<xvdag.spjiocCamatie
Cfuuu&edam kaadiqtr
ciotlcq ntet ^Duitschland aan
LAGERHUIS
VERNEEMT DE
CHURCHILL-
HET HOOCERHUIS
Mussolini poogde nog
te bemiddelen.
den staat van
MAANDAG 4 SEPTEMBER 1939
HAARLEM'S DAGBLAD
5
DE OPPOSITIE STEMT IN MET
HOUDING DER RECEERINC
Voce niemand is de dxup
dioeoec dan oocc mil, {sex~
kloaxt de pxemiec.
Onmiddellijk nadat het Lagerhuis
Zondagmiddag bijeen was gekomen na
de opening nam Chamberlain het
woord voor het uitspreken van een
verklaring. Zijn eerste zinnen gingen
teloor in het geloei der sirenes na de
eerste waarschuwing in Londen voor
een luchtaanval.
Toen Chamberlain opstond, werd
hij met luide toejuichingen ontvangen.
Hij zeide:
„Toen ik gisteravond het woord tot
het Huis richtte, kon ik mij er
slechts van bewust zijn, dat in som
mige deelen twijfel of verbijstering
bestond ten aanzien van de vraag, of
er aarzeling of wankeling aan den
kant van de regeering was geweest.
Wanneer ik in dezelfde positie ge
weest was als de leden, en niet in het
bezit van alle inlichtingen, zou ik het
zelfde hebben kunnen voelen.
Wij hebben Zaterdag den geheelen dag be
raadslaagd met de Fransche regeering en wij
waren van gevoelen, dat de verhevigde actie,
die de Duitschers ondernemen tegen Polen,
geen vertraging toestond in de verduidelijking
van onze positie.
In overeenstemming daarmede zond ik on
zen ambassadeur in Berlijn, instructies, om
Zondagmorgen om negen uur aan den Duit-
schen minister van buitenlandsche zaken een
boodschap te overhandigen, welke als volgt
luidt:
„Mijnheer, in de mededeeling, die ik de eer
had u te geven op 1 September, stelde ik u er
van in kennis, op instructies van den Brit-
schen minister van buitenlandsche za
ken, dat, tenzij de Duitsche regeering bereid
was om bevredigende verzekeringen te geven,
dat de Duitsche regeering iedere agressieve
actie tegen Polen op zou schorten, en bereid
was, met spoed haar troepen terug te trekken
van het Poolsche gebied, de Britsche regee
ring in het Vereenigde Koninkrijk zonder
aarzeling hare verplichtingen jegens Polen
zou nakomen".
Ofschoon deze mededeeling ruim ,24 uur
geleden is gedaan, is geen antwoord ontvan
gen. De Duitsche aanvallen op Polen zijn
voortgezet en verhevigd.
In overeenstemming hiermede moet
ik u mededeelen. dat, tenzij niet later
dan elf uur Britsche zomertijd, 3
September, heden, bevredigende ver
zekeringen, het bovenstaande be
treffende, gegeven zijn door de Duit
sche regeering en ontvangen zijn
door de Britsche regeering in Londen,
de staat van oorlog zou bestaan tus-
schen beide landen, van het bovenge
noemde uur af.
Geen belofte van dien aard, aldus
vervolgde Chamberlain, was ontvan
gen op het aangeduide tijdstip en
bijgevolg verkeert dit land thans 'in
oorlog met Duitschland.
Ik kan het Lagerhuis ervan in kennis stel
len, dat, volgens de afspraken, welke gemaakt
zijn tusschen de Engelsche en Fransche re
geeringen, de Fransche ambassadeur in Ber
lijn op dit oogenblik een soortgelijke démarche
onderneemt welke eveneens vergezeld gaat van
en bepaalden tijdslimiet. Het Huis is op de
hoogte gebracht van onze plannen, en gelijk
ik reeds gezegd heb, wij zijn gereed. Het is
een droeve dag voor ons allen, maar voor nie
mand is de dag droever dan voor mij. Alles, zoo
vervolgde Chamberlain, waarvoor ik gewerkt
heb, waarvoor ik gehoopt heb en waarin ik
geloofd heb gedurende mijn openbare leven,
is in puin ineen gestort. Het eenige dat voor
mij is overgebleven is na te gaan. welk ver
mogen ik bezit voor de overwinning van onze
zaak.
Ik kan niet zeggen, welke rol ik wel
licht zal mogen spelen, maar ik ver
trouw, dat ik den dag zal mogen aan
schouwen, waarop Hitier vernietigd is
(luide algemeene toejuichingen) en
waarop een bevrijd Europa is
hersteld. (Opnieuw luide toejuichin
gen.)
GREENWOOD EN SINCLAIR
AAN HET WOORD
Greenwood, die eveneens met algemeene
toejuichingen werd begroet, verwees naar de
gewijzigde atmosfeer in het Lagerhuis. Hij
voegde hier aan toe: er is wrok gevoeld en
ongerustheid en woede gisteravond, bij de ge
dachte, dat het uitstel zou kunnen uitloopen
op nationale oneer en opoffering van het Pool
sche volk aan de Duitsche tirannie. Heden
morgen. zoo voegde Greenwood hier aan toe,
komen wij bij elkander in een volkomen ver
schillende sfeer, namelijk een sfeer van op
luchting, kalmte en vastberadenheid. (Toe
juichingen).
De onduldbare beklemming der onzeker
heid is voorbij. Wij weten thans het ergste.
Het gehate woord „oorlog"' is door Engeland
uitgesproken ter nakoming van zijn belofte
en zijn onwrikbare voornemens, om de vrij
heden van Europa te verdedigen. Wij heb
ben meer gehoord dan het uitgesproken woord
„oorlog". Wij hebben den oorlog hooren be
ginnen buiten de omheining van dit Huis. Wij
brengen hulde aan de groote zelfbeheersching
die getoond is door de Polen gedurende de af-
geloopen weken (algemeene toejuichingen).
Tenslotte, na opnieuw den steun van La
bour te hebben bevestigd aan de hulpmaat
regelen der regeering, verklaarde Green-
wodd: wat al het overige betreft, zullen wij,
naar mate van onze gelegenheid, onze volle
dige bijdrage leveren aan Öe nationale zaak
(toejuichingen). Moge de oorlog snel en zeker
zijn. Met deze woorden eindigde Greenwood
zijn rede.
De leider der liberale oppositie, Sinclair, die
na Greenwood sprak, zeide:
Op dit ernstige oogenblik zullen wij. na ge
luisterd te hebben naar de ontroerende rede
van den eersten minister, ook den wensch ge
voelen, hem een betuiging van sympathie op
dit oogenblik te doen hooren (toejuichingen),
doch wij zijn tevens in een stemming van
vastberadenheid en vastbeslotenheid om dit
tot het einde voort te zetten.
De wereld moet weten, dat het Britsche
volk onverbiddelijk vastbesloten is een einde
te maken aan deze nationaal-socialistische
overheersching en een orde op te bouwen, ge
vestigd op rechtvaardigheid en vrijheid.
,,T)e wexeld moet can het
nationaal socialisme ge-
ted Looxden-"
Churchill, de volgende spreker, zeide:
Wij moeten den ernst niet onderschatten
van de taak. die voor ons ligt of de gestreng
heid van de vuurproef, waartoe zij zullen
blijken te zijn opgewassen. Wij moeten vele
teleurstellingen en onaangename verrassingen
verwachten, maar wij mogen er zeker van
zijn dat de taak, die wij vrijelijk aanvaard
hebben, er een is, die niet uitgaat boven de
kracht van het Britsche rijk en de Fransche
republiek.
De eerste minister zoo voegde Churchill
hieraan toe zeide, dat het een droeve dag
was. Maar het schijnt mij toe, dat er nog een
andere factor is. die men zich op dit oogenbiik
bewust kan maken en dat is het gevoel van
dankbaarheid, dat. wanneer deze groote be
proevingen over ons land moesten komen, er
hier op dit oogenblik een geslacht van Brit
ten gereed staat om te bewijzen, dat het
waardig is aan de jongens van weleer en niet
onwaardig aan die groote mannen, de vaders
van ons land, die de grondsdagen hebben ge
legd van ons land en die de grootheid van
ons land hebben gevestigd.
Dit is geen kwestie van vechten voor
Dantzig en Polen, zoo voegde Chur
chill hieraan toe. Wij strijden om de
wereld te redden van de pestillentie
van een nationaal-socialistische ty-
rannie en voor de verdediging van
alles, wat het heiligst is aan den
mensch.
Dit is geen oorlog ten behoeve van over
heersching, van vergrooting van het imperium,
van materieele voordeelen, geen oorlog om
eenig land uit te sluiten van het zonlicht.
Deze oorlog heeft ten doel, het toekomstige
statuut van den mensch te vestigen. Wellicht
lijkt het een paradox, dat een oorlog, die on
dernomen wordt, uit naam van de vrijheid en
het recht, als noodzakelijk deel van zijn
voortgaan, het opgeven eischt van zoovele
van die gewaardeerde rechten en vrijheden.
Wij zijn er zeker van, dat de vrijheden in han
den zullen berusten, die er geen misbruik van
zullen maken, maar die ze zullen verzorgen en
behoeden, aldus Churchill tenslotte, en wij
zien met vertrouwen den dag tegemoet, waar
op wij in staat zullen zijn, ze te deelen met
het volk, waarvoor die zegeningen onbekend
zijn.
Het lid van de Onafhankelijke Labour-
party, McGovern, verklaarde, dat hij niet
gaarne in de schoenen zou staan van den eer
sten minister, ook niet voor allen rijkdom,
die het land bezit. Spreker gevoelde ontzag
gelijke sympathie voor hem, in de positie
waarin hij zich geplaatst vindt.
Spreker verklaarde, niet met de openbare
meening mede te kunnen gaan in deze zaak.
ofschoon hij erkende, dat zonder twijfel de
openbare meening achter hun regeering
staat. Na den oorlog te hebben veroordeeld,
welke naar zijn meening, geen enkel pro
bleem zou oplossen, zeide McGovern, dat hij
verlangend uitzag naar een wereld van vrede,
waarin het Hitlerisme uit den weg geruimd
kon worden.
In het Hoogerhuis heeft de minister
van buitenlandsche zaken lord Hali
fax, een verklaring afgelegd, gelijk
luidend aan die van Chamberlain in
het Lagerhuis. Halifax voegde hier
aan toe, dat den Duitschen zaakge
lastigde in Londen paspoorten over
handigd zijn. De regeering heeft
in voortdurende verbinding gestaan
met de Poolsche regeering, zoowel in
Londen als in Warschau.
Onder luide toejuichingen verklaarde Hali
fax ervan overtuigd te zijn, dat het heele
land eensgezind is in bewondering voor den
moed en de vastberadenheid van de Poolsche
regeering en het Poolsche volk.
Voortgaande zette Halifax uiteen, welke
regelingen op financieel gebied getroffen
zijn om aan den toestand het hoofd te bieden.
Maandag zal Bankholiday zijn, maar Dins
dag zullen de banken open zijn.
Namens de oppositie voerde Lord Snell het
woord. Hij zeide: voor het oogenblik hebben
wij geen andere keuze dan geweld met ge
weld te keeren. De liberale leider Crewe
bracht hulde aan de vredespogingen van
Chamberlain en Halifax, zeggende, dat hij
vreesde, dat het van den aanvang af maar al
te duidelijk was geweest, dat deze pogingen
een mislukking zouden worden. Crewe bracht
eveneens hulde aan de Poolsche en Fransche
regeeringen.
DIENSTPLICHTWET
AANGENOMEN
Het Lagerhuis nam het wetsontwerp op den
nationale dienst der gewapende troepen, de
diensplichtwet. in alle lezingen aan. Het werd
vervolgens doorgezonden naar het Hooger
huis, waar het eveneens werd aangenomen.
Halifax deelde Zaterdag in het
Hoogerhuis mededat de Duce
een vijf-mogendhedenconfe-
rentie had voorgesteld.
De zitting van het Engelsche Hoogerhuis
begon Zaterdagavond om vijf minuten vóór
half acht. Onder toejuichingen verhief de mi
nister van buitenlandsche zaken, Lord Hali
fax, zich van zijn zetel om zijn verklaring af
te leggen.
Hij verontschuldigde zich eerst niet in
staat geweest te zijn zich te houden aan zijn
belofte om de verklaring af te leggen om zes
uur, zooals aangekondigd was. Daarna ver
volgde hij aldus:
„De Britsche ambassadeur in Berlijn is
Vrijdagavond half tien ontvangen door Von
Ribbentrop, wien hij de waai'schuwende bood
schap overhandigde, welke reeds in het Huis
is voorgelezen. Von Ribbentrop antwoordde
de mededeeling aan Hitier te moeten vooi'leg-
gen. De ambassadeur verklaarde zich bereid
het antwoord van den rijkskanselier in ont
vangst te nemen, maar tot op heden is geen
antwoord ontvangen.
Het is mogelijk, dat het uitstel ge
weten moet worden aan een voorstel,
dat inmiddels gedaan is door de Ita-
liaansche regeering, inhoudende dat
de vijandelijkheden zouden gestaakt
worden en dat daarna onmiddellijk
een conferentie zou .belegd worden
tusschen de vijf mogendheden: Enge
land, Frankrijk, Polen, Duitschland
en Italië.
Hoewel de Britsche regeering, zoo
zeide Halifax, de pogingen van de
Italiaansche regeering waardeert, zou
de Britsche regeering harerzijds toch
niet kunnen deelnemen aan een con
ferentie, zoolang Polen het slachtof
fer is van een invasie, zoolang zijn
steden gebombardeerd worden en zoo
lang over Dantzig eenzijdig met ge
weld is beschikt.
Indien de Duitsche regeering er in zou toe
staan haar troepen terug te trekken, dan zou
de Britsche regeering bereid zijn de positie te
beschouwen als gelijk aan die welke er
heerschte vóórdat de Duitsche troepen de
Poolsche grens overtrokken. Dat wil zeggen:
de weg zou geopend zijn voor besprekingen
tusschen de regeeringen van Polen en
Duitschland over de tusschen hen hangende
kwesties, op de voorwaarde dat een te berei
ken regeling de vitale belangen van Polen
waarborgt en een internationale garantie
verkrijgt. Indien de regeeringen van Duitsch
land en Polen wenschen, dat andere mogend
heden zich bij hen aan de conferentietafel
zullen scharen, is de Britsche regeering van
haar kant bereid, hiermede in te stemmen.
Halifax sprak voorts over de inlijving van
Dantzig bij het Duitsche rijk en de ontbin
ding van de grondwet der Vrije stad.
De desbetreffende door de autoriteiten van
Dantzig en door den Rijksdag genomen
maatregel vormt z.i. een laatste stap in de
eenzijdige miskenning van den internationa
len status van Dantzig, die slechts gewijzigd
kon worden door onderhandelingen.
De Britsche regeering erkent derhalve noch
de geldigheid van de redenen op grond waar
van de actie der autoriteiten van Dantzig ge
baseerd was, noch de geldigheid van deze ac
tie zelf, noch de uitwerking welke de Duit
sche regeering daaraan gegeven heeft.
In het Lagerhuis heeft Chamberlain Zater
dag tweemaal het woord gevoerd. Eerst legde
hij een verklaring af, welke vijf minuten
duurde en welke volkomen gelijk was aan die
van Lord Halifax in het Hoogerhuis.
Greenwood (Labourparty) zeide daarop: Ik
ben ernstig verontrust. Achtendertig uur ge
leden vond een daad van agressie plaats. Op
het oogenblik dat deze daad van agressie ge
schiedde, trad één der belangrijkste verdragen
der moderne tijden in werking (toejui
chingen). Er mogen redenen zijn waarom niet
onmiddellijk werd opgetreden. Ik heb gepoogd
een eerlijk spel te spelen (toejuiching). Ik ben
niet bereid te zeggen wat ik zou gedaan
hebben.
Op het oogenblik dat het den schijn heeft
alsof wij verzwakken, weet de dictatuur dat
wij verslagen zijn. Wij zijn niet verslagen, wij
zullen niet verslagen worden en wij kunnen
niet verslagen worden, maar een uitstel is ge
vaarlijk. Eerlijk gezegd acht ik het niet moge
lijk, dat Hitier iets overeenkomt dat hij niet
bereid zou zijn te verraden (zeer luide alge
meene toejuichingen). Ik geloof zoo besloot
Greenwood dat de teerling geworpen is.
(Toejuichingen).
Na Greenwood nam Sinclair (lib.) het
woord, die zeide. dat het Britsche parlement
geen uitstel zal dulden in de vervulling van
onze eervolle verplichtingen jegens Polen.
In zijn tweede redevoering zeide Chamber
lain: „Ik zou ontsteld zijn, indien het Huis
een oogenblik meende, dat mijn verklaring
eenige verzwakking verried van de Bricsche
of de Fransche regeering in de houding, wel
ke wij reeds hebben aangenomen. Ik zou over
tuigd moeten zijn van den goeden trouw van
de andere partij in elke actie welke zij on
dernemen. alvorens ik dit voorstel zou kun
nen beschouwen als zoodanig dat het eenige
kans op een succesvollen afloop biedt.
Chamberlain voegde hier nog aan toe:
Ik ben de laatste man om elke mogelijkheid
te verwaarloozen en elke ernstige kans niet te
overwegen, ter vermijding, zelfs op het laat
ste oogenblik van de groote ramp van een
oorlog, (toejuichingen).
Om 11.15 uur (Engelsche zomertijd) richtte de Britsche eerste-
minister Chamberlain, zich Zondagmorgen tot de Engelsche natie
over alle zenders, voor het uitspreken van de volgende toespraak
„Ik spreek in het kabinetsvertrek in Downingstreet 10. Heden
morgen heeft de Britsche ambassadeur in Berlijn de Duitsche regee
ring een laatste nota overhandigd, verklarende dat, tenzij wij van
haar vóór elf uur vernamen, dat zij bereid is haar troepen uit Polen
terug te trekken, de staat van oorlog tusschen ons zal bestaan Ik
moet U thans mededeelen, dat geen belofte van dien aard is ont
vangen en dat bijgevolg dit land in oorlog is met Duitschland."
Wij hebben een zuiver geweten. Wij hebben
alles gedaan wat een land kon doen om den
vrede te vestigen. Wij bevinden ons echter
in een toestand, waarin men geen vertrou
wen zou kunnen stellen in een der woorden,
gegeven door den leider van Duitschland en
waarin geen enkel volk zich in veiligheid kan
gevoelen.
Wij zullen strijden tegen het brute geweld,
tegen kwade trouw, tegen onrechtvaardigheid
en tegen vervolgfng. En ik ben er "zeker, dat
het goede recht in den strijd tegen deze dingen
de overhand zal behouden. God zegene ons
allen.
Gij kunt U voorstellen, welk een bittere slag
het voor mij is, dat heel mijn lange worsteling
om den vrede te redden gefaald heeft. Toch
kan ik niet gelooven. dat er iets meer of iets
anders bestaat, wat ik zou hebben kunnen doen
en dat meer succes zou hebben gehad.
Het zou volstrekt mogelijk geweest zijn, een
vreedzame regeling met eere tot stand te bren
gen tusschen Duitschland en Polen, maar Hitier
wilde zulks niet. Klaarblijkelijk had hij beslo
ten, Polen aan te vallen, wat er ook gebeurde en
ofschoon hij thans zegt, dat hij redelijke voor
stellen heeft gedaan, welke door de Polen wer
den verworpen, is dat geen waarachtige ver
klaring.
De voorstellen werden nooit getoond aan de
Polen, noch aan ons en ofschoon zü in de Duit
sche radio-uitzending van Donderdagavond
uitgezonden werden, wachtte Hitier niet op het
vernemen van commentaar op deze voorstellen,
doch gaf hij zijn troepen bevel, den volgenden
morgen de Poolsche grens over te trekken.
Zijn optreden toont overtuigend, dat er geen
kans bestaat om te verwachten, dat deze man
ooit zün gebruik zal opgeven om .geweld toe te
Konigshütte in Opper-Silezië. Een beeld van het Silezische industriegebied.
passen, teneinde zijn wil door te zetten. Hij kan
alleen gestuit worden door geweld en wij en
Frankrijk gaan vandaag ter nakoming van onze
verplichtingen hulp vcrleenen aan Polen, dat
zoo dapper weerstand biedt aan dezen lagen en
niet uitgelokten aanval op zijn volk.
Deze toestand was ondragelijk geworden en
nu wij besloten hebben, er een einde aan te
maken, weet ik, dat gij allen uw rol daarin zult
spelen met kalmte en dapperheid.
Op een oogenblik als dit vormen de verzeke
ringen van steun, die wij uit het Britsche rijk
ontvangen hebben, een bron van diepe aanmoe
diging voor ons.
Wanneer ik mijn toespraak zal hebben geëin
digd, zullen zekere gedetailleerde aankondigin
gen worden gedaan ten behoeve van de regee
ring. Wijdt daaraan uw volle aandacht. De re
geering heeft plannen gemaakt volgens welke
het mogelijk zal zijn, de werkzaamheden der
natie voort te zetten in de dagen van druk en
spanning, welke voor ons kunnen liggen. Deze
plannen echter hebhen uw hulp noodig. Gü
kunt uw deel op u nemen bij de strijdende dien
sten of als vrijwilliger bij een van de takken der
civiele defensie. Wanneer dat het geval is. zult
gij u aanmelden voor dienstverrichting in over
eenstemming met de instructies, die gij ont
vangt.
Duitschland garandeert de
neutraliteit van Zweden, Dene
marken, Noorwegen en Finland.
Ierland zal zoo lang mogelijk neutraal
blijven.
De Duitsche gezant te Stockholm heeft de
Zweedsche regeering in kennis gesteld van
het besluit der Duitsche regeering de on
schendbaarheid van Zweden te zullen aarbie-
digen. De vertegenwoordiger der Zweedsche
regeea-ing herinnerde in zijn antwoord aan
de neutraliteit'sverklaring, welke Zweden den
dag tevoren had geproclameerd.
Een soortgelijke démarche heeft de Duitsche
regeering gedaan in Finland en Noorwegen,
en Denemarken.
Officieel wordt uit Lissabon mede gedeeld,
dat Portugal, al blijft zijn bondgenootschap
met Engeland bestaan, neutraal zal blijven.
De regeering van Uruguay heeft een soort
gelijke verklaring afgelegd.
De Valera heeft in den Dail verklaard, dat
Ierland zal pogen zoo lang mogelijk neutraal
te blijven.
De minister-president van Irak, Noeri Said
heeft in een radiorede verklaard, dat Irak zich
niet in een oorlog zal laten verwikkelen. In
dien Engeland in oorlog zal geraken zal men
dit land als bondgenoot de transportmiddelen
van Irak ter beschikking stellen.
Voorts is te Brussel officieel mede
gedeeld. dat de Belgische regeering
aan alle belanghebbende regeeringen
mededeeling heeft gedaan van de
neutraliteit van België.
Zwitserland behartigt de belangen
van Duitschland in Engeland.
De Zwitsersche gezant te Londen, Paravicini,
heeft opdracht gekregen na het vertrek der
diplomatieke vertegenwoordigers van Duitsch
land uit Engeland, de belangen der Duitschers
in Engeland te behartigen.