Min. Steenberghe geeft een toelichting
op de economische defensiemaatregelen.
Mijnhardtje
Ik ontdek Amerika.
Wif gewend.
NIEUWS IN 'T KORT.
PINS DAG 7 NOVEMBER 1939
H'A'AREEM'S DA'GBEAD
(Van onzen specialen verslaggever)
NEDERLAND's economische defensie
Er is voor, tijdens en na het uitbreken
van den oorlog van vele zijden critiek
uitgeoefend op het beleid van de Regee-
rjng inzake belangrijke economische kwesties,
jooals o.m. de bevoorrading, de distributie van
suiker, de a.s. distributie van benzine enz. De cri
tici hebben zich echter in verreweg de meeste
Bevallen bepaald tot opbouwende critiek, iets, dat
door den Minister van Economische Zaken, mr.
jl. p. L. Steenberghe, in een dezer dagen onder
pjn leiding gehouden persconferentie met dank-
jaarheid werd aangestipt. Minister Steenberghe
ipende deze conferentie, welke in hotel Witte-
jrug te 's-Gravenhage plaats vond en waarin ver
killende hoofdambtenaren mede aanwezig wa
an, met een uitvoerige rede. Hij wees er daarbij
op, dat de internationale spanningen, welke se
dert einde Augustus bestonden, het noodzakelijk
naakten daadwerkelijk uitvoering te geven aan
I economische noodwetten, waarvan er 8 op 1 Juli
aatstleden, in nieuwen vorm in werking zijn ge
reden. Op 28 Augustus en 1 September jongst-
eden werd een reeks van Koninklijke Besluiten
m ministerieele beschikkingen afgekondigd,
jaarna nog menige maatregel volgde.
Deze ingrijpende, doch voor onze economische
jeerbaarheid zoo noodzakelijke maatregelen heb-
ien niet nagelaten ook wel eens nadeel te berok
ken. Dat niettemin van alle zijden zooveel me
swerking is ondervonden in deze moeilijke tij
jen stemt tot groote erkentelijkheid.
De voorbereidingsmaatregelen
De critiek die tot nu toe is geuit op de voorbe-
eidingsmaatregelen, heeft hierin bestaan, dat
enerzijds de voorraadvorming niet groot genoeg
eweest is, anderzijds, dat de voorbereidingen van
Ie distributie en daarmee samenhangende ad-
ainistratieve maatregelen niet voldoende vóór
jen oorlog heeft plaats gehad.
Minister Mr. M. P. L. Steenberghe.
Wat de voorraadvorming betreft moge ik er op
ijzen, aldus de Minister, dat de noodzakelijke
jorraden voor een redelijken termijn wel dege-
jk zijn gemaakt en dat hiervoor millioenen zijn
itgegeven. Aan het aanleggen en houden van
rootere voorraden waren grenzen gesteld door
e financieele mogelijkheden.
Overigens moet men bedenken dat het tijdstip
an het uitbreken van een oorlog nu eenmaal
iet is te voorspellen, zoodat de regeering. indien
j een keer begonnen is met het aanleggen van
roote voorraden te bevorderen, daarmede jaren-
mg zou moeten voortgaan. Jarenlang zal men
us groote voorraden aanwezig weten, voorraden,
elke eventueel geregeld moeten worden ver-
erscht. in het algemeen heeft dit een prijsdruk-
enden invloed op de markt, hetgeen tot gevolg
eeft, dat de handel minder geneigd zal zijn tot
oopen. Meer en meer zal de Regeering dan ge-
oodzaakt zijn zelf te koopen met gedeeltelijke
srzijdeschuiving van den handel, hetgeen juist
iet de bedoeling is.
Wat de critiek op de voorbereiding van de dis-
'ibutie en de daarmede samenhangende admini-
tratieve maatregelen betreft moge er op worden
ewezen, dat tal van administratieve maatregelen
inlichten van gemeentebesturen, drukke en op
eggen van distributie-noodkaarten en derge-
jke) reeds vóór den oorlog genomen waren. De
ïaatregelen van voorbereiding en uitwerking
an afzonderlijke distributies, waaraan hooge
osten verbonden zijn, konden echter niet worden
enomen, omdat de voorbereiding samenhangt
iet de posities bij de grossiers en den detailhan-
el op het moment, waarop de distributie aan-
angt.
De prijspolitiek
j Ook de door de Regeering gevolgde prijspolitiek
leeft nogal critiek ondervonden. Deze bestond
hierin, dat men zich afvroeg, waarom door de
fetrokkenen niet van den aanvang af met de
[ervangingswaarde rekening mocht worden ge
houden.
De Regeering heeft zich op het standpunt ge-
tteld, dat een voorzichtige prijspolitiek, welke een
lustige prijsontwikkeling zonder groote schokken
In met behoud van het zoo noodzakelijke even
wicht in de bestaande prijsverhoudingen waar-
jorgt, in 's lands belang moet worden geacht.
Daarbij behoefde niet aanstonds met de ver-
rangingswaarde rekening te worden gehouden,
paarmede niet gezegd wil worden, dat het begin-
»el der vervangingswaarde geen beteekenis heeft
hij de waardeering van de voorraden. Evenwel
iioet ook op andere factoren worden gelet bij
het bepalen van een prijspolitiek. Zoo zal de
irootte der voorraden en de onzekerheid der hui-
jlge prijsbeweging daarop van invloed zijn. Het
Werd niet noodig geoordeeld zich reeds dadelijk
Ie richten naar de vervangingswaarde van de
heelal voor geruimen tijd voldoende voorraden.
Voorts moge nogmaals worden gewezen op het
iroote belang, dat er voor de geheele bevolking
lanwezig was om een wilde en ongemotiveerde
prijsopdrijving tegen te gaan. Indien dit niet was
{eschied. zouden de kosten van levensonderhoud
leeds thans op bedenkelijke wijze zijn gestegen.
Immers prijsverhooging van de eerste levensbe
hoeften schept een drang tot verhooging der loo-
Den. Een dergelijke verhooging vermeerdert de
productiekosten zoodat de producent weer ge
noodzaakt wordt de prijzen van zijn produc
ten te verhoogen.
Nu zou men hiertegen kunnen aanvoeren, dat
3e Regeering dan van haar bevoegdheid gebruik
kan maken om maximumprijzen vast te stellen.
Aan het invoeren van maximumprijzen zijn ech-
ker bezwaren van administratieven. organisatori-
tchen en financieelen aard verbonden.
Als het noodig mocht worden zal zij echter niet
fearzelen daartoe alsnog over te gaan, bijvoor
beeld als de kettinghandel weer zou ontstaan.
De landbouwpolitiek
De landbouw politiek van de Regeering is er op
gericht dat de landbouw een redelijken prijs voor
tij# producten ontvangt. In dit verband wees de
lliüister op de onlangs plaats gevonden hebbende
verhooging van de richtprijzen der akkerbouw
producten en op de verhooging van den groot-
handelprijs voor boter. Verwacht mag worden,
dat die hoogere prijzen de productie van land-
bouwartikelen, welke voor de voedselvoorziening
onontbeerlijk zijn, zullen stimuleeren.
Niet alleen door het geven van hoogere prijzen
tracht de Regeering de positie van den landbouw
te versterken. Men denke aan de hulp en voor
lichting welke de land- en tuinbouw van den
Landbouwvoorlichtingsdienst in nog grootere
mate dan voorheen ontvangt. Niettemin blijven
wc, zij het ook in mindere mate dan in 1914, af
hankelijk van den aanvoer van grondstoffen uit
het buitenland. In het bijzonder geldt dit voor
het veevoeder. Vandaar dat juist het vraagstuk
van de veevoedervoorziening de volle aandacht
van de Regeering heeft.
Wat de genomen maatregelen betreft moge al
lereerst worden gewezen op de aanzienlijke Re-
geeringsinkoopen van buitenlandsche tarwe, wel
ke reeds lang voor den oorlog hebben plaats ge
had. Bovendien is sedert 1 September door de
bemoeienissen van de Regeering een groote hoe
veelheid graan uit het buitenland aangevoerd,
terwijl momenteel nog aanzienlijke hoeveelheden
graan en andere veevoeders onderweg zijn naar
ons land.
Alles bijeengenomen kan worden gezegd, dat
onze veevoederpositie thans niet onbevredigend
is, hoewel uiteraard door de groote afhankelijk
heid van het buitenland voor de toekomst niets
met zekerheid valt te voorspellen.
Distributie.
Ook met betrekking tot dit onderdeel van de
Regeeringsbemoeienis is critiek uitgeoefend. De
Regeering heeft als algemeene richtlijnen ge
steld, dat niet eerst bij een tekort tot distributie
moet worden besloten. Reeds eerder, wanneer de
wenschelijkheid dringt om een tekort te voorko
men, moet tot distributie worden overgegaan.
Het algemeene doel, dat hierbij voor oogen staat,
is te zorgen, dat iedere Nederlander de mogelijk
heid behoudt zijn aandeel in de aanwezige le
vensmiddelen te ontvangen.
Hoewel het publiek in het algemeen een juist
begrip heeft getoond voor de zware taak, welke
onder de huidige omstandigheden op de Regee-
De echte zijn niet rond, maar hartvormig.
(Adv ingez. Med.>
ring rust, moge met betrekking tot de distributie
nogmaals een beroep op aller medewerking wor
den gedaan; men verlieze zijn kracht niet in
detail-critiek.
Een belangrijke plaats in de economische ver
dediging wordt het behoeft wel geen nader be
toog ingenomen door de scheepvaart. Daar dit
echter een onderdeel vormt van de internationale
politiek, moest dè Minister volstaan met mede te
deelen, dat de Regeering en met name de Minis
ter van Buitenlandsche en van Economische Za
ken, de volle aandacht aan de scheepvaart
schenken. De aard van het onderwerp leent zich
echter niet tot publicaties".
Oorlogsbrood en tomatensoep.
Tijdens een korte pauze werden de journalis
ten in de gelegenheid gesteld een kop tomaten
soep uit regeeringsblik te nuttigen, waarbij
voorts sneedjes versch en drie dagen oud oor
logsbrood werden rondgediend. Daarmede oogstte
Minister Steenberghe zeer veel succes. Speciaal
wat het uit 60 pCt. tarwebloem (of -meel), 25 pCt.
roggebloem (of -meel) en 15 pCt. aardappelmeel
bereide brood betreft. De critiek, dat enkele da
gen oud oorlogsbrood niet genietbaar zou zijn,
werd daarbij afdoende weerlegd
Binnenlandsche markt gaat voor.
Na zijn uitvoerige rede gaf Minister Steen
berghe eveneens gelegenheid tot het stellen van
vragen, vragen, welke hij op een enkele uitzon
dering na persoonlijk beantwoordde. Hij vond
daarbij o.m. de gelegenheid tot de mededeeling,
dat wat den export naar het buitenland betreft
van goederen, welke in eigen land schaarsch zijn
haring bijvoorbeeld de Regeering zich op
het standpunt stelt dat de voorziening van de
binnenlandsche markt natuurlijk prevaleert Niet
temin zal hierbij niet al te schroomvallig te werk
gegaan worden. Voorts betoogde de minister,
zulks naar aanleiding van een vraag betreffende
de benzinedistributie, dat Nederland inderdaad
over behoorlijke voorraden kan beschikken, ter
wijl de aanvoer, welke zooveel mogelijk door de
regeering bevorderd wordt, in September en Oc
tober zeer bevredigend was. Men moet echter in
het oog houden, dat de aanvoer van alle olie
producten niet van dien aard is, dat Nederland
het zonder beperkende maatregelen af kan. Dit
zou een va-banque-politiek beteekenen ten aan
zien van de aanwezige voorraden en daarvoor is
de Regeering in geen geval te vinden.
Vischrookers vergaderden te
Scheveningen.
Bond met een nieuwen naam opgericht.
In het gebouw „Padro" aan de Jurriaan Kok
straat te Scheveningen vond dezer dagen een
vergadering plaats van den Nederlandschen bond
van vischrookers.
Het voorstel van het bestuur om een nieuwe
vereeniging op te richten onder den naam van
Nederlandschen bond van vischrookers, haring
en vischhandelaren, werd met algemeene stem
men aangenomen, en alle leden traden tot dezen
bond toe. Aangezien de meesten der rookers tevens
haringhandelaar zijn en andere ook weer in
versche makreel handelen, is het gewenscht dat
dit dan ook in den naam van den bond tot uiting
komt.
Vervolgens werden de statuten besproken, toe
gelicht door mr. Roest Crollius en daarna goed
gekeurd. De verandering in de statuten is zeer
ingrijpend, doch moest dat zijn, om de mogelijk
heid te openen onderafdeelingen op te richten in
verschillende plaatsen. Voorts deed de voorzitter
mededeeling van de conferentie die het bestuur
gehad heeft met de visscherijcentrale, teneinde
te bereiken dat er voldoende wintervoorraad voor
de leden aanwezig zal zijn om de bedrijven zonder
stagnatie te kunnen voortzetten en om er voor
te zorgen dat het binnenland van voldoende hoe
veelheden gerookte haring wordt voorzien.
Opening „Tehuis voor Vrouwen en
Meisjes".
Het was een moedige daad van den heer en
mevrouw Stol-Bogaart om in deze moeilijke tijden
hun „Tehuis voor Vrouwen en Meisjes", dat reeds
eenige jaren gevestigd was aan de Bakenesser-
gracht, uit te breiden en te verplaatsen naar de
Ripperdastraat 11.
Maandagmorgen sprak de heer S. C. de Haas van
Dorsser, directeur van Maatschappelijk Hulpbe
toon het openingswoord uit, waarbij talrijke auto
riteiten op het gebied van maatschappelijk werk
te Haarlem aanwezig waren. In een pittige speech
noemde spr. de groote verantwoordelijkheid, maar
tevens de aangename voldoening, die het bestu
ren van een dergelijke onderneming met zich
brengt. Het is geen gemakkelijke taak haar, die
door omstandigheden de eigen haard moeten ont
beren, een onderdak te verschaffen.
Bij het echtpaar Stol, dat op dit gebied zijn spo
ren reeds verdiend heeft, is -dit streven echter in
goede handen.
Nadat de heer Stol de toespraak van den heer
De Haas van Dorsser beantwoord had, werd een
rondgang door het huis ondernomen. Overal trof
de zonnigheid der kamers.
LEVERING VAN ROGGEMEEL AAN BAKKERS.
Van officieele zijde wordt bekend gemaakt, dat
van Maandag 6 November 1939 af het leveren van
roggemeel of gebroken rogge aan bakkers, bloem-
werkende industrieën en roggebroodfabrieken
slechts is toegestaan tegen de door den besteller
in te leveren bonnen, met aangehecht geleidebiljet,
welk biljet dient ter dekking van het vervoer
naar den besteller en door dezen moet worden be
waard.
De bestelbonnen worden telkens voor den gel
digheidsduur van een maand verstrekt.
Den leveranciers zullen tegen de inlevering van
deze bestelbonnen bij het bureau van den pro
vincialen voedselcommissaris bonnen worden ver
strekt, welke recht geven op een hoeveelheid
rogge, overeenkomende met de op de ingeleverde
bestelbonnen vermelde hoeveelheid roggemeel of
gebroken rogge.
Rede van Chamberlain werd
aanleiding tot huiselijke twist.
Mijnwerker sloeg zijn kostvrouw met een bijl.
De radio-rede, welke minister-president Cham
berlain op 3 September j.l. heeft gehouden, heeft
voor een mijnwerker uit Schaesberg ernstige ge
volgen gehad. Tezamen met zijn kostvrouw had
hij naar de rede geluisterd en al spoedig kreeg
het tweetal een heftige politieke ruzie. De vrouw
had daarbij de radio kapot gesmeten. Hierop was
de man de woning uit gegaan. Later was hij even
wel met een bijl terug gekomen en had de vrouw
daarmede verschillende slagen toegebracht, zoo
dat zij ruim veertien dagen in een ziekenhuis
moest worden verpleegd.
De officier van justitie eischte, verzachtende
omstandigheden in aanmerking nemende, een
gevangenisstraf voor den tijd van acht maanden.
De rechtbank veroordeelde den mijnwerker
wegens poging tot zware mishandeling tot acht
maanden gevangenisstraf met de bepaling dat
vier maanden daarvan voorwaardelijk worden
opgelegd met een proeftijd van twee jaar.
Het verlecnen van weermachts-
industrieverlof.
De regeeringspersdienst meldt:
Bij beschikking van den minister van Defensie
van 2 November 1939 zijn hagelen vastgesteld be
treffende het verleenen van weermachtsindustrie-
veriof. Dit verlof heeft ten doel bedrijven of in
stellingen en overeenkomstige werkgevers, die
door het onder de wapenen zijn van leden van
hun personeel worden belet de hun verstrekte de
fensie-opdrachten naar behooren uit te voeren, in
staat te stellen aan deze opdrachten te voldoen.
Het weermachtsindustrieverlof wordt alleen
verleend aan personeel, dat ten behoeve van de
materieelvoorziening van de weermacht onmis
baar en niet te vervangen is en de eerste oefening
gedurende een tijdvak als genoemd in artikel
lid 1 van de Dienstplichtwet heeft volbracht.
Het verlof wordt uitsluitend verleend voor den
duur, welke de omstandigheden vereischen.
Verzoeken om toekenning van weermachtsin
dustrieverlof mogen uitsluitend worden ingediend
door de directies van bedrijven of instellingen en
door overeenkomstige werkgevers terzake van
opdrachten ten behoeve van de weermacht.
Het weermachtsindustrieverlof is geheel ge
scheiden van zakenverlof en andere verloven.
Personen, voor wie de werkgevers weermachts
industrieverlof aanvragen, dienen ter voorkoming
van verwarring en het daaruit voortkomende tijd
verlies, zelf geen zakenverlof aan te vragen.
De verzoeken voor weermachtsindustrieverlof
moeten worden ingediend volgens de door den di
recteur van het Centraal Orgaan voor voorziening
in de behoeften van de weermacht (Lange Hout
straat 19, 's-Gravenhage) te stellen regels, bij
wien op schriftelijke aanvrage inlichtingen kunnen
worden bekomen.
Alleen die verzoeken worden in behandeling ge
nomen, welke op de bovenbedoelde wijze worden
ingediend.
DISTRIBUTIE VAN SPIRITUS.
Blijkens een in de Nederlandsche Staatscourant
van 6 November gepubliceerde mededeeling, ver
leent de directeur van de sectie spiritus van het
rijksbureau voor chemische producten tot nader
order vrijstelling van de verplichting tot opgave
hunner voorraden aan die handelaren, in- en
verwerkers van spiritus, aan wie geen formulieren
tot opgave zijn toegezonden.
PRINS BERNHARD ONTVANGT
GENERAAL BOERSTRA.
Z.K.H. Prins Bernhard heeft Maandag den
oud-legercommandant van het Koninklijk Ne-
derlandsch-Indische leger, luitenant-generaal
M. Boerstra, ten paleize Noordeinde ontvangen.
AAN BOORD OVERLEDEN.
Bij de ouders te Haarlem is bericht ontvangen
dat hun zoon, de heer J. W. Smit, in den ouder
dom van 31 jaar aan boord van het stoomschip
Christiaan Huygens, op weg van Kaapstad naar
het vaderland, door een noodlottig ongeluk is
overleden.
Vlotte proefvaart van de „Castor".
Maandag is de officieele proeftocht op het
Noordzeekanaal gehouden van het voor de Ko
ninklijke Nederlandsche Stoomboot Maatschap-
jij te Amsterdam, door de Nederlandsche Dok
Maatschappij gebouwde motor-, vracht- en pas
sagiersschip „Castor".
Het schip heeft een lengte tusschen de loodlij
nen van 285'0", een breedte van 41'0", en een hol
te van 25'6".
Het draagvermogen van de „Castor" is 2750
ton. Het schip heeft voorts een machinevermogen
van ca. 1300 A.P.K., een dienstsnelheid van 11 1/2
mijl per uur en ruimte voor twaalf passagiers.
Het schip werd gebouwd volgens het ontwerp
van de opdrachtgevers en volgens de voorschrif
ten en onder toezicht van den technischen dienst
van de reederij, Lloyd's Register of Shipping en de
Scheepvaart-inspectie.
De geheele accomodatie en de passaglersver-
blijven zijn zeer ruim en van het meest moderne
comfort voorzien.
Aan boord bevonden zich vertegenwoordigers
van de reederij en van de werf van aanbouw
Lloyd's register, voorts vertegenwoordigers der
Scheepvaart-inspectie en een aantal andere ge-
noodigden. Nadat het schip door den adjunct
directeur van de Koninklijke Nederlandsche
Stoomboot Maatschappij N.V., ir. W. P. Kruyff,
was overgenomen, voer het naar Amsterdam te
rug, waar het ligplaats heeft genomen aan de
etablissementen van de K. N. S. M.
Arbeider van 15 Meter hooge
stelling gevallen.
Omstreeks half vier is gistermiddag in de zwa-
velzuurstoffabriek aan den overkant van het IJ
te Amsterdam een doodelijk ongeluk gebeurd.
Een arbeider, die op een ongeveer vijftien me
ter hooge stelling stond, verloor bij het lossen van
pyriet zijn evenwicht en stortte met het hoofd op
den steenen vloer.
Hij liep een schedelbasisfractuur op en overleed
enkele oogenblikken na het ongeluk. Het stoffelijk
overschot is naar het Binnengasthuis te Amster
dam overgebracht.
In opdracht van den gouverneur van de Groote Oost vervaardigde de schilder
Sierek Schroder te Wassenaar een schilderij van H. M. de Koningin, dat bestemd
is voor het gouvemementspaleis te Makassar. De kunstenaar legt de laatste
hand aan het werk.
Wij zijn nu acht maanden in New-York en
wij zijn gewend. Gewend aan de snelheid, de
hoogte, de lengte, de drukte, de zenuwen, de
verbijstering.
Gewend aan de rauwe sla (die ge overal op
en naast en bij krijgt)aan appeltaart met
kaas, aan warm gehakt met een glas melk;
aan ananas met mayonaise, aan zalmsla met
roomkaas, aan zuurkoolsap, worteltjessap, milk
shakes, coca-cola en twintig soorten haché.
Gewend aan hangen in de ondergrondsche,
staan in de rij voor de bioscoop, zitten op
banken aan de Hudson, slapen op fcoover-
achtige canape's, die in een handomdraai
bedden worden.
Wij zyn gewend aan kappers, die met hun
vingers inzeepen, met trillende electrische
schertsartikelen over onze schedels en onze
wangen bibberen, met heete doeken het zweet
uit ons hoofd persen, met ijskoude doeken
het zweet van ons hoofd wlsschen, met har
telijke handen vriendschappelijk op onze
schouders slaan.
Wij zijn gewend aan voortstroomende men-
schen-rivieren, roltrappen, stijgende en dalen
de liften, ondergrondsche perrons, haastigen
spoed, dreunende machines, al-maar voort-
tikkende schrijfpiano's, heeren in hemdsmou
wen en vriendelijk-lachende kantoormamzels.
Wij zijn gewend aan twee millioen mooie
meisjes, met vier millioen roode lippen, vier
millioen rijen witte tanden, vier millioen
wenkbrauwen als potlootstreepjes en twee
millioen rustige klein harten die niet voor mij
kloppen.
Wij zijn gewend aan jazz en tapdans, aan
schoenpoetsers en volksredenaars op zeepkisten,
aan cafetaria's waar we zelf onzen maaltijd op
een blad bij elkaar verzamelen, aan frontpagina's
en headlines, aan reclame in lichtende letters,
reclame in schallende radio-stemmen, reclame
in muziek.
Wij zijn gewend aan duistere bars en lichte
theaters, aan hooge huizen en vierkante huizen
blokken, aan een millioen auto's met dichtklap
pende portieren en ik ben gewend aan Jack. den
portier van ons huis, die de post ronddeelt en
denkt dat Nederland een Scandinavisch land
is.
Wij zijn gewend aan enorme bibliotheken, ge
weldige bioscopen, enorme kerken, reusachtige
bruggen, immense autowegen. Aan een prachtige-
tooneel-cultuur, een idealistische wetenschap,
brandende belangstelling in alle idealen der
menschheid.
Wij kennen de deftige bankhuizen, de driftige
drukpersen, de drukke kantoren, de weelde van
Fifth Avenue, de schamelheid van Harlem de
lichtheid van Times Square, de weemoed van de
havenbuurten.
Wij zijn boven op de Empire State Building
geweest en hebben die onder ons het enorme,
fascineerende, met millioenen lichtjes bestip-
pelde New-York zien liggen.
Wij zijn op Coney-Island geweest en hebben
de grootste, de lawaaiigste, de kinderlijkste ker
mis van de wereld gezien.
Wij hebben het Metropolitan Museum bezocht
en zijn verdwaald in de vele zalen met de prach
tige kunstwerken.
Wij hebben den grooten baseball-wedstrljd
tusschen de New-York Giants en de Cincinnati
Redsocks gezien, de geestdrift van volle tribunes
gehoord en er niets van begrepen.
Hotelhalls betreden waar de duurte en de
deftigheid een decimeter wegzakken in de ta
pijten; kerken bezocht waar de benarde mensch
van de koortsachtigste stad op aarde in stilte en
vroomheid zich zelf hervond; universiteitszalen
waar de rust van de wetenschap heerscht; nacht
clubs waar illusies geboren en illusies vermoord
worden.
Wij hebben Franklin Delano Roosevelt gezien
en Fiorello Laguardia, de rondste, populairste,
bezigste burgemeester op aarde. Wij hebben Hedy
Lamarr en Sylvia Sidney gezien en Franchot
Tone en Tallulah Bankhead en Frederic March
en Joan Crawford vele andgere kunstenaars en
kwasi-kunstenaars, film- en tooneel- en concert
zaal-beroemdheden.
Wij zijn gewend aan de geuren van knakworst
en vloeibare caramel, aan staatkundige begrippen
en politieke problemen, aan een magistrale boe-
ken-productie, een grootsche cultuur en een
groot idealisme.
Wij zijn gewend aan New-York en wij vinden
het de vreemdste en eenvoudigste, de lichtste en
de duisterste, de rijkste en de armste, de meest
idealistische en meest materialistische stad ter
wereld.
Wij zijn arnstig geweest om zijn grootte en
eenzaamheid.
Wij zijn blij geweest om zijn cultuur en zijn
menschelijke warmte.
Wij zijn acht maanden in New-York en wij
zijn gewend aan zijn grootheid en merkwaardig
heid in elke van zijn uitingen en in ieder opzicht.
En nu hebben wij New-York verlaten. Per
autobus door dit geweldige land naar San Fran
cisco.
ELLAS.
Tuinders krijgen steun.
De minister van economische zaken heeft het
volgende bepaald:
Uit het landbouw-crisisfonds wordt aan hen,
die aLs teler van gewassen van den tuinbouw
zijn aangesloten bij de stichting Nederlandsche
Groenten- en Fruitcentrale. gevestigd te 's Gra-
venhage en op den dag ter uitkeering geacht
kunnen wórden hun bedrijf alsnog uit te oefe
nen, steun verleend overeenkomstig de bepalin
gen van deze beschikking tot een bedrag van
ten hoogste f 4.250.000.
De 9-jarige H. Smulders uit Tilburg is in de
Piushaven aldaar gevallen en verdronken.
Het K. L. M.-vliegtuig „Pelikaan" heeft te
Karachi met motorstoring te kampen. Verwacht
wordt evenwel, dat het vliegtuig heden zijn reis
zal voortzetten.
- Aan Mgr. P. Hopmans, bisschop van Breda is
ter gelegenheid van zijn 25-jarig bisschoppelijk
jubileum de eere-medaille van de stad Breda aan
geboden.
Een 20-jarige Finsche dekknecht is aan boord
van het Finsche s.s. „Scandinavië" tusschen
Dordrecht en Rotterdam in het bunkerruim geval
len en op slag gedood.
In het Kamerlingh Onnes-laboratorium te
Leiden is Zaterdagmiddag een symposium gehou
den over de meting van lage en hooge tempera
turen.
- Zaterdagmiddag is in eenige benedenzalen
van het Stedelijk Museum te Amsterdam de ten
toonstelling 40 jaar openbare leeszalen geopend,
welke georganiseerd is ter herdenking van het
feit, dat ruim veertig jaar geleden het instituut der
openbare leeszalen in ons land begon op te komen.
Het nieuwe voorschip van de tankboot Jaguar
is met goed gevolg te water gelaten.
Een 38-jarig wielrijder is op de Weesperzijde
te Amsterdam door een auto aangereden en ernstig
gewond.
I