over bruggen in de hoofdstad Zweden gaat rechts houden. r'een A VERHAAL Engelsche Lagerhuisleden gaan Fransch leeren AGENDA. Baldadige jeugd zwaar gestraft. He vrijdag 21 aprid '1939 HSSR'EEM'S D'A'GBE'AD' BIJ UWEN WINKELIER OF IN ONZE VERKOOPFILIALEN EN DEPOTS Het bruggenkndspunt Reguliers grachtKeizersgracht. Een ander kijkje op hetzelfde kruispunt Reguliersgracht Keizersgracht. Het is natuurlijk altijd moeilijk can van een mooie stad te zeggen Amsterdam is een mooie stad waar zich het mooiste, het allermooiste punt ervan bevindt, en bo vendien zal de een dit weer mooier en de ander dat mooier vinden. Maar over 'het al gemeen staan de grachten, de grachten met hun gevels en de grachten met hun bruggen, toch wel heel erg in de gunst bij Amsterdam mer, zoowel als bij provinciaal daarmee is niets beleedigends bedoeld, maar Amsterdam is nu eenmaal de grootste stad van ons land en bij buitenlander. Hoeveel bruggen telt Amsterdam in totaal? He zou ze niet graag willen tellen, en boven dien zou ik er allicht eenige tientallen van overslaan, aangezien men, volgens het oude liedje, „aan een boom zoo volgeladen, èèn of twee pruimen toch niet mist". En op de honderden bruggen, die Amsterdam bezit, en die het maakten tot het „Venetië van het Noorden", maken tien of twintig minder nu niet zoo'n groot verschil, maar men moet dan natuurlijk niet juist een paar van de mooiste vergeten, of dat punt, dat dan ge woonlijk doorgaat voor „één van de mooiste van Amsterdam", namelijk het kruispunt van de Reguliersgracht en de Keizersgracht, waar niet alleen de grachten zelf zoo mooi zijn als nergens anders, met hun rustig donkergroen water, waarin zoo af en toe een paar eenden zich voortroeien met gestadig op de maat knikkende koppen; maar van waar men ook, staande op één van de drie bruggen, die toegang geven tot beide grachten, de ééne kant de Keizersgracht en naar de andere de oude Reguliersgracht afkijkende, het groot ste aantal bruggen van Amsterdam bijeen kan zien. Het zijn er elf, de drie, die al ge noemd worden, dan over de Reguliersgracht nog één in Noordelijke richting, naar het Thorbeckeplein toe als men goed kijkt, ziet men onder de beamen nog juist het grijze standbeeld van Thorbeoke schemeren, en drie in Zuidelijke en over de Keizersgracht twee in Oostelijke, over de Utrechtsohestraat en langs de Arnstel, en twee in Westelijke rich ting. De bruggen over de Keizersgracht zijn van het gangbare soort, breed en laag, er rijden trams over, behalve bij de Arnstel en hoewel ze moc-iSzijn, al was het alleen omdat ze deel uitmaken van één van Amsterdam's mooiste grachten, zijn ze op zichzelf niets bijzonders. Het is de omgeving, die ze indrukwekkend maakt, de hooge, zware boomen, die zich spiegelen in het donkere grachtenwater, de oude gevels, die in dezen tijd, nu er nog geen groen aan de boomen is. en alleen de blad knoppen met den dag zwellen en beter zicht baar worden aan de takken, nog duidelijk te zien zijn, maar die later in het jaar geheel verborgen zullen zijn achter de groene pruike- bos van de boomen aan den waterkant. Maar de kleine, hooge, ronde boogbrug- getjes over de Reguliersgracht met zijn prachtige oude geveltjes en zijn vriendelijke uitziende, maar ongemakkelijk loopende kleine straatsteentjes, zijn eenig. Ze zijn vól kernen rond en samen met hun weerspiege ling in het water vormen ze een cirkel. Als men op één van de bruggetjes een beetje een goed punt uitzoekt en men kijkt dan het verdere grachtje af, dan ziet men al die kleine, sierlijke ronde bruggetjes met hun weerspiegelingen achter elkaar liggen, en bij het kruispunt van Reguliers en Keizersgracht waar er dus twee liggen en de breedere brug over de Keizersgracht op drie overeenkomstige ronde bogen rust, is het, als het kan nog mooier. Zoo schijnen ten minste de paar groengekopte eenden, die geregeld op deze hoogte in de grachten rond zwemmen er ook over te denken ze drijven soms uren lang bij dit drietal bruggen rond, koesteren zich in het zonnetje, als dat er is, en trekken zich bitter weinig aan van de meeuwen, die in grijswitte zwermen boven hun hoofd zwieren en elkaar krijschend de stukken brood be twisten, die bewoners of voorbijgangers voor hen op den walkant leggen. Een enkele maal gaat er een boot door de grachten en dan breekt het water aan stuk ken en de mooie ronde weerspiegelingen wringen zich in duizenden bochten en het duurt wel een kwartier eer alles weer païs en vree is, de eenden weer verder kunnen domme len. de boomen de vorderingen van hun knoppen kunnen bekijken in het water en de weggevluchte meeuwen zich weer kunnen werpen op het brood aan den kant. Ook des avonds laat of 's nachts tuft er wel eens een boot door de stille grachten en *t is net of het dan nog langer duurt, eer alle storend lawaai zich gelegd heeft en de grachtenstilte weer volkomen heerscht. Zoo beroemd is dit „punt van de tien brug gen" in Amsterdam, dat de touring-cars met vreemdelingen er 's zomers voor stil staan. Een pijnlijk incident bij de ontvangst van VRIJDAG 21 APRIL Gabouw Odeon: Leerlingenuitvoering Haar lem's Muziekinstituut, 7.30 uur. Consultatiebureau Ged. Oude Gracht 41: Jaar- lijksche ledenvergadering Haarlemsche Vereeni- ging tot bestrijding der tuberculose, 8 uur. Luxor Theater: „De onsterfelijke wals" ge prolongeerd, 2, 7 en 9.15 uur. Rembrandt Theater: „Kentucky". Op het too- neel: Andrés Canas met zijn Marimba-orkest, 2, 7 en 9.15 uur. Palace Familie Cinema: „De groote schaduw" en „Een nacht in Mei", 2 en 8.15 uur. Frans Hals Theater: „Drie walsen", 2.30, 7 en Moviac Theater: „De Kribbebijter", 2.30, 7.15 en 9.15 uur. ZATERDAG 22 APRIL Stadsschouwburg, Wilsonsplein: Optreden van het Koreaansche danswonder Sai Shoki, 8.15 u. Bioscoopvoorstellingen 's middags en 's avonds Zij die de Scandinavische verbroedering, de versterking van de Scandinavische eenheids gedachte van het grootste belang achten, zij, die uit hoofde van hun functie het vreemdelingen verkeer bevorderen en zij, die de leiding hebben van de groote verkeersbonden, zijn al jaren lang overtuigd van de noodzaak van invoering van rechtsch verkeer in Zweden. Maar al staan er ook tienduizenden weggebruikers achter hen, al genieten zij ook den moreelen steun van ver- keers-autoriteïten en van machtige buitenland- sche verkeersorganïsaties en al worden er nóg zulke gedegen rapporten uitgebracht om de te genstanders er van te overtuigen, dat het niet alleen wenschelijk en mogelijk is van linksch naar rechtsch verkeer over te gaan, maar ook, dat het gevaar en de moeilijkheden en de kosten steeds grooter worden, hoe langer men er mee wacht, toch is die actie tot nog toe telkens en telkens weer afgestuit op botten onwil en kort zichtige nationale zelfgenoegzaamheid van an dere tienduizenden, die actie voor rechtsch ver keer als kruiperij voor, als geflirt met het bui tenland, als een uiting van heersehzucht van den razenden automobilist, als weinig minder zelfs dan oen aanslag van de stedelingen op de plat- telandschbevolking meenen te moeten be schouwen. Het Rijksdaglid van drie-kwart eeuw geleden, dat van aanleg van spoorwegen rampzalige ge volgen voorspelde, omdat de paarden en de koeien zich letterlijk dood zouden schrikken van het voort-ijlenden vuurpaard, heeft vele waar dige opvolgers gekregen in de heeren Kamer leden, die zich in dezen gemotoriseerden tijd verontwaardigd beroepen op de historische tra ditie van den boer, die, omdat de weg zoo slecht was dat hij de vracht achter zich op zijn wagen vast moest houden, in de linkerhand de teugels hield en dus een anderen boerenwagen aan den rechterkant, waarheen hij het gezicht gekeerd had, liet passeeren. Kamerleden, die geestdriftig betoogen, dat het edele Zweedsche boerenpaard niet hoeft te wijken voor de buitenlandsche auto's, hetgeen toch het geval zou zijn, wanneer men rechts verkeer invoerde, omdat de paarden „instinctief naar links uitwijken". Kamerleden, die met de vuist op hun lessenaar verzekeren, dat invoering van rechtsch verkeer tengevolge zou hebben dat iedereen, die verkeerd reed goed reed en dat iedereen, die den goeden kant van den weg hield den verkeerden kant zou houden, zoodat er een onbeschrijfelijke verwarring zou ontstaan, één geweldige verkeers-chaos van Ystad tot Haparanda, waarbij ontelbaar vele slachtoffers zouden vallen en waaraan het over schot van 't Zweedsche volk zich alleen ont worstelen kon door als de wind den al-ouden, nationalen, in 't volksbewustzijn wortelenden regel van het links houden en het rechts in halen weer in zijn volle eer te herstellen. De plannen liggen klaar. Zoo'n vaart behoeft het niet te loopen, dat heb ben recente ervaringen met het overgaan van linksch naar rechtsch verkeer in andere landen geleerd. Hoe men daar te werk gegaan is heb ben Zweedsche verkeers-deskundigen zorgvul- Kinderrechter hoopt op preventieve werking. Eenzame wandelaars werden door een bende afgerost. Op den avond van den 17den Februari werd een zeeman in het park van Rotterdam aange sproken door een knaap, die hem de vraag stel de, of hij een pak slaag wilde hebben. Toen de jongen inderdaad een houding aannam als of hij wilde slaan en de man verder wilde gaan, werd deze plotseling overvallen door een bende kwa jongens, die van alle zijden uit de struiken te voorschijn kwamen en hem duchtig op de huid zaten. De man deed aangifte bij de politie en toen deze de zaak had onderzocht, bleek, dat men hier te doen had met een groote bende jon gens, die er hun beroep van maakten, eenzame wandelaars daar des avonds op dergelijke wijze te overvallen. In het nabijgelegen museumpark waren reeds eerder personen lastig gevallen, waarbij de ben de het z.g. „hoedjewippen" had uitgehaald. Van de twaalf jongens, die zich met derge lijke handtastelijkheden hadden bezig gehouden en gearresteerd waren, werden er twee weer vrij gelaten, de overige tien werden preventief ge steld. Bij het onderzoek bleek dat er zich onder deze twaalf jongens enkele „hoofdlieden" be vonden, doch dat ook de anderen leefden onder invloed van het z.g. bende- of grecpsinstinct. Donderdag nu heeft de kinderrechter te Rot terdam deze zaak behandeld en mr. J. Overwa- ter was zoo vriendelijk aan ons eenige inlich tingen over dit bijzondere geval te verstrekken. Omdat dergelijke groepsbaldadigheden nogal dikwijls, hoewel niet in dezen omvang, in de Maasstad plegen voor te komen, heeft men voor deze jeugdige boefjes straffen gesteld, die naar buiten spreken. Eén van deze knapen, die allen uit een bepaalde buurt uit de binnenstad afkom stig waren en twee maanden in preventieve hechtenis doorbrachten, werd, omdat hij de hoofdleider bleek te zijn, veroordeeld tot een tuchtschoolstraf van twaalf maanden, waarvan vier voorwaardelijk. Twee anderen tot acht maanden, waarvan vier voorwaardelijk, drie tot acht maanden, waarvan vijf voorwaardelijk en twee tot zes maanden tuchtschool, waarvan vier voorwaardelijk, allen met een proeftijd van drio iaar. Eén van de jongens, voor wien eenige ver zachtende omstandigheden golden, kreeg een voorwaardelijke tuchtschoolstraf van zes maan den. opdat de chauffeur of de gids de lof kan zin gen van dit schoonste punt van Amsterdam. En het verheugt zich ook nog in een ander soort van beroemdheid, want een groot deel van de adspirant-automobilisten van Am- teen op deze smalle bruggetjes, die zich op zoo'n ingewikkelde manier spannen over het mooiste Amsterdamsche grachtenkruispunt, de knepen van het vak. Soms kan men ze er 's Zondagsmorgens al tamelijk vroeg zien tobben en ik weet niet hoe het met de rij examens is, maar het zou me niets verwonde ren, als het zonder fouten „nemen" van dit bruggensamenstei een aardige stap in de richting van het rijbewijs beteekende En dat hebben de oude bruggetjes, die nu al zeker twee, drie eeuwen lang de verbin ding vorimen tusschen vier grachtkanten, in vroeger jaren toch zeker nooit gedroomd. Van de venijnige wit met zwart en rocd en gele verkiezingsborden, die in deze dagen ook dit oude stadsdeel ontsieren, spreek ik maar niet. W. v. d. T. Zoo'n gloeiende kachel is best bij rheuinatische pijnen. Maar U kunt haar niet meenemen! Dus die warmte helpt slechts tijdelijk. En dit te meer, omdat de rheumatieklijder, door de bij rheu- matische aandoeningen optredende storing in de huidfunctie, buitengewoon gevoelig is voor vocht, tocht en kou. Vandaar, dat die pijnen buiten de deur overal en altijd op U staan te wachten. Ge moet de oorzaak van Uw pijnen dan ook onverwijld aanpakken en die is ge legen in een overmaat van urinezuur in het lichaam. Wat ge noodig hebt is een bloedzui verende kuur met het wereldvermaarde mid del Kruschen Salts, dat lever, nieren en inge wanden aanspoort tot regelmatige, krachtige werking, waardoor afvalstoffen radicaal wor den verwijderd. Verwacht niet, dat Kruschen Uw pijnen op slag wegtoovert. Maar geleidelijk verminderen zij, tot zij geheel verdreven zijn. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten a f 0.40, f 0.75 en f 1.60 (extra groot pak). (Adv. Ingez. Med.) (Adv. Ingez. Med.) president Lebrun Onze Londensche correspondent schrijft: ET Lagerhuis bezit een Éngelsch- Fransche commissie, bestaande uit parlementsleden, wier liefde voor Frankrijk zijn instellingen en zijn beschaving bijzonder warm is. Deze parle mentaire commissie kan niet geacht worden politieke oogmerken te hebben. De meeste leden kennen Frankrijk en zijn taal voortref felijk. Zij meenen dat hun medeleden van het Lagerhuis met dezelfde geestesschatten moe ten worden verrijkt. Dat is, zeggen zij, niet alleen goed voor hen, maar het is ook goed voor de Entente Cordiale. (Politici kunnen nooit heelemaal de politiek met rust laten). Het recente bezoek van President Lebrun en zijn vrouw aan Londen heeft o.a. ge leerd dat verscheidene wettenmafcers in West minster in hun kennis van het Fransch ern stig tekortschieten. Zij herinneren zich nog vaag dat de pijp van papa ook in Parijsche woningen wel eens op de tafel ligt en dat tan tes eerder met pennen dan met patiooden schrijven. Veel verder gaat de kennis van taal en manieren in Frankijrk bij vélen in het Engelsche Lagerhuis niet. Bij de ontvangst van den Franschen president in de West- minster Hall heeft men een parlementslid, die ongelukkigerwijze met een Stentorstem bedeeld was, herhaaldelijk hoppen uitroepn „Vice la president". Het was pijnlijk, hoe zeer men wist dat de Fransche beleefdheid er doof voor was. Maar om herhalingen te voorkomen heeft de Engelsch-Fransche parlementaire com missie de gelegenheid voor Lagerhuisleden opengesteld een keer in de week voor niets een uur Fransche les te nemen. In de uit- noodiging, die hiervoor is rondgezonden, wordt verzachtend opgemerkt dat de collega's het wellicht op prijs zouden stellen, indien zij binnen de muren van het parlementsge bouw hun Fransch konden „opfrisschen". Het voorstel heeft een goede ontvangst gekregen en de commissie' is thans bezig een geschikten opfrisscher te zoeken. Men heeft al beseft dat het plan voor uitbreiding vatbaar is. De con versatieles kan worden afgewisseld met voor drachten over Fransche letterkunde, kunst en bestuursvormen. Excursies naar de Fransche hoofdstad om in nauwere aanraking te komen met den Franschen geets en om de noodige ervaring op te doen in het gebruik van de taal worden in het vooruitzicht gesteld en men zegt dat dit de animo aanmerkelijk heeft verhoogd en dat par tij verschillen reeds tot een minimum teruggebracht door de gevrees de bedreiging van het nationaal bestaan door de werking van de Midden-Europeesche as, onder den invloed van het zinnebeeld der Entaente Corariale, dat in den vorm van Fran sche instructie in Westminster totstandkomt, geheel gaan verdwijnen.- - Het zou best kunnen wezen dat de Fran sche geest straks in de debatten van het Lagerhuis tot uiting komt. Dat zou een zegen zijn. Want ze zouden er mee gediend zijn. Als men nooit debatten in het Lagerhuis heeft bijgewoond en af moet gaan op de verslagen er van (die veelal de gedachten der volks vertegenwoordigers zooveel ordelijker uit drukken dan zij het zelf deen) zou men den ken dat ze onderhoudend kunnen zijn. Maar dat zijn ze aleenl in fragmenten, wanneer een Churchill of een Sinclair of een A. P. Her- bert aan het woord is. En ze zijn het uiter aard en meer dan onderhoudend wan neer kwesties van het hoogste gewicht ter spraJbe komen. Maar dat gebeurt niet steeds Een nationale catastrophe als het verkeer den verkeerden kant van den weg opzoekt Geen „flirt met het buitenland", maar een steeds noodzakelijker hervorming in het belang van de verkeersveiligheid. (Van onzen correspondent). STOCKHOLM 19 April. Bij de douaneposten aan de Zweedsch- Noorsche grens staan groote borden, die den weggebruiker aanraden, voorzichtig naar den verkeerden kant van den weg over te steken en dien te houden. En in de veerhavens aan de Sont plakken menschen van de automobielclubs papiertjes op de voorruit, midden voor den neus van den man aan-het-stuur, die hem met vette letters en pijlen duidelijk maken, dat Denemar ken rechts verkeer heeft en dat men in Zweden links moet houden. Het schijnt voor een automobilist, vooral wanneer hij zich op voor hem onbekende bui tenlandsche wegen bevindt, vrij gemakkelijk te zijn „in spiegelbeeld" te rijden, naar den ver keerden kant uit te wijken, aan den verkeerden kant in te halen, verkeer van den verkeerden kant voor te laten gaan. Men past zich aan na tuurlijk, men houdt zich aan de geldende regels en men heeft den vuurrooden pijl, het waar schuwende „Rechts!" of „Linies!" steeds voor oogen. En alles gaat goed tot men op een weg met weinig verkeer of met slechte kanten er toe komt in het midden te gaan rijden, tot er zich opeens een situatie voordoet, waarin bliksemsnel gehandeld, vlugger gereageerd moet worden dan normale hersens plegen te doen. Dan reageert de automobilist in negen-en-negentig van de hon derd gevallen volkomen automatisch zooals hij dat gewoon is, gooit een Zweed op een Deen- schen weg instinctief het stuur naar links en zijn Deensche tegenligger het zijne naar rechts om. Hetgeen dan vrijwel altijd tot resultaat heeft, dat de ambulance en de kraanwagen uit moeten rukken en dat er weer lange stukken in de kranten komen over de wenschelijkheid van aanpassing van Zweden bij den hoofdverkeers regel van het continent. Er gaat geen zomer maand voorbij zonder dat de Zweedsche kran ten telegrammen hebben over een Zweedschen auto, die in het buitenland verongelukt is om dat de bestuurder op een critiek moment vergat, dat hij niét links moest houden. En even vaak sterven Scandinavische broeders of andere bui tenlandsche toeristen een vroegtijdïgen dood in een Zweedschen weggreppel omdat zij één oogenblik niet aan dat Zweedsche links-houden dachten. En wanneer men weet, dat het auto verkeer tusschen Denemarken en Zweden via het Sont-veer bij Elseneur de laatste twaalf jaar ver-veertig-voudigd is en dat er in de Noorsch- Zweedsche grensstreken honderden chauffeurs zijn, die dagelijks tenminste eenige malen de grens passeeren en dus dagelijks even zoo vele malen hun hersens van links- op rechts- en van rechts- op links-verkeer moeten overschakelen, dan verwondert men er zich eigenlijk over, dat het gebrek aan uniformiteit tusschen den Zweed schen hoofdverkeersregel en dien van de om ringende landen en van de meeste andere landen in Europa, niet veel meer slachtoffers maakt. Boerenpaarden houden links. dig bestudeerd behalve dan in Tsjechië, omdat de daar toegepaste methode voor Zweden niet in aanmerking komt en op grondslag van die studies zijn er plannen uitgewerkt voor de in voering van rechtsch verkeer in Zweden. Men heeft precies uitgerekend, dat de tweede week na Nieuwjaar de géschikste tijd is, men weet nauwkeurig hoe op allerlei verkeerspunten de borden en verkeersgeleiders veranderd moeten worden en waar men den eersten tijd pijlen en banen op het wegdek moet schilderen om de weggebruikers in den goeden koers te houden. De laatste jaren zijn trouwens vele vluchtheu vels, vele tramhaltes en vele viaducten met op en afritten zoo gebouwd, dat zij zoowel bij rechtsch- als bij linksch-verkeer gebruikt kun nen worden. Men is er in deskundige kringen van overtuigd, dat de overgang naar rechtsch- verkeer, als die begonnen wordt in den stilsten tijd van den winter en als die gesteund wordt door een krachtige propaganda, de verkeersvei ligheid niét behoeft te verminderen en haar op den duur zeker ten goede zal komen. Maar het heeft tot nu toe geduurd voor de volksvertegenwoordiging^ haar tegenstand liet varen. Vele malen is er "de laatste jaren in den Rijksdag over invoering van rechtsch-verkeer gedebatteerd en even zoo vele malen hebben zij, die de boerenknechts niet willen noodzaken op den bok wakker te blijven om de paarden aan den goeden kant te laten loopen, de meeste stemmen gehad. Eerst thans, op een zonnigen Aprildag van het jaar 1939, hebben beide Kamers van Zweden's parlement, al de verwijten van on-nationaal gedrag en al de waarschuwingen voor de catastrophale gevolgen ten spijt, met groote meerderheid besloten, dat er een uitge breid officieel onderzoek inzake de wensche lijkheid en de mogelijkheid van de invoering van rechtsch-verkeer ingesteld zal worden. Daar mee is de zaak nog wel niet heelemaal in orde en het zal ook nog wel enkele jaren duren voor het zoo ver komt, maar het nu genomen besluit beteekent, dat de meerderheid haar principieele verzet tegen deze belangrijke verkeers-hervor- ming heeft opgegeven, dat Zweden binnen af- zienbaren tijd tot rechtsch verkeer overgaat. Het beteekent ook, dat de verhouding van plattelander tegenover stedeling in de jaren, dat de boerenpartij samen met de sociaal-democra ten regeert, aanmerkelijk verbeterd is en dat de insulaire instelling van een groot deel van het Zweedsche volk geleidelijk aan plaats maakt voor ruimer opvattingen, voor een beter besef van de verbondenheid van Zweden met het ook thans nog wel een enkelen keer als iets van lager orde beschouwde buitenland. C. G. B. (Adv. Ingez. Med.) BROS ALS BESCHUIT

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 13