H
I.C.ANE
IERS
EN
Wi
DE ROODE SCHOENTJES
VACANTIE1939
DINSDAG 18 JULI 1939
HAARLEM'S DAGBLAD
4
Spoorweg Haarlem—Amsterdam
en Camera Obscura.
De Eeuwfeestviering.
„Een maatavond".
Wij zouden om te beginnen den heer
Hofman Moerkerk, kunstschilder, teekenaar,
organisator van optochten, een eenigszins in
tieme vraag willen doen, nl..: „Hebt u dezer
dagen nooit last vannachtmerrie? Droomt
u nooit eens, dat een stuk of zes heeren in hun
hemdsmouwen over u heen wandelen en met
hun queue u gevoelige stooten toedienen? Of
dat een struische West-Friesche zich op uw lin
kerbeen heeft neergezet en een kleine bedelaar
over uw rechter heen en weer loopt?"
Het lijkt een vreemde vraag maar toch zou
het ons niet verwonderen als het antwoord er
op bevestigend luidde.
Want u weet het, nietwaar: op 16 September
zal hier ter viering van het dubbele eeuwfeest
„Spoorweg HaarlemAmsterdam en Camera
Obscura" een groote optocht worden gehouden,
waarvan Herman Moerkerk de ontwerper is.
Hij heeft elke figuur uit de Camera geteekend,
hij heeft verschillende van die figuren tot groe
pen vereenigd en in den optocht zullen het
fleurige, fijnkleurige groepen zijn, dat is zeker!
hij heeft de Camera natuurlijk eerst weer
eens van A tot Z gelezen en zich in elke fi
guur, elk karakter ingeleefd. Zou het dus zoo
erg vreemd zijn, als het hem wel eens ging dui
zelen?
Maar neen, dat zal toch niet. Want wij heb
ben Maandagavond in de Muziekzaal van Brink-
mann een „maatavond" bijgewoond (wat dat
is hoort u zoo dadelijk) en daar Moerkerk aan
het werk gezien en wij gelooven- toch wel te
mogen zeggen dat n i e t al die figuren en groe
pen Moerkerk beheerschen maar dat hij, Moer
kerk, die figuren en groepen beheerscht.
Een kwestie van organisatie.
Wij hadden het daar juist over een „maat
avond". Dat is doodeenvoudig een avond, waar
op van alle aanwezige deelneemsters en deel
nemers aan den optocht de maat genomen
wordt. Passende costuums worden voor hen ge
maakt en die costuums zullen zij, met een hun
op den maatavond uitgereikt nummer (waar
van zij zelf een tweede exemplaar bezitten) in
het Krelagehuis, waar op 16 September de
stoet wordt opgesteld, terugvinden op een han
ger. Zij zullen dan het voor hen gereed han
gende costuum aantrekken en het door hen uit
getrokken costuum op den hanger deponeeren.
Na afloop van den optocht gebeurt hetzelfde,
maar in omgekeerde volgorde. Simple comme
bonjour! Maar je moet er maar op komen! Het
zijn de heeren B. Engelenberg en D. J. v. Ellinck
huysen, die „hierop'* en op nog veel meer wat
de organisatie van den optocht betreft „geko
men" zijn. Want is Herman Moex-kerk, de ont
werper van den stoet, de artist met het gevoe
lig gemoed en het kleui'gevoelig oog, de heeren
Engelenberg en Ellinckhuysen zijn de mannen
van het koele verstand, die zorgen voor de or
de, de s t i p s t e orde in den stoet en bij de
vooi-bereiding er van.
Daar waren vele jongelui aanwezig in de Mu
ziekzaal, vol enthousiasme om den stoet, waar
aan zij hun medewerking zullen verleenen,
goed te doen slagen en deze geestdrift nam nog
toe, toen zij Moerkerks prachtige teekeningen,
die in de zaal uitgestald lagen, vóór het podium,
gezien hadden.
De heer Engelenberg, voorzitter van het co
mité van de organisatie van den optocht, sprak
bij het begin van den avond de deelneemsters
en deelnemers (niet allen jongelui, er zijn ook
verschillende ouderen bij) toe en vestigde er
hun aandacht op, dat wanneer zij eenmaal in
het bezit van hun nummer waren, zij zich als bij
den stoet in een bepaalde rol ingedeeld moesten
beschouwen. Wanneer zij eerst prettig met va-
cantie zijn geweest, zullen zij eind Augustus of
begin September een uitnoodiging ontvangen,
om bij den heer Moerkerk te komen, die hun
dan nader zal zeggen wat er van hen in den
stoet verwacht wordt.
Iets over den stoet.
Hierna nam Hegman Moerkerk het woord en
hij vestigde de aandacht op verschillende din
gen, die voor het welslagen van den optocht van
het hoogste belang zijn: de optocht zal voor een
groot deel moeten worden gespeeld en nie
mand achte de hem of haar toebedeelde rol te
gering. Elke rol is belangrijk; het gaat er om,
een goed gehéél te maken en dit kan alleen als
elk onderdeel, hoe zoogenaamd „gering" ook,
èf is.
Haarlem, zoo zeide Moerkerk, is nog steeds de
stad van Hildebrand; het koepeltje aan de
Leidschevaart, waarin hij wel eens aan zijn
Camera werkte, staat er nog, de Haarlemmer
Hout is er nog, de stad heeft nog eenigermate
hetzelfde aspect als in Hildebrands tijd en de
typen, die hij beschrijft, ook: u ziet ze nog wel
eens buiten op een bank zitten, of een vergade
ring presideeren, of uit Brinkmann komen
De costuums zijn buitengewoon flatteerend,
ook van de boerinnen en de dienstboden.
Er zijn verschillende groepen: de familie
Kegge, de familie Stastok, de verguldpartij, de
kermis en nog eenige andere. Vier oude dili
gences uit pl.m. 1840, rijden in den stoet mee.
Op een praalwagen zal een vol orkest een con
cert geven (denk aan Henriëtte Kegge) en het
slot van den stoet zal worden gevormd door
Haarlem's Dagblad GRATIS naar
Uw vacantieverblijf In Nederland.
Ten gerieve van onze abonné's zullen
wij ..Haarlem's Dagblad" één week zon
der verhooging voor portokosten naar
hun vacantieadres zenden.
Blijft U langer dan een week dan
kost elke dag meer slechts 1V2 cent
voor portikosten boven den gewonen
abonnementsprijs.
De voordeelen hiervan zijn
le. U blijft óók in Uw vacantle op de
hoogte van het gebeuren in Uw
woonplaats en de geheele wereld
daarbuiten.
2e. Doordat Uw abonnement blijft door
gaan. behoudt U het recht op een
eventueele uitkeering uit de aan
ons blad verbonden hooge Gratis
Ongevallen Verzekering.
Een en ander geldt alléén voor vacantie-
adressen In Nederland.
DIRECTIE
„HAARLEM'S DAGBLAD".
een hulde aan de baker van Hildebrand, over
wie hij zoo geestig heeft geschreven: die baker
zit „in de bloemen" op een troon op een praal
wagen en een orkestje op den wagen speelt
wiegeliederen uit de 19e eeuw, die door naast
den wagen loopende dames worden meege
zongen.
En doet u mij nu een genoegen, zoo eindigde
de heer Moerkerk en praat u zooveel mogelijk
over den optocht, maak er stemming voor en.
lees de Camera nog eens. U zult den stoet dan
veel beter begrijpen.
Voor de groote, enthousiaste medewerking
van alle standen uit het Haarlemsche publiek
dankte tenslotte Moerkerk met een hartelijk
woord.
En toen begon het meten (het eigenlijke doel
van dezen „maatavond") onder leiding van den
heer Engelenberg en Moerkerk ging maar tel
kens langs de groepen deelnemers, keurend en
speurend naar het beste type voor een bepaalde
rol.
En wij voor ons kunnen thans kort zijn en
onzen lezers toeroepen: „Denkt om den 16en
September. Daar zal wat moois te zien zijn in
Haarlem!''
Bezoek aan de hoofdstad.
Amsterdam zal ook iets van den optocht te
zien krijgen, zooals reeds gemeld. Vijftig der
voornaamste „rollen" zullen op 16 September
een wandeling door Haarlem maken en ver
schillende oude gebouwen, ook de Groote
Markt, „herkennen". Dan zullen zij ten Stad-
huize worden ontvangen om zich daarna aan
het Amsterdamsche gemeentebestuur te gaan
voorstellen bij een bezoek aan de Spoorwegten
toonstelling. Zij zullen op de tentoonstelling
door het Amsterdamsche gemeentebestuur wor
den ontvangen en rondgeleid. Daarna haasten
zij zich weer naar Haarlem om daar aan den
optocht deel te nemen, die te half vier zal ver
trekken.
NED. NATUURHIST. VEREENIGING.
De Ned. Natuurhistorische Vereeniging, afd.
Haarlem en Omstr., maakte Zondagmorgen een
excursie in de duinen van Wijk aan Zee, onder
leiding van den heer G. A. van Schaik. Er werd
met animo gebotaniseerd en de planten, die in
dit gebied werden verwacht, konden ook alle
genoteerd worden. Op de standplaatsen van
Walstroo werd de reeds uitgebloeide Walstroo-
bremraap in grooten getale gevonden, terwijl
op het bitterkruid de veel zeldzamer bitterkruid
bremraap in eenige fraaie exemplaren werd
aangetroffen.
In de lagere gedeelten rondom de soms weer
verlaten aardappelveldjes, werden gevonden:
Guichelheil, pastinaak, morgenster, wilde peen,
aardaker, Koninginnekruid, vleugeltjesbloem,
mannetjeseereprijs, geel hartje (Linum cathar-
ticum) en vele andere.
Gezamenlijk werd, met behulp van de Flora,
een mooie, naar boschandoorn ruikende lip-
bloem gedetermineerd, die zeer waarschijnlijk
Stachys grandiflorus (Betoniea grandiflora) is,
een ingevoerde plant.
Maar het mooist van alles was toch de prach
tige orchidee Anacamptis pyramidalis, het
hondskruid, waarvan de deelnemers aan de
excursie op de Noordhellingen véle exemplaren
aantroffen, waaruit dus blijkt, dat de plant den
kouden winter uitstekend heeft getrotseerd.
Na afloop van den speurtocht bleef een deel
in Wijk aan Zee, terwijl een negental langs den
prachtigen kronkelweg door de duinen van
Tusschenwijk en Rooswijk naar de halte Hoog
ovens wandelde.
PROGRAMMA VAN DE HAARLEMSCHE
RADIOCENTRALE OP
WOENSDAG 19 JULI 1939.
Progr. III: 8.00 Keulen. 10.20 Radio PTT-
Nord 12.20 Ned. Brussel. 2,20 Keulen. 3.20
Londen Regional. 4.20 Keulen. 5.20 Fransch
Brussel. 6.20 Londen Regional. 6.50 Fransch
Brussel. 7.20 Ned. Brussel. 7.35 Keulen. 9.20
Deutschlandsender of diversen. 9.35 Fransch
Brussel. 10.20 Ned. Brussel. 11.00 Keulen.
Programma IV: 8.00 Ned. Brussel. 9.20
Radio P.T.T.-Nord. 9.50 Luxemburg of Gram.,
muziek. 10.35 London Regional. 12.20 Droit-
wich 8.00 Londen Regional. 8.20 Droitwich.
Programma V. 8.00—7.00 Diversen.
7.008.00 Eigen gTamofoonplatenconcert.
Dansmuziek.
1. Two sleepy people, Bert Ambrose.
2. The man from Harlem, Billy Cotton.
3. Ten little miles from town,
Organ, danceband, me.
4. Swing from Paris. Q. du Hot Club
de France.
5. Someone stole Gabriel's Horn, Nat Gonella
6. Memyself and I, Harry Roy.
7. If dreams come true, Benny Goodman.
8. There's a new apple tree.
Organ, danceband, me.
9. Wildman Blues, Louis Armstrong.
10. I'll never be the same, Ed. Lang.
11. While a cigarette was burning,
Bert Ambrose.
12. Why am I blue,, Billy Cotton.
13. Home at Sundown,
Organ, danceband. me.
14. Them there eyes. Q. du Hot Club de
France.
15. 01' man River. Nat Gonella.
16. You're a sweetheart. Harry Roy.
17. Life goes to a party, Benny Goodman.
18. Umbrella man. waltz.
Organ danceband me.
19. Georgia Bo Do. Louis Armstrong.
20. Add a little wiggle. Ed. Lang.
8.0012.00 Diversen.
HET WERK DER LEERLINGEN.
De tentoonstelling van schriftelijk werk, tee
keningen en werkstukken vervaardigd op de
handwerk- cn timmerlessen van de Centrale
School No. I aan het Weltevredenplein is
Woensdag 19 Juli geopend van 35 en 710
uur.
GEVONDEN VOORWERPEN EN DIEREN.
Inlichtingen aan het Bureau van Politie,
Smedestraat, uitsluitend tusschen 11 en 13
uur. Badpak en handdoek; Tiggelaar, Gen. de
la Reystraat 59. Beschermer van autowiel;
Veltrop, Slachthuisstraat 40 zw. Bril; Klingers
Zomerkade 55 rd. 3 coupons; Zonnenberg, Ti-
morstraat 167. Cahier met inhoud: Kilian, 2de
Emmastraat 11. Postduif; Niemann. Wieher-
straat 2. Postduif; Jansma, Duvenvoordestr.
102. Heerenhoed; Schwarts, Ramplaan 96. Re
genjas; Hoonhout, Amsterdamschevaart 188.
Padvindersmes: Rauchbar, Kleverlaan 181;
Portemonnaie met inhoud; Smolders, Zuidpol
derstraat" 78. Rozenkrans; Giljon, Saenredam-
straat 46 rd. Rijwielbelastingplaatje; Richard,
Klapheklaan 3.* Kinderschoentje; Philippo,
Diezestraat 8. Kinderschoentje; Verdam, Ter-
natestraat 24. Taschje met inhoud, Bureau v.
Politie, Smedestraat. Vulpenhouder, Arpeau,
Spaanschevaartstraat 17. Spaarzegels, Steen-
kist, Bellamystraat 16.
Een mandje met visch
door F. VAN AMSTEL.
E hadden gevischt. Mijn vriend en
huismedicus Sim van Dongen en ik.
Er zijn genoegens in het leven, die
hooger aanslag verdienen dan hen
gelen. Niettemin hadden we ons uitstekend
vermaakt. Want het was een warme dag ge
weest en dan is niets zoo lekker dan op het
water zitten in een bootje in de schaduw van
een rietbosch.
Het feit, dat we niets hadden gevangen aan
vaardden we met blijmoedige berusting. Im
mers de waard uit „De dorstige bliek", die ons
aan een bootje had geholpen, meende des mor
gens reeds, dat het mét dezen krimpenden
wind „vriezen en dooien" kon en had ons,
terwijl hij twee vischvergunningen met onze
namen invulde een korte serie vischverhalen
opgedischt, waaruit klaar en afdoende bleek,
dat het vangen van een behoorlijk maaltje
visch kort en goed een kwestie van wereldsch
geluk is. Hetgeen ons, toen we na drie uur
hengelen, nog zelfs geen „leven" hadden ge
zien, tot leerzaam moraliseeren bracht. We
probeerden, toen het buitengemeen smakelijke
deegkluitje faalde, het met een blauwkoppier.
maar de baars bejegende deze lekkernij of het
rattenkruid was. Een steurkrab werd afge
wisseld met een stukje aardappel, maar de
krab verdronk en de aardappel bleef onaange
roerd. Ter afwisseling namen we een hapje en
deden een tukje, luierden den dag vol en
roeiden in den namiddag met roode gezichten
naar 't visscherskroegje terug, waar we in een
prieeltje een oogenblik bleven uitblazen.
,,'t Wordt onze tijd" zei Sim tot den baas.
toen die onzen kant uitsienterde en een oogje
waagde aan onze leege netten. „Vertel het
maar eens!"
De man haalde een beduimeld blocnote-tje
voor den dag en diende de volgende declara
tie in:
2 vergunningen f2.
6 uur roejboot 1.50
krabbe 0.25
wurme 0.25
2 tee 0.50
2 longen vieta 0.50
f 5.—
„Daar hadden we een vriendelijk partijtje
visch voor kunnen koopen, vader!" zei Sim,
die wel eens meer, als 't zoo niet te pas komt,
'Hoofdpij"
is een ellendige pijn en kan
Uw heelen dag vergallen.
Een "AKKERTJE" verdrijft ze
binnen een kwartier geheel.
"A&KERÏJtt
(Adv. ingez Med.j
P
A \W
Copyright P, I. B. Bo> 6 Copenhagen
„Nu heb ik genoeg voor de roode schoenen geleden", zei Karen,
„nu ga ik naar de kerk, zoodat men mij kan zien." Ze liep zoo snel
als ze kon naar de kerkdeur, maardaar dansten de rood»
schoenen weer en zjj werd bang, zóó bang, dat zij terug ging
De heele week was zij bedroefd. Zij schreide bittere tranen, maar
toen de Zondag kwam, zei ze: „Ziezoo, nu heb ik genoeg geleden,
nu ga ik weer naar de kerk. Ik denk, dat ik niet minder ben, dan
degenen, die in de kerk zitten." Opnieuw ging zij op weg naar de
kerk, maar ook nu zag zij daar weer de roode schoenen, die nog
altijd dansten. Ze schrok, aarzelde en keerde toen weer terug.
Wederom berouwde zij haar zonde, echter thans diep in haar hart.
Zij ging naar de pastorie en smeekte of men haar in dienst zou
willen nemen. Zij beloofde heel vlijtig te zullen zijn en zoo hard
mogelijk te werken. Het loon kon haar niet schelen. De dominee's-
vrouw kreeg medelijden met haar en nam haar in dienst. Karen
was vlijtig en zorgzaam, 's Avonds zat ze heel stil te luisteren, als
de dominee uit den bjjbel voorlas. Al de kinderen hielden van haar.
Maar als zij over opschik praatten of tegen haar zeiden, dat zij zoo
mooi wilden worden als een koningin, dan schudde Karen het hoofd.
(Wordt vervolgd).
brengt hulp in gezinnen, waar
door geboorte, onvolwaardig
heid of ziekte van kinderen bij
zondere noodên zijn ontstaan.
Zendt Uw bijdrage op Postgiro
75000 Den Haag.
(Adv. Inget. Med.)
beschouwingen van vergelijkenden aard ten
beste kan geven. Maar de man lachte wijs.
„Is voor gezorgd, meneer!"
„Wel?"
„Meneer", zei de oude knaap, „een mensch
moet kunnen geven en nemen. Als je hier twee
rijksdaalders achterlaat moet je er geen hart
zeer van hebben. En dan leer nou van
mij. dat een visscher nóóit zonder vangst
thuiskomt!"
We keken hem vragend aan maar hij zei
voorloopig niets meer, pakte onze netten, ver
dween in een schuur en kwam er even later
mee terug. Maar er spartelden thans een paar
ordentelijke karpers, een zeelt en een half
dozijn kloeke brasems in. „Die ééne brasem"
instrueerde hij ons. „was een opsteker. Die an
dere sleepte je snoer zeker een meter naar be
neden. Met dien karper heb je op den kop af
tien minuten spul gehad en dat die zeelt er
aan zat merkte je pas, toen je ging verleg
gen!"
Wij konden bij zulk gewetenloos liegen
slechts verbaasd' hijgen, maar nadat hij ver
trokken was loofden wij zijn menschkundig
inzicht en erkenden, dat wij blijkbaar de
fijne knepen Van het vak nog moesten leeren.
„Ja maar", zei Sim, nu brengt die zotte vent
me per slot van rekening nog in moeilijk
heden".
„Zoo 'n klein jokkentje...." begon ik.
„Neen", zei Sim", daar niet van. Maar 't
gekke is, dat ik er geen oogenblik aan gedacht
heb, iets te zullen vangen. Dat zou voor het
eerst van mijn leven zijn".
„Geen bezwaar. Dan beter je je leven".
Je snapt er niets van. De kwestie is, dat
ik er stichtelijk voor pas, met zoo'n net
met visch door de stad te looopen. 'k Zou de
grootste ruzie met m'n vrouw krijgen!"
„Houdt die dan niet van visch?"
„Dat wel, maar ze zal beweren, dat ze niet
met een vischboer getrouwd is en voor mijn
praktijk lijkt het me ook al geen reclame!"
Ik klopte op het tafeltje, hetgeen de eige
naar van „De dorstige bliek" ter plaatse deed
verschijnen.
„Er is een kleine moeilijkheid", begon ik,
„de zaak is, dat we nog niet dadelijk naar
huis gaan. Zouden we die visch niet toege
stuurd kunnen krijgen?"
„Natuurlijk. In een mandje met den vracht
rijder. Met een uurtje is hij hier en ik zal
zorgen..
We verklaarden, dat we bij voorbaat van zijn
zorgen overtuigd waren en vertrokken.
Dien avond verscheen de vrachtrijder niet.
Mijn vrouw, die met opgetrokken wenk
brauwen naar mijn sterke stukjes had zitten
luisteren en zich nogal wat van de karpers
bleek voor te stellen, herinnerde mij er den
volgenden morgen aan, juist toen Sim op
belde.
„Is de visch nog gekomen?"
„Nog niet. Zeker oponthoud gehad".
„Ja. jawat ik zeggen wou: ik sta niet
op mijn portie. Plaats dat maar ergens an
ders".
„Meen je 't?"
„Natuurlijk". Hij belde af.
Ik had mijn werk en de visch ging mij
doc«r het hoofd. Vier dagen later kwam ik
's middags thuis en kreeg den indruk, dat te
gelijkertijd kool en stokvisch werden afge
kookt, maar ik begreep, dat ik mij, gezien den
tijd van het jaar moest vergissen. Blijkbaar
was er Roquefort in huis, die noodig op
moest.
„Zeg eens even", zei ik tot mijn jongen,
dien ik in de vestibule tegenkwam; „Heb jij
je voeten wel geveegd?"
De bengel grinnikte en dook onder me
door. ongetwijfeld verlangend naar frissche
lucht.
Mijr vrouw stak haar hoofd om de deur
var. de huiskamer. „Kom vlug vinnen! Hier.
„Wat is er dan?"
..Ruik je dan niets?"
„Ja", zei ik verontwaardigd, „ik ruik zéker
wat. Ik ruik. dat er weer een kat in huis is
geweest en ik wilde om een lief ding. dat die
mormels nu eens een ander bevoordeelden,
maar als er ook altijd deuren openstaan
„Neen", zei mijn vrouw door een kier. „Dat
is het niet. Je mandje met visch is aange
komen. De vrachtrijder is een paar dagen ziek
geweest".
Ik belde Sim op
„Hallo?"
„De visch is er. Wil je nu werkelijk niets
voor je rijksdaalder hebben?"
„Neen", zei Sim grootmoedig. „Houd het
zelf maar. Ik weet. hceveely jij er van houdt.
Smul er maar heerlijk van!" Hij grinnikte
en ik begreep, dat hij de zaak dóór had.
Het mandje met visch was vijf minuten
later begraven, maar de penetrante geur hing
nog volle twee dagen in de woning
(Nadruk verboden
auteursrechten voorbehouden).
„WELDADIGHEID NAAR VERMOGEN"
Sophiastraat 2 d.
Voor u op reis saat. zendt ons 'n klein bedrag.
Om de velen die vragen te kunnen helpen.
Wij weten zeker dat zulk een daad vermag
Uw vacantie tot een dubbele vreugd te
maken.
Telefoon 12255.
Postgiro 212793.