Winter in Japan» Onderwerpen die Amerika interesseeren ULTIMATUM Gedeelte van dijk bij Gouda verzakt. J. M. GERDING DONDERDAG 23 MAART 1939 HAAREEM'S DAGBEAD 7 Een land met groote temperatuur verschillen. Kachels in huur van brandstoffenhandelaren. Moeilijk heden met de kleeding. WANNEER wij hier in Japan in de maanden Juli en Augustus onder de gloeiende vochtige tropische hitte loopen te transpireeren en te zuch ten, dan is er wel niemand onder ons, die er zich ten volle rekenschap van geeft, dat in en kele maanden en wel zoo tegen half October- begin November reeds weer de tijd aangebro ken is om zich gereed te maken voor den win ter. Deze tijd is voor ons Europeanen vreem delingen, die hier in Japan wonen niet zoo erg als voor de Japanners, doch het feit, dat we in een jaar tijds met korte tusschenpoo- zen alle temperaturen doormaken van vries kou tot tropische hitte, maakt, dat na verloop van enkele jaren wij Hollanders, die toch in eigen land in herfst en winter niet verwend zijn, het al spoedig koud vinden, sneller dan in het vaderland. Daarbij komt dan nog, dat de huizen er niet op gebouwd zijn om de koude zooveel mogelijk buiten te houden. Voor het grootste gedeelte zijn ze van hout, over het algemeen vrij oud, terwijl ramen noch deuren voldoende sluiten, zoodat wanneer het winderig weer is, wat hier nogal eens voorkomt, een overvloedige hoeveelheid koude lucht naar binnen kan ko men en zorgt voor meer dan voldoende ven tilatie. Dit openbaart zich speciaal door een voort- durenden tocht langs den grond, waardoor iedereen koude voeten, krijgt. Vele huizen,, waaronder voornamelijk de nieuwere, hebben geen speciale stookplaatsen in de kamers, in welk geval de bewoner ge dwongen is ergens een gat in den buitenmuur van de kamers, die men verwarmen wil, te la ten aanbrengen, waardoor men de kachelpij pen naar buiten kan laten komen. In andere woningen heeft men open haarden, doch over het algemeen zijn deze óf zeer slecht ge maakt, zoodat men bij het aanmaken een paar uren in den rook kan zitten, dan wel zijn zij zóó klein, dat men er zoo goed als geen warmte van krijgt, zoodat men gedwongen is rondom en vlak op den haard te zitten, aan gezien het op enkele meters afstand precies is alsof er geen verwarming in de kamer is. Het gevolg is dan ook dat in zeer vele ge vallen de bewoners geen gebruik maken van die open haarden, doch deze vervangen door een kolenkachel. Bij uitzondei'ing heeft men dan nog enkele, meestal ten behoeve, van groote buitenlandsche maatschappijen ge bouwde huizen, die alhoewel eveneens opge trokken van hout, centrale verwarming heb ben. IJzeren gevaarten. Het grootste gedeelte der vreemdelingen moet het hier dan ook in den winter doen met kolenkachels, van die geweldige ijzeren gevaarten, die ook onze grootmoeders wel in huis hadden. Als sieraad behoeft men ze nu juist niet in de kamers te plaatsen en zoodra het met de koude is afgeloopen laat men ze zoo spoedig mogelijk verdwijnen, doch ze ge ven tenminste, mits men een behoorlijke kwaliteit anthraciet, of wat daar hier voor doorgaat, kan krijgen, voldoende warmte. Meestal trachtte men dergelijke kachels te hu ren, zoodat men er dan in den zomer geen om kijken meer naar had en het risico van repara tie werd gedragen door den verhuurder. Als zoodanig traden op de handelaars in kolen (ge durende den zomer leveren deze het ijs) die zich langzamerhand op verkoopingen tweede- handsch kachels aanschaften en deze voor een seizoen aan geïnteresseerden verhuurden. Tot voor enkele jaren vroeg men hiervoor tusschen 5 Yen en 15 Yen per stuk per seizoen, doch sinds er geen nieuwe kachels meer gemaakt mogen worden en men dus slechts de beschikking heeft over een beperkte hoeveelheid, die niet meer aangevuld kan worden, zijn deze prijzen in het laatste seizoen meer dan verdubbeld. De brandstoffen. De groote moeilijkheid is wel het verkrijgen van een behoorlijke kwaliteit brandstoffen. Men vraagt natuurlijk naar anthraciet, doch men ontvangt iets, dat daar misschien vroeger wel eens naast gelegen heeft, doch dat men thans beter met „zoogenaamd" zou kunnen betitelen. Over het algemeen zijn het meer steenen dan kool, die de kachel in een of twee dagen volko men verstoppen. De prijzen voor die brandstof zijn ook al ten gevolge van den oorlog, aanmerkelijk gestegen. Het Gouvernement heeft echter ingegrepen en maximumprijzen vastgesteld, met het gevolg, dat wij thans onze „anthraciet" kunnen koo- pen tot ongeveer 60/65 Yen per ton. De kolenhandelaar levert u dit goed in mand jes, waai'van er ongeveer 20 in een ton gaan, d.w.z. u krijgt 20 mandjes: met een zekere han digheid en bovendien, doordat men de gewoonte heeft u die brandstof thuis te bezorgen spe ciaal bij avond, wanneer het dus idonker is en niemand er aan denkt om er bij te gaan staan om te controleeren of men wel precies ontvangt, waarvoor men betaalt, zal men er over het alge meen nog heel wat extra's uit weten te halen. Nog onlangs lazen wij een berichtje in de bla den als herinnering aan de gewoonten van en kele tientallen jaren geleden, waarin ook sprake was van een kolenhandelaar, die toen men hem er op attent maakte, dat hij meer berekende dan afgesproken was, antwoordde, dat hij tegen den aanvankelijk door hem genoemden prijs niet •ko;- leveren, omdat mevrouw bij het afleveren al te nauwkeurig had toegezien en er op ge staan had, dat het juiste aantal mandjes met het juiste gewicht zouden worden gegeven en daarop was zijn oorspronkelijke prijs niet be rekend Het is duidelijk, dat tengevolge van den ver hoogden prijs voor de kolen, alsmede het feit, dat men in 99 van de 100 gevallen een minder waardige kwaliteit geleverd krijgt, terwijl ver der Japan een-land is, waar de electriciteit zeer goedkoop geleverd kan worden, velen er toe zou den willen overgaan tot het aanschaffen of even tueel huren van electrische kachels of haarden. Alhoewel de eenheidsprijs per kilowatt vrij ge ring is, wordt de maandrekening door het aan tal kachels dat men noodig heeft, toch nog zeer hoog en komt men al gemakkelijk tot 125 of 150 Yen per maand voor een niet al te groot huis. Daarom moeten velen hiervan afzien wegens pecuniaire overwegingen en zich tevreden stel len met de kolenkachels, die aan brandstof in een seizoen, dat loopt van begin November tot eind April begin Mei, gemiddeld 60 Yen per maand verstoken. In de kantoren heeft men over het algemeen centrale verwarming, doch de gewoonte is, dat men die zoo tegen drie uur 's middags sluit, zoo dat het dan na een uur al vrij koud begint te worden. In diverse kantoren, waar Europeanen wer ken is het dan ook al de gewoonte geworden, dat men voor eigen rekening naast de centrale verwarming die door den eigenaar van het kan toor wordt geleverd, een kolenkachel laat bran den: een gat In den buitenmuur is gauw ge maakt en het schaadt het interieur in het ge heel niet De kleeding'. Buitenshuis moet men de warmte zoeken in de kleeding ,doch zoo langzamerhand wordt het hoe langer hoe moeilijker om geschikte kleeren aan te schaffen. Het gebruik van katoen voor het binnenland is geheel verboden, ook zuiver wollen kleedingstukken zijn niet meer ver krijgbaar: het eenige, wat men nog in dit genre verkoopt is een mixture van wol en „staple" fiber, of wol en zijde. Vooral voor het eerstge noemde artikel heeft men op alle mogelijke wijzen propaganda gemaakt, doch men is er niet in geslaagd het populair te maken, noch onder de Europeanen, noch onder de Japanners. Terwijl men tot voor het begin van de cam pagne in China zuiver wollen kleedingstukken en wij bedoelen hiermede speciaal ondergoed, te kust en te keur kon krijgen voor betrekke lijk lage prijzen heeft men thans in het geheel geen keus terwijl men aanmerkelijk hoogere prijzen moet betalen voor een kwaliteit, die verre inferieur is aan hetgeen men vroeger kon koo- pen. Naast deze half wollen goederen heeft men dan nog de geheel uit staple fiber gemaakte kleedingstukken, die weliswaar wolachtig aan voelen (zacht en dik), doch na het wasschen sterk krimpen en dunner worden. Op het oogenblik zijn er natuurlijk velen, die nog de beschikking hebben over in vorige jaren aangelegden voorraad, speciaal wat de volwas senen betreft, doch wanneer men daar eenmaal doorheen Is, dan zal men toch wel moeten over gaan op datgene, wat hier gemaakt wordt, aan gezien, zooals wel vanzelf spreekt, de aanvoer uit het buitenland voor importeurs en winke liers, dus in het groot, totaal verboden is, Een reisje naar Sjanghai. De Europeanen kunnen zich over het alge-> meen nog wel de weelde veroorloven in het be gin van den winter naar Sjanghai te gaan, waar alles nog te kust en te keur te krijgen is en tegen niet al te hooge prijzen, omdat er prac- tisch geen invoerrechten op betaald worden en talloos velen hebben hiervan in het begin van dit winterseizoen gebruik gemaakt. Dit werd nog gestimuleerd door het feit, dat men de reis vice- versa practisch gratis had door het koersverschil tusschen de Yen in Sjanghai en in Japan. Al kwam men met volle koffers aan lijfgoederen uit Sjanghai terug, de douane in Japan heeft er nimmer aanmerking op gemaakten 't is ons niet bekend, dat iemand er ooit invoerrechten voor heeft moeten betalen. De moeilijkheid wordt echter de bovenklee- ding, die hier uit den aard der zaak voor de mannelijke sexe ook niet meer te krijgen is: voor velen mag het financieel mogelijk zijn naar Sjanghai te gaan, doch de tijd ontbreekt, aan gezien men toch minstens tien dagen moet weg blijven, om enkele pakken te laten maken. Over de vrouwelijke sexe behoeven wij hier in dit verband niet te spreken, omdat deze, wellicht met uitzondering van de wintermantels zich wat de bovenkleeding betreft, voldoende kan voor zien in Japan, daar men toch grootendeels zij den kleeding draagt, welk genre in Japan wordt gemaakt. Wil men echter wollen bovenkleeding, dan is ook weer voor haar de eenige uitkomst een reisje naar Sjanghai en gezien het feit, dat men deze plaats met recht het „Parijs van het Oosten" noemt, is dit in het geheel geen straf of opoffering. FAR EAST. aan Rotferdamsche werven. Bij niet-inwilliging der voorwaarden op 30 Maart a.s. staking. De samenwerkende metaalbewerkersbonden hebben aan den metaalbond te 's Gravenhage het volgende schrijven gericht: De besprekingen met den rijksbemiddelaar omtrent het geschil met de betreffende onder nemingen: Wilton-Feijenoord, R. D. M., Nieuwe Waterweg, en P. Smit Jr., hebben tot onze te leurstelling geen bevredigend resultaat ge bracht. In verband daarmede besloten onze besturen gebruik te maken van de door de personeel-ledenvergaderingen ver leende machtiging tot het stellen van het ultimatum en deelen u mede, dat, wan neer vóór of op Woensdag 29 Maart a.s. ten opzichte van de in ons schrijven van 13 Februari 1939 genoemde punten in zake verhooging van loonen en verbete ring van andere arbeidsvoorwaarden, geen bevredigend resultaat is verkregen, op Donderdag 30 Maart a.s. de arbeid niet zal worden hervat. Wij voegen hieraan toe, dat onze besturen in 's lands belang (defensie-werken) hun mede werking willen verleenen om een conflict bij de betrokken ondernemingen te voorkomen en ver klaren zich bereid arbitrage met bindende uit spraak voor beide partijen over de nog in het geschil zijnde punten te aanvaarden. Voor de goede orde deelen wij u mede dat als dan als buiten het geschil staande moeten beschouwd worden de reeds door u toegezegde verhoogingen voor de jongeren en als de werkgevers hiertoe eveneens bereid zijn, wordt het ultimatum ingetrokken. Woensdagmiddag is te Gouda een gedeelte van den IJseldijk, welke bin nen de gemeente Gouda een schakel vormt in den verkeersweg Rotter damUtrecht, over een lengte van circa twintig meter en een breedte van vier tot vijf meter verzakt, waar door er een groot gat ter diepte van omsteeks vijf meter ontstond. De Groenedijkberm met de daarop staande boompjes en de kademuur van bazaltsteen met een zware ducdalf voor het meren van schepen aan de IJselkade zijn mede weg gezakt. Door deze dij kinstorting moest het verkeer van Rotterdam naar Utrecht en naar den Krimpenerwaard verlegd worden door de stad, langs de markt. Vermoedelijk is de dijk aan de IJselzijde door het water ondermijnd. De herstelwerk zaamheden zullen zeker eenige dagen in beslag nemen. DE „FORT DE SOUVILLE" VLOT GESLEEPT. Hedennacht om kwart over twee zijn de sleep- booten erin geslaagd het Fransch# s.s. „Fort de Souville", dat ter hoogte van Nieuwesluis op de Wester Schelde gestrand was, vlot te krijgen. COPIEER-INRICHTINC Nieuwe Gracht 35 Tel. 12455 Haarlem vervaardigt Uw BESTEKKEN, JAARVERSLAGEN, CONVO CATIES, CIRCULAIRES e. d. ACCURAAT EN VLUG BILLIJK TARIEF (Adv. ingez. Med Ik lees mijn krantje van vierhonderd pagina 's ALLES wat Amerika van belang vindt, komt op de voorpagina van de kran ten. Het krijgt een opschrift in dikke letters. Die „headlines" demonstreeren wat de publieke aandacht op zich richt. On solide en niet al te betrouwbare dagbladen hebben vele headlines. Van de Hearst-bladen is bijna iedere bladzijde „frontpage". Maar de betrouwbare degelijke kranten hebben eiken dag één voorpagina en zij behoeven zich geen geweld aan te doen om daarvoor dikke kop pen te vinden. Het. is niet te veel gezegd, wan neer ik de meening uitspreek dat er iedere week enkele honderden nieuwe onderwerpen opduiken, die een headline waard zijn. Europa interesseert ons. Amerika boezemt ons belang in. En op hoeveel gebieden beweegt zich de rustelooze mensch onzer dagen? Ieder gebied heeft zijn wekelijksche sensaties, die de vol gende week gestorven zijn en weggegleden in de vergetelheid. Een sterfelijk mensch met twee oogen en een hersenpan kan den wed loop met de actualiteit niet bijhouden. Het is vandaag een regenachtige Zondag en regenachtige Zondagen in New-York zijn even vervelend als in Zalt-Bommel. Zij leenen zich bij uitstek tot lezen. Ik had goede voornemens ten deze. Journalistieke goede voornemens. En ik ben met de New-York Times van dezen Zondag in een gezellige kamer in een gemak- kelijken stoel gaan zitten. Maar ik heb de wor steling moeten opgeven. Mijn krantje weegt ruim anderhalf kilo. Het heeft vierhonderd pagina's. Een nummer van het millioen exem plaren dat van de persen is gedaverd. Allemaal nieuws. Allemaal dingen die ons interesseeren. Ik heb brandende hoofdpijn van de belang stelling. En er is maar één troost, die doet glimlachen in wijsheid en berusting: over een week zal het belangrijkste belangrijke niet be langrijk meer zijn. Zullen deze vierhonderd maal een millioen dicht bedrukte bladzijden verloren zijn op den adem van den tijd. Gone with the windMaar enkele o, slechts enkele van die onderwerpen die Amerika interesseeren mogen hier voor een wijle ont rukt worden aan den tijd. De vergadering die de „German-American Bund", de vertegenwoordiger van de Derde- Rijksche Duitschers, hier heeft gehouden, heeft de aandacht op die activiteit gevestigd. Er waren twintigduizend menschen. En be halve de vechtpartijen bij het leegloopen van de zaal waren er twee incidenten, die nog be sproken worden. Dorothy Thompson, die de bekendste journaliste van Amerika is, heeft midden in een redevoering van den Ameri- kaansch-Duitschen „Leider" Kuhn luid ge lachen. Zij is door agenten naar de journalis ten-plaatsen geleid. Een jonge Jood is op het podium gesprongen en wilde den „leider" te lijf gaan. Natuurlijk is hem dit niet gelukt. Ordebewaarders in bruine uniformen hebben dezen toeleg verhinderd en den man toegeta keld voordat de politie hem kon ontzetten. Burgemeester La Guardia heeft bekend ge maakt dat geen „particuliere" ordebewaarders de orde mogen bewaren. Deze taak wordt aan de politie overgelaten, die ervoor berekend is. Maar dit alles mag onder de incidenten wor den gerangschikt. Het wijder perspectief ope nende gevolg is geweest, dat de algemeene aandacht gevestigd is op den Bund en op an dere fascistische en nationaal-socialistische stroomingen, organisaties en figuren in de Vereenigde Staten. De bladen die de spie gels zijn van de openbare belangstelling wijden daar veel aandacht aan. Wie denken mocht dat de Vereenigde Staten geen of nau welijks nazisme en fascisme kennen, krijgt uit het gepubliceerde wel een andere overtuiging. Hiermee wordt niet gezegd dat Amerika niet nog immer en in overgroote meerderheid de mocratisch, althans anti-totalitair gezind is. Maar men ziet in dat de ironische waar schuwing in litterairen vorm: „It can't hap pen here" aan satirische kracht niet heeft ingeboet. Een incident dat Amerika interesseert is dat waarvan de wereldberoemde zanger Gigli hoofdpersoon en verwekker is. Hij heeft, te ruggekeerd naar Rome met 80.000 in Amerika verdiende dollars, de Vereenigde Staten in het algemeen en de Metropolitan Opera en haar zangers individueel en in het bijzonder over den hekel gehaald. „De Vereenigde Staten", zoo zeide hij, „zijn rot en rijp voor omwente ling, de Metropolitan Opera is een corrupte instelling, haar kunstenaars zijn dien naam niet waard en over het paard getild". De aan gevallenen hebben zich verweerd. Grace Moorc noemde het een geval van zure druiven, Law rence Tibbett zeide: „Hooge noten moeten iemand naar het hoofd stijgen". De kwestie schijnt een lange en Gigli persoonlijk betref fende voorgeschiedenis te hebben, die to lang is en in wezen te onbelangrijk om hier uiteen te zetten. Persoonlijke oneenigheden zijn er de aanleiding toe geweest. In ieder goval is er veel over dit geval ge sproken en geschreven en was het een van de dingen die Amerika interesseerden. Een ander geval rakende de Muzen en de politiek-in-breedere-beteekenis was dat met, Marian Anderson, die omdat zij negerin is in Washington geen zaal. haar kunst waardig, kon vinden voor haar optreden. De details en de persoonlijke onaangename gevolgen Inte resseeren ons minder dan het licht, dat deze geschiedenis werpt op de eeuwige rassenkwes tie, die hier ook hier onverminderd blijft bestaan. De presidents-vrouwe zelve moge voor de beroemde neger-zangeres hebben stelling genomen door ostentatief te bedanken als lid van de American Daughters of the Revolution, die mede de oorzaak van dit conflict zijn ge weest, niemand zal kunnen ontkennen, dat de absolute scheiding tusschen zwart en blank bestaat, ook in die kringen, die politiek en formeel deze scheiding ontkennen, doch die haar in hun dagelijksche en sociale leven streng doorvoeren, of zij nu al republikein, democraat of conservatief, pro- of anti-Roose- velt zijn. De groote negerwijk Harlem is van deze scheiding een der meest tastbare uitingen en bewijzen. Het zijn twee werelden: de zwar te en de witte. En het lijkt vooralsnog aan ge rechtvaardigde twijfel onderhevig of die ooit één zullen worden. Ook het Ludlow-amendement heeft de alge meene belangstelling. Het is een amendement op de Grondwet, ingediend door volksverte genwoordiger Louis Ludlow, die zegt: „De eenige manier om uit oorlogen te blijven is om het volk te laten stemmen of het wel of niet in den oorlog wil gaan". Ik verafschuw den oorlog en daarom sta ik naast hen, die zich tegenstanders van Louis Ludlows amen dement verklaren. Want oorlog Is een feit. Oorlogsverklaringen maken geen oorlog. Oor logsverklaringen hadden tot doel althans eeni ge menschelijkheid in den oorlog te brengen. Dat is nu afgeloopen. Staten verklaren geen oorlog meer. Zij maken oorlog, zonder dat vooruit aan te kondigen. Het dagblad „Tele gram" schrijft terecht: „Wanneer ze oorlog tegen ons maken dan zijn we in oorlog, of we er nu tegen of voor stemmen. We kunnen er niet buiten blijven door te weigeren oorlog te verklaren of te wachten op den uitslag van een volksstemming". De heer Louis Ludlow is ongetwijfeld een goedgezind en idealistisch man, iemand die het wel meent met de menschen en die den oorlog als ieder weldenkend mensch uit het diepst van zijn ziel verafschuwt. Maar zijn „oplossing" voor wat de Vereenigde Staten betreft, is kinderlijk. Men zegt wel dat de Amerikanen kinderlijke menschen zijn. Ik kan dat niet beoordeelen: er zijn Amerikanen en Amerikanen, wel weet ik dat het initiatief van den heer Ludlow den denkenden Ameri kanen te kinderlijk is. Zij drijven er den spot mee. Een bekende grappenmaker (en bekende grappenmakers zingen altijd naar de pijpen van den mond des volks) schreef dat hij den kiezers dit stemrecht niet toevertrouwde: „want zij stemmen altijd voor sommige rede lijk-slechte candidaten en zij zullen ook voor sommige redelijk-slechte oorlogen stemmen, 't Zal er heelemaal van afhangen wie de beste sprekers zal hebben, de menschen die voor, of de menschen die tegen den oorlog zijn, en de beste orkesten en de beste radio-artlsten. En denkt u eens in, hoe dat in zijn werk zou gaan: een of ander land zou een Amerl- kaansch schip torpedeeren. En Oom Sam zou een referendum gaan organiseeren. En weken lang zouden we moeten luisteren naar ver schrikkelijke redevoeringen voor of tegen oorlog. Dat zou erger zijn dan de oorlog zelf". Dit schrijft een beroepsgrappenmaker, een van die leukers, die hun woorden en gedach ten niet op goudschaaltjes plegen te leggen. En die niet eens inzien hoe verschrikkelijk- waar en hoe afschuwelijk-wrang hun grap pigheid is. Goedmeenende mannen als Louis Ludlow, volksvertegenwoordiger, ten spijt. Ik heb hier slechts enkele van de dingen die Amerika interesseeren te berde gebracht. Maar er is zoo veel meer. Van Hollywood tot Washington. Daar is altijd pro- en contra Roosevelt en al diens politiek: economisch, mi litair, buitenlandsch, binnenlandsch. Daar ls de nieuwe Paus. Zijn verkiezing heeft hier enorme aandacht gehad Vele pagina's heb ben de bladen eraan gewijd. Aandacht die gaat van de (wellicht) politieke strekking van Pacelli's verkiezing tot het memoreeren van de meest particuliere details van zijn persoon lijk leven. (Geen courant hier die niet ver meld heeft dat de Paus zich met een elec- trisch scheerapparaat pleegt te scheren). Daar is de belangstelling voor den toestand in Europa. Voor de Hollywoodsche huwelijken (Hedy la Mar, de schoone Tsjechische gaat trouwen met Gene Markey, den filmprodu cer); daar is de tentoonstelling te New-York die haar voltooiing nadert. Daar zijn de pre- sidents-verkiezingen, het volgend jaar, die hun schaduwen ver vooruit werpen Het Zondagochtendblad weegt anderhalve kilo en is vierhonderd ferme bladzijden dik. Ik geef den strijd op. En ga heul voor mijn hoofdpijn zoeken in het regenachtige New- York New-York met regen op Zondag Zalt-Bommelaars gij behoeft mij niet te be nijden! Mr. E. ELIAS Burgemeester van drn Bommel vrijgesproken. Voor de strafkamer van het ITaagsehe Ge rechtshof heeft zich te verantwoorden gehad de 35-jarige L. G. L. L., burgemeester van de ge meente den Bommel, die in den tijd. dat hij al leen nog gemeente-secretaris was, een schilder zou hebben bewogen de gemeente voor een be drag van f 45 op te lichten. Voor dit feit was hem door de Rotterdamsche rechtbank een gevangenisstraf van veertien da gen opgelegd, welk vonnis de advocaat-generaal in hooger beroep bevestigd wilde zien. Het Hof heeft het tenlaste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen verklaard en den bur gemeester vrijgesproken. In de Guildhall te Londen werden Woensdag president Lebrun en zijn eehtgenoote door den Lord Mayor, sir Frank Bowater, ontvangen waarbij vele autoriteiten aanwezig waren. - Tijdens de rede ven den Franschen president

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 11