JMtnscfiouw- „Juaiez" Croofe films werpen hun schaduw vooruit: T)e iveceld ivil &ed*QQ£u zifu. hïlevwuw is detective J^ütsch- JMcLische avaatuien^ IN KLANK EN KLEUR _„2)e spo&ktceut"_ 2)e JiüustetxeniaacfU signaleert: Carole Lombard Z A T E R D AG 30 SEPTEMBER 1939 H A A R L E M'S DAGBLAD 8 Schepping van buitengewone beeldende kracht. Paul Muni als Mexico's eerste president. Juarez" Is een film als een heldendicht. Zonder deskundig te zijn op het gebied van geschiedenis, geloof ik toch wel te mogen ver onderstellen dat het in werkelijkheid niet al lemaal zoo is gegaan als hier wordt getoond. Maar in een heldendicht wordt de historie ook geïdealiseerd, en de film mag zich in dit opzicht ook op een hooger plan verheffen, zonder zich nochtans aan de vleugelen van de fantasie over te geven. De kracht van de film „Juarez" zit in de idee, die het geheel beheerscht. Een film zon der een idee heeft geen opbouwende waarde. Heelemaal terzijde gelaten of men met deze gedachte sympathiseert of niet, het i s een ge dachte. een droom. Juarez wil zijn Mexicaan- sche-volk een beter bestaan geven, hij is be reid daarvoor eerlijk te strijden, en verlangt zelf geen materieel voordeel. Het is deze op- marsch van een mensrh. die het goede dienen wil. welke zich in de film voltrekt tot in de uiterste consequentie. De regisseur William Dieterle, die ook de films „Pasteur" en „Emile Zola" maakte, heeft zich ook thans weer ten doel gesteld aan het streven der menschen naar een be tere wereld een filmvorm te geven. Hij doet dat voortreffelijk. Juarez (Paul Muni) beweegt zich door de film als een symbool van een gedachte, veel meer dan als een mensch van vleesch en bloed, een gedachte, die constant voortschrijdt, ook al tuimelt rondom alles ineen. Zelfs keizer Maximiliaan van Habsburg eigenlijk een goedwillend en vooruitstrevend man, evenwel werktuig in handen van den despoot Napoleon Hl. moet wijken. Wat bijblijft van deze film is die figuur van Juarez in het zwart met een hoogen zwarten hoed, een vastberaden gezicht eronder, een mond, waaruit weinig woorden komen, een man in het zwart, die alsmaar voort gaat, op zijn doel af. zichzelf niet ontziend, de op hem gerichte geweren van de verraders trotseerend, consequent weigerend het gratieverzoek voor Maximiliaan goed te keuren, omdat dit hem van dien eenen réchten weg, waarop hij zelf den dood niet gevreesd heeft, zou afbrengen. William Dieterle weet de talenten van Brian Aherne (Maximiliaan) Bette Davis (Carlota) en Paul Muni (Juarez) In den loop van de film tot een totale handeling te verwe ven: de opmarsch van een idee. Brian Aherne blijft in onze gedachten achter als de personi- fieering van den goed willenden doch met zijn noodlot worstelenden regeerder. Bette Davis is de aan zijn zijde vechtende vrouw, zij vor men beiden een eenheid, on Paul Muni is Juarez, die eigenlijk hetzelfde wil als zij, een zelfde betere wereld, doch die hen vernietigt omdat hij die idee is, en de anderen. Maximi liaan en zijn vrouw, die idee vertegenwoordi gen als camouflage van den despoot Napoleon. Ge begrijpt wat Ik wil zeggen? Deze men schen. zijn <niet zoozeer van vleesch en bloed, het zijn zinnebeelden, symbolen, personifica ties zoo gewilt. En m.i. behoort het tot de specifieke mogelijkheden van de film symbo- Bette Davis is de echtgenoote van Maximiliaan van Habsburg. len te geven, niet menschen van vleesch en bloed, daar is de pen beter voor. En juist omdat Dieterle gehoorzaamt aan deze filmwetten spreekt er uit dit werk zoo'n enorme kracht. De inhoud is evenredig aan de vormgeving. Aan het slot van de film bereikt Dieterle een hoogtepunt, dat in de filmgeschiedenis op- geteekend mag worden. Hier drukt hij zich niet meer in woorden of gebaren van men schen uit, maar „hanteert" hij beelden om zijn bedoeling uit te drukken. Maximiliaan wordt naar het veld geleid om geëxecuteerd te worden. In Parijs is zijn vrouw, en zij ziet uit een venster, staat op en roept „Maximiliaan". Hij komt uit de lucht op haar toe. Zij verdwijnt en hij loopt in Mexico naar het executiepeloton. De schoten knallen. We zien geen menschen vallen. Een duif, symbool van vrede en goede wil, schrikt op en vliegt van een tak den einder tegemoet. Het hemelgewelf verkleint zich tot 't schip van een kerk. En daarin ligt Maximiliaan op een baar. Juarez schrijdt in de kerk verder op de baar toe en zegt „Vergeef me". Dat is „film taal". Er zijn menschen, die met de pen kun nen spreken en niemand kan het hen nazeg gen, en zoo bezit ook een schilder die macht van kleur en vorm, een beeldhouwer zegt het met steen. Dieterle drukt in „Juarez" een gedachte uit zooals dat alleen met het filmmateriaal kan. Met een indrukwekkend resultaat. v. H. ERICH VON STROHEIM in een spannende (ilm. Frans Hals Deze Fransche film onder regie van Fedor Ozep is niet specifiek Fransch te noemen, want het gegeven is volgens typisch Amerikaansch re cept verwerkt tot een spannend verhaal. Zooals de titel aangeeft heeft de handeling in Gibraltar plaats. Aan spanning ontbreekt het geenszins, hetgeen voor een spionnage-film ook een eerste vereischte is, Het verhaal gaat over een opstand in Arabië tegen het Engelsche bewind. Een vrouw (Vi- viane Romance) treedt als spionne op en moet een officier (Roger Duchesne) belangrijke ge gevens ontfutselen. Het is juist voor dezen offi cier, dat zij een ware liefde opvat. Zij is echter geheel in de macht van een luguberen kappers patroon (Erich von Stroheim), die een dubbel leven leidt en er de meest duistere praktijken op nahoudt om zijn doel te bereiken, daarbij niets en niemand ontziende. En zoo valt tenslotte ook deze vrouw aan haar liefde voor den officier ten offer. Er zit vaart in deze film, de gebeurtenis sen volgen elkander snel op en dat is misschien een van haar grootste verdiensten. Erich von Stroheim heeft tal van goede mo menten. Viviane Romance speelt de rol van de spionne. Zij doet dit voortreffelijk, met al het raffinement daarvoor vereischt. Roger Duchesne als de officier blijft meer op den achtergrond, maar zijn beheerscht spel toch overtuigend. Al met al een spannende film met vele ver rassingen. In het voorprogramma behalve twee interes sante journaals een Paramount-film, getiteld „The Champagne Music", waarin Lawrence Welk met zijn band optreedt in eenige show-nummers. Een aardige, vlotte amusementsfilm, waarin de diverse soli, door de bandleden ten beste gege ven, onze bewondering afdwingen. Première van „Boefje". Donderdag 5 October zal „Boefje" voor het eerst in Amsterdam in het City Theater worden vertoond. Deze première zal worden bijgewoond door tal van bekende persoonlijkheden.. Alle medewerkers zullen aanwezig zijn, ook Annie van Ees. EDW. C. ROBINSON constateert een oude waarheid In Amerika, het land, waar alles veel erger veel grooter, veel mooier, veel leelijker dar waar ook elders heet te zijn, dat land van cït superlatieven, opereert een salesmanager var een automobielfabriek, die in dat opzicht zóc' Amerikaansch is, dat liet zelfs zijn directeurer wel wat al te bar wordt. Hij is een uitstekend verkooper met zeer zeker origineele ideeën maar om de te ruwe kantjes er wat af te laten slijpen raden de directeuren hem aan, voor eenigen tijd naar Engeland te gaan om daar de noodige beschaving voor zijn methodes te leeren. Dan Armstrong, de manager, gaat als een zoete jongen naar Engeland en hoopt daar zijn les te leeren, maar dat gaat maar niet zoo ge makkelijk, integendeel het heeft er veel van of hij aan Engeland leert, hoe men reclame moet maken. Hij is nauwelijks in Londen op weg naar zijn hotel of zijn Amerikaansche reclame geest wordt weer over hem vaardig, zeer ten voordeele van een op straat zingend en piano spelend echtpaar. Korten tijd later weet hij op soortgelijke poeha-manier voor een millioen aandeelen in een mijn te verkoopen, die nog niet eens in exploitatie is. Nog sterker, hij weet nog niet eens wat voor mijn het is, welke delfstoffen deze bevat. Met groote handigheid en brutaliteit weet hij van de journalisten, die hem komen interviewen, zonder dat zij 't merken, te weten te komen, wat de mijn eigenlijk produceert en waartoe dat te gebruiken is. Edw. G. Robinson speelt Dan Armstrong op de rustige zekere manier, zooals hij al zijn personages op pooten zet en voor den toeschou wer doet leven. De voornaamste medespelers geven hem uitstekend tegenspel, zoodat het een film is, die we vol interesse van meter tot meter volgen. De-tweede hoofdfilm „Een soldaat en een jong .meisje", waarin Barbara Stanwyck en Robert Young het meisje en de soldaat zijn, is een heerlijk, leuk, vlot ding met een geestige dialoog', die door de beide spelers met het noodige élan gezegd wordt. Geestig en met veel humor wordt defilm gespeeld, zoodat we er ons van harte mee amuseeren. Een uitstekend programma! WILLIAM POWELL staal voor problemen want Ginger Rogers heeft ditmaal eens de tap- schoentjes uitgetrokken en den gladden dans vloer verlaten om een ander glibberig pad te betreden, n.L dat van het detectiveschap. De overgang is niet gering, maar de pittige Ameri kaansche is nu eenmaal niet voor een klein geruchtje vervaard en zoo verbaast het ons dan ook niet uitermate, dat zij ook met dit voor vrouwen vrij ongebruikelijke werkje wel raad weet. Eigenlijk is Donna Mantin, zooals Ginger Rogers in deze amusante fümcomedie heet, in het geheel geen detective. Maar daar haar toekomstige echtgenoot als advocaat voortdurend in allerlei mysterieuze oangelgenheden ge mengd wordt, is zij min of meer de „Dr. Watson" van den Sherlock Holmes- achtigen rechtsge leerde geworden. Wij zouden dezen laatste William Powell tekort doen als wij hem niet het leeuwenaandeel in het uit denken van scherpzinnige combinaties en hei ontdekken van verborgenheden toekennen. Mr. Dallzell is inderdaad een herrezen Sherlock Holmes, ook wat zijn slagvaardigheid xn het Reim brandt Sabu speelt de rol van Prins Azim in de Engel sche film „The drum". Lexor A. E. W. Mason schreef een avonturenroman van de Engelsche kolonisatie in Indië, en Zoltan Korda heeft deze geschiedenis pasklaar gemaakt voor het witte doek. Moeten wij eigenlijk nog zeggen dat deze film spannend is? Men pleegt films als deze te maken met de bedoeling dat ze spannend zijn en derhalve een eigenschap be zitten, welke menschen trekt. En een man als Korda zal heusch wel genoeg vakkennis heb ben om steeds in de roos te schieten als het erom gaat de menschen te boeien. Punt één is dus: spanning. Punt twee: distinctie, niet zoozeer in het verloop der gebeurtenissen, maar in het spel en in het gebruik van de taal. Punt drie: roman tiek. De romantiek wordt er niet zoozeer in ge bracht door den commandant van het Engelsche gar nizoen, wEtnt die trouwt in het be gin van de film reeds met een dappere vrouw, zoodat er geen twijfel meer bestaat dat ze el kaar voor altijd hebben gekregen. Neen, het is veeleer Sabu, in de wandeling beter bekend als de olifanten jongen, de knaap, die de Korda's uit Britsch Indië in de filmstudio hebben over geplant voor de locale kleur van hun producties, die de romantische noot in de film verzorgt. Hij speelt op alleraardigste wijze de rol van Prins Azim, wiens vader door zijn oom vermoord wordt. En die Om probeert de Engelschen in een valstrik te lokken. De vrouw van den Britschen commandant redt echter eens het leven van Azim en hij beloont deze daad. Doch dat bemer ken we eerst wanneer we een heelen tijd in span ning hebben gezeten. Raymond Massey speelt de rol van den den Britten vijandigen heerscher en hij doet dat overtuigend. Aardig is de kleine Desmond Tester als tamboer, de komiek uit de film, die vriendschap met den jongen prins sluit. De vechtpartijen in de film zijn nogal sensatio neel en blijkbaar bestemd voor menschen met sterke zenuwen. Een bijzondere opmerking ver dienen zeer zeker de kleuren. De film is geheel in natuurlijke kleuren, en vooral "in dit Britsch In dische milieu is dat een prettige ervaring. Ziet Nederlandsch fabrikaat Goed geregisseerd griezelverhaal. gesprek aangaat. Is het wonder dat William Powell voor deze rol uitverkoren werd? Deze door-en-door geroutineerde kracht uit de Amerikaansche filmwereld houdt ons als steeds geboeid met een knappe creatie, rijk aan hu mor en charme. Tezamen met Ginger Rogers bezorgt William. Powell ons menig kostelijk oogenblik en wij zijn haast 'geneigd te zeggen dat het nieuwe duo RogersPowell het koppel R.ogers-Astaire aardig naar de kroon steekt, al is er natuurlijk een belangrijk verschil in beider „arbeidsveld". Een geestige en speelsche historie, dit lichte product der Amerikaansche filmindustrie. En tevens een film, 'die een welkom intermezzo vormt in deze bewogen dagen. De conférencier Albert Klein treedt vóór de hoofdfilm op met een „liedje en praatje", waar mede hij veel succes oogst. In het voorprogramma draait een vroolijk teekenfilmpje met den gevierden „Donald Duck". Carole Lombard is op 6 October te Fort Wayne geboren. Toen zij 7 jaar was, verhuisde zij met haar moeder en broertje naar Hollywood. De bedoeling was daar een half jaar te blijven, maar Californië beviel de familie zoo goed, dat zij nimmer terug zijn gegaan naar Indiana. Carole heette toen nog Jane Alice Peters. Eerst jaren later, toen zij zich een plaats veroverd had bij de film, nam zij den naam Carole Lombard uan. De achternaam is afkomstig van kennissen der familie, Mr. en Mrs. Harry Lombard uit Los Angeles. Carole was een idee van haarzelf. Toen Carole 11 jaar was, trok zij de aandacht «an Allan Dwan, bekend filmregisseur. Hij had juist een jong meisje noodig om de rol van Monte Blue's zusje te spelen in „The Perfect Crime". Carole werd geëngageerd en werkte 2 dagen te gen 50 dollar per dag. In tegenstelling met de gangbare meening is Carole nooit figurante ge weest. In „The Perfect Crime", den aanvang van haar carrière, debuteerde zij in een speelrol. Vier jaar lang wachtte Carole op haar volgende film, daar haar moeder niets van optreden voor de film wilde weten, voordat de opvoeding van haar dochter voltooid was. Intusschen onder scheidde Carole zich op de Virgil Junior High School door haar bedrevenheid in basketball, baseball en gymnastiek. Tevens had zij dansles sen bij Ruth St. Denis en Martha Graham. Bo vendien vond zij den tijd in schooluitvoeringen op te treden. Carole kreeg een rol bij" Fox toen zij in de eer ste klas der middelbare school zat. Zij trad op in de zwijgende film „Marriage in Transit". Na een jaar bij Fox te zijn geweest, werd de jeugdige actrice gewond bij een auto-ongeluk, waardoor zij 9 maanden niet in staat was te fil men. Toen zij terugkeerde bij de film, was dit in de Mack Sennett studio's, de bakermat van diens beroemde bathing beauties. Carole Lom bard bracht twee koortsachtige jaren door in de „gooi-en-smijt" fabriek van Maclc Sennett. Zij trad iedere week in een andere klucht, van twee aden op. Toen kwam er een aanbod van Pathé met een contract tegen een veel hoogere gage. In 1V» jaar bracht zij het tot ster. Van 1930 tot 1937 was Carole onder een con tract bij Paramount. Haar eerste „free lance" rol was in de Selznick International fihn „No thing Sacred" met Frederic March. Daarna en gageerde RKO haar voor de film „In Name Only" met Cary Grant en Kay Francis. Zij zal eveneens voor RKO de hoofdrol spelen in „Vigil in the Night", een film, die George Stevens naar A. J. i Cronin's roman zal produceeren en regisseeren met Anne Shirley en Brion Aherne in de overige hoofdrollen. Carole Lombard doet nog veel aan sport. Zij is getrouwd met Clark Cable. „Koopt Nederlandsch fabrikaat" is een slag zin, die geslaagd is. De Nederlandsche film industrie zou deze leus pasklaar voor zich kunnen maken door te zeggen: „Ziet Neder landsch fabrikaat". En wanneer het publiek dan zegt: Ja, maar het buitenlandsche fabri kaat is beter", dan begint het nou toch lang zamerhand ongelijk te krijgen, want de Ne derlandsche films,, noemen wij „Pygmalion", „Morgen gaat het beter" en de nieuwste aan winst „De spooktrein", kunnen, nadat de al lereerste kinderschoenen ontwassen zijn, cön- curreeren met Hollywood. Sommigen hadden gedacht dat deze concurrentie' niet no'odig zou zijn omdat de Nederlandsche film zich op specifiek Nederlandsch terrein zou be geven (zooals de Fransche fihn dat bijvoor beeld heeft gedaan) maar diegenen hebben nog geen gelijk gekregen. Opk thans met „De spooktrein" daagt de Nederlandsche industrie Hollywood op haar eigen wapen uit, en dat wapen is: amusement. Bij dit duel bezitten wij een groot voordeel: 0110e eigen taal. En dat voordeel gaat wegen, wanneer de film zelf vakkundig goed in elkaar wordt gezet. En dat is bij „De spooktrein" zeer zeker het geval. We hebben de film bij de première in Amster dam gezien, en wij moeten zeggen Karei Lamac. die expert is in het films maken met Anny Ondra, heeft zonder nochtans een Hol- landsche Ondra te ontdekken, ons niet teleur gesteld. De film is spannend en vaak heel amusant. Toch valt ons wederom op dat het een handicap blijft dat de buitenlandsche regisseurs onze taal niet kennen en tooneel- spelers tot dialoogadviseurs krijgen. Meer malen krijgt men het gevoel dat de dialoog „uit de filmband springt". Men voelt dat dit voorname onderdeel niet in die eene hand gekneed is, welke al het andere tot een eenheid vormde. De dialoog en vooral de wijze, waarop deze gezegd wordt, stelt in een film zeer preciese eischen. En daaraan is in dit nieuwe werk niet altijd voldaan. De inhoud is een beetje dun zoo nu en dan, niet zoo vloeiend nog als het wel moet. Maar ook dat zal wel eens komen. Het voornaamste in deze film, de spanning en het amusement zijn met routine gerealiseerd. Onze voor de film het best geschikte acteur Nico de Jong hadden we gaarne wat meer op den voorgrond willen zien. Cissy van Bennekom is buitengewoon vlot (welk verschil met haar eerste films!) en aardig. Lies de Wind mag er ook zijn, Fien de la Mar heeft een „enge" rol en dat ligt haar best, en Jan Musch doet in dit genre niet voor haar onder. Louis Borel heeft voor mijn gevoel de film slag vooral zijn spreken is nog tooneel- matig nog steeds niet te pakken, hoewel hij soms goede momenten heeft. De fotografie van Bryan Langley verdient apart gemeld te worden; die is, evenals de montage van Jan Teunissen, af. De film in haar geheel genomen mogen we als amusementsproduct geslaagd vinden. Vooral waar Filmex nog de verfilming van een ver haal als „Kinine" voor ons in petto heeft, waarin we verwachten niet alleen naar den letter maar ook en vooral naar de geest een Nederlandsche film te mogen zien. hopen we dat dit product „De spooktrein" het mag doen. Opdat men er de kracht uit putte om een stapje hooger letwel hooger, niet alleen verder te gaan. v. H. Opnemen 's nachts werd noodzakelijk, teneinde de voltooiing van de Boris Morros productie te bespoedigen en daarom nam Rogers de plichten van regisseur Edward Sutherland waar, om laatstgenoemde de noodige rust te geven. Het was niet al te moeilijk. Rogers is reeds 17 jaar lang met Laurel en Hardy geassocieerd. Met Virgina Vale als partner treedt George O'Brien thans op in „Marshall of Mesa City", de eerste in een nieuwe serie cowboy-films voor RKO-Radio met den populairen O'Brien. Bert Gilroy leidt de productie met Dave Ho ward als regisseur Verdere medespelenden zijn Leon Ames, Henry Branden. Lloyd In- graham, Joe McG-uinn, Slim "Whittaker en Harry Cording

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 14