Winter in Japan»
Onderwerpen die Amerika
interesseeren
ULTIMATUM
Gedeelte van dijk bij
Gouda verzakt.
J. M. GERDING
DONDERDAG 23 MAART 1939
HAAREEM'S DAGBEAD
7
Een land met groote temperatuur
verschillen. Kachels in huur van
brandstoffenhandelaren. Moeilijk
heden met de kleeding.
WANNEER wij hier in Japan in de
maanden Juli en Augustus onder de
gloeiende vochtige tropische hitte
loopen te transpireeren en te zuch
ten, dan is er wel niemand onder ons, die er
zich ten volle rekenschap van geeft, dat in en
kele maanden en wel zoo tegen half October-
begin November reeds weer de tijd aangebro
ken is om zich gereed te maken voor den win
ter.
Deze tijd is voor ons Europeanen vreem
delingen, die hier in Japan wonen niet zoo
erg als voor de Japanners, doch het feit, dat
we in een jaar tijds met korte tusschenpoo-
zen alle temperaturen doormaken van vries
kou tot tropische hitte, maakt, dat na verloop
van enkele jaren wij Hollanders, die toch in
eigen land in herfst en winter niet verwend
zijn, het al spoedig koud vinden, sneller dan in
het vaderland.
Daarbij komt dan nog, dat de huizen er niet
op gebouwd zijn om de koude zooveel mogelijk
buiten te houden. Voor het grootste gedeelte
zijn ze van hout, over het algemeen vrij oud,
terwijl ramen noch deuren voldoende sluiten,
zoodat wanneer het winderig weer is, wat
hier nogal eens voorkomt, een overvloedige
hoeveelheid koude lucht naar binnen kan ko
men en zorgt voor meer dan voldoende ven
tilatie.
Dit openbaart zich speciaal door een voort-
durenden tocht langs den grond, waardoor
iedereen koude voeten, krijgt.
Vele huizen,, waaronder voornamelijk de
nieuwere, hebben geen speciale stookplaatsen
in de kamers, in welk geval de bewoner ge
dwongen is ergens een gat in den buitenmuur
van de kamers, die men verwarmen wil, te la
ten aanbrengen, waardoor men de kachelpij
pen naar buiten kan laten komen. In andere
woningen heeft men open haarden, doch over
het algemeen zijn deze óf zeer slecht ge
maakt, zoodat men bij het aanmaken een
paar uren in den rook kan zitten, dan wel zijn
zij zóó klein, dat men er zoo goed als geen
warmte van krijgt, zoodat men gedwongen is
rondom en vlak op den haard te zitten, aan
gezien het op enkele meters afstand precies
is alsof er geen verwarming in de kamer is.
Het gevolg is dan ook dat in zeer vele ge
vallen de bewoners geen gebruik maken van
die open haarden, doch deze vervangen door
een kolenkachel. Bij uitzondei'ing heeft men
dan nog enkele, meestal ten behoeve, van
groote buitenlandsche maatschappijen ge
bouwde huizen, die alhoewel eveneens opge
trokken van hout, centrale verwarming heb
ben.
IJzeren gevaarten.
Het grootste gedeelte der vreemdelingen
moet het hier dan ook in den winter doen
met kolenkachels, van die geweldige ijzeren
gevaarten, die ook onze grootmoeders wel in
huis hadden. Als sieraad behoeft men ze nu
juist niet in de kamers te plaatsen en zoodra
het met de koude is afgeloopen laat men ze
zoo spoedig mogelijk verdwijnen, doch ze ge
ven tenminste, mits men een behoorlijke
kwaliteit anthraciet, of wat daar hier voor
doorgaat, kan krijgen, voldoende warmte.
Meestal trachtte men dergelijke kachels te hu
ren, zoodat men er dan in den zomer geen om
kijken meer naar had en het risico van repara
tie werd gedragen door den verhuurder. Als
zoodanig traden op de handelaars in kolen (ge
durende den zomer leveren deze het ijs) die
zich langzamerhand op verkoopingen tweede-
handsch kachels aanschaften en deze voor een
seizoen aan geïnteresseerden verhuurden. Tot
voor enkele jaren vroeg men hiervoor tusschen
5 Yen en 15 Yen per stuk per seizoen, doch sinds
er geen nieuwe kachels meer gemaakt mogen
worden en men dus slechts de beschikking heeft
over een beperkte hoeveelheid, die niet meer
aangevuld kan worden, zijn deze prijzen in het
laatste seizoen meer dan verdubbeld.
De brandstoffen.
De groote moeilijkheid is wel het verkrijgen
van een behoorlijke kwaliteit brandstoffen. Men
vraagt natuurlijk naar anthraciet, doch men
ontvangt iets, dat daar misschien vroeger wel
eens naast gelegen heeft, doch dat men thans
beter met „zoogenaamd" zou kunnen betitelen.
Over het algemeen zijn het meer steenen dan
kool, die de kachel in een of twee dagen volko
men verstoppen.
De prijzen voor die brandstof zijn ook al ten
gevolge van den oorlog, aanmerkelijk gestegen.
Het Gouvernement heeft echter ingegrepen en
maximumprijzen vastgesteld, met het gevolg,
dat wij thans onze „anthraciet" kunnen koo-
pen tot ongeveer 60/65 Yen per ton.
De kolenhandelaar levert u dit goed in mand
jes, waai'van er ongeveer 20 in een ton gaan,
d.w.z. u krijgt 20 mandjes: met een zekere han
digheid en bovendien, doordat men de gewoonte
heeft u die brandstof thuis te bezorgen spe
ciaal bij avond, wanneer het dus idonker is en
niemand er aan denkt om er bij te gaan staan
om te controleeren of men wel precies ontvangt,
waarvoor men betaalt, zal men er over het alge
meen nog heel wat extra's uit weten te halen.
Nog onlangs lazen wij een berichtje in de bla
den als herinnering aan de gewoonten van en
kele tientallen jaren geleden, waarin ook sprake
was van een kolenhandelaar, die toen men hem
er op attent maakte, dat hij meer berekende dan
afgesproken was, antwoordde, dat hij tegen den
aanvankelijk door hem genoemden prijs niet
•ko;- leveren, omdat mevrouw bij het afleveren
al te nauwkeurig had toegezien en er op ge
staan had, dat het juiste aantal mandjes met
het juiste gewicht zouden worden gegeven en
daarop was zijn oorspronkelijke prijs niet be
rekend
Het is duidelijk, dat tengevolge van den ver
hoogden prijs voor de kolen, alsmede het feit,
dat men in 99 van de 100 gevallen een minder
waardige kwaliteit geleverd krijgt, terwijl ver
der Japan een-land is, waar de electriciteit zeer
goedkoop geleverd kan worden, velen er toe zou
den willen overgaan tot het aanschaffen of even
tueel huren van electrische kachels of haarden.
Alhoewel de eenheidsprijs per kilowatt vrij ge
ring is, wordt de maandrekening door het aan
tal kachels dat men noodig heeft, toch nog zeer
hoog en komt men al gemakkelijk tot 125 of 150
Yen per maand voor een niet al te groot huis.
Daarom moeten velen hiervan afzien wegens
pecuniaire overwegingen en zich tevreden stel
len met de kolenkachels, die aan brandstof in
een seizoen, dat loopt van begin November tot
eind April begin Mei, gemiddeld 60 Yen per
maand verstoken.
In de kantoren heeft men over het algemeen
centrale verwarming, doch de gewoonte is, dat
men die zoo tegen drie uur 's middags sluit, zoo
dat het dan na een uur al vrij koud begint te
worden.
In diverse kantoren, waar Europeanen wer
ken is het dan ook al de gewoonte geworden,
dat men voor eigen rekening naast de centrale
verwarming die door den eigenaar van het kan
toor wordt geleverd, een kolenkachel laat bran
den: een gat In den buitenmuur is gauw ge
maakt en het schaadt het interieur in het ge
heel niet
De kleeding'.
Buitenshuis moet men de warmte zoeken in
de kleeding ,doch zoo langzamerhand wordt het
hoe langer hoe moeilijker om geschikte kleeren
aan te schaffen. Het gebruik van katoen voor
het binnenland is geheel verboden, ook zuiver
wollen kleedingstukken zijn niet meer ver
krijgbaar: het eenige, wat men nog in dit genre
verkoopt is een mixture van wol en „staple"
fiber, of wol en zijde. Vooral voor het eerstge
noemde artikel heeft men op alle mogelijke
wijzen propaganda gemaakt, doch men is er
niet in geslaagd het populair te maken, noch
onder de Europeanen, noch onder de Japanners.
Terwijl men tot voor het begin van de cam
pagne in China zuiver wollen kleedingstukken
en wij bedoelen hiermede speciaal ondergoed,
te kust en te keur kon krijgen voor betrekke
lijk lage prijzen heeft men thans in het geheel
geen keus terwijl men aanmerkelijk hoogere
prijzen moet betalen voor een kwaliteit, die verre
inferieur is aan hetgeen men vroeger kon koo-
pen. Naast deze half wollen goederen heeft men
dan nog de geheel uit staple fiber gemaakte
kleedingstukken, die weliswaar wolachtig aan
voelen (zacht en dik), doch na het wasschen
sterk krimpen en dunner worden.
Op het oogenblik zijn er natuurlijk velen, die
nog de beschikking hebben over in vorige jaren
aangelegden voorraad, speciaal wat de volwas
senen betreft, doch wanneer men daar eenmaal
doorheen Is, dan zal men toch wel moeten over
gaan op datgene, wat hier gemaakt wordt, aan
gezien, zooals wel vanzelf spreekt, de aanvoer
uit het buitenland voor importeurs en winke
liers, dus in het groot, totaal verboden is,
Een reisje naar Sjanghai.
De Europeanen kunnen zich over het alge->
meen nog wel de weelde veroorloven in het be
gin van den winter naar Sjanghai te gaan, waar
alles nog te kust en te keur te krijgen is en
tegen niet al te hooge prijzen, omdat er prac-
tisch geen invoerrechten op betaald worden en
talloos velen hebben hiervan in het begin van
dit winterseizoen gebruik gemaakt. Dit werd nog
gestimuleerd door het feit, dat men de reis vice-
versa practisch gratis had door het koersverschil
tusschen de Yen in Sjanghai en in Japan. Al
kwam men met volle koffers aan lijfgoederen
uit Sjanghai terug, de douane in Japan heeft er
nimmer aanmerking op gemaakten 't is ons niet
bekend, dat iemand er ooit invoerrechten voor
heeft moeten betalen.
De moeilijkheid wordt echter de bovenklee-
ding, die hier uit den aard der zaak voor de
mannelijke sexe ook niet meer te krijgen is:
voor velen mag het financieel mogelijk zijn naar
Sjanghai te gaan, doch de tijd ontbreekt, aan
gezien men toch minstens tien dagen moet weg
blijven, om enkele pakken te laten maken.
Over de vrouwelijke sexe behoeven wij hier in
dit verband niet te spreken, omdat deze, wellicht
met uitzondering van de wintermantels zich wat
de bovenkleeding betreft, voldoende kan voor
zien in Japan, daar men toch grootendeels zij
den kleeding draagt, welk genre in Japan wordt
gemaakt. Wil men echter wollen bovenkleeding,
dan is ook weer voor haar de eenige uitkomst
een reisje naar Sjanghai en gezien het feit, dat
men deze plaats met recht het „Parijs van het
Oosten" noemt, is dit in het geheel geen straf
of opoffering.
FAR EAST.
aan Rotferdamsche werven.
Bij niet-inwilliging
der voorwaarden
op 30 Maart a.s. staking.
De samenwerkende metaalbewerkersbonden
hebben aan den metaalbond te 's Gravenhage het
volgende schrijven gericht:
De besprekingen met den rijksbemiddelaar
omtrent het geschil met de betreffende onder
nemingen: Wilton-Feijenoord, R. D. M., Nieuwe
Waterweg, en P. Smit Jr., hebben tot onze te
leurstelling geen bevredigend resultaat ge
bracht.
In verband daarmede besloten onze
besturen gebruik te maken van de door
de personeel-ledenvergaderingen ver
leende machtiging tot het stellen van het
ultimatum en deelen u mede, dat, wan
neer vóór of op Woensdag 29 Maart a.s.
ten opzichte van de in ons schrijven van
13 Februari 1939 genoemde punten in
zake verhooging van loonen en verbete
ring van andere arbeidsvoorwaarden,
geen bevredigend resultaat is verkregen,
op Donderdag 30 Maart a.s. de arbeid
niet zal worden hervat.
Wij voegen hieraan toe, dat onze besturen in
's lands belang (defensie-werken) hun mede
werking willen verleenen om een conflict bij de
betrokken ondernemingen te voorkomen en ver
klaren zich bereid arbitrage met bindende uit
spraak voor beide partijen over de nog in het
geschil zijnde punten te aanvaarden.
Voor de goede orde deelen wij u mede
dat als dan als buiten het geschil
staande moeten beschouwd worden de
reeds door u toegezegde verhoogingen
voor de jongeren en als de werkgevers
hiertoe eveneens bereid zijn, wordt het
ultimatum ingetrokken.
Woensdagmiddag is te Gouda een
gedeelte van den IJseldijk, welke bin
nen de gemeente Gouda een schakel
vormt in den verkeersweg Rotter
damUtrecht, over een lengte van
circa twintig meter en een breedte
van vier tot vijf meter verzakt, waar
door er een groot gat ter diepte van
omsteeks vijf meter ontstond.
De Groenedijkberm met de daarop staande
boompjes en de kademuur van bazaltsteen
met een zware ducdalf voor het meren van
schepen aan de IJselkade zijn mede weg
gezakt.
Door deze dij kinstorting moest het verkeer
van Rotterdam naar Utrecht en naar den
Krimpenerwaard verlegd worden door de
stad, langs de markt.
Vermoedelijk is de dijk aan de IJselzijde
door het water ondermijnd. De herstelwerk
zaamheden zullen zeker eenige dagen in
beslag nemen.
DE „FORT DE SOUVILLE" VLOT GESLEEPT.
Hedennacht om kwart over twee zijn de sleep-
booten erin geslaagd het Fransch# s.s. „Fort de
Souville", dat ter hoogte van Nieuwesluis op de
Wester Schelde gestrand was, vlot te krijgen.
COPIEER-INRICHTINC
Nieuwe Gracht 35 Tel. 12455 Haarlem
vervaardigt Uw BESTEKKEN,
JAARVERSLAGEN, CONVO
CATIES, CIRCULAIRES e. d.
ACCURAAT EN VLUG BILLIJK TARIEF
(Adv. ingez. Med
Ik lees mijn krantje van
vierhonderd pagina 's
ALLES wat Amerika van belang vindt,
komt op de voorpagina van de kran
ten. Het krijgt een opschrift in dikke
letters. Die „headlines" demonstreeren
wat de publieke aandacht op zich richt. On
solide en niet al te betrouwbare dagbladen
hebben vele headlines. Van de Hearst-bladen
is bijna iedere bladzijde „frontpage". Maar de
betrouwbare degelijke kranten hebben eiken
dag één voorpagina en zij behoeven zich geen
geweld aan te doen om daarvoor dikke kop
pen te vinden. Het. is niet te veel gezegd, wan
neer ik de meening uitspreek dat er iedere
week enkele honderden nieuwe onderwerpen
opduiken, die een headline waard zijn. Europa
interesseert ons. Amerika boezemt ons belang
in. En op hoeveel gebieden beweegt zich de
rustelooze mensch onzer dagen? Ieder gebied
heeft zijn wekelijksche sensaties, die de vol
gende week gestorven zijn en weggegleden in
de vergetelheid. Een sterfelijk mensch met
twee oogen en een hersenpan kan den wed
loop met de actualiteit niet bijhouden.
Het is vandaag een regenachtige Zondag en
regenachtige Zondagen in New-York zijn even
vervelend als in Zalt-Bommel. Zij leenen zich
bij uitstek tot lezen. Ik had goede voornemens
ten deze. Journalistieke goede voornemens. En
ik ben met de New-York Times van dezen
Zondag in een gezellige kamer in een gemak-
kelijken stoel gaan zitten. Maar ik heb de wor
steling moeten opgeven. Mijn krantje weegt
ruim anderhalf kilo. Het heeft vierhonderd
pagina's. Een nummer van het millioen exem
plaren dat van de persen is gedaverd. Allemaal
nieuws. Allemaal dingen die ons interesseeren.
Ik heb brandende hoofdpijn van de belang
stelling. En er is maar één troost, die doet
glimlachen in wijsheid en berusting: over een
week zal het belangrijkste belangrijke niet be
langrijk meer zijn. Zullen deze vierhonderd
maal een millioen dicht bedrukte bladzijden
verloren zijn op den adem van den tijd. Gone
with the windMaar enkele o, slechts
enkele van die onderwerpen die Amerika
interesseeren mogen hier voor een wijle ont
rukt worden aan den tijd.
De vergadering die de „German-American
Bund", de vertegenwoordiger van de Derde-
Rijksche Duitschers, hier heeft gehouden,
heeft de aandacht op die activiteit gevestigd.
Er waren twintigduizend menschen. En be
halve de vechtpartijen bij het leegloopen van
de zaal waren er twee incidenten, die nog be
sproken worden. Dorothy Thompson, die de
bekendste journaliste van Amerika is, heeft
midden in een redevoering van den Ameri-
kaansch-Duitschen „Leider" Kuhn luid ge
lachen. Zij is door agenten naar de journalis
ten-plaatsen geleid. Een jonge Jood is op het
podium gesprongen en wilde den „leider" te
lijf gaan. Natuurlijk is hem dit niet gelukt.
Ordebewaarders in bruine uniformen hebben
dezen toeleg verhinderd en den man toegeta
keld voordat de politie hem kon ontzetten.
Burgemeester La Guardia heeft bekend ge
maakt dat geen „particuliere" ordebewaarders
de orde mogen bewaren. Deze taak wordt aan
de politie overgelaten, die ervoor berekend is.
Maar dit alles mag onder de incidenten wor
den gerangschikt. Het wijder perspectief ope
nende gevolg is geweest, dat de algemeene
aandacht gevestigd is op den Bund en op an
dere fascistische en nationaal-socialistische
stroomingen, organisaties en figuren in de
Vereenigde Staten. De bladen die de spie
gels zijn van de openbare belangstelling
wijden daar veel aandacht aan. Wie denken
mocht dat de Vereenigde Staten geen of nau
welijks nazisme en fascisme kennen, krijgt uit
het gepubliceerde wel een andere overtuiging.
Hiermee wordt niet gezegd dat Amerika niet
nog immer en in overgroote meerderheid de
mocratisch, althans anti-totalitair gezind is.
Maar men ziet in dat de ironische waar
schuwing in litterairen vorm: „It can't hap
pen here" aan satirische kracht niet heeft
ingeboet.
Een incident dat Amerika interesseert is dat
waarvan de wereldberoemde zanger Gigli
hoofdpersoon en verwekker is. Hij heeft, te
ruggekeerd naar Rome met 80.000 in Amerika
verdiende dollars, de Vereenigde Staten in het
algemeen en de Metropolitan Opera en haar
zangers individueel en in het bijzonder over
den hekel gehaald. „De Vereenigde Staten",
zoo zeide hij, „zijn rot en rijp voor omwente
ling, de Metropolitan Opera is een corrupte
instelling, haar kunstenaars zijn dien naam
niet waard en over het paard getild". De aan
gevallenen hebben zich verweerd. Grace Moorc
noemde het een geval van zure druiven, Law
rence Tibbett zeide: „Hooge noten moeten
iemand naar het hoofd stijgen". De kwestie
schijnt een lange en Gigli persoonlijk betref
fende voorgeschiedenis te hebben, die to lang
is en in wezen te onbelangrijk om hier uiteen
te zetten. Persoonlijke oneenigheden zijn er
de aanleiding toe geweest.
In ieder goval is er veel over dit geval ge
sproken en geschreven en was het een van de
dingen die Amerika interesseerden.
Een ander geval rakende de Muzen en de
politiek-in-breedere-beteekenis was dat met,
Marian Anderson, die omdat zij negerin is in
Washington geen zaal. haar kunst waardig,
kon vinden voor haar optreden. De details en
de persoonlijke onaangename gevolgen Inte
resseeren ons minder dan het licht, dat deze
geschiedenis werpt op de eeuwige rassenkwes
tie, die hier ook hier onverminderd blijft
bestaan. De presidents-vrouwe zelve moge voor
de beroemde neger-zangeres hebben stelling
genomen door ostentatief te bedanken als lid
van de American Daughters of the Revolution,
die mede de oorzaak van dit conflict zijn ge
weest, niemand zal kunnen ontkennen, dat de
absolute scheiding tusschen zwart en blank
bestaat, ook in die kringen, die politiek en
formeel deze scheiding ontkennen, doch die
haar in hun dagelijksche en sociale leven
streng doorvoeren, of zij nu al republikein,
democraat of conservatief, pro- of anti-Roose-
velt zijn. De groote negerwijk Harlem is van
deze scheiding een der meest tastbare uitingen
en bewijzen. Het zijn twee werelden: de zwar
te en de witte. En het lijkt vooralsnog aan ge
rechtvaardigde twijfel onderhevig of die ooit
één zullen worden.
Ook het Ludlow-amendement heeft de alge
meene belangstelling. Het is een amendement
op de Grondwet, ingediend door volksverte
genwoordiger Louis Ludlow, die zegt: „De
eenige manier om uit oorlogen te blijven is
om het volk te laten stemmen of het wel of
niet in den oorlog wil gaan". Ik verafschuw
den oorlog en daarom sta ik naast hen, die
zich tegenstanders van Louis Ludlows amen
dement verklaren. Want oorlog Is een feit.
Oorlogsverklaringen maken geen oorlog. Oor
logsverklaringen hadden tot doel althans eeni
ge menschelijkheid in den oorlog te brengen.
Dat is nu afgeloopen. Staten verklaren geen
oorlog meer. Zij maken oorlog, zonder dat
vooruit aan te kondigen. Het dagblad „Tele
gram" schrijft terecht: „Wanneer ze oorlog
tegen ons maken dan zijn we in oorlog, of we
er nu tegen of voor stemmen. We kunnen er
niet buiten blijven door te weigeren oorlog te
verklaren of te wachten op den uitslag van
een volksstemming".
De heer Louis Ludlow is ongetwijfeld een
goedgezind en idealistisch man, iemand die
het wel meent met de menschen en die den
oorlog als ieder weldenkend mensch uit het
diepst van zijn ziel verafschuwt. Maar zijn
„oplossing" voor wat de Vereenigde Staten
betreft, is kinderlijk. Men zegt wel dat de
Amerikanen kinderlijke menschen zijn. Ik kan
dat niet beoordeelen: er zijn Amerikanen en
Amerikanen, wel weet ik dat het initiatief
van den heer Ludlow den denkenden Ameri
kanen te kinderlijk is. Zij drijven er den spot
mee. Een bekende grappenmaker (en bekende
grappenmakers zingen altijd naar de pijpen
van den mond des volks) schreef dat hij den
kiezers dit stemrecht niet toevertrouwde:
„want zij stemmen altijd voor sommige rede
lijk-slechte candidaten en zij zullen ook voor
sommige redelijk-slechte oorlogen stemmen,
't Zal er heelemaal van afhangen wie de beste
sprekers zal hebben, de menschen die voor, of
de menschen die tegen den oorlog zijn, en
de beste orkesten en de beste radio-artlsten.
En denkt u eens in, hoe dat in zijn werk
zou gaan: een of ander land zou een Amerl-
kaansch schip torpedeeren. En Oom Sam zou
een referendum gaan organiseeren. En weken
lang zouden we moeten luisteren naar ver
schrikkelijke redevoeringen voor of tegen
oorlog. Dat zou erger zijn dan de oorlog zelf".
Dit schrijft een beroepsgrappenmaker, een
van die leukers, die hun woorden en gedach
ten niet op goudschaaltjes plegen te leggen.
En die niet eens inzien hoe verschrikkelijk-
waar en hoe afschuwelijk-wrang hun grap
pigheid is. Goedmeenende mannen als Louis
Ludlow, volksvertegenwoordiger, ten spijt.
Ik heb hier slechts enkele van de dingen
die Amerika interesseeren te berde gebracht.
Maar er is zoo veel meer. Van Hollywood tot
Washington. Daar is altijd pro- en contra
Roosevelt en al diens politiek: economisch, mi
litair, buitenlandsch, binnenlandsch. Daar ls
de nieuwe Paus. Zijn verkiezing heeft hier
enorme aandacht gehad Vele pagina's heb
ben de bladen eraan gewijd. Aandacht die
gaat van de (wellicht) politieke strekking van
Pacelli's verkiezing tot het memoreeren van
de meest particuliere details van zijn persoon
lijk leven. (Geen courant hier die niet ver
meld heeft dat de Paus zich met een elec-
trisch scheerapparaat pleegt te scheren).
Daar is de belangstelling voor den toestand
in Europa. Voor de Hollywoodsche huwelijken
(Hedy la Mar, de schoone Tsjechische gaat
trouwen met Gene Markey, den filmprodu
cer); daar is de tentoonstelling te New-York
die haar voltooiing nadert. Daar zijn de pre-
sidents-verkiezingen, het volgend jaar, die
hun schaduwen ver vooruit werpen
Het Zondagochtendblad weegt anderhalve
kilo en is vierhonderd ferme bladzijden dik.
Ik geef den strijd op. En ga heul voor mijn
hoofdpijn zoeken in het regenachtige New-
York New-York met regen op Zondag
Zalt-Bommelaars gij behoeft mij niet te be
nijden!
Mr. E. ELIAS
Burgemeester van drn Bommel
vrijgesproken.
Voor de strafkamer van het ITaagsehe Ge
rechtshof heeft zich te verantwoorden gehad de
35-jarige L. G. L. L., burgemeester van de ge
meente den Bommel, die in den tijd. dat hij al
leen nog gemeente-secretaris was, een schilder
zou hebben bewogen de gemeente voor een be
drag van f 45 op te lichten.
Voor dit feit was hem door de Rotterdamsche
rechtbank een gevangenisstraf van veertien da
gen opgelegd, welk vonnis de advocaat-generaal
in hooger beroep bevestigd wilde zien.
Het Hof heeft het tenlaste gelegde niet wettig
en overtuigend bewezen verklaard en den bur
gemeester vrijgesproken.
In de Guildhall te Londen werden Woensdag president Lebrun en zijn eehtgenoote door den Lord Mayor, sir Frank Bowater, ontvangen
waarbij vele autoriteiten aanwezig waren. - Tijdens de rede ven den Franschen president