De P.T.T.-beg rooting goedgekeurd MiJnhardtjes Dagboek van een busreis door Amerika. Nachtrit. p ON DERDAG 9 NOVEMBER 1939 HS'ARCEM'S DSGBEAD TWEEDE KAMER Onzijdigheidspolitiek vindt algemeenen bijval. DEN HAAG Woensdag. de behandeling dezer begrooting pleegt het plet"te ontbreken aan lof voor het beheer en de leiding in dit opzicht was b.v niet alleen de heer jfrijger (c.-h.) maar zelfs de communist De Vis ser gouvernementeel en voorts o.m. aan platte lands-pleidooien (verbetering van de bestellingen vroeg b.v. Mr. Wendelaar lib.), voor automatisee- png daar kwam de heer Krijger voor op). En verder maakte ook heden weer de radio onderwerp van de gedachtenwisseling uit, in welk verband vooral Mr. Wendelaar (lib.) ten be hoeve van een zendtijd van 1 uur per maand voor den liberalen omroep een vurig betoog hield. Wat den door verschillen de afgevaardigden uitgeoefen den aandrang in de richting van verlaging van de tele foontarieven betreft, Minister v. Boeyen achtte een dergelijken maatregel ook zeer jewenscht, doch op dit oogeniblik niet verant woord. Zijne Excellentie verklaarde al tevreden te sullen zijn als over 1940 de normale winst kan gorden uitgekeerd en normaal kan worden afge schreven. Uit 's Ministers vrijwel onverstaanbaar letoog zij nog een en ander aangestipt. Er zal wor den voortgegaan op den in de laatste jaren bewan delden weg die naar aanmerkelijke verbetering ran den P.T.T.-dienst op het platteland leidt. "Verdeeling van nachtdiensten over een grooter jontingent van het personeel de heer v. IJssel- nuiden (r.-k.), die het hierover had gehad, zal iet met genoegen gehoord hebben zal een punt ijn, dat de Minister zal nagaan. Nog allerlei perso_ ieels-aangelegenheden passeerden de revue, waar- iver de heer v. Boeyen Mr. Wendelaar (en an- leren!) trachtte uiteen te zetten, waarom van in williging van den bescheiden wensch inzake den [beralen radio-omroep, vooral in dezen tijd, geen prake kan wezen. De begrooting van de P.T.T. ging er, evenals een lantal andere agendapunten z.h.s.t door. Toen kwam $uitenlandsche Zaken" aan de orde. Ir. Bongaerts (r-k.) open- |e het debat met een histo- ische uiteenzetting ter ken- chetsing van de positie van iet zelfstandige Nederland internationaal terrein, i'elke het doet afhouden van politieke bondgenootschap en. Nederland laat zich, s-teu- lend op het volkenrecht, lei door zijn onzijdigheids- zelfstandigheidswil: als der oorlogvoerenden liet in de juiste mate de eutraliteit eerbiedigt zullen wij daartegen met 't loodige protest opkomen maar dat geeft den ander log geenszins het recht ons gebrek aan voldoende eutraliteitszorg voor de voeten te werpen. Nederland heeft geen schuld aan het uitbreken fen den oorlog en te Genève naar beste vermogen foor verwezenlijking van de Volkenbondsbeginse- |e.n gewerkt. Dat anderen zich aan allerlei Ge- jeefsche verplichtingen onttrokken is niet onze ichuld. Spr. gewaagde van het voor den oorlog en Dins- lag*herhaalde aanbod van goede diensten, gedaan Joor ons en door het Belgische staatshoofd en sprak hoop op succes uit. De Minister zal het zeker ook als 'n belangrijk keel van zijn taak -beschouwen reeds nu te over wegen, wat de vrede zal moeten brengen, Daarbij (telt hij, in de oogen van dezen afgevaardigde, te- (echt een weer voortbouwen op de Volkenbonds led ach te op den voorgrond. Echter belet deze [vertuiging Ir. Bongaerts niet vast te stellen, dat Be Bond en zijn organen tal van fouten hebben begaan. Men zal nu al moeten nagaan hoe zulks in Je toekomst te vermijden. De organisatie van den Wereldvrede kan alleen opgroeien uit de aanhou- Jende samenwerking van vredelievende volken. Tot slot zijner opmerkingen stipte de R.K. woord loerder aan, wat de buurland^ België en Neder- and zoo al gemeen hebben, om in beider belang iauwe samenwerking op economisch, cultureel jebied enz. van groot belang te noemen, in welk jerband hij nog in 't bijzonder wees op de wensche- jjkheid zorg te dragen voor ineenstrengeling van |e binnenscheepvaartnetten, van spoorwegen, auto- (erkeerswegen. Samenwerking op het gebied van je verkeersmiddelen is thans vooral opportuun, [r. Rutgers v. Rozenburg (c. h.) gaf eveneens iting aan zijn sympathie voor Nederlandsch-Bel- sche samenwerking, sprak ook alweer de hoop it, dat het aanbod van goede diensten eenig resul- tt zal opleveren. Mr. v. d. Goes v. Naters (s.d.) die o.m. ont- inde, dat er (volkenrechtelijk) een geestelijke ïutraliteit moet bestaan, bleek het eens te zijn et het beleid in zake onze zelfstandigheids- en izijdigheidspolitiek. Intusschen stipte deze afge- lardigde aan, hoe ten onzent de N. S. B. telkens gen onze neutraliteit ageert. Dit Kamerlid roerde verder o.m. aan, hoe econo- jiische neutraliteit door Professor Verzijl terecht Innk zij de allerjongste fantasie als internationale echtplicht is geschetst zulks volkomen in strijd [iet wat werkelijk het volkenrecht inhoudt. Dat er gisteren opnieuw goede diensten zijn aan- eboden kan spr. toejuichen, doch men diende wel i bedenken, dat Nederland met het oog op eer- iediging van het recht niet mag vergeten, dat 'olen als staat nog niet verdwenen is. Doel van den rede moet zijn den triomf van het recht tusschen e volkeren te bevorderen! Naar aanleiding van het communiqué over den isteren ondernomen stap vroeg Dr. Bierema lib.), die dit initiatief toejuichte, of zulks ge- chied was in overeenstemming met het oordeel van en Ministerraad. Overigens zou hij gaarne nog /el iets naders vernemen in verband met 't jongste iederlandsch-Belgische aanbod. Naar aanleiding van het feit, dat, terwijl onze neutraliteit in de lucht zoo nu en dan geschonden is, zulks de laatste dagen niet gebeurd is, had spr. den indruk dat de door ons getroffen maatregelen toch effect hebben opgeleverd. Van de lucht naar de zee is in 'n Kamerrede geen afstand. Zoodoende kwam Dr. Bierema nu op veel onrecht en last, die onze handelsschepen op zee ondervinden, waarbij de vertragingen van 't on derzoek dikwerf een gevolg schijnen te wezen van onvoldoende organisatie. Ontoelaatbaar acht spr. het, dat landgenooten de consequentie en oprechte neutraliteitspolitiek van de Regeering in verdenking brengen. Intusschen stelle ons Gouvernement aan het euvel van zulke uitlatingen paal en perk met alle mogelijke mid delen, maar alleen in alleruiterste noodzaak neme de Regeering haar toevlucht tot het paardenmiddel van den Staat van beleg. Wederopbouw van den Volkenbond zal na den oorlog geboden zijn, maar.... zonder de fouten van Versailles. Wat Nederland aangaat, wij moeten inderdaad niet aan alliantie-politiek doen. Nederland en België kunnen elkaar steunen in hun zelfstandigheidspolitiek, ook economisch kun nen zij over en weer de samenwerking bevorderen. Spr. eindigde met 'n enkele opmerking aan onzen consulairen dienst. E. v. R. De heer A. C. Waller overleden. Woensdagavond is in een ziekenhuis te Amster dam waar hij Maandag jl. werd opgenomen, na een inzinking welke hem op een vergadering over kwam. in 65-jarigen ouderdom overleden de heer A. C. Waller, president-directeur van de N.V. Olie- [abrieken Calvé te Delft. Albert Carel Waller werd 5 Maart 1874 te Haarlem geboren. Na in 1893 eindexamen H.B.S. aldaar met succes te hebben afgelegd, studeerde hij voor chemisch ingenieur te Aken, waarvoor hij in 1897 het diploma verwierf. In 1898 werd hij leider eener vennootschap te Londen en in 1900 yerd hij verbonden aan de oliefabrieken Calvé, belft. Hij bekleedde aan deze fabrieken achtereen volgens de functies van procuratie-houder (1907), Onder-directeur (1914) en directeur (1918). De heer Waller werd in 1921 met het presidium van de directie dezer fabrieken belast. Naar wij vernemen, zal de begrafenis van het Hoffelijk overschot van den heer A. C. Waller, op Zaterdag 11 November a.s. des voormiddags te kwart voor twaalf geschieden op de begraafplaats lud Eik en Duinen te 's Gravenhage. Nederlandscli motorschip Margaretha voer niet op de Oostzee. Misverstand in de Duitsche bladen? Blijkens mededeelingen van Nederlandsche dagbladcorrespondenten in Berlijn is -m de Duitsche pers een bericht opgenomen over een neutraal stoomschip, met hout geladen en waarin Nederlanders zouden deelhebben, het welk in het Keizer Wilhelmkanaal door de Duitsche controle was vrijgegeven, omdat het Nederland als bestemming aangaf, doch later door een Duitsch oorlogsschip zou zijn betrapt, wijl het in de Noordzee naar Engeland koers zette. Uit dit bericht zou gelezen kunnen worden, dat het hier een Nederlandscli schip betrof. Dit is echter niet het geval. Aan het A.N.P. wordt van bevoegde zijde mede gedeeld zulks mede in verband met de naam van het betreffende schip dat er slechts één Nederlandsch motorschip .Margaretha" bestaat welk schip in geen jaar in de Oostzee is geweest, doch het laatste jaar geregeld tusschen Kings Lynn (Wash Bay) en Rotterdam heeft gevaren. Het in de Duitsche pers vermelde kan dus niet slaan op een Nederlandsch schip. Bovendien deelt dezelfde bevoegde zijde mede, zich niet te kunnen voorstellen, wie bedoeld kunnen zijn met Nederlanders die in het schip zouden deel heb ben. Exploitatie van de film „Veertig jaren" leverde tekort op. In een nota naar aanleiding van het verslag over het wetsontwerp wijziging en verhooging van het tweede hoofdstuk der rijksbegrooting over het dienstjaar 1939 schrijft de minister van Algemeene Zaken: Dat de exploitatie van de film „Veertig Jaren" een vrij belangrijk tekort heeft opgeleverd on danks de terecht gekoesterde verwachting, dat voor deze film een groote belangstelling zou be staan, is het gevolg van een samenloop van ver schillende omstandigheden, waarop het comité van de nationale film geen invloed vermocht uit te oefenen Reeds van den aanvang werd de exploita tie van de film ongunstig beïnvloed, doordat een week voor de vertooning daarvan twee andere jubileumfilms waarvan er een zelfs ongeveer denzelfden naam droeg als de nationale film in omloop werden gebracht. Kort na het in omloop brengen van de film „Veertig Jaren", welke in de eerste weken in de meeste theaters zeer groote belangstelling trok, heeft vervolgens de opgetreden kinderverlamming tot gevolg gehad, dat niet alleen een groot aantal voorstellingen voor tienduizenden kinderen uit het geheele land waarvoor de onderhandelingen reeds in een ver gevorderd stadium waren moest worden afgelast, maar bovendien ook het bezoek van het volwassen publiek aan vermake lijkheden plotseling sterk achteruitliep. In de laatste week van September 1938 traden ten slotte nog de internationale spanningen op, welke eveneens een zeer ongunstigen invloed op het bezoek aan de film uitoefenden. Of het mogelijk zal zijn, de film alsnog te ex- ploiteeren, is afhankelijk van onderhandelingen, welke nog loopende zijn, doch in ieder geval is het wel zeker, dat de baten van zulke vertooningen ten plattelande en voor gemobiliseerden, indien ze kunnen plaats vinden, financieel weinig of geen resultaat beloven. Inderdaad is 3/4 van het tekort, waarvoor van particuliere zijde garantie is verstrekt, thans reeds geheel bijeengebracht. Vergist U niet! Ze h ee ie n: en ze zijn niet rond, doch hartvormig. (Adv. Ingez. Med.) Huiszoeking bij Amsterdamschen inspecteur van politie. Denekampsche uniformenkwestie nog niet opgehelderd. Woensdagmiddag heeft de justitie en politie met kracht het onderzoek voortgezet in de geheimzin nige zaak betreffende de Denekampsche uniform kwestie. Den geheelen middag is de inspecteur van-politie G. tegen wien verdenking was gerezen, dat hij meer an deze zaak afweet, verhoord door den rechter commissaris mr. Plug, inspecteur Heyink en de Al- melosche wachtmeesters van de marechaussee C. A. van Wolf eren en J. v. d. Veen. Ook is een deel van het in beslag genomen mate riaal, brieven, boeken, papieren, geschriften nader onder de loupe genomen Zooals men weet is reeds een onderzoek ingesteld bij de woning van den Amsterdamschen inspecteur in de Vijzelstraat. De inspecteur was echter niet thuis daar hij in dienst is en in Bussum is gelegerd. De inspecteur is naar Amsterdam gegaan om daar verklaringen af te leggen. In de woning van den inspecteur in de Vijzelstraat is daarop een on derzoek ingesteld, dat meer dan een uur in beslag nam. De inspecteur van politie ontsloot zelf zijn deur en ging de woning binnen, vergezeld van den reehter-commissaris mr. Plug, inspecteur Heyink van de politieke recherche, de wachtmeesters van Wolf eren en van der Veen en eenige Amsterdam- sche rechercheurs. Het onderzoek nam meer dan een uur in béslag. Intusschen bleven vele voorbij gangers een oogenblik staan om te informeeren wat er aan de hand was. Ook de hoofdverdachte in deze zaak, A., was naar de woning van den inspecteur overgebracht en aanwezig bij het aldaar voortgezette verhoor. Om ruim half zeven verscheen het gezelschap weer Naar wij vernemen zou ook nog een onderzoek wor den ingesteld in het militaire verblijf van den in specteur te Bussum. Het aantal studenten in Nederland. Een nieuwe stijging. Het Centraal Bureau voor de Statistiek geeft voor- loopige cijfers omtrent de bevolking der universi teiten en hoogescholen in het studiejaar 1938/1939. Ter vergelijking geven wij hier het verloop van het aantal studenten van het studiejaar 1930 1931 af. Studiejaar Aantal studenten 1930—1931 12.061 1931—1932 12.740 1932—1933 13.481 1933—1934 13.675 1934—1935 13.066 1935—1936 12.628 1936—1937 12.387 1937—1938 12.505 1938—1939 12.594 Uit dit staatje blijkt dat de in het vorige studie jaar waargenomen vermeerdering van het aantal studenten (met 1 pet.) zich ook in dit studiejaar heeft voortgezet: de toeneming bedroeg nu 0.7 pet. Ook thans is dit accres het gevolg van een be langrijke stijging van het aantal studenten der hoogescholen, welk aantal met 5,4 pet. toenam. Het aantal studenten der universiteiten liep echter nog met 0.8 pet. terug. Het aantal mannelijke studenten steeg met 0.7 pet (i.n 19371938 met 1.2 pet.), dat der vrouwe lijke studenten nam met 0.8 toe. Onderstaand staatje geeft het verloop per facul teit en studierichting weer. Faculteiten en studierichtingen 1937/38 1938/39 Universiteiten: Godgeleerdheid 837 831 Rechtsgeleerdheid 1.428 1.436 Ver. fac. der rechten en letteren (Ned. I. recht en Indologïsche studie) 351 387 Geneeskunde 3.696 3.715 Wis- en natuurkunde 1.587 1,540 Ver. fac. der wiskunde en letteren (Studie der Aardrijkskunde) 115 119 Letteren en wijsbegeerte 1.097 1.003 Economische wetenschappeu 249 255 Veeartsenijkunde 128 124 Hoogescholen: Technische wetenschappen 1.838 1.911 Landbouwkunde 409 462 Economische wetenschapen 788 826 De hierin vermelde cijfers toonen aan, dat de teruggang van het aantal studenten aan de univer siteiten voornamelijk het gevolg is van het ver minderde aantal inschrijvingen in de faculteit der letteren en wijsbegeerte en in de faculteit der wis- en natuurkunde. Terwijl de andere faculteiten in de studiejaren 19371938 en 19381939 haar aantallen studenten weer zagen toenemen, boekte de faculteit der letteren en wijsbegeerte in deze jaren een afneming van resp. 9.5 en 8.6 pet. Ook bij de faculteit der wis- en natuurkunde was dit het geval, zij het in mindere mate, nl. met resp. 6.9 en 3 pet. Nu het wapen embargo door Amerika is opgeheven, wachten groote hoeveelheden vliegtuigen op verscheping naar Europa. Lockheed- machinett te Burbank in Californië, gereed voor transport naar Engeland E bus gaat door den nacht. Om één uur uit een stadje, 's ochtends om acht uur in een ander stadje. De naam van het ééne stadje doet er niet toe. Die van het andere stadje nog minder. Het zijn stadjes als alle andere stadjes. Vriendelijk, vredig en zonder eigen sfeer. De bus gaat door den nacht. Door Ohio, of Indiana, of Kansas. Wat doet het er toe? De nacht is duister. En de bus is donker. Alleen de witte, harde autoweg is verlicht door de koplampen. Een stuk witte weg in de duisternis. De bus verslindt den weg. De weg is lang. Dezen nacht zullen vier honderd mijlen van den weg worden verslonden. Dat is maar een heel klein stukje Amerika. Maai de nacht is lang. De menschen in de bus praten niet. Zij zitten zwijgend naast elkaar. Of slapen. Er zijn er die vijf dagen en vijf nachten in de bus blijven. Van New York naar San Francisco. Zij kunnen de hotelkosten niet betalen. Ze zijn moe en verlangen naar het verre eindpunt. Ik zit met mij zelf alleen. Dat is een zeldzame gewaarwording. Vele uren alleen zijn met u zelf. De nacht is rond om. Ge snelt langs een onbekenden weg door een onbekende wereld. Van een onbekende plaats naar een onbekende plaats. Het is of ge zweeft in het eindelooze, wijdelooze. En het is wonderlijk welke gedachten bij u komen. Ik denk: ik ben midden in Amerika, midden in der nacht, ik ben hier nooit geweest, ik zal hier nooit terugkomen, deze dertig menschen in de bus zijn vreemd voor mij, ik ken hun namen niet, ik weet niet wat zij doen, ik weet niet waar zij wonen. Over de heele wereld gaan nu bussen door den nacht. En treinen. En booten. Overal gaan men schen heen. Overal onbekende menschen. Overal slapende stadjes. En slapende menschen. Elburg slaapt nu ook. En Haarlem slaapt. De burgemeester van Groningen slaapt en de Commissaris van po litie in Zutphen slaapt. Dit is de nacht van 20 op 21 October 1939. Waar was ik dezen nacht een jaar geleden? In Den Haag. Ik wist toen niet dat ik het volgend jaar eigens door de prairiën van Kansas zou rijden. Twintig jaar geleden was ik in Leiden. Twintig jaar geleden in den nacht van 20 op 21 October lag ik in bed in Leiden. Ol' ik zat met vrienden te praten op de Studenten Sociëteit. Wij rijden door den nacht. De man naast mij is wakker geworden en steekt een sigaret op. De kleine vlam verlicht zijn gezicht. Het is de eerste maal dat ik zijn gezicht zie. Hij biedt mij een sigaret aan en hij denkt misschien: „het is de eerste maal dat ik zijn gezicht zie." Ik zeg: „thanks" en aan dat ééne woord hoort hij dat ik niet uit Amerika ben. Hij vraagt, waar ik vandaan kom. „Holland". Moet een nice, pretty, small Country zijn, zegt hij. Ik zeg: ja, very, very. nice. Dan rooken wij zwijgend verder. De man zakt weer weg en slaapt. Ik zie hoe de bus den witten weg verslindt. Een hel verlicht reclame bord voor een hotel schiet voorbij in de duisternis. Er moet dus een stadje komen. Het stadje schiet voorbij. Het is donker. Alleen het tankstation is ver licht, en er branden lantaarns op het kerkhof. Nog een huis met vensters. Dan is de zwarte nacht weer om de bus. En ben ik weer alleen. Alleen midden in Kansas. Dit was het land van Buffalo Bill. Hier reed hij op zijn paard, of: zijn ros, of: zijn mustang. Ik las graag van Buffalo Bill. Hoe lang is dat gele den? Dertig jaar. Dertig jaar geleden in een Neder landsche provinciestad. Ik zie voor het eerst in vele jaren het huis in de provinciestad. En de kamer waar ik van Buffalo Bill las. Onder de lamp met de gele zijden kap. Ik heb nooit meer aan die lamp gedacht. Het was een gaslamp. Met een gloeikousje. Met twee ket tinkjes. Een kettinkje „aan" en een kettinkje „uit". Ik mocht met die kettinkjes niet spelen. Ik hoor in eens de plof van het gloeikousje als je aan die kettinkjes trok. Een keer heeft een vriend- Een film over de Koninklijke Marine. Uiteenzetting over versterking van de vloot. De marinestaf en de stichting Inef (Indië in Ne derland door de Film) vertegenwoordigers van de pers in de gelegenheid gesteld de nieuwe docu mentaire film over de Koninklijke Marine in Ne derland, die pas gereed gekomen is te zien. Nadat de luitenant ter zee der eerste klasse G. Koudijs de persvertegenwoordigers welkom had geheeten, hield de voorzitter van de stichting Inef, Ing. H. de Clercq, een korte inleiding. Toen in Indië de Marinefilm ,,'t Sal waerachtig wel gaen" werd gemaakt, kwam bij de Inef de ge dachte op een Hollandsche marinefilm te maken, die bij de Indische aansloot en daarmede een „combinatie" kon vormen. De marinestaf heeft de stichting Inef de vereerende opdracht gegeven dit Hollandsche stuk te vervaardigen. Inef droeg de uitvoering over aan de N.V. Polygoon. Het resul taat dezer samenwerking tusschen marinestaf, Inef en Polygoon kan zeer gelukkig genoemd worden, zeide spr. de internationale omstandigheden hebben belet, dat de Indische marinefilm tijdig hier te lande aanwezig was: daarom kunnen de beide films niet in combinatie worden vertoond en zal dus de door Polygoon vervaardigde film als afzon derlijke „documentaire'' draaien. Inderdaad zijn de samenstellers er in geslaagd met deze film, vooral door de wijze waarop de actie van verschillende soorten materieel wordt vertoond, aan het publiek een raak beeld te geven van de paraatheid van de marine. Wij "zien in 600 meter filmband de vertooning duurt ongeveer 20 minuten een suggestief beeld van de Hollandsche Marine. Er zijn drie gedeelten: de opleiding te Rotterdam, Vlissingen en Den Hel der, oefeningen aan boord van de schepen en de vloot in actie. Vooral het laatste deel, waarin de spanning tot uiting komt, welke ontstaat aan boord van de schepen in geval van een botsing tusschen de zeestrijdkrachten, geeft een goed beeld van de werkelijkheid. Men ziet de gevechtshandelingen bij dag, zooals het alarmsein, het bezetten der pos ten, aanvallen door vliegtuigen met het afweren daarvan, lanceeren van torpedo's door onderzee booten, vliegtuigen en torpedojagers, gasalarm, enz. De film besluit met een beeld van een nachtelijk gevecht, dat wordt geleverd met behulp van sterke schijnwerpers. Na de vertooning van deze film gaf de heer Koudijs een uiteenzetting omtrent de zoo noodïge versterking der Nederlandsche oorlogsvloot. Het behoeft geen betoog, aldus de heer Koudijs, dat de middelen, waarover wij thans beschikken voor de verdediging van het eilandenrijk, onvol doende zijn. De vraag is slechts op welke wijze de weermacht moet worden versterkt om aan dat ge deelte van het Koninkrijk een voldoende mate van veiligheid te geven. Concludeerende meende spr. dat het dus naar zijn meening noodzakelijk is de zeemacht uit te brei den voor een bedrag van circa 264 millioen gul den. verdeeld over: drie zware artillerieschepen a circa 70 millioen gulden 210 millioen. omlijsting met de noodige lichte vaartuigen 17 millioen basis-verbetering 34 millioen Totaal 264 millioen. De aanbouwkosten kunnen verdeeld worden over den aanbouwtermijn van vijf jaar. De jaarlijksche exploitatiekosten bedragen onge veer 4.5 millioen per artillerieschip plus omlijsting. je bijna brand gesticht met die lamp en die ket tinkjes. Ik herinner mij z'n naam. Hij was blond. Zijn vader was kolonel. Waar zou dit vriendje nu zijn? Misschien is hij dood. Hij wou óók officier worden. Als hij officier geworden is moet hij nu kapitein zijn. Een kapitein ergens in een Neder landsche stad, met een vrouw en kinderen. Ik heb nooit meer aan hem gedacht Zou hij wel eens aan mij hebben gedacht? Misschien dat hij juist op dit oogenblik wakker in bed, aan die lamp denkt, en aan de vlam die daaruit sloeg en aan mij. De ka pitein denkt aan mij en ik denk aan den kapitein; in den nacht van 20 op 21 October 1939. Hü in Deventer en ik midden in Kansas. De bus zwenkt voor een verlicht café op den weg. „Rust stop tien minuten" zegt de chauffeur. Ik wring mij langs den slapenden man naast mij en ga uit de bus. Alle anderen blijven slapen. Ik sta alleen midden in den koelen herfst nacht van Kansas. De wereld geurt. Aan den he mel staan dezelfde sterren die boven Harderwijk en Deventer en Groningen staan. De chauffeur drentelt heen en weer. Kansas slaapt. De lichten van de bus schijnen op de prairie. Er sjirpen sprinkhanen. En achter het café loeit een koe in den nacht. We gaan weer verder. Ik ben weer alleen met mijn gedachten. Van Kansas naar Nederland. Van nu tot diep in het verleden van mijn jeugd. Er is geen plaats en er is geen tijd in de oneindigheid van den nacht. Mr. E. ELIAS. Mussolini op het balcon van h°t Palazzo Venezia te Rome tijdens de nationale feesten. De Duce neemt de to«> iuichingen van de menigte glimlachend in ontvangst Nog meer uniformensmokkelarijen? Arrestaties te Hengelo en Arnhem. Dinsdagavond omstreeks half acht kwam in den winkel van een kleermaker te Deventer een vreemdeling, die Nederlandsch met een zwaar Duitsch accent sprak. Hij informeerde naar kepi's, doch kon niet zeg gen, voor welk militair wapen, artillerie, cavale rie, of infanterie, het kleedingstuk bestemd was. Hij koos ten slotte een infanterie-kepi voor een onderofficier, maat 56. Het heette, dat een mili tair bij een feestje een gat in zijn kepi had ge brand en nu wilden vrienden den militair een nieuwe pet geven. De kleermaker had alleen maar een officierskepi, maat 56, bij de hand, maar daar was bij den klant geen bezwaar tegen, want de militair zou de kepi zelf wel veranderen. De kleermaker vroeg nog voor wie de kepi be stemd was en de vreemdeling zeide: „Voor Jan zen". De kleermaker kreeg meer en meer argwaan en merkte op. dat onbevoegd gebruik maken van militaire goederen leelijke gevolgen kon hebben. De klant werd toen zenuwachtig. Op dat oogen blik kwam een juffrouw, die bij den kleermaker in dienst is, binnen. Zij zag de kepi, die verkocht zou worden, en zeide aan haar patroon, dat deze kepi al verkocht was. Toen koos de klant al weer een andere kepi en nu een. bestemd voor een vaandrig, maat 58. Dat hoofddeksel was natuurlijk te groot, maar men zou er wel een stukje papier in leggen. Daarna is de keus weer veranderd en nam de klant ten slotte genoegen met een onderofficierskepi, maat 58. Dat daarop het cijfer 11 prijkte was geen be zwaar. De klant verwijderde zich en de kleermaker Liet hem volgen. De vreemdeling reed met een auto weg. tezamen met eenige andere heeren. De juffrouw noteerde het autonummer en dat leidde tot arrestatie van vier vreemdelingen te Hengelo. Zij bevonden zich in een auto waarin ook de militaire kepi werd aangetroffen. Na verhoor zijn zij weer op vrije voeten gesteld. Ook een arrestatie te Arnhem. De politie te Arnhem heeft gistermiddag een Duitsche tandarts uit Anholt, bij Gendringcn ge arresteerd, die bij een opkooper een kepi van het Nederlandsche leger en een paair witte nestels, zooals de militaire politie op de uniformen draagt, kocht. De politie had den man gezocht en bleef hem nog eenigen tijd na den koop volgen. Daarna volgde zijn arrestatie. De tandarts beweert, dat de gekochte attri buten bestemd waren voor een tooneelvereenl- ging. Onderzocht wordt thans in hoeverre deze zaak verband houdt met de bekende Denekampsche zaak. Gemeenteraad van Middelburg stuurt danktelegram aan de Koning-A** wnweei e tv, In de zitting van den gemeenteraad van Middel burg is gistermiddag op voorstel van den burge meester, naar aanleiding van den jongsten stap van koning Leopold en koningin Wilhelmina besloten het volgende telegram aan H.M. de Koningin te zenden: „De gemeenteraad van Middelburg, in vergade ring bijeen, veroorlooft zich Uwe Majesteit eer biedig te danken voor het nieuwe initiatief door Uwe Majesteit en Z.M. den Koning der Belgen ge nomen om tot onderhandelingen tusschen de oor logvoerende partijen te komen. Dat het nieuwe aanbod moge worden aangenomen en de oorlog moge plaats maken voor oprechte samenwerking tusschen de volkeren is ons hartgrondig verlangen. Wij wenschen Uwe Majesteit wijsheid en kracht toe in deze taak".

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1939 | | pagina 5