over bruggen
in de hoofdstad
Zweden gaat rechts houden.
r'een A
VERHAAL
Engelsche
Lagerhuisleden
gaan Fransch leeren
AGENDA.
Baldadige jeugd
zwaar gestraft.
He
vrijdag 21 aprid '1939
HSSR'EEM'S D'A'GBE'AD'
BIJ UWEN WINKELIER OF IN ONZE VERKOOPFILIALEN EN DEPOTS
Het bruggenkndspunt Reguliers
grachtKeizersgracht.
Een ander kijkje op hetzelfde
kruispunt Reguliersgracht
Keizersgracht.
Het is natuurlijk altijd moeilijk can van
een mooie stad te zeggen Amsterdam is
een mooie stad waar zich het mooiste,
het allermooiste punt ervan bevindt, en bo
vendien zal de een dit weer mooier en de
ander dat mooier vinden. Maar over 'het al
gemeen staan de grachten, de grachten met
hun gevels en de grachten met hun bruggen,
toch wel heel erg in de gunst bij Amsterdam
mer, zoowel als bij provinciaal daarmee is
niets beleedigends bedoeld, maar Amsterdam
is nu eenmaal de grootste stad van ons land
en bij buitenlander.
Hoeveel bruggen telt Amsterdam in totaal?
He zou ze niet graag willen tellen, en boven
dien zou ik er allicht eenige tientallen van
overslaan, aangezien men, volgens het oude
liedje, „aan een boom zoo volgeladen, èèn of
twee pruimen toch niet mist". En op de
honderden bruggen, die Amsterdam bezit,
en die het maakten tot het „Venetië van het
Noorden", maken tien of twintig minder nu
niet zoo'n groot verschil, maar men moet
dan natuurlijk niet juist een paar van de
mooiste vergeten, of dat punt, dat dan ge
woonlijk doorgaat voor „één van de mooiste
van Amsterdam", namelijk het kruispunt van
de Reguliersgracht en de Keizersgracht, waar
niet alleen de grachten zelf zoo mooi zijn als
nergens anders, met hun rustig donkergroen
water, waarin zoo af en toe een paar eenden
zich voortroeien met gestadig op de maat
knikkende koppen; maar van waar men ook,
staande op één van de drie bruggen, die
toegang geven tot beide grachten, de ééne
kant de Keizersgracht en naar de andere de
oude Reguliersgracht afkijkende, het groot
ste aantal bruggen van Amsterdam bijeen
kan zien. Het zijn er elf, de drie, die al ge
noemd worden, dan over de Reguliersgracht
nog één in Noordelijke richting, naar het
Thorbeckeplein toe als men goed kijkt, ziet
men onder de beamen nog juist het grijze
standbeeld van Thorbeoke schemeren, en drie
in Zuidelijke en over de Keizersgracht twee
in Oostelijke, over de Utrechtsohestraat en
langs de Arnstel, en twee in Westelijke rich
ting.
De bruggen over de Keizersgracht zijn van
het gangbare soort, breed en laag, er rijden
trams over, behalve bij de Arnstel en hoewel
ze moc-iSzijn, al was het alleen omdat ze deel
uitmaken van één van Amsterdam's mooiste
grachten, zijn ze op zichzelf niets bijzonders.
Het is de omgeving, die ze indrukwekkend
maakt, de hooge, zware boomen, die zich
spiegelen in het donkere grachtenwater, de
oude gevels, die in dezen tijd, nu er nog geen
groen aan de boomen is. en alleen de blad
knoppen met den dag zwellen en beter zicht
baar worden aan de takken, nog duidelijk te
zien zijn, maar die later in het jaar geheel
verborgen zullen zijn achter de groene pruike-
bos van de boomen aan den waterkant.
Maar de kleine, hooge, ronde boogbrug-
getjes over de Reguliersgracht met zijn
prachtige oude geveltjes en zijn vriendelijke
uitziende, maar ongemakkelijk loopende
kleine straatsteentjes, zijn eenig. Ze zijn vól
kernen rond en samen met hun weerspiege
ling in het water vormen ze een cirkel. Als
men op één van de bruggetjes een beetje een
goed punt uitzoekt en men kijkt dan het
verdere grachtje af, dan ziet men al die
kleine, sierlijke ronde bruggetjes met hun
weerspiegelingen achter elkaar liggen, en bij
het kruispunt van Reguliers en Keizersgracht
waar er dus twee liggen en de breedere brug
over de Keizersgracht op drie overeenkomstige
ronde bogen rust, is het, als het kan nog
mooier. Zoo schijnen ten minste de paar
groengekopte eenden, die geregeld op deze
hoogte in de grachten rond zwemmen er ook
over te denken ze drijven soms uren lang
bij dit drietal bruggen rond, koesteren zich
in het zonnetje, als dat er is, en trekken zich
bitter weinig aan van de meeuwen, die in
grijswitte zwermen boven hun hoofd zwieren
en elkaar krijschend de stukken brood be
twisten, die bewoners of voorbijgangers voor
hen op den walkant leggen.
Een enkele maal gaat er een boot door de
grachten en dan breekt het water aan stuk
ken en de mooie ronde weerspiegelingen
wringen zich in duizenden bochten en het
duurt wel een kwartier eer alles weer païs en
vree is, de eenden weer verder kunnen domme
len. de boomen de vorderingen van hun
knoppen kunnen bekijken in het water en de
weggevluchte meeuwen zich weer kunnen
werpen op het brood aan den kant. Ook des
avonds laat of 's nachts tuft er wel eens een
boot door de stille grachten en *t is net of het
dan nog langer duurt, eer alle storend lawaai
zich gelegd heeft en de grachtenstilte weer
volkomen heerscht.
Zoo beroemd is dit „punt van de tien brug
gen" in Amsterdam, dat de touring-cars met
vreemdelingen er 's zomers voor stil staan.
Een pijnlijk incident
bij de ontvangst van
VRIJDAG 21 APRIL
Gabouw Odeon: Leerlingenuitvoering Haar
lem's Muziekinstituut, 7.30 uur.
Consultatiebureau Ged. Oude Gracht 41: Jaar-
lijksche ledenvergadering Haarlemsche Vereeni-
ging tot bestrijding der tuberculose, 8 uur.
Luxor Theater: „De onsterfelijke wals" ge
prolongeerd, 2, 7 en 9.15 uur.
Rembrandt Theater: „Kentucky". Op het too-
neel: Andrés Canas met zijn Marimba-orkest,
2, 7 en 9.15 uur.
Palace Familie Cinema: „De groote schaduw"
en „Een nacht in Mei", 2 en 8.15 uur.
Frans Hals Theater: „Drie walsen", 2.30, 7 en
Moviac Theater: „De Kribbebijter", 2.30, 7.15
en 9.15 uur.
ZATERDAG 22 APRIL
Stadsschouwburg, Wilsonsplein: Optreden van
het Koreaansche danswonder Sai Shoki, 8.15 u.
Bioscoopvoorstellingen 's middags en 's avonds
Zij die de Scandinavische verbroedering, de
versterking van de Scandinavische eenheids
gedachte van het grootste belang achten, zij, die
uit hoofde van hun functie het vreemdelingen
verkeer bevorderen en zij, die de leiding hebben
van de groote verkeersbonden, zijn al jaren lang
overtuigd van de noodzaak van invoering van
rechtsch verkeer in Zweden. Maar al staan er
ook tienduizenden weggebruikers achter hen, al
genieten zij ook den moreelen steun van ver-
keers-autoriteïten en van machtige buitenland-
sche verkeersorganïsaties en al worden er nóg
zulke gedegen rapporten uitgebracht om de te
genstanders er van te overtuigen, dat het niet
alleen wenschelijk en mogelijk is van linksch
naar rechtsch verkeer over te gaan, maar ook,
dat het gevaar en de moeilijkheden en de kosten
steeds grooter worden, hoe langer men er mee
wacht, toch is die actie tot nog toe telkens en
telkens weer afgestuit op botten onwil en kort
zichtige nationale zelfgenoegzaamheid van an
dere tienduizenden, die actie voor rechtsch ver
keer als kruiperij voor, als geflirt met het bui
tenland, als een uiting van heersehzucht van den
razenden automobilist, als weinig minder zelfs
dan oen aanslag van de stedelingen op de plat-
telandschbevolking meenen te moeten be
schouwen.
Het Rijksdaglid van drie-kwart eeuw geleden,
dat van aanleg van spoorwegen rampzalige ge
volgen voorspelde, omdat de paarden en de
koeien zich letterlijk dood zouden schrikken van
het voort-ijlenden vuurpaard, heeft vele waar
dige opvolgers gekregen in de heeren Kamer
leden, die zich in dezen gemotoriseerden tijd
verontwaardigd beroepen op de historische tra
ditie van den boer, die, omdat de weg zoo slecht
was dat hij de vracht achter zich op zijn wagen
vast moest houden, in de linkerhand de teugels
hield en dus een anderen boerenwagen aan den
rechterkant, waarheen hij het gezicht gekeerd
had, liet passeeren. Kamerleden, die geestdriftig
betoogen, dat het edele Zweedsche boerenpaard
niet hoeft te wijken voor de buitenlandsche
auto's, hetgeen toch het geval zou zijn, wanneer
men rechts verkeer invoerde, omdat de paarden
„instinctief naar links uitwijken". Kamerleden,
die met de vuist op hun lessenaar verzekeren,
dat invoering van rechtsch verkeer tengevolge
zou hebben dat iedereen, die verkeerd reed goed
reed en dat iedereen, die den goeden kant van
den weg hield den verkeerden kant zou houden,
zoodat er een onbeschrijfelijke verwarring zou
ontstaan, één geweldige verkeers-chaos van
Ystad tot Haparanda, waarbij ontelbaar vele
slachtoffers zouden vallen en waaraan het over
schot van 't Zweedsche volk zich alleen ont
worstelen kon door als de wind den al-ouden,
nationalen, in 't volksbewustzijn wortelenden
regel van het links houden en het rechts in
halen weer in zijn volle eer te herstellen.
De plannen liggen klaar.
Zoo'n vaart behoeft het niet te loopen, dat heb
ben recente ervaringen met het overgaan van
linksch naar rechtsch verkeer in andere landen
geleerd. Hoe men daar te werk gegaan is heb
ben Zweedsche verkeers-deskundigen zorgvul-
Kinderrechter hoopt
op preventieve werking.
Eenzame wandelaars werden door een
bende afgerost.
Op den avond van den 17den Februari werd
een zeeman in het park van Rotterdam aange
sproken door een knaap, die hem de vraag stel
de, of hij een pak slaag wilde hebben. Toen de
jongen inderdaad een houding aannam als of hij
wilde slaan en de man verder wilde gaan, werd
deze plotseling overvallen door een bende kwa
jongens, die van alle zijden uit de struiken te
voorschijn kwamen en hem duchtig op de huid
zaten. De man deed aangifte bij de politie en
toen deze de zaak had onderzocht, bleek, dat
men hier te doen had met een groote bende jon
gens, die er hun beroep van maakten, eenzame
wandelaars daar des avonds op dergelijke wijze
te overvallen.
In het nabijgelegen museumpark waren reeds
eerder personen lastig gevallen, waarbij de ben
de het z.g. „hoedjewippen" had uitgehaald.
Van de twaalf jongens, die zich met derge
lijke handtastelijkheden hadden bezig gehouden
en gearresteerd waren, werden er twee weer vrij
gelaten, de overige tien werden preventief ge
steld. Bij het onderzoek bleek dat er zich onder
deze twaalf jongens enkele „hoofdlieden" be
vonden, doch dat ook de anderen leefden onder
invloed van het z.g. bende- of grecpsinstinct.
Donderdag nu heeft de kinderrechter te Rot
terdam deze zaak behandeld en mr. J. Overwa-
ter was zoo vriendelijk aan ons eenige inlich
tingen over dit bijzondere geval te verstrekken.
Omdat dergelijke groepsbaldadigheden nogal
dikwijls, hoewel niet in dezen omvang, in de
Maasstad plegen voor te komen, heeft men voor
deze jeugdige boefjes straffen gesteld, die naar
buiten spreken. Eén van deze knapen, die allen
uit een bepaalde buurt uit de binnenstad afkom
stig waren en twee maanden in preventieve
hechtenis doorbrachten, werd, omdat hij de
hoofdleider bleek te zijn, veroordeeld tot een
tuchtschoolstraf van twaalf maanden, waarvan
vier voorwaardelijk. Twee anderen tot acht
maanden, waarvan vier voorwaardelijk, drie tot
acht maanden, waarvan vijf voorwaardelijk en
twee tot zes maanden tuchtschool, waarvan vier
voorwaardelijk, allen met een proeftijd van drio
iaar.
Eén van de jongens, voor wien eenige ver
zachtende omstandigheden golden, kreeg een
voorwaardelijke tuchtschoolstraf van zes maan
den.
opdat de chauffeur of de gids de lof kan zin
gen van dit schoonste punt van Amsterdam.
En het verheugt zich ook nog in een ander
soort van beroemdheid, want een groot deel
van de adspirant-automobilisten van Am-
teen op deze smalle bruggetjes, die zich op
zoo'n ingewikkelde manier spannen over het
mooiste Amsterdamsche grachtenkruispunt,
de knepen van het vak. Soms kan men ze
er 's Zondagsmorgens al tamelijk vroeg zien
tobben en ik weet niet hoe het met de rij
examens is, maar het zou me niets verwonde
ren, als het zonder fouten „nemen" van dit
bruggensamenstei een aardige stap in de
richting van het rijbewijs beteekende
En dat hebben de oude bruggetjes, die nu
al zeker twee, drie eeuwen lang de verbin
ding vorimen tusschen vier grachtkanten, in
vroeger jaren toch zeker nooit gedroomd. Van
de venijnige wit met zwart en rocd en gele
verkiezingsborden, die in deze dagen ook dit
oude stadsdeel ontsieren, spreek ik maar
niet.
W. v. d. T.
Zoo'n gloeiende kachel is best
bij rheuinatische pijnen.
Maar U kunt haar niet meenemen! Dus die
warmte helpt slechts tijdelijk. En dit te meer,
omdat de rheumatieklijder, door de bij rheu-
matische aandoeningen optredende storing in
de huidfunctie, buitengewoon gevoelig is voor
vocht, tocht en kou. Vandaar, dat die pijnen
buiten de deur overal en altijd op U staan te
wachten. Ge moet de oorzaak van Uw pijnen
dan ook onverwijld aanpakken en die is ge
legen in een overmaat van urinezuur in het
lichaam. Wat ge noodig hebt is een bloedzui
verende kuur met het wereldvermaarde mid
del Kruschen Salts, dat lever, nieren en inge
wanden aanspoort tot regelmatige, krachtige
werking, waardoor afvalstoffen radicaal wor
den verwijderd. Verwacht niet, dat Kruschen
Uw pijnen op slag wegtoovert. Maar geleidelijk
verminderen zij, tot zij geheel verdreven zijn.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij
alle apothekers en drogisten a f 0.40, f 0.75 en
f 1.60 (extra groot pak).
(Adv. Ingez. Med.)
(Adv. Ingez. Med.)
president Lebrun
Onze Londensche correspondent schrijft:
ET Lagerhuis bezit een Éngelsch-
Fransche commissie, bestaande uit
parlementsleden, wier liefde voor
Frankrijk zijn instellingen en zijn
beschaving bijzonder warm is. Deze parle
mentaire commissie kan niet geacht worden
politieke oogmerken te hebben. De meeste
leden kennen Frankrijk en zijn taal voortref
felijk. Zij meenen dat hun medeleden van het
Lagerhuis met dezelfde geestesschatten moe
ten worden verrijkt. Dat is, zeggen zij, niet
alleen goed voor hen, maar het is ook goed
voor de Entente Cordiale. (Politici kunnen
nooit heelemaal de politiek met rust laten).
Het recente bezoek van President Lebrun
en zijn vrouw aan Londen heeft o.a. ge
leerd dat verscheidene wettenmafcers in West
minster in hun kennis van het Fransch ern
stig tekortschieten. Zij herinneren zich nog
vaag dat de pijp van papa ook in Parijsche
woningen wel eens op de tafel ligt en dat tan
tes eerder met pennen dan met patiooden
schrijven. Veel verder gaat de kennis van
taal en manieren in Frankijrk bij vélen in het
Engelsche Lagerhuis niet. Bij de ontvangst
van den Franschen president in de West-
minster Hall heeft men een parlementslid,
die ongelukkigerwijze met een Stentorstem
bedeeld was, herhaaldelijk hoppen uitroepn
„Vice la president". Het was pijnlijk, hoe
zeer men wist dat de Fransche beleefdheid er
doof voor was.
Maar om herhalingen te voorkomen heeft
de Engelsch-Fransche parlementaire com
missie de gelegenheid voor Lagerhuisleden
opengesteld een keer in de week voor niets
een uur Fransche les te nemen. In de uit-
noodiging, die hiervoor is rondgezonden,
wordt verzachtend opgemerkt dat de collega's
het wellicht op prijs zouden stellen, indien
zij binnen de muren van het parlementsge
bouw hun Fransch konden „opfrisschen". Het
voorstel heeft een goede ontvangst gekregen
en de commissie' is thans bezig een geschikten
opfrisscher te zoeken. Men heeft al beseft dat
het plan voor uitbreiding vatbaar is. De con
versatieles kan worden afgewisseld met voor
drachten over Fransche letterkunde, kunst en
bestuursvormen. Excursies naar de Fransche
hoofdstad om in nauwere aanraking te komen
met den Franschen geets en om de noodige
ervaring op te doen in het gebruik van de
taal worden in het vooruitzicht gesteld en
men zegt dat dit de animo aanmerkelijk heeft
verhoogd en dat par tij verschillen reeds tot
een minimum teruggebracht door de gevrees
de bedreiging van het nationaal bestaan door
de werking van de Midden-Europeesche as,
onder den invloed van het zinnebeeld der
Entaente Corariale, dat in den vorm van Fran
sche instructie in Westminster totstandkomt,
geheel gaan verdwijnen.- -
Het zou best kunnen wezen dat de Fran
sche geest straks in de debatten van het
Lagerhuis tot uiting komt. Dat zou een zegen
zijn. Want ze zouden er mee gediend zijn.
Als men nooit debatten in het Lagerhuis heeft
bijgewoond en af moet gaan op de verslagen
er van (die veelal de gedachten der volks
vertegenwoordigers zooveel ordelijker uit
drukken dan zij het zelf deen) zou men den
ken dat ze onderhoudend kunnen zijn. Maar
dat zijn ze aleenl in fragmenten, wanneer een
Churchill of een Sinclair of een A. P. Her-
bert aan het woord is. En ze zijn het uiter
aard en meer dan onderhoudend wan
neer kwesties van het hoogste gewicht ter
spraJbe komen. Maar dat gebeurt niet steeds
Een nationale catastrophe als het verkeer den
verkeerden kant van den weg opzoekt
Geen „flirt met het buitenland",
maar een steeds noodzakelijker
hervorming in het belang van
de verkeersveiligheid.
(Van onzen correspondent).
STOCKHOLM 19 April.
Bij de douaneposten aan de Zweedsch-
Noorsche grens staan groote borden, die den
weggebruiker aanraden, voorzichtig naar den
verkeerden kant van den weg over te steken en
dien te houden. En in de veerhavens aan de
Sont plakken menschen van de automobielclubs
papiertjes op de voorruit, midden voor den neus
van den man aan-het-stuur, die hem met vette
letters en pijlen duidelijk maken, dat Denemar
ken rechts verkeer heeft en dat men in Zweden
links moet houden.
Het schijnt voor een automobilist, vooral
wanneer hij zich op voor hem onbekende bui
tenlandsche wegen bevindt, vrij gemakkelijk
te zijn „in spiegelbeeld" te rijden, naar den ver
keerden kant uit te wijken, aan den verkeerden
kant in te halen, verkeer van den verkeerden
kant voor te laten gaan. Men past zich aan na
tuurlijk, men houdt zich aan de geldende regels
en men heeft den vuurrooden pijl, het waar
schuwende „Rechts!" of „Linies!" steeds voor
oogen. En alles gaat goed tot men op een weg
met weinig verkeer of met slechte kanten er toe
komt in het midden te gaan rijden, tot er zich
opeens een situatie voordoet, waarin bliksemsnel
gehandeld, vlugger gereageerd moet worden dan
normale hersens plegen te doen. Dan reageert de
automobilist in negen-en-negentig van de hon
derd gevallen volkomen automatisch zooals hij
dat gewoon is, gooit een Zweed op een Deen-
schen weg instinctief het stuur naar links en
zijn Deensche tegenligger het zijne naar rechts
om. Hetgeen dan vrijwel altijd tot resultaat
heeft, dat de ambulance en de kraanwagen uit
moeten rukken en dat er weer lange stukken in
de kranten komen over de wenschelijkheid van
aanpassing van Zweden bij den hoofdverkeers
regel van het continent. Er gaat geen zomer
maand voorbij zonder dat de Zweedsche kran
ten telegrammen hebben over een Zweedschen
auto, die in het buitenland verongelukt is om
dat de bestuurder op een critiek moment vergat,
dat hij niét links moest houden. En even vaak
sterven Scandinavische broeders of andere bui
tenlandsche toeristen een vroegtijdïgen dood in
een Zweedschen weggreppel omdat zij één
oogenblik niet aan dat Zweedsche links-houden
dachten. En wanneer men weet, dat het auto
verkeer tusschen Denemarken en Zweden via het
Sont-veer bij Elseneur de laatste twaalf jaar
ver-veertig-voudigd is en dat er in de Noorsch-
Zweedsche grensstreken honderden chauffeurs
zijn, die dagelijks tenminste eenige malen de
grens passeeren en dus dagelijks even zoo vele
malen hun hersens van links- op rechts- en van
rechts- op links-verkeer moeten overschakelen,
dan verwondert men er zich eigenlijk over, dat
het gebrek aan uniformiteit tusschen den Zweed
schen hoofdverkeersregel en dien van de om
ringende landen en van de meeste andere landen
in Europa, niet veel meer slachtoffers maakt.
Boerenpaarden houden links.
dig bestudeerd behalve dan in Tsjechië, omdat
de daar toegepaste methode voor Zweden niet
in aanmerking komt en op grondslag van die
studies zijn er plannen uitgewerkt voor de in
voering van rechtsch verkeer in Zweden. Men
heeft precies uitgerekend, dat de tweede week
na Nieuwjaar de géschikste tijd is, men weet
nauwkeurig hoe op allerlei verkeerspunten de
borden en verkeersgeleiders veranderd moeten
worden en waar men den eersten tijd pijlen en
banen op het wegdek moet schilderen om de
weggebruikers in den goeden koers te houden.
De laatste jaren zijn trouwens vele vluchtheu
vels, vele tramhaltes en vele viaducten met op
en afritten zoo gebouwd, dat zij zoowel bij
rechtsch- als bij linksch-verkeer gebruikt kun
nen worden. Men is er in deskundige kringen
van overtuigd, dat de overgang naar rechtsch-
verkeer, als die begonnen wordt in den stilsten
tijd van den winter en als die gesteund wordt
door een krachtige propaganda, de verkeersvei
ligheid niét behoeft te verminderen en haar op
den duur zeker ten goede zal komen.
Maar het heeft tot nu toe geduurd voor de
volksvertegenwoordiging^ haar tegenstand liet
varen. Vele malen is er "de laatste jaren in den
Rijksdag over invoering van rechtsch-verkeer
gedebatteerd en even zoo vele malen hebben zij,
die de boerenknechts niet willen noodzaken op
den bok wakker te blijven om de paarden aan
den goeden kant te laten loopen, de meeste
stemmen gehad. Eerst thans, op een zonnigen
Aprildag van het jaar 1939, hebben beide Kamers
van Zweden's parlement, al de verwijten van
on-nationaal gedrag en al de waarschuwingen
voor de catastrophale gevolgen ten spijt, met
groote meerderheid besloten, dat er een uitge
breid officieel onderzoek inzake de wensche
lijkheid en de mogelijkheid van de invoering
van rechtsch-verkeer ingesteld zal worden. Daar
mee is de zaak nog wel niet heelemaal in orde
en het zal ook nog wel enkele jaren duren voor
het zoo ver komt, maar het nu genomen besluit
beteekent, dat de meerderheid haar principieele
verzet tegen deze belangrijke verkeers-hervor-
ming heeft opgegeven, dat Zweden binnen af-
zienbaren tijd tot rechtsch verkeer overgaat.
Het beteekent ook, dat de verhouding van
plattelander tegenover stedeling in de jaren, dat
de boerenpartij samen met de sociaal-democra
ten regeert, aanmerkelijk verbeterd is en dat de
insulaire instelling van een groot deel van het
Zweedsche volk geleidelijk aan plaats maakt
voor ruimer opvattingen, voor een beter besef
van de verbondenheid van Zweden met het ook
thans nog wel een enkelen keer als iets van
lager orde beschouwde buitenland.
C. G. B.
(Adv. Ingez. Med.)
BROS ALS BESCHUIT