Duitschland aanvaardt de oorlogsverklaring Van Jii&êenttop Aspirik Oorlogssfeer ten westen van den Rijn. programma WOENSDAG 25 OCTOBER 1939 H'AAEEEM'S DXGBEAD' 5 „Chamberlain heeft de Duitsche vredeshand definitief afgewezen en daarmede opnieuw bewezen dat Engeland dezen oorlog wil. Duitschland neemt de Britsche oorlogsverklaring aan. Het Duitsche Rijk is thans vastbesloten den opgedrongen oorlog te voeren en de wapens niet neer te leggen, alvorens de veiligheid van het Rijk in Europa gewaarborgd is en de garantie bestaat dat een dergelijke aanval voor altijd uitgesloten is." Aldus de Duitsche minister van buitenlandsche zaken Von Ribbentrop in de rede. die hij Dins dagavond te Dantzig hield ter gelegenheid van den „Dag der oud-strijders" en waarin hij zich zeer fel keerde tegen de politiek van Chamber lain, welke hij verantwoordelijk achtte voor het Uitbreken van den oorlog. Von Ribbentrop begon zijn rede met het doen van talrijke medcdeelingen over de diplomatieke voorgeschiedenis yan den oorlog. Na te hebben geconstateerd dat Dantzig nooit weer van het Rijk gescheiden zou worden, sprak Von Ribbentrop over de pogingen Dantzig en het Duitsche Rijk verantwoordelijk te stellen voor den oorlog. Hij zeide dat de oorlog Duitsch land in den volsten zin des woords opgedrongen is. Joachim von Ribbentrop. Sinds d>e Plihrer in 1934 aldus vervolgde hij met Pilsoedski maatregelen trof voor een heroriënteering der Duitsch-Poolsche betrek kingen heeft Duitschland bij Polen nooit twijfel laten bestaan aangaande de omstandigheid, dat vroeger of later de kwestie-Dantzig en het Corri dor-vraagstuk zouden moeten worden opgelost Precies een jaar geleden, op 24 October 1938 liet ik in opdracht van den Fiibrer den toenmaligen Poolschen ambassadeur, Lipski, naar. Berchtes- gaden komen Op dien dag legde ik hem het be kende voorstel der politieke hereeniging met het Duitsche Rijik voor, waarbij Dantzig in econo misch opzicht bij Polen zou blijven. Tusschen het Duitsche en het Poolsche terri torium zouden wederkeerig exterritoriale auto- en spoorwegverbindingen aangelegd worden. De wederzijdsche grenzen zouden definitief erkend worden en het niet-aanvalsverdrag van 1934 zou tot 25 jaar verlengd worden. Dit voorstel is op 5 Januari 1939 door den Führer persoonlijk in mijn tegenwoordigheid en in die van de ambas sadeurs Moltke en Lipski te Berchbesgaden tegen over den Poolschen minister van buitenlandsche zaken, Beek. herhaald. De Führer merkte daarbij op, dat het niemand behalve hem mogelijk zou zijn op deze wijze kenbaar- te maken, dat bij van den Corridor afzag. Den volgenden dag werd het voorstel te München en op 26 Januari bij mijn bezoek aan Warschau nogmaals uitvoerig door Beek en mij besproken. Bij deze gelegen heden werd het aanbod geenszins door de Pool sche vertegenwoordigers afgewezen doch met verwijzing naar moeilijkheden van binnen- landsch-politieken aard antwoordde men, dat het aanbod grondig moest worden bestudeerd en dat men ook van Poolsche zijde streefde naar verbetering der Duitsch-Poolsche betrekkingen. Intusschen, aldus vervolgde Von Ribbentrop, nam Polen tegenover de Duitsche minderheden een houding aan, welker starheid steeds meer In het oog viel. Vervolging der Volksduitschers, aanvallen in de Poolsche pers en anti-Duitsche betoogingen voor de ambassades te Warschau dwongen den Duitschen minister van buitenland sche zaken op 21 Maart 1939 den Poolschen am bassadeur op deze ontwikkeling opmerkzaam te maken. Daarbij herhaalde hij het Duitsche aanbod en vulde hij het op eenige punten aan ten voordeele van Poolsche belangen. Tegelijker tijd werd Beek uitgenoodigd naar Berlijn te komen om te beraadslagen en een definitieve regeling voor alle vraagstukken te treffen. Op 26 Maart, aldus Von Ribbentrop, bracht Lipski toij een schriftelijke mededeeling, die neerkwam op een volledige afwijzing van het voorstel van den Führer. Het is nauwelijks te gelooven, en toch is het een feit, dat Lipski verklaarde, dat elk verder streven naar tenuitvoerlegging der Duitsche plannen voor de hereeniging van Dant zig met het Rijk oorlog met Polen zou beteekenen. Op mijn meer dan verwonderd antwoord, dat deze mededeeling mij volkomen onbegrijpelijk was, kon de ambassadeur geen verklaring afleggen. Ook de uitnoodiging aan minister Beek om naar Berlijn te komen, werd afgewezen. Terwijl ons toen de Poolsche houding tegenover het edel moedige aanbod van den Führer merkwaardig voorkwam, kennen wij thans de oplossing van het raadsel- Engeland school daarachter. Zes maanden lang was een ongekend edel moedig aanbod gehandhaafd en nog zes maan den heeft Duitschland toegezien, hoe Polen de minderheid terroriseerde. Dantzig bedreigde en het Rijk provoceerde. Pas. toen Poolsche soldaten Invallen op Duitsch gebied gingen doen, heeft de Führer toegeslagen. Drie weken latei- was de veldtocht ten einde en de Poolsche staat als een kaartenhuis ineengestort. Het Rijk zal er thans voor zorgen, dat er een nieuwe indeeling, die met de ware verhoudingen in overeenstemming is, en een ware pacificatie komt. De handhaving van orde, rust en vrede in Oost-Europa wordt thans voor alle tijden ge garandeerd door Groot-Duitschland en Sovjet- Rusland. Von Ribbentrop vervolgde met te zeggen dat de Führer steeds weer getracht heeft in een ver standige betrekking tot Engeland en Frankrijk te komen. Zoo was men reeds in den zomer van 1933 tot overeenstemming gekomen omtrent een samen komst van den Führer en den Franschen minis ter-president Daladier, bij welke de Duitscli- Fransche betrekkingen geregeld zouden worden en een overeenkomst aangaande de wapening getroffen zou worden Daladier zegde echter op het laatste oogenblik de bijeenkomst af en eenige weken later was hij geen premier meer. In Parijs tjilpten de mus- sc'nen van de daken, dat Engeland verantwoor delijk was voor den val van Daladier. Toen ik, aldus de minister, verleden jaar Daladier te München hieraan herinnerde en hem zeide, hoe goed een bijeenkomst van dien aard voor de toenadering tusschen beide landen geweest zou zijn, antwoordde hij mij met een veelzeggend en instemmend gebaar: „Tot wien zegt u dat?" Von Ribbentrop verklaarde voorts dat hij in opdracht van den Führer ook Engeland steeds weer concrete voorstellen heeft ge daan, zooals het vlootaccoord, de eeuwige onschendbaarheid van Nederland, België en Frankrijk, respecteering der Britsche be langen in de wereld door Duitschland en eerbiediging der Duitsche belangen in Oost- Europa door Engeland, een verdrag tusschen beide landen. Steeds heeft Engeland een af wijzende houding aangenomen. De Führer heeft zijn pogingen pas gestaakt, toen hij moest inzien, dat Engeland niet wilde. Op gelijke wijze heeft Duitschland toenadering tot andere landen gezocht en hun vriendschap gevonden. Tusschen Duitschland eenerzijds en het Italiaansche imperium en Japan anderzijds is een echte en oprechte vriendschap ontstaan, en de vriendschappelijke samenwerking dezer staten zal ook in dè toekomst een kostbare ga rantie voor een meer rechtvaardige en ratio- neele wereldorde blijken. Bij deze vrienden van Duitschland heeft zich kortgeleden Sovjet-Rus land gevoegd. Met het Duitsch-Russlsche niet- aanvalsverdrag en het vriendschapspact is een prineipieele heroriënteering der Duitsche buiten landsche politiek tot stand gekomen. De traditi- oneele vx-iendschappelijke verhouding is hersteld. De levensruimten der beide mogendheden gren zen aan elkander, doch vallen niet over elkander heen. Een territoriale wrijving tusschen beide staten is voor altijd uitgesloten. De economische behoeften vullen elkander op ideale wijze aan. Op grond van uitgebreide overeenkomsten is de ruil van grondstoffen en industrieele producten reeds in vollen gang, hij zal van jaar tot jaar toenemen. Het vroegere record zal binnenkort bereikt worden. De ontwikkeling heeft, bewezen, dat. het natio- naal-socialistisohe Duitschland en Sovjet-Rus- lanFd, zoolang zij wederkeerig de wereldbeschou wingen respecteeren, waartoe zij vastbesloten zijn, zeer goed in vriendschap naast elkander kunnen leven. De minister sprak ook uitvoerig over het vraag stuk van de schuld aan den oorlog. Het is boven allen twijfel verheven, aldus zeide hij, dat het Fransche volk dezen oorlog niet gewild heeft; dat deze oorlog Frankrijk veeleer is opgedrongen door Engeland en zijn handlangers te Parijs en in de Fransche ï-egeering. Von Ribbentrop zeide het onomstootelijke bewijs te kunnen leveren, dat de oorlog tegen Duitschland door de Engelsche regeering sedert jaren in het geheim en stelsel matig voorbereid is. Chamberlain is in 1938 niet naar München ge komen om den oorlog te verhinderen, maar om den krijg, waartoe de Britsche regeering besloten had. slechts uit te stellen. Het Engelsche volk, dat in den grond in vriendschap met het Duitsche volk zou willen leven, is door alle propaganda middelen in een stemming van paniek en haat tegen Duitschland gebracht. De oorlog tegen Duitschland moest op het gunstigste oogenblik ontketend worden. Dit moest zoo gebeuren, dat de regeering niet meer terug zou kunnen. Deze positie heeft Chamberlain tot stand gebracht met de garantie aan Polen. De Engelsche regeering heeft haar ware ge zicht en haar verlangen tot vernietiging van het Duitsche volk getoond, toen zij het edelmoedige vredesaanbod, dat de Führer op 6 October in den Rijksdag aan Engeland deed, afwees en door Chamberlain heeft laten beantwoorden met scheldwoorden, die bij het geheele Duitsche volk de grootste verontwaardiging hebben teweegge bracht „De Duitsche grenzen definitief." Von Ribbentrop vervolgde: Het proces der consolidatie van het Duitsche rijk in Europa is voltooid. Duitschland heeft door de nieuwe regeling in het Oosten gedurende ge neraties ruimte voor koloniseering en streeft er op het oogenblik naar de verspreide groepen Duitschers die van woonplaats kunnen verande ren, in dit gebied bijeen te brengen. Daarmede ruimt het de mogelijkheid voor conflicten uit den weg. De grenzen van het Duitsche rijk in het Noorden, het Oosten, het Zuiden en het Wes ten zijn thans definitief. Duitschland heeft tegenover Frankrijk en Engeland geen eischen te stellen, met uitzondering van de restitutie van het vroegere koloniale bezit, d.w.z. van de natuurlijke koloniale werkzaam heid, zooals die een groote mogendheid toe komt. In Europa zijn stabiele verhoudingen gescha pen. Dat is alleen de verdienste van den Führer. Doch juist bij het tot stand brengen van dezen toestand, die alle voorwaarden voor een blijven- den Europeeschen vrede inhoudt, ontketent de Britsche regeering tusschen het Duitsche en En gelsche volk een strijd op leven en dood. Als de Britsche regeering met deze politiek voortgaat, zal zij eens in de geschiedenis te boek staan als de doodgraver van het Britsche Impe rium. Chamberlain heeft gezegd, dat Duitschland en zijn Führer hun woord gebroken hebben, doch indien van woordbreuk gesproken kan worden, dan is het de eensgezinde opvatting van het Duitsche volk. dat de groote woordbreuk van alle tijden bij den wapenstilstand van 1918 tegenover het Duit sche volk gepleegd is. Aanstichter tot deze woord breuk was Engeland. De minister gaf vervolgens verschillende voorbeelden, waaromT naar hij zei de, een Engelsch staatsman het woord „woord breuk" behoort te vermijden. Zoo heeft Chamberlain op 30 September 1938 met den Führer een overeenkomst gesloten, waar in de wil van het Duitsche en het Éngelsche volk. nooit meer oorlog met elkander te voeren, tot uitdrukking werd gebracht. Deze overeenkomst heeft Chamberlain gebroken. Ernstiger is, zoo zeide Von Ribbentrop, dat elk woord, dat Chamberlain op 12 October heeft ge sproken, bewijst, dat een afgrond gaapt tusschen de edelmoedige en traditioneele opvatting van den Führer en de materialistische koppigheid van Chamberlain. De vrede van Chamberlain betee- kent: terug naar Versailles, vernietiging van het nationaal-socialisme. Dit is een Don Quichotte waardig. Chamberlain heeft het historische vre desaanbod van den Führer niet alleen niet be grepen, doch ook de fout gemaakt, waarvoor de Führer uitdrukkelijk gewaarschuwd heeft: hij heeft het aanbod van den Führer uitgelegd als een teeken van Duitsche zwakheid. Hij heeft de Duitsche vredeshand defini tief afgewezen en daarmede opnieuw bewe zen, dat Engeland dezen oorlog wil voeren, wat Duitschland ook doen zou. Duitschland neemt de Britsche oorlogsverklaring aan. Het Duitsche volk is thans vastbesloten, den op gedrongen oorlog te voeren en de wapens niet neer te leggen, alvorens de veiligheid van het rijk in Europa gewaarborgd is en de garantie bestaat, dat een dergelijke aanval op het Duitsche volk voor altijd uitgesloten is. Chamberlain proclameert de verwijdering der Duitsche regeering. Von Ribbentrop zeide, ervan af te zien, de opruiming der Britsche ï'egeering en haar handlangers af te kondigen. Hij verklaar de ervan overtuigd te zijn, dat in het verdere ver loop der gebeurtenissen het Engelsche volk daar voor zelf zou zorgen. In het volledige bewustzijn, dat het recht aan onze zijde is. en dat Duitschland tot het laaste oogenblik alles gedaan heeft, om dezen volkomen zinneloozen en opgedrongen oorlog te vermijden, zal het den strijd met het enorme gewicht van zijn geheele volkskracht tot het einde toe voeren, aldus besloot Von Ribbentrop. Dat dit einde slechts een groote Duitsche zege zal zijn, daar voor staan ons borg onze eigen kracht en ons geloof in den man, die voor ons het hoogste op aarde beteekent: den Führer. Duitsche vliegers floor Britscli schip opgepikt. Bemanning van neergeschoten bommenwerper. Drie Duitsche vliegers zijn Dinsdag aan de oostkunst van Engeland aan land gebracht door een Engelsch vaartuig, dat hen redde uit een verongelukten bommenwerper. Zij waren onge deerd. Het vierde lid der bemanning van den bommenwerper was echter overleden, toen het schip ter plaatse van het ongeluk aankwam. Een der drie mannen verklaarde dat hij een voor den dienst opgeroepen Sudeten Duitscher was. Naar verluid was de bommen wei-per door een Engelsch oorlogsschip neergeschoten. RADIOREDE VAN ROOSEVELT. Officieel wordt uit Washington medegedeeld, dat president Roosevelt, hedenavond een radio rede zal houden. lAUfTIEN (BAYERJ (Adv. ingez. MecL) Debatten over de Amerikaansche neutraliteitswet bekort. Beperking van den spreektijd in den Senaat. De Amerikaansche Senaat heeft den spreek tijd voor de debatten over de neutraliteitswet eenstemmig beperkt tot 45 minuten voor iederen spreker. Ook over amendementen op het ontwerp zal ieder slechts 45 minuten mo gen spreken. Men wil door dezen maatregel de debatten verkorten en voorkomen, dat de isolationisten de eindstemimng op de lange baan schuiven. Men verwacht, dat het ontwerp deze week afgehandeld zal kunnen worden. Volgens Havas is dit besluit voor het grootste deel veroorzaakt door de emotie, welke is gewekt in parlementskringen door het in beslag nemen van de „City of Flint". Maandag nog had de senaat geweigerd een tijdslimiet voor de redevoeringen aan te nemen. Parlementarie kringen zijn van mee- nmg, dat het in beslag nemen van 't Amerikaan sche stoomschip, de noodzakelijkheid bewijst zoo spoedig mogelijk de debatten ten einde te voeren, teneinde een herhaling te voorkomen van derge lijke incidenten, die zoo zegt men, voor de Ver- eenigde Staten ernstige internationale complicaties met zich zouden kunnen meebrengen. Twee Britsche schepen in den grond gehoord. Van de „Meninridge" 22 opvarenden omgekomen. De maritieme commissie van de Vereemgde Staten heeft medegedeeld dat het Amerikaan sche schip „Crown City" de geheele beman ning van het Britsche vrachtschip „Ledbury" en vijf opvarenden van de „Meninridge" aan boord heeft genomen. Beide schepen zijn in den noordelijken Atlantischen Oceaan tot zinken gebracht. 22 Opvarenden van de „Me ninridge" zijn omgekomen. De „Ledbury" mat 3500 ton en de „Menin ridge" 2500 ton. DE REDE VAN KONING LEOPOLD. Uit Brussel wordt vernomen dat de boodschap welke de Koning der Belgen zal richten tot de Vereenigde Staten van Amerika in den nacht van Woensdag op Donderdag om kwart over twee (Belg. tijd) zal worden uitgezonden. Dit komt over een met kwart over acht 's avonds Amerikaan- schen tijd. Het uitspreken van de boodschap zal ongeveer zes minuten duren. Soldaten tot in het kleinste dorp.- AKEN NIET ONTRUIMD. West Duitschland, October. (Van onzen specialen verslaggever). Onafgebroken valt een dichte regen over de oude Duitsche kroningsstad Aken. Er hangt een nevel, die het uitzicht belemmert. Geen mensch. die niet buiten moet zijn. waagt zich buiten zijn deur en in de straten dezer stad. die in den zomer een touristencentrum is, prachtige oude bouw werken bezit en een welverdiende reputatie ge niet als badplaats, hangt een ongewone stilte Wat doet men bij zulk hondenweer? Men loopt een bioscoop binnen. Kijkt nog eens naar de journaals, die het laatste nieuws over den veldtocht in Polen brengen. En kijkt een beetje verwonderd op, als op het witte doek eens klaps met koeienletters te lezen staat: Geef geen oud brood aan de eenden en de zwanen! Men ziet dan een moeder met haar kinderen brood aan de eendjes geven. Doe dat niet! zegt het filmpje. Dan verschijnt er een oude vrouw, die een paar verdroogde sneden brood in den vuilnisbak werpt. Werp geen oud brood wel suggereert de film touschouwers. En dan verschijnt er een vriendelijke jongedame op het witte doek en brengt den bioscoopbezoekers aan hun verstand, welke heerlijkheden er van oud brood te maken zijn. Broodsoep, gebakken brood- ballen, wentelteefjes, een soort van eigenge maakte beschuiten. Na drie minuten is iedereen ervan overtuigd dat niets ter wereld lekkerder smaakt dan wat men van oud brood bereidt. En ieder neemt zich heilig voor, de door de jonge dame van het witte doek gegeven wenken op te volgen, want zij heeft zeer nadrukkelijk verzekerd dat de Duitsche graanreserves onaangetast moe ten blijven. Het licht gaat aan. Ik zie de Duit schers elkaar eens aankijken. Hier en daar glimlacht er een. En buiten valt de regen in hetzelfde trage, alles doorweekende tempo uit den egaal grijzen hemel. En dan herinnert men zich eensklaps, dat hier in Aken Karei de Groote begraven ligt, in den eeuwenouden Romaanschen dom. En omdat er buiten toch niets te beleven valt, besluit men tot een kleine bedevaart naar het graf van dezen legendarïschen vorst, aan wien ook ons land in overoude tijden veel te danken heeft gehad en dien wij, Nederlanders in zeker opzicht toch nog altijd wel een zekere genegenheid toedragen. Twee soldaten betreden gelijk met mij de eerbiedwaardige kerk. Gezamenlijk wandelen wij over het stille voorplein, dat bijna nog zijn middeleeuwsch karakter heeft behouden. En ge zamenlijk vragen wij den gids, die met het rondleiden is belast, naar het graf van den Ger- manenvorst. De gids neemt ons mee naar een soort crypte. De kist met het gebeente van Karei den Groote kan ik u helaas niet laten zien, zegt hij dan. Die bevindt zich rechts van den Rijn, met het oog op het oorlogsgevaar. Hier stond de kist vroeger, wijst hij aan en vertelt dan verder dat niet alleen het ge beente van Karei de Groote voor het eerst in de geschiedenis! naar andere oorden is overgebracht, maar dat ook de voornaamste kunstwerken uit den dom in veiligheid zijn ge bracht. De crypte is thans gevuld met andere kunstschatten, die vermoedelijk weliswaar niet minder kostbaar, maar zeer zeker minder uniek zijn. In de kerk zelf zijn de prachtige beelden, die men niet van hun plaats kon nemen, omhuld met- houten stellages en .zandzakken. Nog steeds wordt er druk getimmerd om de oude cultuur schatten voor beschadiging te behoeden. De Dom van Aken is in oorlogscostuum gestoken. Trouwens: dit is geschied met alle andere beroemde kerken in Duitschland ten Westen van den Rijn, ook met den Dom van Keulen. Het is begrijpelijk en het levert den bezoeker van deze streek het bewijs dat men zich hier in bedreigd gebied bevindt, in de defensiezóne van het berde Rijk. Bewijzen daarvoor zijn trouwens talrijk. Ter wijl men rechts van den Rijn den indruk krijgt dat de autoriteiten hun uiterste best doen de bevolking zoo weinig mogelijk van den oorlog te laten bespeuren, hangt links van den Rijn een grimmige oorlogssfer. Ten Zuiden van Wezel begint de Westwall. het geweldige 50 K.M. diepe vestingwerk en tot aan Karlsruhe toe strekt deze defensiegordel zich over den linker Rijnoever uit. En waar men ook komt, overal ziet men dat men zich in bezet gebied bevindt. Lx de kleinste dorpen liggen nog afdeelingen soldaten. Overal ziet men over de wegen militaire colonnes. Van den trein uit wordt plotseling soms de aandacht getrokken door lange treinen, die in kalm tempo voorbij rijden. Op de goederenwagens staan pantserauto's, kanonnen, keukenwagens, Roode Kruisauto's, alles volledig bemand. De wagens zijn met groene takken gecamoufleerd, waardoor men tracht het uit de lucht onmogelijk te ma ken na te gaan, wat deze treinen vervoeren. Tus schen de goederenwagens in andere, gedeeltelijk overdekte goederenwagens, vol soldaten, die zich op stroo hebben uitgestrekt Al deze treinen rollen naar het Zuiden, naar het gebied tusschen Moezel en Saar. Waar zij hun reizigers uitladen, is onbekend, maar men behoeft slechts een autotocht door dit gebied te maken om te zien hoe sterk de bezetting is. In huizengroepen, die nauwelijks den naanx ..vlek" verdienen, staat men onverwacht tegenover flink*» autoparken. In de straten heerscht een onge kende bedrijvigheid, een bedrijvigheid echter, die zelfs aan deze onbeteekenende gehuchten een militair en grimmig karakter geeft. Langs de wegen ziet men de defensiewerken: vallen voor pantserauto's, bunkers, prikkeldraad versperringen. Op kruispunten van wegen staan z.g. Spaansche ruiters gereed, die in een oog wenk den weg kunnen afsluiten. Goed gecamoufleerd zijn al deze defensiewer ken. Men ziet ze meestal pas op het laatste oogenblik. En als men er het minst op verdacht is. Boeren werken in de onmiddellijke nabijheid ervan, het vee loopt rustig te grazen op de plaat sen. waar zich onder den grond de uitgebreide kazernes bevinden voor de bezetting van deze breede vestinggordel. Waar men ook komt. overal ziet men dat hier de militaire zóne is, het gebied, waar Duitsch land gereed staat om met volle kracht aanvallen af te slaan. Er hebben ook de laatste weken weer bij her haling geruchten de ronde gedaan over ontrui ming van Aken en andere steden op den linker Rijnoever. Deze geruchten zijn onjuist. Aken is niet ont ruimd en evenmin zijn andere steden ln dit defensiegebied door de bevolking verlaten, i In het begin van den oorlog, toen men rekende op felle luchtaanvallen, die ook voor de burger bevolking groot gevaar zouden hebben mede gebracht, zijn uit Aken wel ouden van dagen, zieken, moeders met zuigelingen e.d. geevacueerd. Nu de luchtaanvallen zijn uitgebleven, zijn' dé meesten al weer teruggekeerd. Men telt het ge vaar niet meer zoo zwaar en velen laten liever gezin en woning niet in den steek. Aken biedt dan ook een normalen aanblik. De Nederlandsche grens Is hier ln de onmiddellijke nabijheid van de stad. En als men des avonds de verduisterde stad met een tram verlaat en zich naar de scheidingslijn tusschen Nederland en Duitschland begeeft, treft hier een merkwaardig contrast. Ga daar eens naar kijken! luidde de raad, die mij door een Duitscher werd gegeven. Ik heb dien raad opgevolgd en inderdaad: terwijl op Duitsch gebied de zwartste duisternis heerscht, een duisternis, die op trieste regenavonden wer kelijk ondoordringbaar is, brandt overal langs den grooten weg, die hier naar de Zuid-Limburgsche centra leid*, het licht in volle glorie. Het lijkt wel een feestelijke illuminatie. In een stad als Aken konden jullie toch ook de lichten wel laten branden. Dan denken de Engelsche vliegeirs, als ze mochten komen dat ze nog boven Nederland zijn! zei ik tegen een paar Duitschers. Ze grinnikten eens. Die vliegers vliegen blind en ze weten ook in donker wel, waar Duitschland begint en waar Nederland eindigt, merkten ze laconiek op. En daarom houdt Duitschland zich aan zijn ondoordringbare duisternis. Thans weer een Grieksch schip tot zinken gebracht. Drie leden der bemanning en de loods vermist. Maandag is op de Noordzee het Grieksche schip „Konstantinos Hadjipateras" tot zin ken gebracht Vijftien leden van de beman ning hebben met een reddingboot de kust we ten te bereiken. Kapitein Halkias verklaarde te gelooven dat het schip is gezonken ten gevolge van een vijandelijke actie. Hij voegde hieraan toe, dat 3 leden van de bemanning en de Britsche loods vermist werden. De „Konstantinos Hadjipateras" meet 4684 ton en hoort thuis te Chios. Volgens een nader Reuterbericht heeft kapitein Halkias nog medegedeeld dat acht opvarenden van zijn schip door een ander schip aan boord zijn ge nomen Toen het vaartuig zonk, gingen sommigen in de reddingboot, anderen sprongen over boord. Korten tijd later wei-den de overlevenden door een Britsch schip aan boord genomen. Van hen, die over boord zijn gesprongen, worden eenigen vermist. In de Britsche havens werden de overlevenden opgewacht dOor ziekenauto's, die hen naar het Zee manshuis brachten, dat juist door de bemanning van het Noorsche tankschip „Deodata", dat Zater dag op de Noordzee is gezonken, was verlaten .XTnIa, DONDERDAG 26 OCTOBER. HILVERSUM I 1875 en 414.4 M. 8.00—9.15 KItO. 10.00 NCRV. 11.00 KRO 2.00—12.00 NCRV. 8.00 Bericht/en ANP. 8.05—9.15 en 10.00 Gramo- foonmuziek. 10.15 Morgendienst. 10.45 Gramo foonmuziek. 11.30 Godsdienstig halfuur. 12.00 Berichten. 12.15 KRO-orkest (12.45—1.10 Berich ten ANP en gramofoonmuziek). 2.00 Handwerk- uurtje. 3 00 Pianovoordracht en gramofoonmu ziek. 3.4ó3.55 Gramofoonmuziek. 4.00 Bijbel lezing. 5.00 Gramofoonmuziek. 5.15 Handenar beid "voor de jeugd. 5.45 Gramofoonmuziek. 6.00 Orgelconcert. 6.45 C.N.V -kwartiertje. 7.00 Be richten. 7.15 Boekbespreking. 7.45 Causerie „Me taalbewerking". 8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-berichten. 8.15 Orgelspel. 8.55 Declamatie. 9.10 NCRV-Harmonie-orkest 'opn.). (9.25—9.45 Declamatie). 10.00 Berichten ANP. actueel half uur, 10.30 Zang met pianobegeleiding en gramo foonmuziek. 11.00 Gramofoonmuziek. ca. 11.50— 12.00 Schriftlezing. HILVERSUM II 301.5 M. AVRO-uitzending. 8.00 Berichten ANP, Gramofoonmuziek. 830 Orgelspel. 8.50 Gramofoonmuziek. 10.00 Morgen wijding. 10.15 Gewijde muziek (gr. pl.) 10.30 Voor de vrouw. 10.35 Omroeporkest. 11.00 Voor de Vrouw. 11.15 Omroeporkest en solist. 12.20 Puszta- orkest 12.45 Berichten ANP, Dansmuziek (gr. pl.) I.15 AVRO-Aeolianorkest. 2.00 Voor de vrouw. 2.30 Zang met pianobegeleiding. 3.00 Brei- en borduurcursus. 3.45 Gramofoonmuziek. 4.00 Voor zieken en thuiszittenden. 4.30 Viool en piano. 5.00 AVRO-Weekkaleidoscoop. 5.25 Gelukwenschen. 5.30 AVRO-Amusementsorkest en solist. 6.30 Sportpraatje. 7.00 Voor de Kinderen. 7.05 Vroolijk programma voor militairen. 8.00 Berichten ANP, medcdeelingen. eventueel Vraag en antwoord. 8.20 Concertgebouw-orkest en solist, (ca. 9.10 Le zing ..Thomas More (Utopia) en wij"). 10.30 Gra mofoonmuziek. 11.00 Berichten ANP. hierna: Orgelspel 12.25—12.00 AVRO-Dansorkest. ENGELAND 391 en 449 M. 9.359.50 Morgenwijding. 10.5010.20 Piano- syncopations. 11.20 Berichten. 11.35 Lichte mu ziek. 12.05 Optreden van een solist(e). 12.351.20 BBC Theaterorkest. 2.20 Orgelspel. 2.40 Orkest concert. 3.20 Berichten. 3.35 Voor de vrouw. 3.50 Dansorkest. 4.20 Kinderhalfuur. 4.50 Orkestcon cert. 5.20 Berichten. 5.35 Voor de boeren. 5.50 Variété. 6.20 Radiotooneel. 6.50 Mededeelingen. 7.20 Optreden van een solist(e). 7.35 Populair concert. 8.20 Berichten. 8.35 Actueele causerie. 8.50 Orkestconcert. 9.20 Korte avondwijding. 9.40 Declamatie. 9.50 Variété 10.30 Dansmuziek. 11.20— II.35 Berichten. RADIO-PARIS 1648 M. Geen opgave ontvangen. KEULEN 456 M. 5.50 Leo Eysoldt's kleinorkest. 7.50 Gramofoon muziek. 9.30 De „Drei Musikanten". 10.0010.20 Kamermuziek. 1150 Omroeporkest en soliste. 1 352.20 Populair concert. 3.35 Omroeporkest. 5 20 Otto Dobrindt's orkest. 7.3512.20 Zié Deutschlandsender. BRUSSEL 484 M. 11.35 Gramofoonmuziek. 11.50 en 12.30 Radio orkest. 6.35 Gramofoonmuziek. 7.20 Uitzending Fr. Brussel 12.20 Epgeland. 12.50 Parijs Radio, mofoonmuziek. DEUTSCHLANDSENDER 1571 ML 7.35 Omroeporkest. 8.20 Omroepkleinorkest en solisten. 9.20 Berichten. 9.50 Blaasmuziek. 10.20 Concert. 11.20 Berichten. Hierna tot 12.20 NachU concert, ~-t

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 7