ITALIAANSCHE INVLOEDEN
IN EGYPTE.
ZWANENBERG
-Nederlandsche feestdagen te Rijssel
en Roubaix
DINSDAG ,S_J UNI. 1939
H A A RKEM'S DAGBBAD
9
IBafAa's ionqste. OetzoeA
étengt de gemaedeten
in Hexoevinq
(Van een bijzonderen correspondent).
JA, zegt de Egyptenaar met wien ik
een wandeling door Alexandrië maak
op ontmoedigenden toon tegen mij,
-r en het schijnt wel alsof het lusteloos
heen en weer wiegende zwarte kwastje van
zijn mooien rooden fez mijn pessimistische
stemming deelt, „we zijn met al die Italia
nen en hun vlaggenparades hier allesbehalve
ingenomen. Het gaat er bijna op lijken alsof
we eerder in de een of andere Italiaansche
kolonie zijn in plaats van in ons vrije Egypte".
En mijn vriend met de fez heeft gelijk. Er zijn
straten waar om de twee, drie huizen de Ita
liaansche driekleur is uitgestoken. Aan som
mige vlaggemasten is door bijzonder vader
landslievende eigenaars bovendien nog een
pijlenbundel, symbool van het nieuwe Italië,
bevestigd. Hier en daar wel erg primitiefeen
uitgezaagd plankje, figuurzaagwerk, met wat
goedkoop verguldsel bestreken, maar des
ondanks tóch een „fascio" en als zoodanig door
iederen voorbijganger onmiddellijk te herken
nen. Slechts nu en dan, heel bescheiden als
vroeg het bijna om excuus voor zijn aanwe
zigheid, een Egyptisch vlaggetje, de halve
maan met drie sterren in wit op een groen
veld, gering in afmeting en daardoor vrijwel
heelemaal op den achtergrond gedrongen door
de meestal breede, forsche vlaggen van den
ander.
Het is met die Italiaansche vlaggen een
vreemde geschiedenis. Want zooals hier in
Alexandrië is het in alle plaatsen om de Mid-
dellandsche Zee precies hetzelfde; het doet
er volstrekt niet toe of het Fransche of En-
gelsche. koloniën of protectoraten zijn, dan
wel onafhankelijke staten zooals het Egypte
van Koning Faroek, ondanks dat ziet men er
toch al van heinde en ver het groen, wit en
rood van den Keizer-Koning van Italië, Ethio
pië en Albanië. De Italiaansche vlag is er een
realiteit geworden. Men zou kunnen zeggen
dat Mussolini zijn toekomstideaal van het
Romeinsche Keizerrijk der 20e eeuw inderdaad
al met vlaggen heeft uitgezet niet alleen
op de kaart in zijn studeerkamer te Rome,
maar óók in werkelijkheid: hij heeft ze ge
plant op de daken van de Italiaansche scholen
en majestueuze partijgebouwen in de centra
der groote steden, zoowel als op de beschei
den woningen van den Italiaanschen kolonist
of neringdoende op het plattteland en in de
dorpen. Om geheel de Middellandsche Zee. En
Egypte maakt hierop geen uitzondering. In
tegendeel. De meer dan 60.000 hier wonende
Italianen vormen er zelfs de grootste Euro-
peesche kolonie in het land en velen van hen
nemen een zeer actief aandeel in deze welis
waar nationaal-propagandistische, maar bo
venal toch provoceerende vlaggendemonstra-
tie.
Het bezoek dat maarschalk Italo Balbo,
goeverneur-generaal van den buurstaat Libië,
aan Kaïro heeft gebracht, deed opnieuw de
vraag stellen wat Italië in de komende maan
den met, Egypte voorheeft. Deze kwestie is
plotseling weer actueel geworden.
'Balbo, die vergezeld van een aantal func
tionarissen, in een door hem zelf bestuurd
vliegtuig hoe kon hij als modern luchtvaart
maarschalk anders doen! arriveerde, ver
telde aan de pers dat hij louter en alleen voor
privé-doeleindcn kwam. op uitnoodjging van
zijn vriend Graaf Mazzolini, den Italiaanschen
gezant aan Koning Faroek's hof. Erg geloof
waardig klonk dat niet. En dus geloofde nie
mand het. Het is tegenwoordig in politieke en
diplomatieke kringen een soort sport gewor
den om belangrijke besprekingen voor het oog
van de massa te camoufleeren, hetgeen dan
meer of minder geslaagd gebeurt, al naar
gelang van de handigheid en goeden smaak
van den speler. Zoo geeft de een voor dat doel
een lunch of diner, terwijl de ander een mo
nument gaat onthullen of een nieuwen spoor
weg, brug, museum of iets van dien aard gaat
Inwijden. Hoe dan ook, maarschalk Balbo
maakte het zich niet zoo moeilijk. Als goed
militair zei hij kort en bondig dat hij alleen
zijn vriend Mazzolini eens kwam opzoeken.
En daarmee basta. Veel gelegenheid voor ge-
zelligen kout hebben de vrienden overigens
niet gehad. Want de meeste tijd werd door
gebracht met het houden van besprekingen
met Egyptische staatslieden zooals o.a. met
den minister-p. csident en den minister van
defensie Hoessein Sirry Pasja, terwijl ook de
koning den maarschalk in audiëntie ontving.
Bovendien maakte Balbo van de gelegenheid
gebruik om contact te krijgen met de Italiaan
sche kolonie en deze toe te spreken, waarbij
vooral opviel zijn verklaring dat Italië op dit
oogenblik feitelijk a! aan Egypte grenst: „Ka
meraden", aldus de maarschalk, „waarop ik
thans bovenal wil wijzen is het feit dat ge
nu uw vaderland dichter bij u hebt dan ooit
tevoren. Libië is een deel van Rome geworden j
en daarop hebt ge op dit oogenblik vlak aan
de grenzen van Egypte uw eigen Italië. Dit
feit zal u met trots vervullen en de toekomst
vol vertrouwen tegemoet doen zien!"
Niemand zal er aan twijfelen dat tallooze
in Egypte wonende Italianen zich inderdaad
daarover van harte verheugen. Maar de
Egyptenaren zelf staan er heel anders tegen
over. En vooral; ze denken er bovendien het
hunne van. Over het feit dat ze Italië nu vlak
achter hun grenspalen kunnen zien arbeiden
en zwoegen zijn ze van hun kant allesbehalve
enthousiast, om er maar van te zwijgen dat
dit hen de toekomst vol vertrouwen tegemoet
doet zienDeze verklaring van Balbo heeft
dan ook heel wat stof opgejaagd. Men zoekt
er méér achter en in de eigen Egyptische pers
komt dit tot uiting. Er bestaat een duidelijk
wantrouwen ten opzichten van Italië's bedoe
lingen. In een ingezonden artikel vertolkt
iemand, die zijn stuk met „Patriot" ondertee
kent. in de volgende woorden onomwonden de
openbare meening: „Het geeft mij, als Egyp
tenaar te denken, zoo schrijft hij. dat Maar
schalk Balbo nu, in dezen tijd van acute, in
ternationale crisis, besprekingen komt houden
met onze staatslieden. En dat vooral, nu hij
aan de grenzen van Egypte een buitengewoon
sterke, gemotoriseerde legermacht heeft ge-1
concentreerd die juist den laatsten tijd nog
belangrijk is uitgebreid en onlangs zelfs door
Duitsche militaire deskundigen aLs Goering
en Von Brauchitsch werd geïnspecteerd. Er
wordt gezegd dat Italië ons een non-agressie
pact wil aanbieden Maar laat ik het hier
maar ronduit zeggen, dat wij Egyptenaren.
vooral na de annexatie van Albanië, al heel
weinig vertrouwen meer hebben in Italiës op
rechtheid ten opzichte van zijn vrienden en
bondgenooten. Want indien, ais resultaat van
een goed opgezette propaganda, Italië zich al
eenige sympathie mocht hebben verworven in
sommige Arabische landen, dan heeft het die
door de verovering van Albanië nu althans
grondig verspeeld. Als het oogenblik zou ko
men dat de Arabieren in een komenden oorlog
partij zullen moeten kiezen, dan is het ab
soluut zeker dat zij nooit en nimmer de zijde
De getroffen militaire
maatregelen.
fvan de totalitaire machthebbers zullen kie
zen"
Dit zijn de beide stemmen die dezer dagen
in Egypte werden gehoord het woord van
Balbo, door radio en telegraaf uitgedragen
over heel de wereld, en de stem van het Egyp
tische volk, beperkt gebleven tot de eigen
nationale pers en vergaderzaal. Maar daarom
niet minder belangrijk. En men mag er van
verzekerd zijn dat, hoewel schijnbaar zwak,
die stem desondanks héél duidelijk is gehoord
Zoowel in Rome als in Londen en Parijs. Maar
vooral in Rome.... Het opbouwen van een
Imperium gaat in den tegenwoordigen tijd
nu eenmaal niet meer zoo gemakkelijk als
vroeger, vele eeuwen her. Want met de tijden
zijn ook de menschen veranderd tempora
mutantur et nos in illis! De waarheid daarvan
bewees ook weer deze Egyptische patriot. Tot
leering van het tweetal moderne Empire
Builders Benito Mussolini en Italo Balbo!
Militaire maatregelen.
TC1 GYPTE dat zich, evenals zoovele andere
JL-' landen om de Middellandsche Zee, be
dreigd voelt, treft allerlei maatregelen om zijn
onafhankelijkheid te verdedigen. Het doet dit,
op grond van het Egyptisch-Engelsehe ver
drag van 1936, tezamen met Engeland. Duizen
den Engelsche soldaten zijn nu in Egypte ge
legerd. Een groot deel van de Britsche vloot
bevindt zich op het oogenblik in de oorlogs
haven van Alexandrië, van waaruit gevechts
oefeningen worden gehouden in samenwerking
met de Egyptische kustartillerie. Dok de lucht
macht neemt er aan deel. Egypte vertoont
sinds eenigen tijd eenzelfde beeld als Tunis:
overal groote militaire bedrijvigheid. Aan de
westgrens, in de richting van Libië, zijn tal
looze stellingen en versterkingen in gereed
heid gebracht. Men is er op alles voorbereid.
En bij een treinreis langs het Suezkanaal valt
het onmiddellijk op, hoe ook hier alles gedaan
wordt om het kostbare kanaal zoo doeltref
fend mogelijk tegen vijandelijke aanvallen te
verdedigen. Overal ziet men de Engelsche sol
daten in hun khaki-uniformen en „shorts"
bedrijvig in de weer. Nieuwe militaire werken
worden met spoed uitgevoerd. Een van de be
langrijkste is de aanleg van een militairen
weg van Ismailia, aan het Suezkanaal, naar
Palestina, waarvoor 160.000 pond sterling be
schikbaar is gesteld. Dezer dagen is met den
aanleg van dezpn weg. die door eindelooze
zandvlakten is getraceerd en uiterlijk in Oc
tober gereed moet zijn, een begin gemaakt.
Ismailia zelf wordt ingericht als opslagplaats
van oorlogsmateriaal voor de luchtmacht en
de militaire vliegvelden.
Worden al deze verdedigingswerken in
hoofdzaak door de Engelsche troepen uitge
voerd. ook aan de uitbreiding en betere
outilleering van het Egyptische leger, dat
thans ongeveer 30.000 man sterk is, wordt
krachtig gewerkt. Het is opmerkelijk hoe de
Egyptische jongelieden, die tot voor kort
slechts een zeer matige belangstelling voor
alles wat militair was aan den dag legden, nu
totaal van gedachten blijken te zijn veranderd.
Honderden vrijwilligers melden zich aan. De
Egyptische studenten in Parijs en Londen
hebben de autoriteiten aldaar om een mili
taire spoed-opleiding verzocht om in geval
van nood paraat te zijn en tevens als verbin
dingsofficier te kunnen dienst doen tusschen
de Egyptische soldaten -die over het alge
meen slechts Arabisch spreken en verstaan
en de Engelsche officieren. En dan zijn er nog
de maatregelen tegen luchtaanvallen. Dezer
dagen hebben oefeningen plaats gehad in
Kaïro, Alexandrië en Port Saïd. Een daarvan
helaas met doodelijken afloop. Echter niet door
een oefenbom of iets van dien aard. In Port
Saïd was een oude juffrouw er niet van op de
hoogte dat dien avond een schijnaanval op de
stad zou plaats hebben. Toen zij. op haar
avondwandeling in de Fouadstraat. plotseling
de sirenes hoorde gilien, alle lichten als bij
tooverslag zag uitgaan en ambulances voorbij
zag snellen, dacht zij dat de Italianen al op
weg waren om de stad met den grond gelijk
te maken. Zij viel van schrik in onmacht en
stierf nog denzelfden avond. De kranten heb
ben, naar aanleiding van dit tragisch voorval,
nog weer eens nadrukkelijk op het nut eener
doeltreffende publieke voorlichting gewezen,
daar ook deze een onderdeel vormt van de zoo
zeer gewenschte paraatheid
Oudheidkundige vondsten.
1P GYPTE zou zichzelf niet meer zijn, als het
JL/ niet, ondanks den onbehaaglijken inter
nationalen toestand, de wetenschap zou blijven
dienen door nieuwe ontdekkingen en met
verdere interessante onthullingen over dien
roemruchten tijd der Pharao's. het Egypte van
Ramses II en een Toethankhamon. Wie. over
Egypte sprekende, ziet niet tegelijkertijd voor
zich opdoemen de silhouetten van de pyrami-
den en sfinxen van Gizeh en Cheops, de tem
pels en koningsgraven van Luxor, Karnak en
Memnon? Nog is er veel verborgen. En ge
staag zetten de geleerden daarom hun arbeid
voort om zoo mogelijk ook de alleroudste ge-
GEZOND EN BESPAREND!
Geen boter noodig, als U Zwanenberg's
leverpastei op het brood geeft! Dat spaart,
vooral omdat Zwanenberg's leverpastei drie
maal zoo goedkoop is als boter! Kinderen
zijn er dol op en gedijen er van... want
't is gezonde, vitaminerijke lever. De smaak?
Heerlijk - evenals Zwanenberg's worst, hot
dogs, gehokt, Frankfurter worst of boterham
worst, geraffineerd gekruid!
maakt wat smaakt!
(Adv. Ingez. Med.)
Een manifestatie van NederlandschFransche
vriendschap.
RIJS
St(
rij
Wf
PARIJS, 4 Juni.
(Van onzen correspondent).
IJSSEL en Roubaix, de twee zuster
steden in het noorden van Frank-
•ijk. zijn in feeststemming. Vlaggen
waaien uit, wimpels wapperen in
den wind, kleurige slingers zwieren over de
straten en wapenborden hangen tusschen de
boomen Vandaag Zondag komt immers
Frankrijk's staatshoofd. President Lebrun,
feestelijk de groote internationale tentoon
stelling over den socialen vooruitgang, een ten
toonstelling, die juist hier in dit rijke in
dustriegebied zoo volkomen op haar plaats is,
bezoeken.
Doch er was riog een andere reden, waarom
de laatste twee dagen Rijssel en Roubaix
feestvierden en het motief hiervan werd den
bezoeker reeds spoedig verraden door de tal
rijke Nederlandsche vlaggen en Oranjewim
pels. die van stadhuis en prefectuursgebouw
en talri,jke particuliere huizen wapperden. Of
schoon Nederland niet officieel op deze ten
toonstelling vertegenwoordigd is, omdat de
Nederlandsche re£eering het in deze dagen
niet verantwoord achtte na de deelneming
aan de „Worldfair" te New-York en de Water
tentoonstelling te Luik nog gelden voor een
derde tentoonstelling beschikbaar te stellen,
hebben de organisatoren er toch prijs op ge
steld gedurende deze expositie twee volle dagen
te reserveeren voor een demonstratie der
Fransch-Nederlandsche vriendschap, zooals
zij dat zelf uitdrukkelijk genoemd hebben.
De reden voor deze bijzondere behandeling?
De innige vriendschapsband, die van verren
historischen tijd af tot op deze dagen toe
steeds ons land met Noord-Frankrijk verbon
den heeft: een staatkundige band, die in de
dagen der hertogen van Bourgondië de bevol
king van Nederland, Belgié en Fransch Vlaan
deren onder één kroon verbond, een commer-
schiedenis van het land te doorvorschen. En
zij hebben daarbij wederom succes gehad. Na
de ontdekking, het vorig jaar, van het graf
van Pharao Hor-Aha van de eerste dynastie,
had men deze maand het geluk te Saqqara
het graf te vinden van diens opvolger, den
tweeden vorst der eerste dynastie, Pharao Zer.
Een groote voorraad gebruiksvoorwerpen uit
dien alleroudsten tijd, alsook messen, zwaar
den en potten met levensmiddelen, werden
bovendien aangetroffen. De vondst werd als
zeer belangrijk beschouwd.
Maar helaas, het Egypte van heden ademt,
als gevolg van de omstandigheden, voorloopig
meer den geest van den modernen Mars dan
dien van den Pharao uit het grijs verleden.
En voor de woorden van maarschalk Italo
Balbo bestaat nu meer belangstelling dan voor
de taal der aloude beschaving van Saqqara.
Echter één ding is zeker: de Egyptenaren van
thans zullen zich tegenover den aanvaller
fanatiek verzetten, èn als sterk nationaal voe
lende onderdanen van een jongen, onafhanke-
lijken staat, èn als Mohammedanen. En zij zul
len worden gesterkt door het besef daarbij
tevens te strijden voor de eer van een grootsch
en roemrijk verleden.
De intocht van het Engelsche koningspaar in Winnipeg werd niet door mooi
weer begunstigd. Koningin Elisabeth moest haar parapluie opsteken om zich
tegen den stroomenden regen te beschermen.
cieele band. die gelegd werd door het drukke
handelsverkeer tusschen ons iand en het in
dustriegebied van Rijssel en Roubaix en boven
al een band van naastenliefde en onbaatzuch-
tigen bijstand, toen na den oorlog Nederland
de zwaar-beproefde bevolking van deze bijna
totaal verwoeste streek te hulp kwam door
het oprichten van noodwoningen, na gedu
rende de oorlogsjaren talrijke kinderen te heb
ben opgenomen en de achtergeblevenen van
voedsel voorzien te hebben.
Al deze herinneringen zijn levendig geble
ven in Noord-Frankrijk en het deen een Ne
derlandsch hart werkelijk goed gedurende
twee dagen omzwerving in deze steden te mo
gen constateeren dat er minstens één plekje
op aarde bestaat, waar dankbaarheid geen
ij del woord is. Rijssel en Roubaix hebben zich
uitgesloofd den Nederlandschen gezant ie
Parijs, jhr. dr. Loudon en de hem vergezel
lende landgenooten op waardige wijze te ont
vangen. maar niettegenstaande al die waar
digheid van stram het geweer presenteerende
soldaten der eerewachten en van een eere
escorte motorrijders, die steeds den stoet
voorafgingen en omringden, niettegenstaande
al het officieele verbonden aan ontvangsten
op stadhuizen en gouvernementsgebouwen,
moest dat alles na enkele oogenblikken wijken
voor de hartelijke vriendschapsgevoelens, die
sterker waren dan alle koele protocolaire voor
schriften.
Die twee dagen zijn een aaneenschakeling
geweest van feestelijkheden en recepties, deels
georganiseerd door de plaatselijke autoriteiten,
tereere der Nederlandsche gasten, deels door
een comité gevormd uit het midden der Ne
derlandsche Kamer van Koophandel te Parijs,
waarvan de heer Kwantes voorzitter en de
heer Spaans commissaris-generaal was. Te
veel plaatsruimte zou het vorderen dit alles in
den breede te behandelen en wij zullen ons
dus tevreden stellen met een kort overzicht. Na
een officieele begrooting op het station van
Rijssel door talrijke civiele en militaire auto
riteiten werd jhr. Loudon en het Neder
landsche gezelschap, bestaande uit den heer
Sevenster. consul-generaal te Parijs, baron van
Lijnden, gezantschaps-attaché en verschillen
de vooraanstaande landgenooten uit de Parij
sche kolonie, de meesten vergezeld door hun
dames, op de Prefectuur ontvangen, waar de
prefect, de heer Charles, hen verwelkomde
wat enkele oogenblikken later namens de be
volking van Rijssel in het prachtige, monu
mentale stadhuis door den burgemeester her
haald werd. Korten tijd later zaten ongeveer
200 gasten aan een Lucullus-lunch, aangebo
den door de tentoonstellings^Utoriteiten aan
in een restaurant op het expositieterrein en
nadat de heer Mahiau. voorzitter van het ten
toonstellingscomité en vice-president van den
Franschen Senaat, in warme bewoordingen
herinnerd had aan hetgeen Nederland voor
Noord-Frankrijk gedaan had en de heer
Kwantes Frankrijk's voorvechters op sociaal
gebied gehuldigd had. nam jhr. Loudon het
woord om Nedeiiand's aandeel in den socialen
vooruitgang in het kort uiteen te zetten. Met
daverend applaus werd zijn geestige verkla
ring, dat Nederland ook behoefte had aan
levensruimte en dat deze levensruimte niet
veroverd werd met mitrailleurs en kanonnen,
doch door een aanval met pompen en motoren
op zee. begroet.
Na de lunch vereenigden zich allen in een
der tentoonstellingszalen, waar Mr. Spooren
berg. hoofdbestuurslid van de Maatschappij
van Handel en Nijverheid, een lezing hield
over het sociale werk in Nederland en het
zegenrijke gevolg hiervan, met name op het
bevolkingscijfer. En al drukken al deze uitga
ven voor het sociale werk. voor de verbetering
der woningtoestanden, voor de sociale ver
zekering, voor de ziekenkassen, voor de ouder-
domsverzekering zwaar op het Nederlandsche
budget, even hardnekkig als voor hun natio-
nade vrijheid, vechten de Nederlanders voor
het behoud van hun sociale voorrechten, ge
dachtig aan de spreuk van Oranje „Je main-
tiendrai".
Sociaal werk is echter ook nog iets anders.
Ook ontspanning behoort hiertoe en daarom
was 's avonds in den grooten schouwburg van
Rijssel een gala-voorstelling georganiseerd,
waarin getoond werd op welke wijze in som
mige streken van Nederland de jeugd haar
vrij entijd besteed. De Gorsselsche Boerendan-
sers in hun typische kleederdracht klepper
den op hun klompen over het tooneel, de kam
pioen vendelzwaaier Hendriks van het St.-
Catharina Gilde uit Tongelre zwaaide zwierig
et zijn bont vaandel en de dansers van den
Meihof te Oosterbeek toonden hoe op oude
melodieën moderne volksdansen ontstaan
kunnen.
BEN tweeden dag stond 's morgens vroeg
een ontvangst door de Rijsselsche Kamer
van Koophandel in het statige beursgebouw
waarvan de stijl duidelijk verraadt, dat het
door denzelfden architect als het Haagsche
Vredespaleis is gebouwd op het program
ma. waarna de lange stoet auto's koers zette
naar Roubaix om daar op het stadhuis ont
vangen te worden door den oud-minister van
Arbeid en burgemeester-kamerlid van Rou
baix. Lebas. Weer werd Nederlands ver
dienste bij den wederopbouw van Noord-
Frankrijk geprezen, weer werd uitdrukking
gegeven aan de dankbaarheid voor ons k'.eine
landje, dat zioh zoo groot had getoond en
al hadden wij dergelijke woorden gedurende
deze dagen reeds herhaaldelijk gehoord, ze
deden toch telkens goed, omdat ze zoo waar
en zoo hartelijk klonken.
Van het stadhuis werd vertrokken naar het
wonder-mooie park Barbieux, een der fraaiste
en grootste van heel Frankrijk, een kostbaar
bezit voor een zuivere industriestad als Rou
baix, waar het regionale centrum der groote
tentoonstelling is opgebouwd. Een allerchar-
mantst geheel, bloemen en water en fonteinen
en daartusschenin de paviljoens in regionalen
bouwstijl der veertien gedurende den oorlog
verwoestte Noordelijke en Oostelijke departe
menten. Daverend schalde ons daar een Mar
seillaise tegen, eerste nummer van een con
cert uitgevoerd door de Philipsharmonie uit
Eindhoven, waarna opnieuw koers gezet werd
naar het tentoonstellingsterrein te Rijssel voor
de afscheidslunch. aangeboden door de Ne
derlandsche Kamer van Koophandel te Parijs.
Aan het slot van deze lunch marcheerde de
Philipsharmonie. gevolgd door de vroolijke
boerendansers uit Gorssel en de niet minder
opgewekte dansers van den Meihof het ten
toonstellingsterrein op om in het openlucht
theater een nieuw concert en een nieuwe
dansuitvoering te geven.
Het wa$ het slot van dit tweedaagsch Ne-
derlandsch-Fransch vriendschapsfeest, een
manifestatie, die volkomen geslaagd is en die
heel wat vriendschapsbanden nauwer heeft
aangehaald of doen sluiten. Een verstandige
daad is de organisatie dier feesten geweest,
want kon op een dergelijke tentoonstelling van
socialen vooruitgang, de eerste, die ooit op dit
gebied georganiseerd is. Nederland, dat toch
zooveel op sociaal gebied gedaan heeft, geheel
afwezig zijn?
Wy hebben onze opwachting gemaakt bij
menschen. die vrienden zijn en die boven
dien voor onze handelsrelaties met Frankrijk
an het allergrootste belang zijn.
Do industriestreek van Rijssel—Roubaix is
een der allerrijkste van heel Frankrijk niet
minder dan 1 5 der totaal belasting van
Frankrijk wordt hier alleen opgebracht en
al hebben de ongelukkige contingenteeringen
de handelsrelaties bemoeilijkt, het is toch van
het allergrootste belang in de hoop op betere
tijden de bestaande betrekkingen aan te hou
den. Die hoop is in Noord-Frankrijk onwrik
baar geworteld en het beste bewijs ervan is
zeer zeker de organisatie dier tentoonstelling,
waarin als 't ware een uitgebreide synthese ge
geven wordt van al hetgeen de laatste jaren
gegdaan is door een provincie, die grooter
dan ooit uit de oorlogsbcproeving opgestaan
is. Die tentoonstelling, die levende demonstra
tie van den socialen vooruitgang, is te Rijssel
en te Roubaix des te meer gerechtvaardigd,
daar zij een der meest arbeidzame streken
van Frankrijk zijn en voor het eerst kan men
juist daar uitgestald zien. wat een moderne
stad doet om het menschelijk bestaan te ver
aangenamen: enkele jaren gelèden was het
niets en nu stijgt de curve stijl omhoog.
Door deze twee dagen heeft Nederland
medegewerkt aan het welslagen dier expositie
en dit is een daad vajj verstandig beleid ge
weest.
J. W. KOLKMAN.
(Nadruk verboden)
HET CARNEGIE HELDENFONDS.
Uit hei Carnegie Heldenfonds voor Neder
land werden blijkens het verslag in 1938 de vol
gende ondersteuningen, belooningen en onder
scheidingen toegekend.
Een bedrag van f 50 als schadevergoeding aan
J. A. Wolters, koperbankwerker te Haarlem, die
op 12 November 1937 een meisje redde uit het
water langs de Mauritskade te Amsterdam, door
gekleed daarin te springen en haar met behulp
van een touw naar den kant te doen halen. W.
is later ziek geworden.
Als belooning een bedrag van f 15 aan S. P. J.
van Rooden, slagersknecht te Heemstede, die op
12 December 1937 een vrouw redde uit de Ba-
kenessergracht, door van den 1.25 M. hoogen
walkant in het ondiepe water te duiken en ver
volgens kruipend, loopend en zwemmend naar
de vrouw te gaan en haar naar den wal te bren
gen.
Als vergoeding voor de geleden schade een be
drag van f 15 aan J. Burry, schoenmaker te
Haarlem, die op 27 Maart 1938 een jonger, gered
heeft uit de Bakenessergracht, door gekleed te
water te springen en den jongen zwemmende
aan den wal te brengen.
Een schadevergoeding van f 25 aan J. H.
Kluyskens te Haarlem, die op 6 Juni 1938 een
kind redde uit het water van den Raamsingel
ioor gekleed te water te springen en het kind
zwemmende naar den wal te brengen.
Een schadevergoeding van f 25 aan P. Balk,
te Vel sen, die op 21 Juni 1938 een knaap redde
uit de Wijkerpijp te Beverwijk, door gekleed te
water te springen en den knaap zwemmend naar
den wal te brengen.
Als belooning een zilveren horloge met in
scriptie aan G. van de Winden, 13 jaar, te Be-
verwijk, die op 24 Augustus 1938 een jongen
redde uit de binnenhaven van de hoogovens al
daar, door gekleed te water te springen en met
den jongen naar een zandbak te zwemmen.
JITBILEUM.
Donderdag 8 Juni zal het 25 jaar geleden zijn
dat de heer F H. Petter bij de N.V. TechnLsché
Maatschappij Heringa en Wuthrich te Haarlem
in dienst trad. Sedert 1923 is hij als chefmoa-
teur der afdeeling „Neckar" waterreiniging bij
voornoemde vennootschap werkzaam.