Haarlem's Dagblad Daladier's Antwoord. Verkiezingsvoorspel. Rechtsbijstand 2000 Nederland's onaantastbaarheid. Ernstig vliegongeluk in Indië. Het Belangrijkste 56e Jaargang No. 17110 Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courant-Uitgaven en Algem. Drukkerij N.V. Bureaux: Groote Houtstraat 93, bijkantoor Soendaplein 37. Fostgirodienst 38810. Drukkerij: Znider Buiten Spaarne 12. Telefoon: Directie 13082,Hoofdred. 15054 Redactie 10600, Drukkerij 10132, 12713 A dm in. 10724, 14825. Soendaplein 12230. Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen Directie: P. W. PEEREBOOM EN ROBERT PEEREBOOM Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM Donderdag 30 Maart 1939 Abonnementen per week f 0.25. p. maand f 1.10. per 3 maanden f 3.25. franco per post f 3.55. losse nummers 6 cent per ex. Advertentiën i 1-5 regels f 1.75, elke regel meer f 0.35. Reclames f 0.60 per regeL Regelabonnementatarieven op aanvraag Vraag en aanbod 1-4 regels f 0.60. elk* regel meer f 0.15. Groentjes zie rubriek. De Fransche minister-president Edouard Daladier heeft niet nagelaten Mussolini dui delijk van antwoord te dienen. In een krachtig, sober geformuleerd betoog heeft hij de Fran sche houding zeer scherp bepaald. Het komt hierop neer: Wij willen wel onderhandelen betreffende Tunis, Dzjiboeti en het Suez- Kanaal, maar wij zullen daartoe niet den eersten stap doen en zullen geen duimbreed gronds noch een enkel recht afstaan. Gij hebt gezegd dat gij uw eischen reeds duidelijk ge formuleerd hebt in uw nota van 17 December, maar dat is onwaar. Zij zijn er niet in uit eengezet. Wij zullen die nota openbaar maken. Vanavond nog. Verder verzekeren wij u dat wij Franschen ons sterker en nauwer vereend dan ooit gevoelen en aan iedere agressie het hoofd zullen bieden. Onze arbeidsorganisatie en onze financiën zijn hersteld, onze weer macht is op volle kracht, wij hebben volko men vertrouwen in ons bondgenootschap met Engeland. Wij hopen dat de vrede gered zal worden, want wij haten den oorlog. Maar mochten wij tot een oorlog gedwongen worden als eenig alternatief voor vernedering en eer loosheid, dan zouden wij als één man oprijzen voor de verdediging van onze vrijheid. Wij zijn in staat die te bewaren. Wij willen den oorlog niet. Wij willen Euro pa helpen zichzelf te redden. Inderdaad is er geen mensch, die thans niet weet dat de oor log een ramp zou zijn voor alle naties. Nie mand zou beschut zijn tegen vernietiging, Maar wij zullen hem aanvaarden als onze vrij - heid bedreigd wordt". Dit is in hoofdzaak het betoog van Daladier. Hij heeft het doen volgen door de publica tie van de Italiaansche nota van 17 December. Inderdaad ontbreekt daarin een omschrijving van Italiaansche eischen betreffende Tunis, Dzjiboeti en het Suez Kanaal. De beteekenis van deze rede, die in de Engel- sche en Amerikaansche pers met algemeenen bijval is ontvangen, is niet te loochenen. En evenmin het gezag van den man die haar uit gesproken heeft. Daladier is nu bijna een jaar aan het bewind en heeft weinige dagen leden volmachten van het parlement gekre gen die hem voor den tijd van acht maanden vrijheid geven, met zijn ministers de lands verdediging te versterken en te regelen zooals dat de regeering goeddunkt. Door zijn door zettend en vastberaden optreden is hij erin geslaagd, de ontwrichting van het bedrijfs leven te overwinnen en in eenige maanden tijds een volkomen financiëel herstel te be werken. Hij geniet een gezag en een vertrou- wen zooals sinds Poincaré geen enkele Fran sche premier heeft bezeten. En hij heeft ampel bewezen geen phraseur, geen mooiprater te zijn. Ofschoon hij afkomstig is uit de licht bewogen, spraakzame en tot fantasie geneigde bevolking der Midi is hij een stugge, bedaarde man van weinig woorden. Hij houdt zelfs geen bloemrijke redevoeringen, die in Frankrijk, het land der welsprekendheid, zoo veelvuldig zijn. Hij is sober, nuchter in zijn woordkeus. Zijn optreden en redenaarsstijl zouden die van een Engelschen of Nederlandschen be windsman kunnen zijn. Er is geen verschil. Zijn uiterlijke stugheid hij glimlacht zelfs maar heel zelden doet overigens meer den ken aan een Poincaré. Men kan dezen man moeilijk als een bluffer voorstellen, als hij van Frankrijks kracht en vastberadenheid spreekt. Men heeft hem nooit hooren opsnijden. De historie heeft overigens geleerd, dat in critieke omstandigheden Frankrijk immer in staat is gebleken, zich met verwonderlijke snelheid uit de grootste moeilijkheden en verwarringen omhoog te werken en dat het dan altijd de juiste leiders weet te vinden. Bovendien kan het altijd staat maken op zijn onuitputtelijken natuurlijken rijkdom. Het is het rijkste land van Europa. De rede van Daladier is in de Italiaansche ochtendbladen in zeer verkorten vorm en zon der commentaar opgenomen, naar Reuter meldt. Moeten wij na deze rede nu een verhoogd oorlogsgevaar zien? Neen. Dat geloof ik niet. Waarschijnlijk is dat deze besliste houding van Frankrijk de sfeer verhelderen zal en Mussolini tot inbinden bewegen. Hij kan on derhandelen over het statuut der Italianen in Tunis, over den spoorweg Dzjiboeti-Addis Abeba, over commerciëele voordeelen in Dzji boeti en over den raad van bestuur en de tarieven van het Suez-Kanaal. Dat is dus geen „Nooit!" van Daladier, zooals de Messagero, het eenige Italiaansche blad dat vanmorgen een meening in zijn „kop" boven de rede heeft gezet, wil doen voorkomen. Maar met dreigen komt de Italiaansche dictator niet verder. Dat is hem nu duidelijk gemaakt en het moest wel gebeuren. Het was volkomen te voorzien. De toestand is dus niet verergerd. R. P. Wij hooren weer met aanzwellend gerommel De nadering van den verkiezingsstrijd, Het wekt den kiezer weer uit zijn gedommel, Waarin hij verzonken was langen tijd. Wij lezen weer lijsten van candidaten, Veel oude namen, met nieuwe erbij, De volgorde van Provinciale Staten, In lijsten genummerd naar de partij. Er wordt weer gesproken en weer geschreven. Met slaan op de borst en met kracht en klem Het wordt ons weer dik zwart op wit gegeven, In wedijver om onze schoone stem. Er wordt ook alweer openbaar vergaderd, Omgeven door allerlei druk gedoe, Naarmate de dag der verkiezing nadert, Neemt alles gestadig in tempo toe. De kiezer is keizer wordt weer de orde, Naast hem is de kiezeres keizerin Wij voelen ons niet zoozeer machtig worden, Maar voelen de plicht en lossen die in. Er wordt weer naar onze gunsten gedongen Als koor op 't gemengd politiek terrein. En wordt er eenstemmig ook niet gezongen. Het moge toch zonder een wanklank zijn. P. GASUS. KRANEVELD - JACOBIJNE STRAAT 10. Strafzaken - dagvaarding - faillissement - request enz. ADVIES 80 ets. Kant. 95 's av. 78 u. TELEF. 20707. (Adv. Ingez. Med.) Frankrijk staat niets van zijn er on d af. Maar blijft bereid Italiaansche voorstellen in overweging te nemen. In zijn Woensdagavond gehouden radiorede constateerde de Fran sche minister-president Daladier, dat Frankrijk nimmer zoo eendrach tig, vastberaden en krachtig is geweest als thans. Ten aanzien van de Italiaansche ver langens zeide Daladier, dat Frank rijk geen duimbreed van zijn grond zal afstaan. Wel blijft de regeering bereid Italiaansche voorstellen in overweging te nemen. Voor het verslag van de rede en de reactie daarop in Europa en Amerika, zie men elders in dit nummer. DLTTSCHE BESPREKINGEN MET IETLAND AFGEBROKEN. RIGA. 30 Maart (Router) De onderhan delingen tusschen een Duitsche regeerings- missie en de Letlandsche regeering betreffende de levering van verschillende houtproducten aan Duitschland in 1939 ijn afgebroken. De Duitschers drongen aan op een korting van 10 pCt. in de prijzen van verleden jaar. terwijl de Letlandsche regeering minstens dezelfde ptrijzen verwacht had. Het is nog niet zeker of de onderhandelingen hervat zullen worden, maar naar verluidt zal de Letlandsche re geering de komende weken een verzoek uit Berlijn ontvangen om aldaar de besprekingen te hervatten. NIEUWS VAN ONZE TENTOONSTELLING Op naar de bezoekers I en POLYGOON KOMT FILMEN De toestand in Palestina. JERUZALEM. 30 Maart (Havas) De staking van de Arabieren is vrijwel volledig. De militaire commandanten hebben strenge Maatregelen genomen, o.a. is te Jaffa het Terbod uitgevaardigd zich op straat te bevin den. Men is er verder in geslaagd den rebellen leider Bachdi Ahmed te arresteeren, teza men met een aantal andere verdachten. De daden van terreur duren voort, gisteren zijn vier personen gedood en vijf gewond. Vandaag is er loeer belangrijk nieuws van onze tentoonstelling Wat doet U in Uw vrijen tijd?" te melden. In de eer ste plaats: we zijn op weg naar de 2000 bezoekers. Woensdag is een recorddag geworden, en het ziet er naar uit dat vandaag de 2000ste bezoeker onze Tij dingzaal zal betreden. In de tioeede plaats: Polygoon komt filmen! Morgenochtend zullen de opera teurs van de Haarlemsche filmfabriek in onze Tijdingzaal opnemingen komen verrichten. Er wordt volgens een scenario gewerkt, dat de gedachte „Vrije tijd, blije tijd" tot uitdrukking brengt. Polygoon geeft er op die wijze blijk van de propaganda voor een zinvolle en nut tige besteding van den vrijen tijd verder per film te willen uitdragen. Dat stemt tot verheugenis. De beteekenis van verklaringen door de groote mogendheden tegenover elkaar afgelegd. Het Nederlandsche standpunt hieromtrent reeds in 1937 bepaald. (Van onzen parlementairen correspondent). De vorige week is uit persberichten geble ken, dat Engeland en Frankrijk van zins zou den wezen openlijk te verklaren, dat een ieder de onaantastbaarheid ook van Nederland en Zwitserland heeft te ontzien en dat, wie zich aan schending dier onaantastbaar heid zou schuldig maken, meteen met Enge land en Frankrijk te doen zou krijgen. Reeds is dat. eenige jaren geleden, formeel door de Britsche en Fransche Regeering met betrek king tot België vastgelegd daarom bezigde ik zooeven het woordje ..ook" maar dat ge schiedde toen tevens bij wijze van een toezeg ging aan België. Waartegenover dat land op zich nam zelf het noodige te zullen doen voor de handhaving van zijn onaantastbaarheid. Zoodoende kwam er tusschen Londen en Parijs eenerzijds, Brussel aan den anderen kant, toch een soort verbintenis, een verdrags rechtelijke verhouding tot stand, later aange vuld met een soortgelijke Duitsch-Belgische nota-wisseling. Wat echter Engeland en Frankrijk thans ten aanzien van ons land en van Zwitserland van zins zouden zijn tot dusverre bleef de officieel e verklaring zelf nog uit, maar ver moedelijk zal ze binnenkort toch wel loskomen is echter iets anders. Hier toch zou men te doen kri.jgen niet met eenigerlei verbintenis tegenover ons, niet met iets wat ook maar in de verste verte op een verdragsvorm zou lij ken, doch louter en alleen met een, volkomen over onze hoofden heen tot de verdere wereld te richten mededeeling. Als dus de Franfurter Zeitung meent, dat iets van dien aard pijnlijk zou wezen voor Nederland en Zwitserland, vergist zij zich deerlijk, zooals ze ook verder in haar aan deze aangelegenheid gewijde beschouwingen doet Tot goed begrip van de beteekenis van zulk een verklaring, en van de te dien aanzien door onze Regeering gekoesterde opvatting, kan het zijn nut hebben in herinnering te brengen wat over een dusdanige figuur al is opgemerkt in 1937. Toen toch kwam ze reeds op het tapijt, nadat de Duitsche Rijkskanselier op 30 Januari van dat jaar in een Rijksdagrede o.m. gezegd had, dat zijn Regeering aan België en Holland had verzekerd, bereid te wezen deze staten „te allen tijde als onaantastbare neutrale gebieden te erkennen en te garan deeren". Bij nader ingewonnen informatie bleek den heeren op het Plein, dat deze verklaring opge vat moet worden „als een aanbod, dat geldt zoowel voor het geval, dat een nieuw West pact tot stand mocht komen en in dat verdrag een regeling wordt getroffen, als voor een verdragsregeling in anderen vorm. indien geen West-pact wordt gesloten". Wat deed hierop de Nederlandsche Regee- nng? Zij liet Berlijn beleefd weten, „dat wij. met alle waardeering voor de uit het aanbod spre kende goede bedoelingen, niet bereid zouden zijn nopens de onaantastbaarheid van ons grondgebied met eenig land een verdrag te sluiten. Die onaantastbaarheid is voor ons een axioma, dat. zich niet leent als onderwerp voor een door ons te sluiten verdrag." Op 17 Maart 1937 zette Minister de Graeff in de Eerste Kamer dit standpunt nog eens nader uiteen, dat bovenal hierop neerkwam, dat wij juist met betrekking tot onze onaan tastbaarheid in niets wenschen te treden, dat zelfs maar op het aanvaarden of scheppen van verplichtingen zou kunnen lijken. Hij voegde er toen nog iets aan toe, dat thans nog eens bijzondere aandacht verdient, aangezien hij toen kwam op een figuur, als die waarvan nu sprake zou wezen. Mochten wat iets gansch anders ware de Locarno-mogendheden onderling en in hun eigen belang overeenkomen, dat zij niet alleen schending van de eigen grenzen, maar ook schending van de Nederlandsche grens reeds ais een casus foederis (geval waarin hun ver drag zou gaan werken i zouden beschouwen, dan zouden wij. naar minister de Graeff te verstaan gaf. ons tegen zulk een verdrag niet verzetten. Het zou z.i. ons tot op zekere hoogte welkom kunnen zijn. zoo zeide hij verder, er aan toevoegende, dat toen iets van dien aard door de mogendheden in kwestie overwogen scheen te worden. ,Wij blijven er echter buiten aldus de Minister en vragen er niet om. a' zou onze nositie daardoor in niet onbelangrijke mate worden versterkt. Met zulk een verdrags clausule in een nieuw Locarno-pact. stel ik gelijk eenzijdige verklaringen van de groote niogendheden. van gelijke strekking, welke verklaringen dan niet icordcn afgelegd om ons. maar om elkaar gerust te stellen". Deze door mij gecursiveerde, op 17 Maart 1937 door Minister de Graeff uitgesproken woorden, doen thans bepaald profetisch aan. want zij slaan ten volle op een Britsch-Fran- sche verklaring als waarvan nu sprake is. Gelijk ze. wel beschouwd, trouwens evenzeer Geen Duitsch ultimatum aan Polen Wel schijnt Von Ribbentrop bepaalde voorstellen betreffende Dantzig te hebben gedaan. Officieele Poolsche kringen vei-klaren, dat geen ultimatum door Duitschland aan Polen is gericht. Men gelooft evenwel te Warschau, dat on langs in feite voorstellen inzake de wijziging van den status van Dantzig en inzake speciale transitofaciliteïten in den Poolschen Corridor door Von Ribbentrop aan den Poolschen am bassadeur zijn overhandigd, doch dat de Poolsche regeering een bespreking over derge lijke voorstellen onder militairen druk van de hand heeft gewezen De Poolsche regeering. aldus is men hier van gevoelen, is alleen geneigd te onderhan delen over kwesties Dantzig en den Corridor betreffende op voet van gelijkheid. Een gedeeltelijke mobilisatie heeft Polen het vertrouwen gegeven, dat het in staat is on- gewenschten druk te weerstaan. van toepassing geacht moeten worden op wat ae Duitsche Rijkskanselier dit jaar op den 30sten Januari met betrekking o.m. tot Neder land's neutraliteit opmerkte. Komt straks de Britsch-Fransche verklaring los, dan vormt zij met de zooeven bedoelde zinsnede uit des Führers op 30 Januari j.l. gehouden rede voor die landen over en weer een geruststel ling. Immers over en weer hebben zij- elkaar dan doen weten het standpunt in te nemen, dat Nederland's onaantastbaarheid geëerbie digd moet worden. Hiervan acte te kunnen nemen, kan ons alleen maar aangenaam zijn, juist omdat het verklaringen betreft, waar wij buiten staan en die niet tegenover ons zijn afgelegd. Luitenant-vlieger gedood. BATAVIA. 30 Maart (Aneta A.N.P.) By een landingsmanoeuvre, welke werd uitgevoerd na een escadrille oefening, is de Glenn Martin-bommen- wer-per 528 neergestort en geheel ver nield. De bestuurder, luitenant-vlieger P. A. van M our ik, is gedood, een inheem- sche helper is ernstig, doch niet levensgevaarlijk getoond. Een derde in zittende, brigadier-leerling-vlieger W. J. Broeker, werd licht gewond. Het ongeluk geschiedde bij Potidok Batiiboe, nabij het landingsstation Tjüïlitan. Een der gewonde inzittenden van het toe stel verklaarde aan Aneta het volgende; De tocht was aangevangen met een geza menlijke escadrille-oefening, waaraan de ver ongelukte Glenn Martin en een ander Glenn Martin-vliegtuig, bestuurd door luitenant Wolf. deelnamen. Beide vliegtuigen cirke den boven Priok en keerden na een half uur terug, ieder der vliegtuigen had 1600 liter benzine in. in beide middentanks. De bestuurder, luitenant Van Mourik, had reeds Tjililitan in het zicht en de landings- wielen en remklappen waren reeds uit. De snelheid was nog geen 150 K.M. per uur op dat moment. Deze snelheid begon echter plotseling sterk terug te loopen en vermoede lijk vertoonde de rechtermotor teekenen van weigering. Hiervan was de heer Broeker, de gewonde brigadier-leerling-vlieger, niet ge heel zeker. De hoogte bedroeg aanvanke ijk toen niet meer dan 100 meter. Het toestel trok geheel en al scheef en de heer Broeker deed de parachute om, daar bij begreep dat er niets anders overbleef dan zich te redden. Van een parachute-sprong was echter op zulk een ge ringe hoogte geen sprake. „Wat er toen ver der gebeurd is. weet ik niet meer", zeide de heer Broeker. Dit was echter duidelijk zichtbaar, zoant, terwijl de Glenn Martin scheef trok, had het vliegtuig met den linker vleugel een boomtop geraakt, waarna het doorzakte en de vleugel den grond raakte. Het toestel draaide een kwart slag door en had toen nog altijd een vaart van ongeveer 50 K.M. Hierdoor werd eerst de bestuurder met parachute en zitplaats door den mica kap heen uit het toestel geslingerd. Hij bleef bui ten kennis liggen en overleed spoedig daarna. Toen brigadier Broeker bij bezinning kwam. merkte hij zelf niet dat hij een hoofdwond had. doch hij zat in het vernielde vliegtuig nog altijd op zijn plaats, n.l. op die van den tweeden bestuurder, vanwaar hij zijn luitenant in de sawah zag liggen. De heer Broeker kroop uit het toestel en trachtte zijn chef te helpen. Hulp mocht echter niet meer baten Luitenant van Mourik was geheel buiten kennis en heeft voor zijn overlijden geen woord meer geuit. Weer een Hongaarsch- Slowaaksch incident. Slowaken zouden handgranaten naar Hongaren geworpen hebben. BOEDAPEST. 30 Maart. (Havas) Officieel wordt medegedeeld, dat 29 Maart, des avonds le 9 uur. een afdeeling Slowaken de Hongaarsch- Slowaaksche grens bij Iolsva heeft overschreden. De Slowaken openden het vuur op de Hongaren en wierpen met handgranaten. Van Hongaarsche zijde werd het vuur beant woord en de Slowaken trokken zich terug. Na het incident deelde een luitenant van de Slowaken den commandant van de Hongaarsche grenspost mede, dat hij een onderzoek in zou stellen. Duitsche verontschuldigingen aan België. Uitzendingen voor Eupen en Malmcd.v worden gestaakt. Het bezoek dat Von Büiow-Schwante, de Duitsche ambassadeur te Brussel aan den Bel gischen minister van buitenlandsche zaken heeft gebracht, had betrekking op de radio uitzendingen van Keulen. Naar vernomen wordt, heeft de Duitsche re geering den Keulschen zender opdracht ge geven, de uitzendingen betreffende Eupen en Malmedy te staken. De Duitsche autoritei ten hadden niet verondersteld, dat de ge wraakte uitzending het cultureele kader te buiten ging. De Duitsche ambassadeur heeft de veront schuldiging van zijn regeering aangeboden. Het woord is aan.... Custave le Bon: Weinigen kunnen de din gen zien zooals ze zijn. Som migen zien alleen wat zij willen zien, anderen wat men hun laat zien. HET POTJE DER FRANS HALSTENTOONSTELLING. Aankoopen van Haarlemsche schilders. EEN TENTOONSTELLING „HAARLEM IN BEELD". Men weet dat de Haarlemsche gemeenteraad het voorstel van B. en W. heeft aangenomen om uit het potje van het batig saldo der Frans Hals- tentoóhstelling (het totaal bedrag is f 20.000) aan de H.O.V. een jubileumsgift van f 2500 te geven. Het raadslid de heer Joh. Visser heeft aan den raad een voorstel gedaan om bovendien nog f 2500 beschikbaar te stellen voor het geven van opdrachten aan Haarlemsche schilders en beeld houwers. B. en W. zullen over dit voorstel praeadvies aan den raad uitbrengen. Dezer dagen hadden wij over deze aangele genheid een onderhoud met het bestuur van het Haarlemsche teekencollege „Kunst zij ons Doel" waarin vrijwel alle Haarlemsche schilders en teekenaars vereenigd zijn. Daarbij kwam het volgende plan naar voren. „Haarlem's Bloei" organiseert bijvoorbeeld in den a.s. nazomer als men reeds hier bezoekers van buiten verwacht in verband de Spoorweg feesten en de herdenking van het feit dat 100 jaar geleden de „Camera Obscura" te Haarlem verscheen een tentoonstelling „Haarlem in beeld". Daarin kunnen alle schilders en teeke naars deelnemen. Op den voorgrond moet staan in 't bijzonder op het doek of 't papier te bren gen schilderachtige plekjes in onze stad of naaste omgeving. Haarlem is zoo rijk aan zulke markante punten. Het gemeentebestuur zou dan de toezegging moeten doen als de ingezonden werken daartoe natuurlijk voldoende aanleiding geven, een aan tal daarvan van Haarlemsche kunstenaars aan te koopen. De raad kan daarvoor uit het potje een bedrag ter beschikking van B. en W. steller- Het bestuur van ..Kunst zij ons Doel"' was overtuigd, dat alle Haarlemsche kunstenaars onmiddellijk aan het werk zouden gaan om die tentoonstelling te doen slagen, want zelden heb ben zij voor een expositie gewerkt waarbij zoo veel kans was dat er aankoopen zouden geschie den. Want natuurlijk kan dan bovendien nog de gelegenheid opengesteld worden, dat particulie ren op deze tentoonstelling koopen. Door de aankoopen zou de gemeente haar be zit in den Stedelijken Atlas kunnen uitbreiden. De gedachte van deze tentoonstelling is in middels reeds aan het bestuur van ..Haarlem's Bloei" bekend gemaakt, terwijl ook het college van B. en W. er mede in kennis gesteld is. zoo dat gehoopt wordt, dat dit plan ook een punt van overweging zal uitmaken bij het uitbrengen van praeadvies door B. en W. op het voorstel van den heer Visser. De heer Visser heeft, toen hij van dit nieuwe plan hoorde, daarmede zijn volle sympathie be tuigd en verklaard, dat hij het beter vond dan zijn eigen voorstel Het voordeel is namelijk dat hierbij niet alleen de Haarlemsche schilders en teekenaars worden geholpen, maar dat de ge meente bovendien medewerkt om een interes sante tentoonstelling te organiseeren* waarvan propaganda kan uitgaan voor onze mooie stad. Als het zoo besloot de heer Visser dezen kant uitgaat, dan zou iets anders gedaan moe ten worden voor de Haarlemsche beeldhouwers, want die zijn moeilijk in deze tentoonstelling te betrekken. Het beste zou zijn voor de beeld houwers een bedrag te reserveeren voor het geven van bepaalde opdrachten. Nu de ge meente den nieuwen vleugel van het Stadhuis bouwt zal er zeker wel gelegenheid zijn daarin aan beeldhouwwerk een plaats te geven. HEDEN: 16 PAGINA'S HAARLEM EN OMGEVING. Pag. Rondgang langs onze vrije tijd-tentoonstel- ling. 8 Bij het eeuwfeest der Spoorwegen wordt het Haarlemsche Station versierd. BINNENLAND. Een jonge vrouw uit donker Amsterdam Is bij een steekpartij ernstig gewond. 3 De C. A. O. in het stucadoorsbedrijf is niet verbindend verklaard. 3 BUITENLAND. Daladier heeft in zijn gisteren uitgesproken radiorede gezegd, dat Frankrijk geen duim breed grond zal afstaan, maar niettemin bereid blijft Italiaansche voorstellen in overweging te nemen. 5 Valencia, Alicante. Carthagena en vele an dere steden hebben zich aan Franco over gegeven. 5 Chamberlain kondigt versterking van het Britsche territoriale leger aan. 6 SPORT. Het sportgesprek van de week over dames- hockey. 7 ARTIKELEN, enz. R. P.: Daladier's antwoord. 1 Van onzen parlementairen correspondent: Nederland's Onafhankelijkheid. 1 Corneel Schneider: Het lyrische Lier viert feest. 3 J. H. de Bols: De Haarlemsche kunstschilder A. Miolce wordt 60 jaar. 4 Voor de Vrouw. n De Burgerlijke Stand van Haarlem is opge nomen op ij

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 1