Het geslacht Velsen MET AUTO EN TENT DOOR ZUID-AFRIKA. ZATERDAG 22 TUE I 1939 HAARLEM'S DAGBEAD Durban, de hoofdstad van Natal. Door Op den eersten Kerstdag van het jaar 1497 zeilde Vasco de Gama met zijn vloot van drie schepen langs de kusten van Afrika noord waarts. Het land was heuvelachtig, de hel lingen en toppen met bosch en struikgewas bedekt en naar den geboortedag van den Redder der Menschheid noemde de vrome Spanjaard dit land Natal. Dan zwijgt de ge schiedenis weer ettelijke honderden jaren over dezen tuin van Zuid-Afrika, namelijk totdat Engelsche handelaars uit de Kaapko lonie langzaam noordwaarts doordringen en een Iersch koopman, met name Pynn, den Zoeloekoning Tsjaka bezoekt en van hem de toezegging weet te verkrijgen, dat hem een strook land langs de Algoabaai zal worden afgestaan. Een tiental jaren later zien we de Boeren op hun trek over het Hooge Veld af dalen in het lokkende groene Natal, de Zoe loes onder Dingaan overwinnen, en de Engel- schen, die uit de Kaapkolonie dadelijk pro testeeren en troepen zenden, een tijd lang in bedwang houden, zoodat zij hun republiek kunnen stichten met als hoofdstad Pieter- maritzburg Later moeten zij toch weer het onderspit delven, o.a. door echt Hollandsche onderlinge verdeeldheid, en voor 't grootste deel dit land. dat zoozeer op 't beloofde land leek, weer verlaten om over de Vaalrivier de Transvaal te gaan bewonen. Veel van dezen strijd speelde zich af rond Durban, dat dan ook rijk is aan historische herinneringen. Een der bekendste, voor de Boeren minder aange name. is die aan Dick King, een eenvoudig Engelsch kolonist, die er in slaagde, in zes dagen tijd den geweldigen afstand naar Gra- hamstown af te leggen, 600 mijl te paard door vrijwel geheel ongebaand terrein om hulp voor de in het nauw gebrachte Engelsche be zetting op het fort in Durban te gaan halen. Durban is thans een der grootste en een der belangrijkste steden van de Unie van Zuid-Afrika, o.a. wel omdat het de uitvoerha- ven is van de suiker, het hoofdproduct van Natal. Daarnaast is het een mooie stad, ter wijl een flink strandbad, voorzien van alle attracties, die daar tegenwoordig bij hooren, veel toeristen en zeer veel vacantiegangers lokt. Gi-oote hotels, paviljoens, een aardig zeewateraquarium, allerlei besloten zwembas sins en zonnebaden, noodig omdat er vaak zoo'n geweldige branding op de kust staat, dat zwemmen in zee onmogelijk wordt, dit alles geeft extra drukte en extra verkeer in de belangrijke havenstad. Daarbij is Durban provinciehoofdplaats en naast Johannesburg het grootste bolwerk van Engelschen invloed in Zuid-Afrika. Wij naderen de stad Al een vijftig kilometer buiten de stad maakt de regelmatige reeks kuilen en stof- hoopen. die wij tot nu toe gevolgd hebben, plotseling plaats voor een keurigen asphalt- weg. Al spoedig komen tearooms en dancings en dergelijke uitgaansgelegenheden, dan de electrische tram, een forsche brug over een breede rivier en dan rijden we ineens door mooie, moderne villawijken met heerlijke bloementuinen, waartusschen wijken met klei nere huisjes, waar overal kleurig gekleede In landers af en aan gaan Breede gazons nooden tot golf, de Engelsche- sport bij uitnemend heid.. Dan wordt de bebouwing dichter, eerst nog meest kleinere woningen, dan Ineens een groote winkelstraat: postkantoor, museum, we zijn al midden in de stad. Daar staan ook de beroemde riksha-Zoeloes, met een overdadi- gen hoofdtooi van veeren en ossenhorens, ver der verfraaid door Verkadeplaatjes en por tretten van filmsterren. Wie daarin nog de historische Zoeloe-krijgs- of dansdracht terug vindt, is een knappe vent, hoewel er oor spronkelijk zooiets geweest moet zijn. Te genwoordig maakt het sterk den indruk van: hoe gekker hoe liever. De dansmas- kers en veeren en huidentooi van vroeger zijn helaas nog maar bij een enkele terug te vin den. Maar het zijn forsche kerels, deze nako melingen van Tsjaka's krijgers, en ze kunnen met hun vrachtje nog bokkesprongen maken, die den reiziger in het wankele voertuigje plotseling achterover doen wegzinken, om hem even later met een ruk weer overeind te doen vliegen. Ge weet waarschijnlijk, dat de riksha een Chineesch vervoermiddel is, een klein wagen tje op twee groote wielen, door een man ge trokken, die in kalmen draf zijn vrachtje voor een paar stuivers een halven dag rondzeult. In zoo'n karretje is plaats voor 1 Europeaan, twee negerinnen, vier Chineezen of zes Britsch-Indiërs, rekenend op vader, moeder en kinderen. Het zijn zeer gerieflijke ver voermiddelen, intusschen alweer een bewijs, dat Zuid-Afrika in sommige opzichten ach terlijk is, want in Bangkok bijvoorbeeld wor den de meeste riksha's door fietsen getrok ken. De stad Durban is weer als elke andere stad. Electrische trams, asphaltstraten, hooge en minder hooge huizen en kantoren en bank gebouwen, alleen de kleurige gekleurde bevol king geeft een exotisch cachet. We bezoeken daarom nog even de Native Market, de markt plaats waar de kleurling zijn inkoopen doet. Eigenlijk zijn er twee. Eerst gaat het naar de kaffermarkt, waar behalve de gewone eetwa ren in ruwen en toebereiden staat, allerlei houtsnijwerk, als stokken en lepels verkocht wordt, naast een massa kralen versierselen en voor den toerist wat houten assegaaien, klei ne schilden en wandelstokken. Vlak daarnaast zijn de overdekte markthallen der Britsch- Indiërs. waar bijna uitsluitend eetwaar te koop is en verder het gewone Bombay-spul. Met een zucht van verlichting rijden we weer weg. uit de stadsdrukte vandaan. Je zou men- schenschuw worden op zoo'n langen tocht door de wildernissen. Maar we zijn nog lang niet tusschen de menschen uit. Een lange rij van kleine badplaatsjes ligt bezuiden Durban langs zee. De groote weg loopt weliswaar weer op een kilometer of tien van de kust, maar er zijn telkens verleidelijke zijwegen, die je dan naar twee of drie van die knusse Wijk-aan-Zeetjes brengen met een hoog opstuivend zandstrand en wat rotsen ervoor, waar de zware deining van den Indischen Oceaan in een schuimende branding op breektEen 150 kilometer ver. tot Port Shepstone aan toe, gaat dat zoo door, niet alleen de badplaatsenreeks, maar ook het achterliggende heuvelland, dat weer vrijwel geheel met suiker begroeid is. Toch lijkt, dit land heelemaal niet op de suikerstreken van Java. allereerst omdat de cocospalm er ont breekt, maar vooral ook, omdat er wèl een prachtig hooger heuvelland, the valley of the thousand hilis. achter aan sluit, zooiets als de Duizend Bergen bij Djokja. maar er nergens een allesoverheerschende figuur in het land- Khap is, geen Merapi en geen Slamat en juist die forsche achtergrond maakt het Indische suikerland vaak zoo mooi De „blackwortel". Wanneer wij verder komen, wordt de suiker langzamerhand schaarscher en als we van Port Shepstone af het binnenland ingaan., treedt ineens een heel andere cultuur op, die van den blackwortel. Wat een vreeselijk woord! Waarom niet zwartwortel of black- root, dat klinkt allebei goed! Maar het is een helaas typisch voorbeeld van de slordigheid waarmee de Afrikaander zijn taal spreekt, al wordt er ook hier door velen wel aan taalzui vering gewerkt. Die blackwortel dan is een acaciasoort, wat wij mimosa zouden noemen. De bast levert een zeer gewaardeerde looistof en deze wattlebast is een der belangrijke uit- voerproducten van Zuid-Afrika. Het hout wordt veel gebruikt voor den bouw van kaf ferhutten. doch ook voor andere doeleinden, hoewel het gewoonlijk te dun blijft voor mijn- hout. Maar overal op de heuveltoppen zien wij de langgestrekte boschperceelen, die zoo prettig aandoen in dit boom- en schaduw arme land. Totdat wij de grens bereiken van Natal en de Kaapkolonie. Dat deel "der Kaap kolonie, dat hier aan Natal grenst, is weer een inboorlingenreservaat, bekend als Pondo- land, en allermerkwaardigst valt deze grens in het landschap op. omdat ten Noorden er van, in Natal, overal groote complexen black wortel teekening geven in het landschap en ten Zuiden het heele kale heuvelland open voor ons ligt. Grasland met duizenden hutten, rondavels, in groepjes van drie tot acht bij een, altijd op heuveltoppen en heuvelruggen, om iets meer buiten bereik te zijn van mala ria- en andere muskieten! Overal graast vee op de hellingen. Overal staat bij elk pao.r hut ten een groote doorn-omheining voor de bees ten en een kleinere voor de schapen. Een der de, veel grootere, langwerpig-vierkante ruimte is afgezet en toont de oude stengels van maïs en kafferkoren, die daar binnen de beschut ting der omheining zijn groot geworden. En zoo strekt Pondoland zich uit van de Um- tamvuma tot de Vischrivier. Een land, dat de moeite waard was om voor te vechten in de oogen der oude Kaapsche Boeren, die toch vóór alles ook veehouders waren. En toch is dit mooiste stuk vee weideland weer reser vaat, geheel ter beschikking gelaten der Pon- donegers, een onderstam van de Zoeloes, óók heeren, die steeds rondwandelen met schild en knots. De vrouwen gaan veelal nog kleurig gekleed in terracotta of oranjerood. De rok- achtige doek, die om het middel geslagen is, is met horizontale zwarte banden versierd. De deken, die tegen de winterkoude om de schou ders, vaak ook om de borst gedragen wordt, is meest effen. De Europeesche kleeding, waar in deze menschen er veel armoediger uitzien dari in hun kleurige lappen, begint hier he laas ook meer en meer veld te winnen en evenzoo 't Europeesch aandoende vierkante huisje. Zoodra je eenmaal een bed hebt, houd je in een ronde hut zulke rare hoeken over en een wandkastje of buffetje maakt óók in een vierkant éénkamershuis een veel oeter ef fect. Zorgt de zendeling dan ook nog voor een hoogere deur, zoodat hij zonder bukken kan binnengaan, voor een paar ramen en- voor een plaatijzeren dak, dan is al hét schil derachtige en karakteristieke, maar ook veel van het practische en goedkoope, verdwenen. De mensch heeft behoeften gekregen, waar voor hij harder werken moet dan hein eigen lijk wel zint, en dus doet armoede haar in trede. waar vroeger tevreden rijkdom was. Goedkoope, maar voor deze menschen toch dure bazarprullen vervangen het onverslijt- bare, zelf gesneden houten gerei of de in het veld groeiende kalebas. De kinderen loopen in vodden inplaats van in hun mooie bruine huid. Of de hygiëne er op vooruit gaat, ik weet het niet. Niets is immers gevaarlijker, dan natuurvolken te veel aan te kleeden. De meesten zijn te arm om er verschooningen op na te houden. Ze leeren zich schamen voor hun gedeeltelijke ongekleedheid en blijven dus, als ze natgeregend zijn, in die natte vodden i-ondloopen. Dat is altijd een der voor naamste oorzaken van de geweldige versprei ding der tuberculose, overal waar een primi tief volk met de beschaving In aanraking komt. Daarnaast moet de levenskans van on gedierte door meer kleeding natuurlijk ook sterk stijgen, vooral in streken, waar water zoo schaarsch is als in groote deelen van Zuid-Afrika. en waar de haarbedekking van het hoofd zoo overzichtelijk is als bij de meeste kaffers. In heel Pondoland is geen w.c. en geen pri vaat te vinden. En toch is het schoon rond de kralen. Ik denk dat ze er net als de hondjes wat zand over krabben! Hun spijsvertering moet anders over het algemeen wel goed zijn, als ge bedenkt, dat het hoofdvoesel, de maïs meel- of wel mieliespap altijd gekookt wordt in karnemelk die op zeer zindelijke wijze wordt bereid. Den laatsten tijd worden bij de kralen nog wel eens kleine strooken met black wortel of agave beplant, die den wind wat breken en daardoor het leven in de kralen op de heuveltoppen zeker veel aangenamer zul len maken. Achter zoo'n strookje boompjes is ook de eenig mogelijke kampeerplaats in dit wijde windland. waar wij weer eens een sprookjes achtig mooien zonsopgang genoten (Nadnik verboden) i Christ.-Hist .Zonierconferentie. Dr. J. J. Wallien over „Gemeentebesturen en Volksgezondheid". Op den tweeden dag van de 16de Christ. Hist, zomerconferentie te Lunteren werd in de avondbijeenkomst het woord gevoerd door dr. J. J. Wallien te Haarlem, geneesheer bij de arbeidsinspectie, die een inleiding hield over .gemeentebesturen en volksgezondheid". De inleider besprak o.m. de maatregelen, welke z. i. op het terrein der gemeentebemoeiing behooren te worden genomen. Een goede maatregel achtte hij o.a. het be vorderen van een goed verzekeringssysteem tegen de kosten van ziekenhuisverplegine. Sterk bepleitte hij de noodzakelijkheid van de uitbreiding van de schoolartsendiensten over alle gemeenten. Eveneens werd gewezen op de toenemende noodzakelijkheid in het belang van de volkS' gezondheid keuringsdiensten voor waren te organiseeren. TWEE NIEUWE AUTO'S .VOOR CENTRAAL VERVOER. De thans voornamelijk bij het gemeente- electriciteitsbedrijf in gebruik zijnde vracht auto verkeert in zoodanigen staat, dat vervan ging noodzakelijk is. Voorts is het gewenscht, dat genoemd bedrijf de beschikking verkrijgt over een personen-auto, voorzien van een flinke bagage-ruimte voor het opbergen van instrumenten, zulks ten behoeve van het ver voer van technisch personeel voor de inspec tie van werkzaamheden, stations en metingen, alsmede ten behoeve van het vervoer van meet instrumenten, enz. In verband daarmede stellen B. en W. den raad voor ten behoeve van Centraal Ver voer over te. gaan tot aanschaffing van een ééntons gesloten bestelwagen en een perso nen-auto. BIJ HET ZWEMMEN VERDRONKEN. Vrijdagavond is te Cuyk aan de Maas de 20-jarige ongehuwde leerlooier J. Stoffels, wo nende te Tegelen en te Cuyk in pension, bij het zwemmen in de Maas verdronken. Eervolle opdracht voor Mari Andriessen. Beelden voor bet nieuwe Utrechtsche station. De Haarlemsche beeldhouwer Mari Andries sen, heeft een eervolle opdracht ontvangen n.l. voor het maken van twee beelden en eenige ornamenten voor het nieuwe station te Utrecht. Zeer toepasselijk zullen de beelden de Snelheid en de Veiligheid voorstellen. De hoogte zal ongeveer 3 meter zijn. De kunst werken zullen in het voorjaar gereed zijn, tegen den tijd dat het nieuwe station in gebruik zal worden genomen. Zij nog vermeld, dat de jury bestond uit de heeren L. Bolle, te Rotterdam; W. F Gouwe, Den Haag en G. van Ravesteyn, den architect van het station. De Quarantaine Bill. Geen spoedige behandeling te verwachten. De Bond van Bloembollenhandelaren deelt mede: Volgens een bericht van den correspondent te Washington van de „Florists Exchange" in het nummer van 24 Juni j.l. is het als vrijwel zeker aan te nemen, dat gedurende de loopende zit ting geen behandeling van de nieuwe „quaran tine bill" te verwachten is. Als deze verwachting in vervulling gaat, zou aan den invoer van bloembollen met inbegrip van narcissen, gedurende het komende expoi-t- seizoen, derhalve niets in den weg staan. J. V. MUNSTERMAN f In den ouderdom van 58 jaar is over leden de heer J. Vè Munsterman, tot 1 Maart 1936 op welken datum hij wegens ge zondheidsredenen gepensionneerd werd bouwkundige bij de afd. Openbare Werken alhier, meer speciaal belast met het toezicht op de gebouwen. De heer Munsterman werd met ingang van 16 April 1903 bij Openbare Werken op proef aangesteld en een jaar later voor vast als opzichter le klasse. Later werd die titel veranderd in bouwkundige. Vroeger was de heer Munsterman ook lid van het College van Collectanten der Ned. Herv. Kerk. De begrafenis heeft, plaats a.s. Maandag te 1.30 uur op de Alg. Begraafplaats te Heemstede VRIJWILLIGE BURGERWACHT HAARLEM. De schietoefeningen voor de recruten wor den op Maandagavond 24 Juli tot en met 28 Augustus stop gezet. Op verzoek wordt voor geoefende schutters een baan ter beschikking gesteld op 6 en 20 Augustus. 10 September en 1 October van 1012 uur v.m Op de kruising Vundeiiaa:.- AkcremlanUaaji le Beverwijk iiad Vrijdagmiddag een hevige autobotsing plaats, waarbij een der wagens .een nieuwe Chevrolet, werd omvergeworpen. Het ongeval, dat zich, zooals ook uit de foto blijkt, ernstig liet aanzien, eischte gelukkig geen slachtoffers. De inzittenden liepen slechts lichte verwondingen op. De situatie onmiddellijk na de aanrijding. Wat uit de geschied boeken op te diepen is. Van het geslacht der heeren van Velsen is maar weinig bekend. Dat is wel jammer, maar toch heelemaal niet vreemd, omdat wij zelfs maar be trekkelijk weinig weten van öe Hcllandscln graven uit de middeleeuwen. Van vele edele geslachten omtrent dien tijd weten we niet veel meer dan wat overleveringen. Bekend is dat er omstreeks 1100 en 1200 een kasteel Banjaert in Velsen stond en dat er heerer. van Banjaert waren, maar verder weten wi; er niet veel meer van dan hetgeen Hofdijk in zijn Kennemer Balladen vermeldt, geput uit de oudste bronnen, als Melis Stoke e.d In Batavia Hlustrata van S. van Leeuwen wordt een der andere geschiedschrijvers ge citeerd, n.l. Cornelius Aureiius, die in zijn tweede boek over Bataviën vertelt van do kasteelen en sloten in 't gewest Kennemer land. Als voornaamste wordt het slot der baanderheeren van Brederode genoemd, daar na dat van de heeren van Velsen. Volgens oude bronnen moet het slot te Velsen in de elfde eeuw zijn gesticht. Dc oude geschiedschrijver Gouthoeven deelt mede, dat het Huis te Velsen zijn verheffing tot leengoed kreeg van de heeren van Nijen rode in Utrecht. Dat de heeren van Velsen tot de voor naamste riddergeslachten van Holland be hoorden. zou hieruit kunnen blijken, dat zij den erfelijken titel van erfmaarschalk van Holland hebben bezeten. Mr. H. van Wijn vertelt in zijn boek Huiszittend Leeven van een oud charter der Leenkamer van Holland, waaruit blijkt, dat Gerard. Heer van Voorne. op 17 Maart 1337 Hendrik Willemszoon van Naaldwijk verleden heeft met eenige leen goederen. o.a. het slot te Honsholredijk en het maarschalksambt van Noord-Holland ten erfleen. dat Hugo van Naaldwijk door huwe lijk met jonkvrouwe van Velsen verwierf. Mr. van Wijn concludeert hieruit hieruit, dat het maarschalksambt van ouds als erf leen werd uitgegeven en dat het zich bepaalde tot Noord-Holland, dat beteekende Holland benoorden de Maas. Het maarschalksambt eerst door de heeren van Velsen bezeten, kwam op een erfdochter van dat geslacht wier naam niet wordt opgegeven, doch die door haar huwelijk met heer Hugo van Naald wijk dit erfelijk leen op haar man en zijn nakomelingen deed overgaan. Mr. van Wijn vermeldt, dat Gerard van Velsen, die Graaf Floris V ter dood bracht, geen zonen heeft nagelaten, dat zijn goederen verbeurd werden verklaard en dat zijn dochter Clarisse in 1327 nog leefde en ongehuwd was. ontvangende van Graaf Willem ni een jaar geld van 10 pond Hc-llandsch. Dat beteekent echter niet. dat er toen geen mannelijke nazaten uit het geslacht Velsen meer waren. In de grafe'.ijkheidsregisters van Holland bevindt zich een charter van 31 Mei 1303, waarbij Diderick van Teylingen Simonsz. aan Graaf Jan van Holland de belofte doet. om de heeren van Amstel, Woerden en Vel sen uit den lande te helpen houden en den Graaf getrouw te zullen zijn. Wel vermelden de oude kronieken dat alle nazaten van Gerard van VeLsen, tot in 't verste geslacht, werden gedood, maar dat houdt niet in, dat er geen mannelijke nazaten in 't buitenland verbleven. Veelal toch zocht men toen, wanneer men vervolging te vreezen had, zijn hei! in de vlucht buitenlands. Willem van Oostervaart, de zoon van Hertog Albrecht van Bcyeren, vluchtte naar Frankrijk, toen de vriendin van zijn vader, Aleid van Poelgeest, was vermoord. Uit genoemd charter blijkt trouwens, dat er nazaten uit de geslachten Velsen. Amstel en Woerden in 't buitenland verbleven. Dat Graaf Jan van genoemden van Tey lingen de belofte eischte, kunnen wij verstaan, omdat Willem van Teylingen tot de mede standers van Gerard van Velsen behoorde en deze Diderick waarschijnlijk een neef van ge noemden Willem was Uit de oude Chronycke van Holland, Zeelant en Vrieslandt van 1595 weten wij, dat Gerard van Velsen een broeder had, die door Floris V was ter dood gebracht. Vermoedelijk heeft ook deze zonen gehad. Waarschijnlijk heeft Gerard van Velsen ook meer dan één dochter gehad. Mr. van Wijn vermeldt n.l. dat een abt van Egmond, Floris genaamd, volgens een giftbrief van 1290 aan Gerard van Velsen eenige goederen ter leen gaf, met de bijvoe ging dat wanneer heer Gerard zonder eiïzoon zou sterven, het leen zou komen op zijn oud ste dochter. In de Noordhollandsche Arcadia van Cl. Bruyn, met aanteekeningen van Gerrit Schoe- maker (uitgegeven te Amsterdam in 1732) vinden wij vermeld, dat in de oude historie bekend is Gericas van Velsen in 1124 en Di- de rik van Velsen in 1230. Voorts, dat in het jaar 1266 grave Florens (Floris V, toen nog maar 12 jaar oud) Heer Adelbert van Velsen voorzag met de kermistollen van St. Jan te Haarlem en dat hij die daarna schonk aan Gerard van Velsen. Dat deze Adelbert inkom sten van tollen te Haarlem kreeg, verschaft ons zekerheid, dat het ges;acht Velsen in hoog aanzien stond aan het grafelijk hof. Vermoede lijk is Adelbert de vader of een oom geweest van Gerard van Velsen. Mr. van Wijn geeft in een Necrologium Eg- mundense een lijst van monniken, vorsten en edelen, in de abdij van Egmond begraven Daarin zijn er twee met den naam Velsen en wel: Arnoldus de Velsen, sacerdos et monachus (priester en monnik), anno 1310. qui dedit connentui terram in Wijk, plus quam 30 an- nuatim foluentum et ad custodiam terram. infra Backem in Langhewere iacentum. et sepultus est in loco caputulari. Geertrudis de Velsen. qui dedit. übras anno 1307. De jaartallen 1310 en 1307 doen zien dat er toentertijd nog verscheidene Velsens waren. Wij zouden anders gaarne wat meer weten omtrent de Velsens in de dertiende eeuw. Zijn zij ambachtsheeren van Velsen geweest en zoo ja, waarom zijn zij de heerlijkheid kwijt ge raakt? Mr. van Wijn herinnert aan het La- tijnsche charter van 28 April 1255, waarbij Graaf Willem II, de Roomsche koning, aan Hugo van Naaldwijk vergunt het hem door dezen koning ter leen gegeven am bacht van Velsen te verkoopen aan den heer Willem van Brederode. De heer P. N. v. Doorninck vermeldt dit charter ook in den Inventaris van het oud archief van Velsen. met de bijvoeging „met recht van naasting door den Graaf" Mr. van Wijn veronderstelt, dat reeds vóór 1250 Hugo van Naaldwijk met een erfdochter van Velsen huwde en dat door haar het maar schalksambt van Holland aan het geslacht van Naaldwijk genoemd, ook als zijn bloed- keur van Westkapelle van 1223 en in Latijn- sche charters van Hendrik, heer van Voorne. van 1230. 1248. 1249. 1257 en 126.1 wordt Hugo van Naariwijk genoemd, ook als zijn bloed verwant. Vermoedelijk is dus ook de heerlijk heid van Velsen door dit huwelijk aan het geslacht Naaldwijk gekomen. Daar Naardwijk niet in Velsen woonde, heeft hij het ambacht verkocht aan de Brederodes. Een enkel woord nog over het feit. dat het maarschaiksambt van Holland ter leen ge geven werd door de heeren van Voorne en niet door de graven van Holland. Mr. van Wijn weet hier geen verklaring voor, tenzij dan dat de heeren van Voorne naar zijn mecning na de Graven het machtigste adeliijk huis van Holland en Zeeland oudtijds zelf het maar schalksambt in leen hadden bezeten. Wij meenen. dat hiertegen nog wel iéts :n te brengen is, vooral dat Voorne het machtig- werden de Brederodes daarvoor gehouden werden de Bredrodes daarvoor gehouden. Er waren echter nog andere geslachten, die ln hoog aanzien stonden n.l. Egmond. Arkel, Bo:' sele. Montfoort, Leyden. Cuyck, enz. Wan neer echter de heeren van Voorne het maar schalks ambt van Holland erfelijk in leen bezaten, hoe kwam het dan aan het geslacht Velsen? Dat zou dan weer door een huwelijk moeten zijn gekomen. Het is niet gemakkelijk om het adelijk ge slacht van Velsen in verband te brengen met de plaats Velsen. De burcht der heeren stond hier en werd na den moord op Floris V voor een deel door het volk verwoest. Maar volgens een akte van 25 Juni 1290 gaf Floris V het Huis te Velsen toen aan Nicolaas van Persijn, die met een zuster van Gerard van Velsen was getrouwd.. De Persijn's waren heer van Water land en hadden hun slot te Halfweg. Nicolaas Persijn bouwde te Velsen een nieuw huls en noemde het Waterland, zoodat hij den burcht niet heeft bewoond. Het is niet onmogelijk, dat de broeder van Gerard van Velsen den burcht bezat en dat Floris V na diens ter dood brenging zijn goederen verbeurd verklaard, heeft Gerard van Velsen, die ook heer van Noordwijk en Kronenburg was. bewoonde het slot Kronenburg bij LJselstein. dat na den moord op Floris V geheel verwoest werd. Wij mogen aannemen, dat de heeren van Velsen in de twaafde eeuw maarschalk van Holland waren, welk ambt in de eerste helft der dertiende eeuw aan de Naaldwijks kwam. Ook in de dertiende eeuw waren de heeren van Velsen nog zeer gezien, getuige het feit der schenking van tollen te Haarlem aan Adel bert van" Velsen. terwijl Gerard van Velsen geneim secretaris van Floris V was. De burcht Velsen werd maar gedeeltelijk verwoest. De heeren van Velsen zouden er echterf niet meer wonen. De mannelijke tel gen van het geslacht, die na den moord op Floris V naar het buitenland zijn uitgeweken, zullen wel niet zijn teruggekeerd. Wat de Persijns met den brucht hebben gedaan, is niet bekend. Er is echter een akte van 21 Juni 1391. volgens welke Gijsbrecht- van Nijenrode beleend wordt met het Huis te Velsen. met korenland, weiland, boomgaard, alle manschap en giften van kerken en kapel len. daarbij behoorende, zulks bij opdracht van Floris van Haemstede van Bergen, heer van Montigny. Hieruit blijkt dus. dat de burcht in de veertiende eeuw eigendom van den heer van Bergen was geworden. Later is het overblijfsel aan het Amsterdamsche regentengeslacht Huift gekomen, die het langen tijd bewoond hebben. G. VOET. Van drie boog gevallen en vrijwel geen letsel bekomen. Vrijdagmiddag was een 47-jarige bewoner van een perceel in de Vrolikstraat te Amster dam op drie hoog op zijn platje bezig een losse deur te schilderen. Op een gegeven oogenblik verloor de man zijn evenwicht en hij tuimelde met deur en af in de diepte. 's Mans val werd gebroken door eenige waschlijnen, die hem opvingen, waarna hij ln tweede instantie terecht kwam op den weeken grond van den tuin. Deze ongewone daling had den man slechts een lichte hoofdwon de bezorgd. Ter observatie is hij echter opge nomen in het O. L. Vrouwegasthuis. Zesde Zomer-concert der H. O. V. Gastdirigent: Nico Verhoef f. Soliste: Hélène Ludolph, zang. Het concert der H O.V. van Maandagavond wordt geleid door Nico Verhoeff.. welke diri gent vele en artistieke uitvoeringen gaf met zijn vereenigingen in Rotterdam en Den Haag o.a. ..Quo Vadis". Ook trad hij meer malen elders als orkestleider op. Voor de pauze brengt hij 4 noviteiten, de Marche écossaisse van Cl, Debussy, Pastorale van Dina Appeldoorn, liederen van Nico Verhoeff en Rhapsodie flamande van A B. Roussel. De liederen zullen door Hélène Ludolph worden vorgedragen. Na de pauze volgt de Symphonie van César Franck. Een belangwekkend programma dus. Nieuwe wisseltruc. Succes lijkt echter niet te groot te zullen zijn. Vrijdagavond is mej. Spiegel, die te Gennep een wisselkantoor heeft, benadeeld door een man, die bij het wisselen een biljet van dui zend rijksmark incasseerde en daarvoor een zakje ondeugdelijk geld teruggaf. Mej. S. werd opgebeld uit een op enkel* honderden meters verder gelegen café doo* een haar bekenden man, die haar verzocht een biljet van 1009 rijksmark te komen wisse len voor zilvergeld. Over de wisselkoers was men het eens en mej. S. zond haar dochtertje naar het café Het dochtertje deponeerde daar het biljet en ontving daarvoor een zakje geld terug. Blijkbaar vertrouwde mej. S. de zaak vol komen. want zij pakte het zakje zonder het na te zien van haar dochtertje aan en nam hel mee naar kantoor. Daar kwam aan het licht, dat het geld waardeloos was. Terstond stelde zij de politie van de oplichting in ken nis Deze waarschuwde de grenskantoren. om dat het vermoeden voor de hand lag. dat de wi&selaar met het geld naar Duitschland was getrokken. Men bleek juist gezien te hebben, want na eenlgen tijd kwam uit Goch bericht van de arrestatie van zekeren Sm., die langen tijd werkzaam was op een sigarenfabriek te Gennep, doch in Goch woonde. Het geld wm ""hter niet meer in zijn bezit Tnriien Sm schuldig wordt bevonden Ia by in Nederland strafbaar wegens oplichting en in Duitschland wegens overtreding der dévie- zenbepalingen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 11