H.C. ANDERSEN
DE R000E SCHOENTJES
VACANTIE19Z9
MornB
Moedeis guif
HJD.
DOKDERD AG 13 JULI 1939
HAARLE M'S DAGBLAD
INSTITUUT VOOR ARBEIDERS
ONTWIKKELING.
Sluitingsavond Kaderschool.
DE DEMOGRAFISCHE ONTWIKKELING
VAN ZUID-KENNEMERLAND.
Woensdagavond had in gebouw Rosehaghe,
in de Hoofmanstraat, de sluiting plaats van
de Plaatselijke Kaderschool. Van dezen avond
was, zooals elk iaar de gewoonte is, een min
of meer feestelijke en gezellige bijeenkomst
gemaakt.
De voorzitter, de heer L. van Asperen, zeide
in zijn openingswoord dat voor de 7e maa'.
nu het werk werd afgesloten.met het vaste
voornemen, het voort te zetten.
In het jaarverslag van den secretaris, mr.
H O. Drilsma, maakte deze melding van
eenige schokkende gebeurtenissen in het af-
geloopen vereenigingsjaar. daarmede doelende
op het wereldgebeuren. Van volkenrecht kan
eigenlijk niet meer gesproken worden. Leeraren
en leerlingen moeten zich in dezen verdwaas
den tijd wel zeer sterk kunnen concentreeren.
Het is en was moeilijk arbeiden. Het cultu-
reele is het eerst de dupe van de omstandig
heden, die nu heerschen.
De belangstelling voor de cursussen was in
het begin zeer groot. Maar spoedig kwam er
een groot verloop, waarvan wel de voornaam
ste oorzaak is: onvoldoende besef van wat
ontwikkeling is in eigen rijen. Wijlen de heer
Piet Voogd heeft dit al ingezien, toen hij nog
heel jong was.
Te betreuren is, dat het ontwikkelingswerk
nog zeer wordt onderschat. Er zijn er. die
partijwerk hooger schatten, „maar dit is
partijwerk", zoo zeide spr. Op de lijst van
raadscandidaten van Zandvoort komen de
namen van 4 kaderleferlingen voor. Dit is ver
heugend.
Moet de school worden voortgezet, nu het
verloop zoo groot was? Het bestuur zegt hier
op: ja, indien eenigszins mogelijk, wat kan
als voldoende propaganda wordt gemaakt in
de omstreken.
Spr. zal geen les meer geven aan de school,
wegens bijzondere omstandigheden, maar blijft
de leiding behouden en zijn vrije tijd blijft
beschikbaar voor >.et Instituut.
Mr. Drilsma ging hierna over tot het uit-
deelen van de diploma's en rapporten, waar
aan hij verschillende wenken voor de geslaag
den vastknoopte.
De voorzitter sprak hierna hartelijke woor
den van gelukwensch tot de leerlingen en van
dank tot de leeraren, vooral tot mr. Drilsma,
aan wiens stuwende kracht het te danken is,
dat de Kaderschool in den lande een goeden
naam heeft, (applaus).
Namens de leerlingen sprak de heer Jansma
woorden van afscheid en van dank tot de
leeraren. Spr. bood een enveloppe met inhoud
aan voor het dr. Moile Eysma Fonds.
Democratie en Stedenbouw.
Na de pauze hield de heer M. A. Reinalda,
wethouder van Openbare Werken, een inlei
ding over het onderwerp „de demografische
ontwikkeling van Zuid-Kennemerland".
Een stadsbestuurder, die zich beweegt op
het terrein waarop spr. werkzaam is, moet in
het oog houden, dat hij „bouwt voor het na
geslacht".
Spr. vervolgde zijn rede, met veel te ontlee-
nen aan het bekende rapport van B. en W.
inzake „Demografie en Stedenbouw".
Over een eeuw kan Haarlem een millioenen-
stad zijn geworden. De tegenwoordige wijze
van stadsuitbreiding is hier niet op berekend.
Is inderdaad zulk een geweldige groei te ver
wachten?
Met de studie van deze vraag is Haarlem nu
bezig. Er kan alleen sprake zijn van een ver
wachting, met zekerheid is natuurlijk niets te
zeggen. Het niet zeker dat een groeiende stad
zóó blijft doorgroeien!
Men kan zich voor dat demografisch onderzoek
niet alleen bepalen tot Haarlem, maar zal reke
ning moeten houden met geheel Nederland.
Voorts is beperking naar plaats en tijd noodig.
Want Haarlem staat eensdeels onder den invloed
van de Amsterdamsche bevolkingsagglomeratie
en behoort anderdeels tot de duinstreek. Tot
Zuid-Kennemerland moeten Haarlem en omge
ving gerekend worden.
In Zuid-Kennemerland woonden in het afge-
loopen jaar in Haarlem 135.000 menschen en in
de andere gemeenten tezamen 85000. Zuid-Ken
nemerland is sedert 1850 sterk gegroeid. Het ge
boortecijfer ging intusschen sterk achteruit, maar
ook het sterftecijfer werd veel kleiner
In 100 jaar deed zich een groote bevolkings
verschuiving voor naar de groote en grootere
steden (urbanisatie). In den laatsten tijd schij
nen de groote steden aan aantrekkelijkheid ver
loren te hebben.
Haarlem en Velsen zullen ook in de toekomst
voor handel en nijverheid van het grootste be
lang zijn en ook zullen zij steeds meer forenzen
trekken. De toeneming zal nog eenige decenniën
doorgaan en daarna tot staan komen.
Haarlem zal aan 't einde dezer eeuw een dan
niet meer toenemende bevolking van 220.000
hebben.
Het te detailleerèn uitbreidingsplan zal als
basis moeten hebben het minimum aantal in
woners dat in een bepaalden tijd verwacht mag
worden.
Haarlem houdt hiermede rekening. Haarlem
zal „longen" krijgen; plaatsen, die niet bebouwd
mogen worden. Het gemeenschapsbelang moet
gaan boven het particulier belang. En in het
oosten komt een groot haven- en industrieter
rein: een millioenenwerk. De industrie moet zich
vrij kunnen ontwikkelen; menschen zullen in die
industrie werk vinden.
Onderzocht moet nu worden of de capaciteit
v-n het uitbreidingsplan voldoende rekening
houdt mei den te verwachten groei van 't aan
tal inwoners
En binnenkort is een stuie van B. en W. te
verwachten over de toekomstige plaatsen voor
de scholen, zoowel voor openbaar als bijzonder
onderwijs, in de toekomst. De Raad zal worden
uuitgenoodigd een beginselbesluit in it opzicht te
Demen.
Van het grootste belang voor Haarlem is het
maken van een begin van het havenplan en
„rijpmaking" van groote terreinen voor de indus-
strie, anders zal Haarlem bij de industrialisatie
van ons land achter het net visschen.
Gezorgd moet worden voor behoud van schoon
heid in de omgeving. Een streekplan voor Zuid-
Kennemerland is dus noodig, ook ten opzichte
van recreatieoorden. Moge dit spoedig, door sa
menwerking van allen, tot stand komen.
De voorzitter sloot hierna de bijeenkomst met
een woord van dank aan den inleider.
AMERIKAANSCHE STUDENTEN IN ONS
LAND
In tegenwoordigheid van een groot aantal
belangstellenden is Woensdagmiddag in de
senaatskamer der Leidsche universiteit de zo-
mervacantie-cursus, welke momenteel door
een dertigtal Amerikaansche studenten aan
verschillende universiteiten en hooge scholen
van ons land wordt gevolgd, officieel geopend.
EENS PIONIERS
EN NOG STEEDS
AAN DE SPITS
BOUGIES
N.V. WILLEM VAN RIJN^/
AMSTERDAM (C.) KEIZERSGRACHT 1TI
TELEFOON 31308 14 L U N E NJ
(Adv. lngez. Med.)
DE PROVINCIE EN DE
ORKESTEN.
Over de subsidie der H. OV.
HET CONCERTGEBOUWORKEST EN DE
A. V. R. O.
Op de vraag van een lid der commissie uit
de Provinciale Staten van Noord-Holland,
waarom de verhouding tussohen het provin
ciale subside en die van Gemeente en Rijk ten
aanzien van de Haarlemsche Orkestvereni
ging gunstiger is dan bij „Het Concertge
bouw", antwoordde het lid van Gedeputeerde
Staten, dat de lasten van een orkest in even
redigheid zwaarder drukken in een kleinere
gemeente, waarmede bij de vaststelling dier
verhouding dan ook rekening is gehouden.
En ander lid der commissie merkt op, dat er,
in verband met het aan „Het Concertgebouw"
verleende subsidie, alle aanleiding is de hou
ding van het bestuur tegenover sommige om
roepverenigingen nader onder het oog te
zien; hij betreurt, dat het door het contract
met de A.V.R.O. onmogelijk is, dat zelfs op
dagen, dat deze niet uitzendt, het orkest voor
andere omroepverenigingen optreedt.
niet geëerbiedigd.
Maar moest de overheid
niet schijnbaar hard zijn
Wij ontvingen een brief van een lezeres die
ons ontroerde. Wij drukken het schrijven hier
af:
„Bij mijn laatste bezoek aan het graf van
mijn moeder (op de begraafplaats aan de
Kleverlaan (aföeeling familiegraven.! kwam
ik tot de ontstellende ontdekking, dat de graf
steen en ook de boompjes die daarbij gestaan
hadden, waren weggenomen. Bij onderzoek
bleek mij. dat dit geschied was op last van het
gemeentebestuur, omdat het verplichte on
derhoud voor steen en beplanting niet be
taald was. De opzichter van de begraafplaats
vertelde aan mijn vader van 81 jaar, dat de
steen 20 c.M. onder aarde bedekt was, zoo
dat die als het onderboudsgeld betaald was.
weer kon worden blootgelegd.
Wij zijn als familie-leden allen zwaar ge
troffen door geldzorgen, allen moeten wij
van steun leven. Daarom 3s het ons onmogelijk
om te betalen. Wij willen wel, maar wij kun
nen niet! Maar moet daarom het heiligste
plekje op aarde, het graf van moeder, daarom
geschonden worden?
Ik weet dat door den maatregel van het ge
meentebestuur meer families getroffen wor
den. Men zwijgt, maar wij meenen, dat hier
niet gezwegen mag worden" zoo besluit deze
schrijfster die teekent namens „een diep ge
griefde familie".
Zooals wij reeds schreven, deze brief heeft
ons ontroerd.
Wij zijn op onderzoek uitgegaan. Daarbij
werd ons het volgende verklaard:
Vroeger waren er veel klachten over het feit
dat veel graven op de Haarlemsche begraaf
plaats niet voldoende onderhouden werden.
Onmiddellijk na het sterven van een dierbare
was men soms sterk onder den indruk en be
sloot een steen met beplanting op het graf te
laten plaatsen. Maar de herinnering aan de(nj
gestorvene vervaagde soms gauw en niemand
bekommerde zich om het onderhoud van het
graf. Naast de graven die door nabestaan
den met veel piëteit verzorgd werden zag men
dan ook graven die ergernis opwekten door
het gemis aan onderhoud. Om aan dien on-
houdbaren toestand een einde te maken is in
1922 door het gemeentebestuur bepaald, dat
alleen versierselen op graven mogen worden
geplaatst als aan de gemeente het onderhoud
daarvan wordt opgedragen en betaald.
Daarvoor is een tarief vastgesteld: f 5 voor
een steen, f 2.50 voor een hekje, enzoovoort.
De gemeente zorgde dus na 1922 voor het on
derhoud, wat tengevolge had, dat alle gra
ven een net aanzien kregen.
Maar in den loop der jaren zijn er moeilijk
heden gekomen doordat verscheidene onder
houdsplichtigen het verschuldigde geld niet
wilden of niet konden betalen. Vooral indien
onvermogen werd aangevoerd heeft het ge
meentebestuur veel lankmoedigheid betracht.
Maar het was voor den directeur van de Be
graafplaats soms heel moeilijk onwil van
onmacht te onderscheiden, te meer toen men
schen die wel konden betalen gingen weige
ren. omdat anderen immers ook hun ver
plichtingen niet nakwamen, terwijl de ge
meente toch hun grafsteenen, hekjes en be
plantingen liet staan.
Eindelijk moest het gemeentebestuur ver
leden jaar wel ingrijpen. De naleving van de
overigens zeer goed werkende regeling betref
fende het onderhoud van graven dreigde in
gevaar te komen. Er kwamen gevallen voor dat
in 6 jaar niet betaald was. De onderhouds
plichtigen die nalatig gebleven waren te beta
len werden, voor zoover ze bekend waren,
aangeschreven, dat als er niet betaald zou
worden de versierselen der graven verwij
derd zouden worden. In sommige gevallen
is toen alsnog betaling gevolgd, terwijl er ook
families waren die zelf de versierselen van
de graven verwijderd hebben. De gemeente
bedekte, toen sommige onderhoudsplichtigen
ook na die aanmaning niet betaalden, de ver
sierselen met een laagje zand om het daardoor
mogelijk te maken de versierselen weer zonder
kosten op te stellen als de familie weer in
staat of genegen was het onderhoud te beta
len.
Tot zoover deze uiteenzetting waaruit blijkt,
dat het wel moeilijk was voor de gemeente
lijke overheid een anderen weg te bewan
delen.
Toch kunnen wij ons indenken dat het voor
sommige nabestaanden hard is, zeer hard zelfs,
als zij door financieele onmacht gedwongen
worden de steenen van de graven hunner be-
treurde dooden te verwijderen, of toe te laten
dat het personeel der begraafplaats die met
een laag zand aan het oog onttrekt. Maar wij
kennen den heer J. L. Bouwer, den directeur
van den Hout en de Plantsoenen, die ook di
recteur van de Begraafplaats is. Hij is een
gevoelig man die weet mee te leven met het
leed van zijn medemenschen en zeker geen
leed zal veroorzaken als er nog een middel ge
vonden kan worden om het te voorkomen of
te verzachten. Als er inderdaad menschen zijn
die. hoewel zij het voorgeschreven onderhoud
niet kunnen betalen, toch veel prijs stellen
op het behoud van versierselen op de graven,
dan is er wel kans dat een bezoek aan zijn
kantoor de gewenschte oplossing brengt. Het
kan bijvoorbeeld mogelijk zijn de versierselen
te vereenvoudigen, waardoor de onderhoudS'
kosten ook verminderen.
Op het gymnasium Prinsenhof is J. Harder
voorwaardelijk naar de 5e klas bevorderd.
Copyright P. I. B. Bo* 6 Copenhoaei
Toen zij eenmaal weer thuis waren, werden de roode schoentjes in een kast opgeborgen. Maar Karen kon het niet laten, telkens
weer vol bewondering er naar te kijken.
Niet lang daarna werd de oude vrouw ziek; herstel scheen niet
meer mogelijk. Maar in ieder geval moest ze goed worden ver
pleegd en verzorgd, en dat was natuurlijk Karen's plicht. Jammer
er was nu juist in de stad een groot bal, en Karen was er nog
wel gevraagd! Zij keek eens naar de oude vrouw, die tóch wel niet
weer beter zou worden. Toen keek ze naar de roode schoentjes er
dacht: „Kyken is toch geen zonde?" Ze trok ze aan o, eventjei
maar en toentoen ging zij naar het bal
Daar kon ze nu eens naar hartelust dansen. Maar vreemd, als zij
rechtsom draaien wilde, draaiden de schoentjes linksom, en toen
zij naar voren wilde, gingen de schoentjes achteruit, de zaal uit,
de trappen af, de straat op, en eindelijk door de poort naar buiten.
Dansen moe3t ze, dansen zou ze tot ze eindelijk kwam in het
donkere bosch
„(Wordt vervolgd).
Gezonde voeten met
Badzo voetbaden openen de poriën
en verbeteren de bloedcirculatie.
Pak van 1 KG. a 20 cent,
voldoerede voor 3 d 4 voetbaden-
N.V. KON. NED. ZOUT1NDUSTR1E - BOEKELO.
(Adv. lngez. Med.)
Speeches
COR BANDT Szn.
IJNHEER BOSVELD was een eigen
aardig man. En hij kon een eigen
aardig man zijn, omdat hij eigen
aardig veel geld had. Waarom hij natuurlijk
benijd en gevleid werd, vooral ook, omdat hij
het zelf had verworven door zijn handigheid
en hersenen. Maar gisteren was Bosveld vijf-
en-twintig jaar directeur van de Bosveld-
Veldbosch Company en daarom had hij aan
al zijn personeel een giezelligen avond aange
boden met een daaraan verbonden souper. Het
was in het Bingen Hotel en ieder van Bosveld's
medewerkers was er reeds weken van tevoren
van vervuld geweest. Er zouden prachtige
bloemstukken worden aangeboden en menige
chef en bedrijfsleider had daverende speeches
uit het hoofd geleerd, om die uit te spreken
tegen den „big boss". En Bosveld hield heele-
maal niet van speeches, hij verafschuwde ze,
zooals een beschaafd mensch den oorlog ver
afschuwt. Hij haatte het zich opgehemeld te
zien als een weldoener der menschheid, hij
voelde de geheime bedoeling, die achter zoo'n
redevoering zat; hij hield niet van kruipen en
stroopsmeren. Bosveld beminde oprechtheid
en plichtsbetrachting. En hoewel hij zich
zelden met het personeel bemoeide, wist hij
wel degelijk hoe zijn medewerkers waren. Bijna
nooit was hij op de zaak, gewoonlijk confe
reerde hij ergens ver weg, bij een klant, of met
een hooge regeerings-ambtenaar en nu zou
den zijn menschen, die hem toch amper
kenden een speech gaan afsteken? „Neen,
daar kon niets van inkomen, dat zou niet
gebeuren. Hij moest op een middeltje zinnen.
En het moest natuurlijk een goed middeltje
zijn. Een goede truc, die die menschen ervan
weerhield lanige speeches te gaan afsteken.
Het liefste had hij het den menschen gezegd,
maar dat kon je nu eenmaal niet doen.
EET souper was begonnen. En de eerste
man stond op, zichtbaar nerveus.
„Ehumm, ehumm. Geachte heer Bosveld,
dames en heeren
Een kellner stoof op den spreker af. Hij
duwde hem een klein briefje in de hand
de man kleurde en ging beleefd en onderdanig
zittenZijn hoofd gelijk een tomaat, zijn
houding als een schooljongen, betrapt op het
rooken van een sigaret Het souper ging verder.
Spoedig was de verbazing der aanwezigen ver
dwenen. De procuratie houder stond op.
„Mijne dames en heeren.
De kellner stoof op hem af. Hij duwde den
spreker een briefje in de handde man
kleurde en ging zitten.
Achter zijn servet glimlachte de heer Bos
veld vergenoegd. Hij had een kellner in den
arm genomen. Die zou wel even, zooals hij het
zelf had uitgedrukt, voorkomen, dat er spee
ches werd afgestoken. Enop een tactische
wijze. Langzaam vorderde het souper. Nóg
eenige heeren stonden op, weer stoof de
kellner op hen af, en weer ging men met een
kleur zitten
De overige dames en heeren begrepen het
niet. Die en die en die zouden er toch voor
zorgen, dat de waaxdeering, die ieder voor den
directeur had, niet onder stoelen of banken
zou worden geschoven. Dat moest toch worden
gezegd. Dat ging toch zoomaar niet. Aan zulk
een tafel en bij zulk een gelegenheid moest
toch iets over de capaciteiten van den baas
worden gezegd. Maar steeds als er iemand, om
wat te zeggen, zweeg hij na de eerste woorden
reeds als het overbekende graf. Wonderlijk!
„Zoo, ober, dat het je knap gedaan. Geen
mensch heeft meer dan drie woorden ge
speecht. Hier is je fooi voor de prachtige wijze
waarop je je werk hebt verricht", glunderde
Bosveld. „Maar vertel me eens, hoe heb je
zoo kunnen voorkomen, dat geen mensch
verder ging met zijn speech? Wat stond er
eigenlijk op dat papiertje?"
„Ach, niet anders dan de woorden: „Mijnheer
Bosveld heeft mij in vertrouwen verteld, dat
ieder, die vanavond geen speech afsteekt
een belangrijke salarisverhooging krijgt"
(Nadruk verboden
Auteursrechten voorbehouden)
Haarlem's Dagblad GRATIS naar
Uw vacantieverblijf in Nederland.
Ten gerieve van onze abonné's zullen
wij „Haarlem's Dagblad" éen week zon
der verhooging voor portokosten naar
nun vacantieadres zenden.
Blijft U Langer dan een week dan
kost elke dag meer slechts l'/o cent
voor portikosten boven den gewonen
abonnementsprijs.
De voordeelen hiervan zijn
le. U blijft óók in Uw vacantie op de
hoogte van het gebeuren in Uw
woonplaats en de geheele wereld
daarbuiten.
le Doordat Uw abonnement blijft door
gaan, behoudt U het recht op een
eventueele uitkeering uit de aan
ons blad verbonden hooge Gratis
Ongevallen Verzekering.
Een en ander geldt alléén voor vacantie-
sdressen in Nederland
DIRECTIE
„HAARLEM'S DAGBLAD".