventueel tot aan hertrouwen
een bedrag van f 30 per week en aan haar vijf
jarig zoontje tot zijn meerderjarigheid een be
drag van f 6.50 per week, te rekenen van den
datum van de ramp, 11 Mei 1938 af. In feite was
daarmede aan het proces een einde gekomen.
Nu de rechtbank deze overeenkomst heeft
goedgekeurd en daarbij de gemeente in de kos
ten van het geding (f 125.heeft veroordeeld,
is de zaak ook officieel van de baan.
Voorts is eenige dagen geleden in enkele bla
den een bericht verschenen dat het O.M. geen
strafvervolging zou instellen tegen de voor het
ongeluk verantwoordelijk te stellen gemeente
ambtenaren. Officieel is hiervan echter nog niets
bekend.
van éen doen deze waardeering toenemen.
De Arabier, zijnde een aristocraat die met
zekere verfijning gereden wil worden, toont
zich minder verheugd als hij aan de beurt is.
Hij kent zijn Pappenheimers ongetwijfeld en
legt wel eens zijn ooren plat en mikt een ver
schrikten blik uit zijn éene oog op den mati
gen ruiter, die op hem toeschrijdt. Maar ten
slotte is hij gewillig en hoopt er het beste van.
Zelfkennis noopt tot het nimmer-opgeven
van de lessen, 's Winters is buiten de grond
trouwens dikwijls te hard, of de ruiterpaden
zijn in modderpoelen veranderd. Dan rijden
we maar weer veel binnenshuis, pogen wat op
te steken, beoefenen „zijgangen" met zulke
technische benamingen als traverseeren,
renverseeren en passade en hebben opnieuw
gewaarwordingen der jeugd. Want er worden
nogal wat standjes bij uitgedeeld, enkele
malen met lofspraak afgewisseld. Die laatste
komt meestal als een volkomen verrassing.
Natuurlijk is het aardig dat verreweg de
meeste medemenschen niet kunnen paardrij
den. Dit geeft er iets bijzonders aan. Ik heb
nu eenmaal gezegd dat ik bekentenissen zou
doen en geef dus ook dit eerlijk toe. Hoe is
de mensch, onder andere eigenschappen? Hij
wil alevel wat bizonders.
R. P.
Het justitieel onderzoek naar de
erfpachtskwestie te Amsterdam.
Niet op last van minister Goseling ingesteld.
Op vragen van het Tweede Kamerlid Wijnkoop
betreffende het door de justitie ingestelde onder
zoek ter zake van een handel in erfpachtsgron-
den te Amsterdam, heeft de heer Goseling, mi
nister van justitie, als volgt geantwoord:
De officier van justitie te Amsterdam heeft,
nadat hij van verschillende zijden mededeeling
had ontvangen betreffende een „handel in erf-
pachtsgronden", welke een ernstig vermoeden
deed ontstaan, dat daarbij strafbare feiten wer
den gepleegd, een politioneel onderzoek op een
bij de zaak passende behoedzame wijze doen in
stellen.
Op de vraag, of dit onderzoek geschiedt in op
dracht of met medeweten van den minister, ant
woordt de minister ontkennend.
Dat de officier van justitie, zooals het geval
lag, geen voldoende aanleiding heeft gevonden
reeds aanstonds den burgemeester van Amster
dam in te lichten, kan voor zoover aan den
minister thans is kunnen blijken niet onjuist
en in geen geval onbehoorlijk worden geacht.
Mede omdat het onderzoek nog niet is be
ëindigd, kunnen ter zake geen nadere mededee-
lingen worden gedaan.
TWEEDE KAMER
Lof voor het beleid van minister Weiter.
N.V
Kan ik paardrijden
Het is schoon lange ritten te paard te onder
nemen zonder toezicht-houdenden, af en toe
nog steeds lesgevenden mentor. Als men een
maal zoover is hebben de poorten van het rui
ter-Walhalla zich geopend. Dan ontwikkelt
zich pas het zelfvertrouwen, al krijgt dat
zoo af en toe nog wel eens een deuk. En dan
begint gij u pas werkelijk ruiter te voelen. Uw
kennissen zullen u daarin staven met de aan
moedigende vraag: je kunt het nu immers?
Ja, wat is kunnen? Een kwestie van opti
misme, als ge pas op middelbaren leeftijd
begonnen zijtu wel bewust bent dat ge het
nooit meer zoo leeren zult als diegenen die als
kind al reden en u bovendien van de meer
gewaagde ondernemingen moet onthouden. Er
is geen redelijke kans op, ooit nog eens deel
te nemen aan een Engelsche jachtpartij, in
roode jassen, met de honden achter den vos
aan. Nu betreur ik dat wel niet, want deze
doodjagerij van een dier heeft mij nooit be
koord, maar dat verandert niets aan het
feit dat het ook niet bereikbaar is. Sprin
gen?nu ja, in bescheiden mate. Daar
komt nog wel eens een enkelen keer iets van.
Maar de ruiters op de springconcoursen blij
ven een met eerbied beschouwde groep ster
ren in de duizelingwekkende verten van het
hoogste hippische firmament. Voor rennen
ben ik altijd veel te groot van afmetingen en
veel te zwaar in kilo's geweest, hetgeen nu als
troost kan gelden. En wat de dressuur in de
hoogeschool betreft schiet ik niet in eerbied
tekort voor die zeldzame amateurs, die op
uitvoeringen werkelijk volmaakte staaltjes ten
beste geven. En dat dikwijls op een eigen
paard, dat zij zelf hebben afgericht! Ja, een
eigen paard te bezitten moet wel heel aanlok
kelijk zijn. Een nieuwen vriend in het dieren
rijk te maken, nevens mijn hond, dat zou mij
wel bekoren. En dan zoo'n vriend, met wien
ik in volmaakt wederzijdsch vertrouwen op
stap, in draf en in galop kan gaan! Schoon
maar duur. En tijdroovend, want hij moet
geregeld bereden worden. Ook eischt hij veel
zorg en toezicht, al kunnen anderen dat dan
grootendeels overnemen. Het geld en de tijd
om al die voorwaarden te vervullen ontbreken.
Maar ik dwaal af. De vraag was: wanneer
kan men het? En ik denk aan den ruiter, die
een verschrikkelijk hoogen maatstaf liet gel
den en zei, dat er geen half dozijn menschen
in de wereld is dat het werkelijk kan. Op die
manier redeneerend zou een tennisser pas
mogen zeggen dat hij tennissen kon als hij er
in slaagde een set van Donald Budge of van
Vines te winnen. En een voetballer zou pas
kunnen voetballen als hij tien wedstrijden in
het Nederlandsch Elftal had meegespeeld, een
biljarter pas biljarten als hij Arie Bos, Swee-
ring en Dommering aan zijn zegekar had ge
bonden. Zulk een maatstaf is te hoog aange
legd.
Gelukkig bestaan er veel graden-van-kunnen
in elke sport. Ook in de hippische. Als ik de
biljart-vergelijking vasthoud, dan zie ik daar
het verschil tusschen den man die een beha-
gelijk koffiehuis-partijtje van 100 punten
speelt, op een klein biljart en met een gemid
delde van éen en den matador die een kam
pioenschap groot biljart, cadre 45—2, negen
partijen van 400 elk, met een gemiddelde van
twintig wint. Hoeveel graden van kunnen-
biljarten liggen er tusschen die twee? Tal-
looze. Welnu, in de paardensport is het al
niet anders en als ik mij daarin gelijk stel
met den biljarter van het behagelijke koffie
huis-partijtje hoop ik niet te overdrijven. In
elk geval ligt opsnijden niet in mijn bedoe
ling.
DEN HAAG Vrijdag.
Nadat de verlenging van de noodwetten 1938
tot 1 Juli a.s. (omdat de omwerking tot defini
tieve regeling nog niet gereed is) z. h. st. en
debatloos was goedgekeurd, kwam Indië weer
aan de beurt. Ir. v. Lidth de Jeude (lib.),
die aan Minister Weiter voor diens beleid in 't
algemeen, voor zijn juist begrip t. a. v. de
Indische samenleving warme lof toezwaaide, was
het er met minister Welter over eens, dat Indië
nog niet rijp is voor een zelfstandigheid als be
toogd in de petitie-Soetardjo. Spr. meende, dat
het in verband met de motie-Stokvis niet om
het beginsel van staatsexploitatie reeds 290
millioen is in staatsbedrijven belegd doch wel
om 't geld en om de risico voor de schatkist
gaat. Bij de exploitate van de bodemschatten
late Nederlandsche ondernemerszin zich niet
onbetuigd, al was het alleen maar om buiten-
landsche begeerigbeid te stuiten. Dit wil niet
zeggen, dat de liberale woordvoerder tegen een
economische politiek van de open deur was,
echter wel tegen politieke penetratie: men lette
op de vele concessie-aanvragen van Japansche
zijde.
Wat de schatkist aangaat, een voorzichtig
financieel beleid blijft geboden. Precies mijn
meening, zei Mr. Rutgers v. Rozenburg
(c.h.), die den Minister gelijk gaf, dat deze
niets wil weten van een „harmonica-politiek",
n.l. uitbreiding, dan weer inkrimping, van de
uitgaven, al naar gelang van de conjunctuur.
Spr. besprak wat later ook Mr. J o e k e s
deed de uitlatingen van den nieuwen Japan-
schen gezant, die in een interview in Indië meer
concessies aan Japan wenschelijk had genoemd.
Vóór dien moet Japan zich dan maar eerst eens
aan zijn oude verplichtingen (uit hoofde van het.
ongeveer ruim een jaar geleden gesloten han-
delsaccoord) kwijten. In tegenstelling met gene
raal Bajetto was de c.h. afgevaardigde niet zoo
gerust t. a. v. de internationale positie van
Indië; hij wees in dit verband op expansionisti
sche uitlatingen van Japanschen kant en op het
symptoom, gelegen in de bezetting van het
eiland Hainan.
Prof. v. Gelderen (s.d.), die o.m. de motie-
Stokvis verdedigde, en het ten aanzien van de
financieele vragen niet eens was met veel van
wat de heer Wagenaar daarover had beweerd,
sprak de hoop uit, dat de Minister weerstand
zal weten te bieden aan den aandrang op krach
tige bezumigng en de eigen Indische middelen,
weten te vinden om de welvaart te stimuleeren.
In verband met thans in Indië aan den dag
getreden ontstemming over het feit, dat het
moederland te weinig zou doen voor de Indische
defensie, keerde Mr. Jo ekes (v.d.) zich bij
voorbaat tegen de door sommigen in Indië ge
geven voorstelling van zaken als zou ten onzent
de partijstrijd tot machteloosheid doemen. Ge
lukkig heeft de internationale toestand in Indië
zelf het saamhoorigheidsgevoel versterkt. Een
bedreiging voor de saamhoorigheid vormen de
communisten en de nat. socialisten, te wier op
zichte in Indië geen ambtenarenverbod bestaat.
De verbreiding van het nat. socialisme houdt
groote gevaren in zich voor Indië, in verband
met 't rassenonderscheid.
Na een loftuiting op den Volksraad als nuttige
instelling waardoor de bevolking deel heeft aan
de centrale bestuursvoering, besprak mr. Joekes
het omslachtig.gedoe met het tot stand komen
van de Indische begrooting.
Als we hier over het budget debatteeren. is
het alweer zoo ver in den tijd, dat men ginds al
weer bezig is met de volgende begrooting. In
onze dagen van radio, televisie en luchtpost dient
hierin toch een verandering te worden aange
bracht. Natuurlijk moet de verantwoordelijkheid
van den minister van Koloniën ten opzichte van
het algemeen beleid ten volle blijven bestaan;
men zou hier echter alleen moeten behandelen,
datgene waarover in Indië geen overeenstem
ming te bereiken was.
Mr. Joekes bepleitte vervolgens voortgaan in
de richting van ver-inheemsching van het amb
tenarencorps. wat ook den financieelen druk op
de begrooting zou verminderen. De v.-d. fractie
leider. die zich verheugde over de benoeming
van een inheemschen burgemeester van Madioen
achtte het wenschelijk meer Indische juristen op
het departement van Justitie in Indië te doen
aanstellen. Het moment voor de proefneming
door de motie-Stokvis aanbevolen was z.i. niet
gunstig, daarom zal de v.-d. fractie daartegen
stemmen.
Zoo onbevredigend als b.v. de heer Wagenaar
vond Mr. Joekes den financieelen toestand van
Indië niet en ook mr. Teulings (r.-k.) bleek
er zoo over te denken.
De heer v. d. Sleen (s.-d.) klaagde over de
salarisregeling en over. dank zij ingrijpen van
Den Haag? veroorzaakte, teleurstellingen ten
aanzien van de pensioenen.
De heer Woudenberg (nat. soc.) betoog
de. dat Indië ten zeerste bedreigd wordt door
Japan. Daarom moet men een algemeen Euro-
peesch front tegen het Verre Oosten bevorderen.
Na eenige afdwalingen naar onderwerpen die
thans niet aan de orde waren, kwam spr. terecht
bij de volkshuishouding; men voere het nat.
soc. programma uit en het zal allemaal botertje
tot den boóm in Indië zijn. Tot de door dezen
afgevaardigde aanbevolen middelen behoorde
o.m. bevordering van de industrialisatie, waarna
hij bij den nood in de Minahassa terecht kwam,
om toen op imperiale voorkeursrechten over te
wippen, waarna spr. nog uitweidde over de In
dische financiën.
De heer W ij n k o o p (comm.) wenschte geen
paniekstemming te helpen verwekken, maar na
Japan's optreden tegen Hainan is er toch zeker
wel reden voor alarm. Tot besluit van dezen
middag onthaalde spr. zijn gehoor op eenige
kantteekeningen over het z.i. veel te zoetsappig
besproken financieele beleid; zelfs in den cri
sistijd had de Staatsschuld in Indië niet in die
mate hoeven toe te nemen, gelijk zou moeten
blijken uit door den heer Wijnkoop aangevoerd
statistisch cijfer-materiaal. Dit alles dank zij
leegpompen en lasten afwenden.
De minister kreeg nog het woord, om zijn
rede a.s. Dinsdag te kunnen voortzetten.
E. v. R.
Opheffing der monopolierechten
op groenten gevraagd.
In verband met de stijging der prijzen.
In verband met het feit, dat ten gevolge van
de periode van strenge vorst in December j.L
de prijzen van versche groenten thans zóó hoog
zijn. dat een groot gedeelte der bevolking van
de hoofdstad deze levensmiddelen bezwaarlijk
kan koopen, hebben B. en W. van Amsterdam
na ingewonnen advies van de met den levens-
middelenraad verbonden commissie voor aard
appelen, groenten en fruit, den minister van
economische zaken verzocht te willen bevorde
ren, dat tot den tijd, waarop wederom voldoende
versche Hollandsche groente aan de markt
komt, de monopolieheffingen op de daarvoor in
aanmerking komende versche groente en blik-
groenten vervallen, onderscheidenlijk dat aan
de importeurs van die artikelen de monopolie
heffingen worden terugbetaald.
Alle Bank- en
Effectenzaken
AGENTSCHAP HAARLEM
Gr Houtstr./Gr Markt
Tel 13990 (3 lijnen)