ITALIAANSCHE INVLOEDEN IN EGYPTE. ZWANENBERG -Nederlandsche feestdagen te Rijssel en Roubaix DINSDAG ,S_J UNI. 1939 H A A RKEM'S DAGBBAD 9 IBafAa's ionqste. OetzoeA étengt de gemaedeten in Hexoevinq (Van een bijzonderen correspondent). JA, zegt de Egyptenaar met wien ik een wandeling door Alexandrië maak op ontmoedigenden toon tegen mij, -r en het schijnt wel alsof het lusteloos heen en weer wiegende zwarte kwastje van zijn mooien rooden fez mijn pessimistische stemming deelt, „we zijn met al die Italia nen en hun vlaggenparades hier allesbehalve ingenomen. Het gaat er bijna op lijken alsof we eerder in de een of andere Italiaansche kolonie zijn in plaats van in ons vrije Egypte". En mijn vriend met de fez heeft gelijk. Er zijn straten waar om de twee, drie huizen de Ita liaansche driekleur is uitgestoken. Aan som mige vlaggemasten is door bijzonder vader landslievende eigenaars bovendien nog een pijlenbundel, symbool van het nieuwe Italië, bevestigd. Hier en daar wel erg primitiefeen uitgezaagd plankje, figuurzaagwerk, met wat goedkoop verguldsel bestreken, maar des ondanks tóch een „fascio" en als zoodanig door iederen voorbijganger onmiddellijk te herken nen. Slechts nu en dan, heel bescheiden als vroeg het bijna om excuus voor zijn aanwe zigheid, een Egyptisch vlaggetje, de halve maan met drie sterren in wit op een groen veld, gering in afmeting en daardoor vrijwel heelemaal op den achtergrond gedrongen door de meestal breede, forsche vlaggen van den ander. Het is met die Italiaansche vlaggen een vreemde geschiedenis. Want zooals hier in Alexandrië is het in alle plaatsen om de Mid- dellandsche Zee precies hetzelfde; het doet er volstrekt niet toe of het Fransche of En- gelsche. koloniën of protectoraten zijn, dan wel onafhankelijke staten zooals het Egypte van Koning Faroek, ondanks dat ziet men er toch al van heinde en ver het groen, wit en rood van den Keizer-Koning van Italië, Ethio pië en Albanië. De Italiaansche vlag is er een realiteit geworden. Men zou kunnen zeggen dat Mussolini zijn toekomstideaal van het Romeinsche Keizerrijk der 20e eeuw inderdaad al met vlaggen heeft uitgezet niet alleen op de kaart in zijn studeerkamer te Rome, maar óók in werkelijkheid: hij heeft ze ge plant op de daken van de Italiaansche scholen en majestueuze partijgebouwen in de centra der groote steden, zoowel als op de beschei den woningen van den Italiaanschen kolonist of neringdoende op het plattteland en in de dorpen. Om geheel de Middellandsche Zee. En Egypte maakt hierop geen uitzondering. In tegendeel. De meer dan 60.000 hier wonende Italianen vormen er zelfs de grootste Euro- peesche kolonie in het land en velen van hen nemen een zeer actief aandeel in deze welis waar nationaal-propagandistische, maar bo venal toch provoceerende vlaggendemonstra- tie. Het bezoek dat maarschalk Italo Balbo, goeverneur-generaal van den buurstaat Libië, aan Kaïro heeft gebracht, deed opnieuw de vraag stellen wat Italië in de komende maan den met, Egypte voorheeft. Deze kwestie is plotseling weer actueel geworden. 'Balbo, die vergezeld van een aantal func tionarissen, in een door hem zelf bestuurd vliegtuig hoe kon hij als modern luchtvaart maarschalk anders doen! arriveerde, ver telde aan de pers dat hij louter en alleen voor privé-doeleindcn kwam. op uitnoodjging van zijn vriend Graaf Mazzolini, den Italiaanschen gezant aan Koning Faroek's hof. Erg geloof waardig klonk dat niet. En dus geloofde nie mand het. Het is tegenwoordig in politieke en diplomatieke kringen een soort sport gewor den om belangrijke besprekingen voor het oog van de massa te camoufleeren, hetgeen dan meer of minder geslaagd gebeurt, al naar gelang van de handigheid en goeden smaak van den speler. Zoo geeft de een voor dat doel een lunch of diner, terwijl de ander een mo nument gaat onthullen of een nieuwen spoor weg, brug, museum of iets van dien aard gaat Inwijden. Hoe dan ook, maarschalk Balbo maakte het zich niet zoo moeilijk. Als goed militair zei hij kort en bondig dat hij alleen zijn vriend Mazzolini eens kwam opzoeken. En daarmee basta. Veel gelegenheid voor ge- zelligen kout hebben de vrienden overigens niet gehad. Want de meeste tijd werd door gebracht met het houden van besprekingen met Egyptische staatslieden zooals o.a. met den minister-p. csident en den minister van defensie Hoessein Sirry Pasja, terwijl ook de koning den maarschalk in audiëntie ontving. Bovendien maakte Balbo van de gelegenheid gebruik om contact te krijgen met de Italiaan sche kolonie en deze toe te spreken, waarbij vooral opviel zijn verklaring dat Italië op dit oogenblik feitelijk a! aan Egypte grenst: „Ka meraden", aldus de maarschalk, „waarop ik thans bovenal wil wijzen is het feit dat ge nu uw vaderland dichter bij u hebt dan ooit tevoren. Libië is een deel van Rome geworden j en daarop hebt ge op dit oogenblik vlak aan de grenzen van Egypte uw eigen Italië. Dit feit zal u met trots vervullen en de toekomst vol vertrouwen tegemoet doen zien!" Niemand zal er aan twijfelen dat tallooze in Egypte wonende Italianen zich inderdaad daarover van harte verheugen. Maar de Egyptenaren zelf staan er heel anders tegen over. En vooral; ze denken er bovendien het hunne van. Over het feit dat ze Italië nu vlak achter hun grenspalen kunnen zien arbeiden en zwoegen zijn ze van hun kant allesbehalve enthousiast, om er maar van te zwijgen dat dit hen de toekomst vol vertrouwen tegemoet doet zienDeze verklaring van Balbo heeft dan ook heel wat stof opgejaagd. Men zoekt er méér achter en in de eigen Egyptische pers komt dit tot uiting. Er bestaat een duidelijk wantrouwen ten opzichten van Italië's bedoe lingen. In een ingezonden artikel vertolkt iemand, die zijn stuk met „Patriot" ondertee kent. in de volgende woorden onomwonden de openbare meening: „Het geeft mij, als Egyp tenaar te denken, zoo schrijft hij. dat Maar schalk Balbo nu, in dezen tijd van acute, in ternationale crisis, besprekingen komt houden met onze staatslieden. En dat vooral, nu hij aan de grenzen van Egypte een buitengewoon sterke, gemotoriseerde legermacht heeft ge-1 concentreerd die juist den laatsten tijd nog belangrijk is uitgebreid en onlangs zelfs door Duitsche militaire deskundigen aLs Goering en Von Brauchitsch werd geïnspecteerd. Er wordt gezegd dat Italië ons een non-agressie pact wil aanbieden Maar laat ik het hier maar ronduit zeggen, dat wij Egyptenaren. vooral na de annexatie van Albanië, al heel weinig vertrouwen meer hebben in Italiës op rechtheid ten opzichte van zijn vrienden en bondgenooten. Want indien, ais resultaat van een goed opgezette propaganda, Italië zich al eenige sympathie mocht hebben verworven in sommige Arabische landen, dan heeft het die door de verovering van Albanië nu althans grondig verspeeld. Als het oogenblik zou ko men dat de Arabieren in een komenden oorlog partij zullen moeten kiezen, dan is het ab soluut zeker dat zij nooit en nimmer de zijde De getroffen militaire maatregelen. fvan de totalitaire machthebbers zullen kie zen" Dit zijn de beide stemmen die dezer dagen in Egypte werden gehoord het woord van Balbo, door radio en telegraaf uitgedragen over heel de wereld, en de stem van het Egyp tische volk, beperkt gebleven tot de eigen nationale pers en vergaderzaal. Maar daarom niet minder belangrijk. En men mag er van verzekerd zijn dat, hoewel schijnbaar zwak, die stem desondanks héél duidelijk is gehoord Zoowel in Rome als in Londen en Parijs. Maar vooral in Rome.... Het opbouwen van een Imperium gaat in den tegenwoordigen tijd nu eenmaal niet meer zoo gemakkelijk als vroeger, vele eeuwen her. Want met de tijden zijn ook de menschen veranderd tempora mutantur et nos in illis! De waarheid daarvan bewees ook weer deze Egyptische patriot. Tot leering van het tweetal moderne Empire Builders Benito Mussolini en Italo Balbo! Militaire maatregelen. TC1 GYPTE dat zich, evenals zoovele andere JL-' landen om de Middellandsche Zee, be dreigd voelt, treft allerlei maatregelen om zijn onafhankelijkheid te verdedigen. Het doet dit, op grond van het Egyptisch-Engelsehe ver drag van 1936, tezamen met Engeland. Duizen den Engelsche soldaten zijn nu in Egypte ge legerd. Een groot deel van de Britsche vloot bevindt zich op het oogenblik in de oorlogs haven van Alexandrië, van waaruit gevechts oefeningen worden gehouden in samenwerking met de Egyptische kustartillerie. Dok de lucht macht neemt er aan deel. Egypte vertoont sinds eenigen tijd eenzelfde beeld als Tunis: overal groote militaire bedrijvigheid. Aan de westgrens, in de richting van Libië, zijn tal looze stellingen en versterkingen in gereed heid gebracht. Men is er op alles voorbereid. En bij een treinreis langs het Suezkanaal valt het onmiddellijk op, hoe ook hier alles gedaan wordt om het kostbare kanaal zoo doeltref fend mogelijk tegen vijandelijke aanvallen te verdedigen. Overal ziet men de Engelsche sol daten in hun khaki-uniformen en „shorts" bedrijvig in de weer. Nieuwe militaire werken worden met spoed uitgevoerd. Een van de be langrijkste is de aanleg van een militairen weg van Ismailia, aan het Suezkanaal, naar Palestina, waarvoor 160.000 pond sterling be schikbaar is gesteld. Dezer dagen is met den aanleg van dezpn weg. die door eindelooze zandvlakten is getraceerd en uiterlijk in Oc tober gereed moet zijn, een begin gemaakt. Ismailia zelf wordt ingericht als opslagplaats van oorlogsmateriaal voor de luchtmacht en de militaire vliegvelden. Worden al deze verdedigingswerken in hoofdzaak door de Engelsche troepen uitge voerd. ook aan de uitbreiding en betere outilleering van het Egyptische leger, dat thans ongeveer 30.000 man sterk is, wordt krachtig gewerkt. Het is opmerkelijk hoe de Egyptische jongelieden, die tot voor kort slechts een zeer matige belangstelling voor alles wat militair was aan den dag legden, nu totaal van gedachten blijken te zijn veranderd. Honderden vrijwilligers melden zich aan. De Egyptische studenten in Parijs en Londen hebben de autoriteiten aldaar om een mili taire spoed-opleiding verzocht om in geval van nood paraat te zijn en tevens als verbin dingsofficier te kunnen dienst doen tusschen de Egyptische soldaten -die over het alge meen slechts Arabisch spreken en verstaan en de Engelsche officieren. En dan zijn er nog de maatregelen tegen luchtaanvallen. Dezer dagen hebben oefeningen plaats gehad in Kaïro, Alexandrië en Port Saïd. Een daarvan helaas met doodelijken afloop. Echter niet door een oefenbom of iets van dien aard. In Port Saïd was een oude juffrouw er niet van op de hoogte dat dien avond een schijnaanval op de stad zou plaats hebben. Toen zij. op haar avondwandeling in de Fouadstraat. plotseling de sirenes hoorde gilien, alle lichten als bij tooverslag zag uitgaan en ambulances voorbij zag snellen, dacht zij dat de Italianen al op weg waren om de stad met den grond gelijk te maken. Zij viel van schrik in onmacht en stierf nog denzelfden avond. De kranten heb ben, naar aanleiding van dit tragisch voorval, nog weer eens nadrukkelijk op het nut eener doeltreffende publieke voorlichting gewezen, daar ook deze een onderdeel vormt van de zoo zeer gewenschte paraatheid Oudheidkundige vondsten. 1P GYPTE zou zichzelf niet meer zijn, als het JL/ niet, ondanks den onbehaaglijken inter nationalen toestand, de wetenschap zou blijven dienen door nieuwe ontdekkingen en met verdere interessante onthullingen over dien roemruchten tijd der Pharao's. het Egypte van Ramses II en een Toethankhamon. Wie. over Egypte sprekende, ziet niet tegelijkertijd voor zich opdoemen de silhouetten van de pyrami- den en sfinxen van Gizeh en Cheops, de tem pels en koningsgraven van Luxor, Karnak en Memnon? Nog is er veel verborgen. En ge staag zetten de geleerden daarom hun arbeid voort om zoo mogelijk ook de alleroudste ge- GEZOND EN BESPAREND! Geen boter noodig, als U Zwanenberg's leverpastei op het brood geeft! Dat spaart, vooral omdat Zwanenberg's leverpastei drie maal zoo goedkoop is als boter! Kinderen zijn er dol op en gedijen er van... want 't is gezonde, vitaminerijke lever. De smaak? Heerlijk - evenals Zwanenberg's worst, hot dogs, gehokt, Frankfurter worst of boterham worst, geraffineerd gekruid! maakt wat smaakt! (Adv. Ingez. Med.) Een manifestatie van NederlandschFransche vriendschap. RIJS St( rij Wf PARIJS, 4 Juni. (Van onzen correspondent). IJSSEL en Roubaix, de twee zuster steden in het noorden van Frank- •ijk. zijn in feeststemming. Vlaggen waaien uit, wimpels wapperen in den wind, kleurige slingers zwieren over de straten en wapenborden hangen tusschen de boomen Vandaag Zondag komt immers Frankrijk's staatshoofd. President Lebrun, feestelijk de groote internationale tentoon stelling over den socialen vooruitgang, een ten toonstelling, die juist hier in dit rijke in dustriegebied zoo volkomen op haar plaats is, bezoeken. Doch er was riog een andere reden, waarom de laatste twee dagen Rijssel en Roubaix feestvierden en het motief hiervan werd den bezoeker reeds spoedig verraden door de tal rijke Nederlandsche vlaggen en Oranjewim pels. die van stadhuis en prefectuursgebouw en talri,jke particuliere huizen wapperden. Of schoon Nederland niet officieel op deze ten toonstelling vertegenwoordigd is, omdat de Nederlandsche re£eering het in deze dagen niet verantwoord achtte na de deelneming aan de „Worldfair" te New-York en de Water tentoonstelling te Luik nog gelden voor een derde tentoonstelling beschikbaar te stellen, hebben de organisatoren er toch prijs op ge steld gedurende deze expositie twee volle dagen te reserveeren voor een demonstratie der Fransch-Nederlandsche vriendschap, zooals zij dat zelf uitdrukkelijk genoemd hebben. De reden voor deze bijzondere behandeling? De innige vriendschapsband, die van verren historischen tijd af tot op deze dagen toe steeds ons land met Noord-Frankrijk verbon den heeft: een staatkundige band, die in de dagen der hertogen van Bourgondië de bevol king van Nederland, Belgié en Fransch Vlaan deren onder één kroon verbond, een commer- schiedenis van het land te doorvorschen. En zij hebben daarbij wederom succes gehad. Na de ontdekking, het vorig jaar, van het graf van Pharao Hor-Aha van de eerste dynastie, had men deze maand het geluk te Saqqara het graf te vinden van diens opvolger, den tweeden vorst der eerste dynastie, Pharao Zer. Een groote voorraad gebruiksvoorwerpen uit dien alleroudsten tijd, alsook messen, zwaar den en potten met levensmiddelen, werden bovendien aangetroffen. De vondst werd als zeer belangrijk beschouwd. Maar helaas, het Egypte van heden ademt, als gevolg van de omstandigheden, voorloopig meer den geest van den modernen Mars dan dien van den Pharao uit het grijs verleden. En voor de woorden van maarschalk Italo Balbo bestaat nu meer belangstelling dan voor de taal der aloude beschaving van Saqqara. Echter één ding is zeker: de Egyptenaren van thans zullen zich tegenover den aanvaller fanatiek verzetten, èn als sterk nationaal voe lende onderdanen van een jongen, onafhanke- lijken staat, èn als Mohammedanen. En zij zul len worden gesterkt door het besef daarbij tevens te strijden voor de eer van een grootsch en roemrijk verleden. De intocht van het Engelsche koningspaar in Winnipeg werd niet door mooi weer begunstigd. Koningin Elisabeth moest haar parapluie opsteken om zich tegen den stroomenden regen te beschermen. cieele band. die gelegd werd door het drukke handelsverkeer tusschen ons iand en het in dustriegebied van Rijssel en Roubaix en boven al een band van naastenliefde en onbaatzuch- tigen bijstand, toen na den oorlog Nederland de zwaar-beproefde bevolking van deze bijna totaal verwoeste streek te hulp kwam door het oprichten van noodwoningen, na gedu rende de oorlogsjaren talrijke kinderen te heb ben opgenomen en de achtergeblevenen van voedsel voorzien te hebben. Al deze herinneringen zijn levendig geble ven in Noord-Frankrijk en het deen een Ne derlandsch hart werkelijk goed gedurende twee dagen omzwerving in deze steden te mo gen constateeren dat er minstens één plekje op aarde bestaat, waar dankbaarheid geen ij del woord is. Rijssel en Roubaix hebben zich uitgesloofd den Nederlandschen gezant ie Parijs, jhr. dr. Loudon en de hem vergezel lende landgenooten op waardige wijze te ont vangen. maar niettegenstaande al die waar digheid van stram het geweer presenteerende soldaten der eerewachten en van een eere escorte motorrijders, die steeds den stoet voorafgingen en omringden, niettegenstaande al het officieele verbonden aan ontvangsten op stadhuizen en gouvernementsgebouwen, moest dat alles na enkele oogenblikken wijken voor de hartelijke vriendschapsgevoelens, die sterker waren dan alle koele protocolaire voor schriften. Die twee dagen zijn een aaneenschakeling geweest van feestelijkheden en recepties, deels georganiseerd door de plaatselijke autoriteiten, tereere der Nederlandsche gasten, deels door een comité gevormd uit het midden der Ne derlandsche Kamer van Koophandel te Parijs, waarvan de heer Kwantes voorzitter en de heer Spaans commissaris-generaal was. Te veel plaatsruimte zou het vorderen dit alles in den breede te behandelen en wij zullen ons dus tevreden stellen met een kort overzicht. Na een officieele begrooting op het station van Rijssel door talrijke civiele en militaire auto riteiten werd jhr. Loudon en het Neder landsche gezelschap, bestaande uit den heer Sevenster. consul-generaal te Parijs, baron van Lijnden, gezantschaps-attaché en verschillen de vooraanstaande landgenooten uit de Parij sche kolonie, de meesten vergezeld door hun dames, op de Prefectuur ontvangen, waar de prefect, de heer Charles, hen verwelkomde wat enkele oogenblikken later namens de be volking van Rijssel in het prachtige, monu mentale stadhuis door den burgemeester her haald werd. Korten tijd later zaten ongeveer 200 gasten aan een Lucullus-lunch, aangebo den door de tentoonstellings^Utoriteiten aan in een restaurant op het expositieterrein en nadat de heer Mahiau. voorzitter van het ten toonstellingscomité en vice-president van den Franschen Senaat, in warme bewoordingen herinnerd had aan hetgeen Nederland voor Noord-Frankrijk gedaan had en de heer Kwantes Frankrijk's voorvechters op sociaal gebied gehuldigd had. nam jhr. Loudon het woord om Nedeiiand's aandeel in den socialen vooruitgang in het kort uiteen te zetten. Met daverend applaus werd zijn geestige verkla ring, dat Nederland ook behoefte had aan levensruimte en dat deze levensruimte niet veroverd werd met mitrailleurs en kanonnen, doch door een aanval met pompen en motoren op zee. begroet. Na de lunch vereenigden zich allen in een der tentoonstellingszalen, waar Mr. Spooren berg. hoofdbestuurslid van de Maatschappij van Handel en Nijverheid, een lezing hield over het sociale werk in Nederland en het zegenrijke gevolg hiervan, met name op het bevolkingscijfer. En al drukken al deze uitga ven voor het sociale werk. voor de verbetering der woningtoestanden, voor de sociale ver zekering, voor de ziekenkassen, voor de ouder- domsverzekering zwaar op het Nederlandsche budget, even hardnekkig als voor hun natio- nade vrijheid, vechten de Nederlanders voor het behoud van hun sociale voorrechten, ge dachtig aan de spreuk van Oranje „Je main- tiendrai". Sociaal werk is echter ook nog iets anders. Ook ontspanning behoort hiertoe en daarom was 's avonds in den grooten schouwburg van Rijssel een gala-voorstelling georganiseerd, waarin getoond werd op welke wijze in som mige streken van Nederland de jeugd haar vrij entijd besteed. De Gorsselsche Boerendan- sers in hun typische kleederdracht klepper den op hun klompen over het tooneel, de kam pioen vendelzwaaier Hendriks van het St.- Catharina Gilde uit Tongelre zwaaide zwierig et zijn bont vaandel en de dansers van den Meihof te Oosterbeek toonden hoe op oude melodieën moderne volksdansen ontstaan kunnen. BEN tweeden dag stond 's morgens vroeg een ontvangst door de Rijsselsche Kamer van Koophandel in het statige beursgebouw waarvan de stijl duidelijk verraadt, dat het door denzelfden architect als het Haagsche Vredespaleis is gebouwd op het program ma. waarna de lange stoet auto's koers zette naar Roubaix om daar op het stadhuis ont vangen te worden door den oud-minister van Arbeid en burgemeester-kamerlid van Rou baix. Lebas. Weer werd Nederlands ver dienste bij den wederopbouw van Noord- Frankrijk geprezen, weer werd uitdrukking gegeven aan de dankbaarheid voor ons k'.eine landje, dat zioh zoo groot had getoond en al hadden wij dergelijke woorden gedurende deze dagen reeds herhaaldelijk gehoord, ze deden toch telkens goed, omdat ze zoo waar en zoo hartelijk klonken. Van het stadhuis werd vertrokken naar het wonder-mooie park Barbieux, een der fraaiste en grootste van heel Frankrijk, een kostbaar bezit voor een zuivere industriestad als Rou baix, waar het regionale centrum der groote tentoonstelling is opgebouwd. Een allerchar- mantst geheel, bloemen en water en fonteinen en daartusschenin de paviljoens in regionalen bouwstijl der veertien gedurende den oorlog verwoestte Noordelijke en Oostelijke departe menten. Daverend schalde ons daar een Mar seillaise tegen, eerste nummer van een con cert uitgevoerd door de Philipsharmonie uit Eindhoven, waarna opnieuw koers gezet werd naar het tentoonstellingsterrein te Rijssel voor de afscheidslunch. aangeboden door de Ne derlandsche Kamer van Koophandel te Parijs. Aan het slot van deze lunch marcheerde de Philipsharmonie. gevolgd door de vroolijke boerendansers uit Gorssel en de niet minder opgewekte dansers van den Meihof het ten toonstellingsterrein op om in het openlucht theater een nieuw concert en een nieuwe dansuitvoering te geven. Het wa$ het slot van dit tweedaagsch Ne- derlandsch-Fransch vriendschapsfeest, een manifestatie, die volkomen geslaagd is en die heel wat vriendschapsbanden nauwer heeft aangehaald of doen sluiten. Een verstandige daad is de organisatie dier feesten geweest, want kon op een dergelijke tentoonstelling van socialen vooruitgang, de eerste, die ooit op dit gebied georganiseerd is. Nederland, dat toch zooveel op sociaal gebied gedaan heeft, geheel afwezig zijn? Wy hebben onze opwachting gemaakt bij menschen. die vrienden zijn en die boven dien voor onze handelsrelaties met Frankrijk an het allergrootste belang zijn. Do industriestreek van Rijssel—Roubaix is een der allerrijkste van heel Frankrijk niet minder dan 1 5 der totaal belasting van Frankrijk wordt hier alleen opgebracht en al hebben de ongelukkige contingenteeringen de handelsrelaties bemoeilijkt, het is toch van het allergrootste belang in de hoop op betere tijden de bestaande betrekkingen aan te hou den. Die hoop is in Noord-Frankrijk onwrik baar geworteld en het beste bewijs ervan is zeer zeker de organisatie dier tentoonstelling, waarin als 't ware een uitgebreide synthese ge geven wordt van al hetgeen de laatste jaren gegdaan is door een provincie, die grooter dan ooit uit de oorlogsbcproeving opgestaan is. Die tentoonstelling, die levende demonstra tie van den socialen vooruitgang, is te Rijssel en te Roubaix des te meer gerechtvaardigd, daar zij een der meest arbeidzame streken van Frankrijk zijn en voor het eerst kan men juist daar uitgestald zien. wat een moderne stad doet om het menschelijk bestaan te ver aangenamen: enkele jaren gelèden was het niets en nu stijgt de curve stijl omhoog. Door deze twee dagen heeft Nederland medegewerkt aan het welslagen dier expositie en dit is een daad vajj verstandig beleid ge weest. J. W. KOLKMAN. (Nadruk verboden) HET CARNEGIE HELDENFONDS. Uit hei Carnegie Heldenfonds voor Neder land werden blijkens het verslag in 1938 de vol gende ondersteuningen, belooningen en onder scheidingen toegekend. Een bedrag van f 50 als schadevergoeding aan J. A. Wolters, koperbankwerker te Haarlem, die op 12 November 1937 een meisje redde uit het water langs de Mauritskade te Amsterdam, door gekleed daarin te springen en haar met behulp van een touw naar den kant te doen halen. W. is later ziek geworden. Als belooning een bedrag van f 15 aan S. P. J. van Rooden, slagersknecht te Heemstede, die op 12 December 1937 een vrouw redde uit de Ba- kenessergracht, door van den 1.25 M. hoogen walkant in het ondiepe water te duiken en ver volgens kruipend, loopend en zwemmend naar de vrouw te gaan en haar naar den wal te bren gen. Als vergoeding voor de geleden schade een be drag van f 15 aan J. Burry, schoenmaker te Haarlem, die op 27 Maart 1938 een jonger, gered heeft uit de Bakenessergracht, door gekleed te water te springen en den jongen zwemmende aan den wal te brengen. Een schadevergoeding van f 25 aan J. H. Kluyskens te Haarlem, die op 6 Juni 1938 een kind redde uit het water van den Raamsingel ioor gekleed te water te springen en het kind zwemmende naar den wal te brengen. Een schadevergoeding van f 25 aan P. Balk, te Vel sen, die op 21 Juni 1938 een knaap redde uit de Wijkerpijp te Beverwijk, door gekleed te water te springen en den knaap zwemmend naar den wal te brengen. Als belooning een zilveren horloge met in scriptie aan G. van de Winden, 13 jaar, te Be- verwijk, die op 24 Augustus 1938 een jongen redde uit de binnenhaven van de hoogovens al daar, door gekleed te water te springen en met den jongen naar een zandbak te zwemmen. JITBILEUM. Donderdag 8 Juni zal het 25 jaar geleden zijn dat de heer F H. Petter bij de N.V. TechnLsché Maatschappij Heringa en Wuthrich te Haarlem in dienst trad. Sedert 1923 is hij als chefmoa- teur der afdeeling „Neckar" waterreiniging bij voornoemde vennootschap werkzaam.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 7