Mr. dr. A. Baron Roëll
wordt 75 jaar.
S.S. Ministers
&pwkw~
Mijn kabinetskwestie.
Ik ontdek Amerika
DINSDAG IS AUGUSTUS 1939
HAARLEM'S DAGBLAD
3
Maandag 21 Augustus wordt de
Commissaris der Koningin in Noord-
g Holland mr. dr. A. baron Röell 75 jaar.
Baron Röell bezocht het Gymnasium te
's-Gravenhage en studeerde vervolgens in de
Rechten aan de Rijksuniversiteit te Leiden. Hij
promoveerde daar in 1892 in de Staatsweten
schappen op een proefschrift getiteld: „De
wetgeving op de huisvesting van de Arbeiden
de klassen". Na een jaar werkzaam te zijn
geweest ter Provinciale Griffie van Gelder
land volgde zijn benoeming tot Com mies-
Afdeelingschef ter Provinciale Griffie van
Overijsel. In 1898 werd baron Röell burge
meester van 'de Friesche hoofdstad en zes jaar
later verliet hij Leeuwarden wegens zijn be
noeming tot burgemeester van Arnhem. Tij
dens zijn burgemeesterschap in de Geldersche
Mr. Dr. A. Baron Röell.
hoofdstad heeft baron Röell vele goede maat
regelen op sociaal gebied genomen. In 1910
toen mr. dr. Van Leeuwen tot Commissaris
der Koningin in Noord-Holland werd benoemd
volgde baron Röell hem op als burgemeester
van Amsterdam. Toen de heer Van Leeuwen
tot vice-president van den Raad van State
werd benoemd was baron Röell wederom zijn
opvolger, thans dus als Commissaris der Ko
ningin in Noord-Holland. Dat was in het be
gin van 1915. Onafgebroken heeft baron Röell
sindsdien zijn hooge functie vervuld op een
wijze, die hem de algemeene waardeering van
allen met wien hij uit hoofde van zijn ambt
in aanraking komt, deed verwerven.
Zoo is baron Röell nog vol vitaliteit en zijn
werkkracht en werklust zijn in den loop dei-
jaren niet afgenomen. Hij is een uitstekend
en bekwaam voorzitter van de Statenverga
deringen. Zoowel bij het presideeren van de
Provinciale als van de Gedeputeerde Staten
geeft hij herhaaldelijk blijk, de te behandelen
stof geheel te beheerschen. Bovendien dringt
hij steeds tot de kern van de zaak door en
heeft hij een zeer heldere visie op de verschil
lende onderwerpen, die aan de orde zijn. Zijn
vragen en opmerkingen getuigen dan dikwijls
van groote scherpzinnigheid.
Vooral de provinciale bedrijven zijn tijdens
de ambtsperiode van baron Röell van groote
beteekenis geworden. Het provincital water
leidingbedrijf is in zijn periode tot stand ge
komen. Ook het vak handelsonderwijs, de be
strijding der tuberculose en de verpleging van
geesteszieken hadden steeds zijn warme be
langstelling.
Baron Röell gevoelt ook veel voor Weten
schap en Kunst. Als voorzitter van het Am-
sterdamsche Concertgebouw-bestuur heeft hij
veel gedaan voor de belangen van het Concert
gebouw en de muziek in het algemeen. Verder
is baron Röell ook sinds 1915 voorzitter van de
Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen
en sinds 1923 voorzitter van de Koninklijke
Vereeniging „Koloniaal Instituut". In laatst
genoemde kwaliteit bezocht hij in 1929 Java,
Bali en Sumatra. Zijn groote belangstelling
voor Ned.-Indië is welbekend. Baron Röell is
voorts een zeer begaafd redenaar, wiens rede-
Twee bijeenkomsten
te Amsterdam
De federatie Amsterdam der S.D.A.P. be
legde Maandagavond in de groote zaal van het
Amsterdamsche Concertgebouw en in Kras-
napoLsky vergaderingen ter gelegenheid van
de intrede van sociaal-democraten in de re
geering. Beide vergaderingen waren zeer druk
bezocht.
Zoowel in Kasnapolsky als in het Concert
gebouw voerden de beide sociaal-democrati
sche ministers Ir. J. W. Albarda en dr. J.
van den Tempel het woord.
In het Concertgebouw sprak eerst de voor
zitter van de S.D.A.P., de heer K. Vorrink, over
„nieuwe perspectieven voor de Nederlandsche
politiek". Wij mogen constateeren, dat het po
litieke leven in Nederland onder dr. Colijn is
vastgeloopen, aldus spreker. In ons allen
leeft de wensch dat de coalitie-politiek nu
voor goed begraven moge zijn. De door het
ministerie-Colijn gevoerde politiek was onna
tionaal, omdat zij een beletsel was om de noo-
den van ons volk te lenigen.
Thans heeft de S.D.A.P. haar plaats ingeno
men in het nieuwe ministerie; zij is volkomen
gereed de verantwoordelijkheid te dragen voor
geheel het Nederlandsche volk.
Partij en vakbeweging waren volkomen één
in het besluit om deel te nemen aan de regee
ring. Zij beiden zijn er aan toe om hun krach
ten meer in dienst te stellen van het geheele
Nederlandsche volk.
Thans, zoo besloot spreker, hebben wij er
behoefte aan ons vertrouwen uit te spreken in
Albarda en Van den Tempel, twee mannen,
die een leven van strijd ten hate van de partij
achter zich hebben.
Na de pauze spraken de beide sociaal-de
mocratische ministers. Zij werden bij het be
treden van de zaal luide en langdurig toege
juicht. waarna de internationale werd inge
zet.
Dr. J. van den Tempel.
De minister van sociale zaken, dr. J. van
den Tempel, sprak vervolgens een kort woord.
Wij zullen van avond, niet spreken over het te
voeren regeeringsbeleid. Wel wil ik spreken
over het aanvaarden van de ministerzetels en
de beteekenis daarvan. Bij de eerste bespre
kingen drongen twee punten naar voren. Het
aanvaarden was slechts onder bepaalde voor
waarden mogelijk. Diep gevoelden wij de
historische beteekenis van het oogenblik en
wij zouden te kort zijn geschoten wanneer wij
onder redelijke voorwaarden de regeeringsze-
tels niet hadden aanvaard te meer daar de
toestanden in Europa, met een brandend fas
cisme voor de poorten, zoo moeilijk zijn.
Wij zullen onze taak voor het Nederlandsche
volk zoo goed mogelijk vervullen. Wij willen de
werkloosheid te lijf. Met behulp van allen in
den lande van goeden wille willen wij dat
monster bestrijden. Uitdrukkelijk consta
teerde spreker, dat het niet de schuld van de
S.D. is, dat de basis van dit kabinet niet nóg
breeder is. Samenwerking van alle voor ui t-
strevenden is noodzakelijk in deze moeilijke
tijden. Spr. besloot met een persoonlijk woord,
waarin hij zijn groot vertrouwen in de so
ciaal-democratie uitsprak.
Ir. Albarda.
De minister van Waterstaat, ir. J. W. Albar
da zeide in zeker opzicht te zijn gekomen om
afscheid te nemen, omdat hij niet langer af
gevaardigde in het parlement is.
Spr. dankte voor het herhaaldelijk geschon
ken vertrouwen.
Er is thans reden tot blijdschap, de weg tot
verdere en betere politieke verhoudingen is
geopend. Het perspectief is schoon. De verne
deringen, die de partij de laatste jaren on
derging, hebben ons niet gebroken. Eenheid en
vastberadenheid zijn de eigenschappen der
S.D.A.P. gebleven, kloek heeft zij haar stel
lingen en program vernieuwd.
Hulde bracht spr. aan de breede opvattin
gen, waarvan H.M. de Koningin bewijs heeft
gegeven (applaus).
Hulde bracht spr. ook aan den formateur
van het huidige kabinet.
Ook minister Albarda eindigde met een
persoonlijk woord.
door MELIS STOKE.
'k Heb uren aan de telefoon gezeten,
en 'k ben wél tienmaal naar de deur gesneld-
Maar niemand kwam, en géén heeft opgebeld.
De Geer had mij (gelijk Colijn) vergeten!
Ach, als je dan de nieuwsberichteji ziet
in zulk een tijd van spanning en formatie,
vraag je je af, bij al die consultatie:
Waarom nou die-en-die, en ik-weer-niet?"
Ik ben niet rechts of links, maar tusschen
beiden,
en 'k heb een nuchter, doodgewoon verstand,
dat ik terstond aan 't nut voor 't Vaderland
en 't heil des volks zou hebbey, kunnen wijden.
'k Hoor bij geen club, vereeniging of kliek,
maar ik behoor of 'k moest me sterk
vergissen
tot 't genus wandelende compromissen
rondom den zelfkant van de politiek.
Geweerd, gesmaad, vergeten en verscholen
ligt thans mijn goede wil en kennis braak.
Niet toegelaten tot de hooge taak
zal 'k onder 't naamloos stemvee blijven dolen!
'k Zal in mijn stam-café weer gaan beweren
hoe ik het in hun plaats had aangepakt,
en het bedenkelijk gemis aan tact
der tijdelijke heerschers critiseeren!
De bitterkring, waarin ze me waardeeren,
zegt Ja en Amen, Bols en Pomerans,
en roept: „Wacht jij maar af! Jij krijgt je
kans!
Wanneer ze, binnenkort, wéér gaan
formeeren!"
Nederland's kunstschatten
worden bewonderd.
Deelnemers aan kunstweek in Haarlem,
Leiden en Den Haag.
De deelnemers aan de eerste Nederlandsche
kunstweek zijn uit de hoofdstad vertrokken,
om ock de steden van het Westen van ons
land te leeren kennen.
Reeds vroeg in den ochtend ging het naar
Haarlem, waar weliswaar de oude St. Bavo,
het stadhuis en de bekwaam gerestaureerde
vleeschhal de aandacht vroegen, maar toch
het Frans Halsmuseum de hoofdschotel vorm
de.
Teneinde het programma niet te zeer te
overladen werd te Leiden per autobuseen
tocht door de stad gemaakt, waarbij vooral
aandacht werd geschonken aan de wijze,
waarop de gevel van het afgebrande stad
huis is gerestaureerd, een bezoek van langeren
duur werd gebracht aan het rijksmuseum voor
volkenkunde.
Na de lunch was de residentie aan de beurt
Het eerste bezoek hier gold het huis ten
Bosch met de grootsche Oranjezaal. Na een
korte bezichtiging van het in de academie
voor beeldende kunsten tentoongestelde beeld
houwwerk begaf het gezelschap zich naar
het Mauritshuis, waar een groot deel van den
namiddag werd doorgebracht.
Langs het Binnenhof wandelde men laat in
den middag naar het stadhuis, dat eveneens
bezichtigd werd en per autobus werden de
deelnemers aan de kunstweek tenslotte naar
hun hotels in Scheveningen gebracht.
HERSCHOLINGSKAMP VOOR JEUGDIGE
HANDELSBEDIENDEN.
Het herscholingskamp door den Algemeenen
Nederlandschen Bond van Handels- en Kan
toorbedienden in zijn jeugdhuis op den Sche-
lenberg te Luntren ingericht heeft thans de
medewerking van de moderne 'centrale voor
werkloozenzorg en den jeugddienst van het
departement van Sociale Zaken verkregen en
wel op de basis van een 13-weeksch kamp.
Het fraaie gebouw is geheel voor dit „kamp"
ingericht. Onder deskundige leiding zal den
deelnemers gelegenheid worden geboden zich
verder te bekwamen in de behandeling van de
schrijfmachine, reken- en telmachine, duplica-
Electriciteitsvoorziening in
hoofdstad liep gevaar.
Brand in electrische centrale nog
bijtijds gebluscht.
Een oogenblik heeft het er Maandagavond
slecht uitgezien voor een der electrische cen
trales van Amsterdam en daarmede voor de ge
heele electriciteitsvoorziening van de hoofd
stad. Om half elf werd de brandweer gewaar
schuwd voor een kleinen brand, die was uitge
broken in de electrische centrale aan de Hoogte
Kadijk. Een motorspuit en 'n ladderwagen spoed
den zich derwaarts, maar nog geen kwartier la
ter kwam een tweede alarm en nu reed een
stroom van brandweerwagens in pijlsnelle vaart
door de straten naar het hooge electriciteitspaleis
waar zij bijna tegelijk op de ruime binnenplaats
stormden: nog twee motorspuiten, nog een lad
derwagen, een materiaal wagen, een personen
wagen en nog enkele andere rood-gelakte voer
tuigen meer.
De brand woedde in een klokkenkamer van
de afdeeling technische controle, waar diverse
meetinstrumenten en andere laboratorium-ap
paraten zijn opgesteld. De portier had den
brand ontdekt. Een dichte, benauwende rook
kroop langzaam door het trappenhuis omlaag.
Onmiddellijk was de schuimbluschinstallatie in
werking gesteld en wellicht door deze maat
regel is voorkomen, dat het vuur zich niet snel
kon uitbreiden. Toch sloeg dit over naar het dak
van de centrale hal, dat van hout is opgetrok
ken en van daar zou het vuur zich gemakkelijk
verder hebben kunnen verspreiden. Doch op dat
moment was er wel zooveel brandweermateriaal
en -personeel aanwezig, dat uitbreiding voor
komen kon worden, zij het dan ook met inspan
ning van alle krachten. Met twee stralen, waar
van een door het trappenhuis en de andere via
een ruim twintig meter lange magirusladder, die
op de binnenplaats stond opgesteld, werd het vuur
bestreden. De schuimbluschïnstalatie, waarop
ook twee stralen waren aangesloten en een aantal
zoeklichten verleenden bovendien goede hulp. De
brand was toen spoedig gelocaliseerd en een
kwartiertje later geheel gebluscht. De klokken
kamer en het dak van de centrale hal werden
vernield, terwijl van aangrenzende vertrekken
eenige ruiten sprongen.
Het gedeelte van de centrale, waarin de brand
woedde, was reeds geruimen tijd buiten bedrijf
gesteld. Wat de oorzaak betreft, vernemen wij,
dat er waarschijnlijk broeiing is ontstaan in
lappen, die gedrenkt waren in z.g. vloerolie,
welke lappen in de klokkenkamer waren op
geborgen.
Reddingsdemonstratie te
Scheveningen.
Met behulp van een vliegmachine.
In aansluiting aan ons bericht, dat a.s.
Zaterdagmiddag drie uur door den Ned. Bond
tot het redden van drenkelingen een groote
kustdemonstratie bij de Pier te Scheveningen
wordt georganiseerd, waaraan ook door de
Bloemendaalsche Reddingsbrigade wordt
deelgenomen, kunnen we thans melden, dat
een geheel nieuw nummer is ingelascht. De
uitvoering van het nummer is als volgt ge
dacht: een drenkeling bevindt zich ver in zee
en kan op eigen kracht den kant niet be
reiken. Het vliegveld Ypenburg wordt opge
beld, met mededeeling van de plaats, waar de
drenkeling ligt. Op het strand wordt door
middel van twee roode vlaggen de richting
aangeduid, waarin het vliegtuig moet gaan.
Bij den drenkeling gekomen, wordt op plm. 5
meter boven het water gevlogen; dan wor
den eenige boeien binnen het bereik van den
drenkeling geworpen. Inmiddels is de Tom-
ploeg met de reddingsflotteur te water ge
bracht en deze haalt het slachtoffer en de
boeien binnen boord.
De vereeniging „Vrijwillige Organisatie
Sportvliegers" (V.O.S.) van het vliegveld
Ypenburg heeft zich ten doel gesteld om, in
samenwerking met den Bond. in den vervolge
aan het Noorderstrand te Scheveningen te
trachten op deze wijze hulp aan drenkelingen
te verleenen. Zaterdagmiddag vertrekt het
vliegtuig te 4.30 van Ypenburg.
Schouwburg te Arnhem.
Kost ruim 8M ton.
LANGS DE STRAAT
Jalousie d'Amour.
Zacht en aarzelend gaat de schemeravond
door de straat. Achter de ruiten der voor
kamers worden de schemerlampen ontstoken
en schenken huisvrouwen thee.
Tegelijkertijd verschijnen in de voortuinen van
twee naastelkaar liggende huizen, twee jonge
meisjes beladen met emmers, sponsen, zeem
leerenlappen en straatbezems. Blijkbaar moeten
zij op den Vrijdagavond nog een laatste huis
houdelijk karweitje opknappen.
Beiden zijn jong, iets beneden de twintig.
En beider hoofd torst een zware massa blond
haar.
Zooals de meeste jonge meisjes tegenwoor
dig zijn zij slank; ze luisteren naar de namen
van „Jopie en „Sientje".
Nummer een gaat het werk wel iets vlot
ter af dan nummer twee en terwijl Jopie
reeds bezig is de huisdeur af te lappen, staat
Sientje nog op de ladder bij het voorkamer
raam. Tot nu toe hebben zij amper een woord
gewisseld, alleen volgen zij zoo nu en dan
met een blik van belangstelling, waarin zelfs
iets van afgunst schuil gaat, de paartjes, die
in zulk een grooten getale door de straat wan
delen naar het groote park, waar zooveel
laantjes hen beschermen voor onbescheiden
blikken. ij
Jopie laat met een tevreden zucht haar spons
en lap in den emmer vallen. Klaar. Nu nog
even de stoep. Met energieke gebaren veegt de
grove bezem over de steenen en even later ligt
de stoep keurig geboend op den Zondag te
wachten.
Jopie, de bezem in de hand, voelt er wel
wat voor, nu het werk gedaan is, om een
praatje te maken.
„Waar ben je Zaterdag geweest?", zingt
Jraar hooge stem de collega toe.
„Bij Lommerts dansen, Joop, 't was zalig,
zeg".
„Met wien was je er?", lokt de stem nieuws
gierig om achter het geheim te komen.
Sientje aarzelt een moment, dan zegeviert
haar begeerte te kunnen geuren met haar
aanbidder boven haar geslotenheid. „Vertel je
het heusch niet verder Jopie?"
„Wel nee natuurlijk niet, mal kind".
„Heusch niet? Wel nu dan, met Andries
van den slager".
„Wa-at, Andri
„Ja hoor", babbelt de trotsche Sien verder.
En dan: „weet je, misschien vraagt hij me wel
om vaste verkeering, maar dan moet mevrouw
het goed vinden dat hij 's avonds in de keu
ken komt zitten en als zij dat niet neemt, zeg
ik op, diensten zat hoor! Over veertien dagen
gaan wij weer, dan is mijn nieuwe jurk net
klaar bij de naaister en van juffrouw Coba
heb ik een paar zilveren schoentjes gekregen,
zij draagt ze toch niet meer".
Sien gaat heelemaal op in haar toekomst-
droomen, een zachte glimlach speelt om haar
lippen, doet haar witte tanden even op
lichten.
„Heb jij geen jongen?", informeert zij dan
en al de hoogmoed van de vrouw die zich be
geerd weet boven haar zuster, ligt in den toon
van die vraag.
„Ik?" zegt Jopie en een licht van triomf
flikkert in haar blauwe oogen. „Ik gunst kind,
en wat voor een. Morgenavond gaan wij dan
sen, hij heeft het me Woensdag gevraagd.
Verleden week was hij met zoo'n vervelende
meid op stap; die vraagt hij nooit meer".
„Hoe ziet hij er uit?", Sientje is een en al
belangstelling.
„Hij heeft bruin krullend haar en grijze
oogen, is heel groot en zoekend naar nog
een bijzonder ken teek en hij heeft een echte
gouden .hoektand".
Siens "oogen zijn hoe langer hoe grooter ge
worden en lijken nu wel een paar schotel
tjes.
„Hoektand goud fluistert zij heesch,
„dan is het
„Andries", knikt Jopie triomfantelijk.
„Andries!
Het klinkt als een snik, een luchtkasteel
stort ineen, een geloovig hart moet erkennen,
dat men haar vertrouwen beschaamd heeft.
Haar blik valt op Jopie.
Met een bliksemsnelle beweging beurt zij
haar emmer met vuil water omhoog en voor
de ander vermoedt wat haar te wachten staat,
is de emmer al boven haar hoofd omgekeerd
en heeft Sien hem diep over haar oogen ge
trokken.
„Serpent!schreeuwt zij haar nog toe en
verdwijnt dan huilend achter het huis, Jopie
vuil en druipend achterlatend.
MARCEL
voeringen steecis den srempei dragen van zijn
groote belezenheid en uitgebreide kennis op
velerlei gebied. Hoezeer hij de achting van de
Staten geniet is in 1927 bij zijn 12I/2 jarig
ambtsjubileum als Commissaris der Koningin
op ondubbelzinnige wijze gebleken.
De beteekenis van zijn arbeid werd dan ook
erkend door vele onderscheidingen. Zoo is
baron Röell Ridder in de Orde van den Ne
derlandschen Leeuw, Groot-Officier in de Orde
van Oranje-Nassau, terwijl hem voorts ook
vele buitenlandsche orde-teekenen werden
verleend.
JEUGDIGE AVONTURIERSTERS.
Twee kleine meisjes, nauwelijks tien jaar
oud, wonende in de Jordaan, konden de ver
leiding niet weerstaan om, evenals jongens
zulks plachten te doen, op een vrachtauto te
klimmen, toen deze zich in beweging zette
en een eindje mee te rijden. De kinderen zagen
evenwel geen kans er weer tijdig af te sprin
gen en durfden evenmin alarm te maken, zoo
dat de rit pas eindigde, toen zij in Rotterdam
aankwamen, waar de chauffeur zijn jeugdige
passagiers ontdekte. De politie van de Maas
stad heeft zich over de jeugdige avonturier
sters ontfermd en haar naar Amsterdam
teruggebracht.
Benzine- en olie-opslagplaats
brandde uit.
Maandagmiddag om vier uur ontstond door
onbekende oorzaak brand in de benzine- en
olie-opslagplaats van de N.V. Sinfina Ver-
eenigde Petroleummaatschappijen aan het
Stationsemplacement te Hoorn.
Voorbijgangers zagen hoe plotseling een
geweldige vlam uit het dak schoot, waarna
de opslagplaats direct in lichter laaie stond.
Het werk van de brandweer werd bemoei
lijkt doordat de autospuit aanvankelijk wei
gerde water te geven. Men bepaalde zich tot
het nathouden der aangrenzende opslag
plaatsen, waarna die van de machinehandel
Fremeyer en Wijna het meeste gevaar liep.
De opslagplaats, welke van zink was opge
trokken, brandde geheel uit, terwijl de be
langrijke voorraad olie en benzine verloren
ging.
De machine-opslagplaats van de firma
Fremeyer en Wijna brandde voor een ge
deelte uit. De waterschade is hier groot.
In beide gevallen wordt de schade door
verzekering gedekt.
VERMIST.
Sedert Zaterdag wordt te$ Terneuzen ver
mist de 17-jarige krantenbezorger J. Tholens.
Hij had des morgens de ouderlijke woning
verlaten om zijn kranten rond te brengen. Een
ingesteld onderzoek heeft uitgewezen dat hij
het laatst gezien is in de nabijheid van de
Hoeksche brug. De politie heeft ter plaatse
het kanaal afgedregd, echter zonder resul
taat.
Grootsteedsch
GROOTSTEEDSCH'is een groot
woord en nergens beter dan in
deze grootste aller grootsteed-
sche steden hebt ge gelegenheid
dit te beseffen.
Beteekent grootsteedschmeer cul
tuur?
Ik kan het mij niet voorstellen. Want cul
tuur is geen rekensommetje, het laat zich
niet optellen en vermenigvuldigen en wie
zou durven beweren dat drie universiteiten
drie maal zooveel cultuur bezitten als één
universiteit en dat New York derhalve drie
maal zooveel cultuur bezit als Leiden? Of zit
cultuur in het vele lezen? Ja, er zullen in
New York wel meer lezende menschen zijn
dan ln Middelburg en ik weiger te gelooven
dat er in New York vierhonderd maal zooveel
lezende menschen zijn als in Middelburg. Ik
denk dat dit zelfs heelemaal niet zoo is en
dat, cip een cultuurschaal van 1 400, er meer
lezers in Middelburg zijn dan in New York
Want in New York hebben de menschen veel
meer haast en verspillen zij veel meer tijd
in de subway en de liften en met wachten op
andere menschen-die-haast-hebben dan in
Middelburg; nee.... ik geloof dat wanneer
ge die schaal hanteert en lezen als cultuur-
maat beschouwt Middelburg meer cultuur
heeft dan New York.
En vormen zestig schouwburgen meer cul
tuur dan één schouwburg?
tor, kasregister en dergelijke.
Verder zal door middel van schriftelijke les-
:n van het I.V.I.O. te Amsterdam een reeks
cursussen worden georganiseerd.
Aan dit kamp kunnen deelnemen ongehuwde
werklooze handels- en kantoorbedienden tot
24 jaar.
Het kamp wordt gehouden van 18 September
tot 16 December a.s. De deelnemers hebben
alles vrij en bovendien een zakgeld van f 1.75
per week.
En geven duizend bioscopen meer cultuur
dan drie?
En tienduizend lezingen-met-lichtbeelden
meer dan tien?
En vijftigduizend scholen duizend keer zoo
veel als vijftig scholen?
Nee, ik geloof dat wanneer meer cultuur
„grootsteedsch" beteekent New York en Parijs
en Londen misschien nog wel minder groot
steedsch zijn dan Middelburg, Arnhem en
Breda.
Of zit het grootsteedsch in het aantal huizen
en menschen?
Ge moet in een groote stad wonen en niet,
als tijdelijke bezoekers logeeren, om te leeren
zien dat al die vele huizen en die vele. vele
menschen toevallig vlak bij elkaar staan en
naast elkaar wonen; 'n legkaart en een samen
voegsel van allemaal kleine stadjes en zelfs:
van buurtjes, die allemaal hun stadjes- en
buurtjesleven hebben en waar de menschen
elkaar allemaal kennen, en hun eigen ver
trouwden bakker en slager en kruidenier
hebben, hun eigen buurtbioscoop en hun eigen
di-ug-store waar ze hun coca-cola gaan drin
ken.
Ik hoef mijn kapper niets te zeggen: hij
weet precies dat ik geen brillantine in mijn
haar wil en die magere blonde meneer wel
en dat die lange man met het kleine snor
retje tweemaal een heete doek op z'n wangen
wil hebben en de papierhandelaar van den
overkant eerst een heete en dan een ijs
koude.
En mijn sigarettenmeneer heet Bob en
iederen morgen zeg ik: „Helloh Bob" en hij
zegt „Helloh Holland" en ik leg vijftien cent
neer en hij legt 't doosje met mijn merk
neer.
En de'slager zegt tegen mijn vrouw wan
neer hij kalfslever heeft en de vischhande-
laar roept dat-ie vandaag heilbot heeft en
tegenover mijn huis kaar de Hudson stroomt
en de bankjes noode^ tct een rustig zitje om
In een prae-advies aan den gemeenteraad
deelen B. en W. van Arnhem mede, dat zij
thans beschikken over de gegevens, welke
noodig waren voor de vaststelling van de
eindrekening van den bouw van den Stads
schouwburg te Arnhem. De totale kosten van
het werk blijken f 854.541.57 te hebben be
dragen. Voor den bouw was een bedrag van
f 765.000 beschikbaar, zoodat het crediet met
f 89.541.57 is overschreden.
Zweefvliegers hoeken prachtige
resultaten.
Afstandsrecord verbeterd.
te staren over de breede rivier, daar zitten
iederen avond om negen uur precies de zelfde
groepjes menschen uit de buurt op precies het
zelfde plaatsje.
We hebben hier een duiven-dame die eiken
middag om twee uur de duiven komt voeren
en het tafereel is precies hetzelfde als dat van
den duivenmeneer op het Binnenhof in Den
Haag.
En we hebben een eekhoorntjes-man, die er
uitziet als een sergeant-majoor-in-ruste-met-
een-hart-van-goud en die verzamelt 's och
tends klokslag half negen alle eekhoorntjes
van het park rond zijn voeten en handen en
ze klimmen bij hem op schoot en iedereen
vindt het eenig.maar grootsteedsch is het
niet.
En zoo Is het in alle deelen van New
York net zooals in alle buurten van Pa
rijs. Iedere buurt heeft z'n eigen gezichten
en geuren en geluiden, De gezichten van de
leveranciers, de menschen op de bankjes en
de eekhoornmajoor, de geuren van de ban
ketbakkers en de restaurants, de geluiden van
onze tram en onze bus en onze schepen
op de rivier.
En TimesnSquare dan? En de forty-second
street dan? En de 52ste straat? Met al hun
bioscopen en clubs en dansgelegenheden en
lichtreclames en vroolijkheid-die-je-koopen-
kunt?
Dat is voor de vreemdelingen. Dat is geen
werkelijkheid. Dat heeft met het echte leven
van de stad niets te maken. Dat is nu juist
voor de kleinsteedsche menschen die naar
de grootsteedsche stad van hun droomen
komen. Dat is New York niet.
Nee.grootsteedsch" is een groot woord
en wanneer u het mij vraagt dan is het alleen
maar een woord en geen begrip.
En dit is een compliment voor New York.
Want niets is prettiger dan een kleine stad.
de bekende buurt en lieve dames die duiven
voeren. MR. E. ELLAS.
In het zweefvliegkamp op het vliegveld
Welschap (Eindhoven), waar op het oogen
blik 16 Nederlandsche zweefvliegers in trai
ning zijn met het oog op de samenstelling van
de ploeg voor de Olympische Spelen te Hel
sinki, worden prachtige resultaten geboekt.
Zoo slaagde de bekende zweefvlieger H.
Nienhuis er in het Nederlandsche afstands
record te verbeteren door met de PH 99 ..De
Arend", naar Les Mazures-Ardennes in Noord-
Frankrijk te vliegen, een afstand van 200 K M.
Dit is tevens de eerste maal, dat een Neder-
landsch vlieger een geheel land i.e. België
zonder tusschenlanding overvloog.
Maar ook de anderen verrichtten uit
stekende prestaties. A. D. de Waster landde
met de PH 80, de „Minomoa" in de buurt van
Namen, een afstand van 120 KM., terwijl twee
toestellen bij Tienen (eveneens in België)
neerstreken, een afstand van pl.m. 80 K.M.
Het waren de heeren Dresselhuys met de
PH 78 de ..Sunlight" en Thijssen met de PH
65, de „RhÖn-Bussard".
Citroen vloog naar Hasselt, een afstand
van ongeveer 40 K.M. Zijn toestel was de PH
85, een „Grünau Baby".
AUDIëNTIES SOCIALE ZAKEN.
De minister van Sociale Zaken brengt ter
kennis van belanghebbenden, dat hij, behoudens
tegenbericht, den len en 3e Woensdag van de
maand, te beginnen met 16 Augustus 1939, des
namiddags te 2 ure, aan het hoofdgebouw van
het departement, Bezuidenhoutscheweg 30, te
's-Gravenhage, degenen, die hem over zaken,
voormeld departement betreffende, wenschen te
spreken, zal ontvangen, met dien verstande, dat
in het algemeen persoonlijke bezoeken van sol
licitanten naar tot zijn departement behooren-
de rijksbetrekkingen slechts kunnen worden af
gewacht voor zoover sollicitanten daartoe zijn
opgeroepen, en dat derhalve ter ondersteuning
van sollicitaties geen gebruik behoort te wor
den gemaakt van vorenbedoelde audiënties.