Haarlem's Dagblad
IEEN GELUKKIG GEZIN
Adventsrede van H. M. de Koningin.
Een Nieuw Europa.
De Melk-weg.
Ernstig aufobusongeiuk
bij Malang.
Duitsch passagiersschip „Columbus"
door eigen bemanning tot zinken gebracht.
Russisch slagschip
tot zinken gebracht?
tèeet mi U eel
Weihnachts-
stolien
Kerstkransen
Smit's
Het Belangrijkste
57e Jaargang No. 17334
Uitgave lourens Coster, Maatschappij voor Courant-
Uitgaven en Algem. Drukkerij N.V. Bureaux: Groots
Houtstraat 93, bijkantoor Soendaplein 37. Postgiro-
dienst 38810. Drukkerij: Zuider Buiten Spaarne 12.
Telefoon: Directie 13082, Hoofdred. 15054, Redactie
10600, Drukkerij 10132, 12713. Administratie 10724,
14825. Soendaplein 12230.
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen
Directie: P. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM
Woensdag 20 December 1939
Abonnementen per week ƒ0.25, per maand ƒ1.10,
per 3 maanden 3.25, franco per post 3.55, losse
nummers 6 cent per ex. Advertentiën: 1-5 regels
ƒ1.75, elke regel meer ƒ0.35. Reclames ƒ0.60 per
regel. Regelabonnementstarieven op aanvraag.
Vraag en aanbod 1-4 regels ƒ0.60, elke regel meer
ƒ0.15. Groentjes zie rubriek.
In de meeste landen komt nu het streven naar
den opbouw van een nieuw Europa tot uiting.
Veel knappe koppen zijn daar hun gedachten op
gaan spitsen en hebben die in dikwijls zeer radi
cale hoofdtrekken geuit. Verder dan hoofdtrek
ken, dan „groote lijnen" zijn zij in hun boeken
en artikelen nog niet gekomen en kunnen zij ook
niet komen. Want er heérscht, terwijl twee oor
logen woeden, een zoo groote ontwrichting en
men is zoozeer onder den indruk van de snelle,
vaak volkomen verrassende wendingen in den
toestand, dat gedetailleerde plannen dwaze over
moed zouden zijn. Wel voelt men algemeen dat uit
den huidigen chaos nieuwe vormen zullen ont
staan, nieuwe staatkundige en wellicht ook sterk-
gewijzigde maatschappelijke verhoudingen. De
eenvoudige stelling, dat voor de zooveelste maal
in de historie het machtsevenwicht der groote
Europeesche mogendheden verschuift en mis
schien andere zwaartepunten zal vinden maar
dan toch het machtsevenwicht blijven, dat op een
bepaald oogenblik weer voor korter of langer tijd
geconsolideerd zal worden, schijnt al niet meer
aan de werkelijkheid te beantwoorden. Er woelt
en borrelt teveel onder de oppervlakte. Velen
zien in dat de oorlogen niet de kern der gebeur
tenissen zijn maar slechts tijdelijke en gedeelte
lijke uitingen van een vernieuwingsproces dat
veel dieper kern heeft. Ook beseft men de ont
zaglijke belangrijkheid van het verschijnsel, dat
de massaas der in den oorlog betrokken groote
volken niet meer tot de oude oorlogs-geestdrift
te wekken zijn geweest hetzelfde blijkt nu ook
weer in Rusland en dat in het Westen de strijd-
machten-te-land op elkaar vastgeloopen zijn ten
gevolge van het overwicht der moderne verdedi
ging op den aanval.
Nieuwe mogelijkheden schijnen zich te openen.
De kans dat één Europeesche mogendheid de
„hegemonie", in den volstrekten vorm van wer
kelijke overheersching, over geheel Europa zou
gaan uitoefenen zooals het oude Rome en zooals
in Napoleons tijd Frankrijk dat heeft kunnen
doen, lijkt gering. Nevens de in oorlogstoestand
verkeerende grootmachten Duitschland en Enge-
land-Frankrijk is de grootmacht Rusland zijn
machtssfeer in Oost-Europa gaan uitbreiden,
daarbij gebruikmakend van het conflict der an
deren. De Russen blijken militair veel minder
sterk te zijn dan velen verwachtten. Jtfaar dat
ontdekken zij nu ook zelf en deze tijd biedt hun
de gelegenheid, in hun tekort te gaan voorzien.
Bovendien vormen zij met hun geweldig bevol
kingstotaal, ongeveer overeenkomend met de be
volkingen van Engeland, Frankrijk en Duitsch
land tezamen en opgevoed in een nieuwe sociale
levensleer, de ontzaglijke vertegenwoordiging van
een afwijkende geesteshouding. Dit is voor de
West-Europeesche cultuur een nimmer te onder
schatten belang. Men weet eenvoudig niet hoe
dit Russische régime, uit revolutie geboren, zich
verder ontwikkelen zal.
In deze omstandigheden worden door schrijvers
over deze onderwerpen hoofdlijnen aangegeven,
die niet nieuw zijn als gedachten maar die nooit
als wellicht spoedig te verwezenlijken mogelijk
heden beschouwd zijn. Coudenhove-Kalergi's
Pan-Europa, Briand's Europeesche Federatie of
wel de Vereenigde Staten van Europa, zijn in
vroeger jaren veelal als verre toekomst beschouwd.
Nu beginnen zij een klank van nabije werkelijk
heid aan te nemen voor velen die voorzien, dat
juist het vastloopen van den oorlog zal dwingen
tot het zoeken van geheel nieuwe uitwegen.
Men kan sceptisch staan tegenover het feit dat
ook in Engeland zoovelen in deze richtingen zoe
ken. Men kan gaan veronderstellen dat deze men-
schen nu zoo praten om sympathie te winnen en
intusschen toch naar een overwinning zullen
streven om straks, als zij die behalen mochten,
via de oude methodes der diplomatie naar hand
having van eigen overwicht te streven. Maar
daarmee doet men velen van hen zeker onrecht
en vergeet bovendien dat de gebeurtenissen hen
zelf sterk moeten doen twijfelen aan dat soort
overwinning.
In een artikel in de „Fortnightly Review"
schrijft H. G. Wells:
„Wij willen precies zeggen welke onze opvat
tingen en gevoelens zijn, niet alleen aan onze
medeburgers, maar aan onze bondgenooten, aan
de neutralen en bovenal aan de volkeren die ge
wapend tegenover ons staan. .Wij willen denzelf
den ernst van hun kant ontmoeten. Want totdat
wij e'en gemeenschappelijke basis van opvat
tingen met hen hebben uitgewerkt, zal vrede
slechts een onzeker evenwicht zijn terwijl nieuwe
antagonismen zich ontwikkelen.
Tegelijk met dezen oorlog hebben we een groot
debat noodig. Wij willen dat zooveel mogelijk
menschen in de heele wereld aan dit debat deel
nemen. Dat is iets veel belangrijkers dan oorlog
voeren. De gedachte, dat deze storm van algemee-
ne ellende tot niets anders zou leiden dan de een
of andere „conferentie" van diplomaten, die geen
contact met de wereld hebben, met geheime zit
tingen, dubbelzinnige overeenkomsten, is onver
draaglijk. Het is toch niet mogelijk dat dit nog
eens gebeurt? Maar wat is er, dat een herhaling
ervan zal voorkomen?"
Het zijn dergelijke vragen en gedachten die
zich nu beginnen te doen gelden. En dat dit ge
beurt is op zichzelf van groot belang nevens po
gingen om bemiddeling in het Westen te bereiken.
Over deze onderwerpen zal in de naaste toekomst
veel meer te zeggen zijn. Het betreft zeer diep
gaande vragen en groote moeilijkheden. Dit
artikel zij te dien aanzien een inleiding van
volgende.
R. P.
(Onderzoekingen in Engeland
hébben,naar gezegd wordt, aan
getoond, dat het ruim gebruik
van melk niet alleen de physieke
gesteldheid bevordert, maar ook
de verstandelijke vermogens ver
sterkt.)
Zij die ernstig willen pogen,
Om de werking te verhoogen,
Van 't verstandelijk vermogen,
Dat het lot hun heeft verstrekt;
Kunnen dat natuurlijk zoeken,
In een lange reeks van kloeke
Moeilijk te verteren boeken,
Maar er is iets nieuws ontdekt.
Er is machtig veel geschreven,
Wijs, verhelderend, verheven,
Dat ons flinke hulp kan geven,
Maar daar hoeft men niét naar' toe;
Als moderner diagnose,
Geldt de schijnbaar redelooze,
Maar in waarheid virtuoze
Oude har-te vriendin de koe
Naar het uiterlijk genomen,
Treden haar verstandssymptomen
Als zij kauwend staat te droom en,
Niet zoo duid'lijk aan den dag;
Waarlijk zonder haar te krenken,
Mag men daarvan weinig denken,
Maar 't product dat zij kan schenken
Wraakt haar aanschijn en gedrag.
Laat u voortaan koedonneeren,
Door haar melk te consumeeren,
Om uw brein te stimuleer en,
't Is veel lichter kost daarbij;
Maar niet op de koe verhalen,
Als dit middel ook mocht falen,
Want dan, mag men wel bepalen,
Ligt de fout bij u en mij.
Het woord is aan
Charron
De ware wetenschap en de ware stu
die van den mensch vindt hij in den
mensch.
(Uit: Traité de la Sagesse,
verschenen in 1601.)
Tot nu toe elf dooden.
MAsLANG 20 December (Aneta/A. N. P.).
Gisteren te vijf uur in den middag is, even
buiten Malang, een autobus tegen een boom
gereden. Van de drie-en-twintig inzittenden
werden twee op slag gedood, terwijl twintig
zwaar gewond werden, onder wie ook de be
stuurder. Slechts een baby bleef geheel onge
deerd.
Later zijn drie gewonden, tijdens het ver
voer naar het ziekenhuis bezweken. In den loop
van den nacht zijn nog vier gewonden bezwe
ken. Ook de overigen verkeeeren in levens
gevaar.
De oorzaak van dit ernstig ongeluk is niet
bekend. De snelheid waarmede de autobus reed
was boven de zeventig kilometer.
MET
TAFELVERSIERINGEN
van MUYS
gezelliger in huis.
GED. OUDE GRACHT 103, Tel. 11723
(Adv. Ingez. Med.)
De kleine Prinses Irene heeft natuurlijk de meeste belangstelling voor haar
Moeder. Prinses Beatrix, in Vaders arm, doet moeite de aandacht van het
kleine zusje te trekken.
Uit New York wordt gemeld dat het
Duitsche passagiersschip „Columbus" (groot
32.565 ton) gisteravoaid tusschen New York
en Norfolk, ten Noord-Oosten van Kaap
Henry, doer eigen bemanning tot zinken
is gebracht.
Volgens de laatste berichten bevond het
schip zich nog in zinkenden toestand. Het
staat in brand.
De Amerikaansehe kruiser „Tuscaloosa"
heeft ongeveer 579 overlevenden van de
„Columbus" opgepikt.
De oorlogsbodem heeft het Amerikaansehe
departement van marine medegedeeld, dat
twee opvarenden van het Duitsche schip
worden vermist. Beiden zijn stoker.
Nader meldt Reuter: Op het Witte Huis werd
medegedeeld, dat de „Tuscaloosa" een Britsch
oorlogsschip in de buurt van de Columbus heeft
gezien, doch dat er geen sporen van een gevecht
zijn.
De „Columibus" heeft bij het uitbreken van
den oorlog een toevlucht gezocht in de Ameri
kaansehe wateren. Donderdag was zij van Vera
Cruz vertrokken met paipieren voor Oslo, nadat
zij brandstof en provisie had ingenomen. De
„Columbus" werd door de Amerikaansehe kust
wateren geëscorteerd door oorlogsschepen van
de Vereenigde Staten.
In de mededeeling van de „Tuscaloosa" werd
niet gezegd waarom de „Columbus" door de
eigen bemanning was tot zinken gebracht, doch
remeld wordt, dat Britsche torpedojagers haar
opwachtten.
De Columbus was een van de grootste schepen
van de Duitsche koopvaardijvloot.
De vertegenwoordiger van de Norddeutsche
Lloyd te New York, Johann Schreuder, zeide toen
hij het nieuws van den ondergang van de Co
lumibus vernam „de e-ene tegenslag volgt op den
anderen". Ten kantore van den Lloyd was men
verrast over het nieuws.
Later werd op hét Witte Huis verklaard, dat
de „Tuscaloosa" de Columbus brandend en in
zinkenden toestand buiten de Amerikaansehe
neutraliteitszöne had aangetroffen op 4-00 mijl
uit de kust tusschen Norfolk (Virginia en New
York. Een Britsch oorlogsschip bevond zich in de
buurt doch er is geen spoor van een vlootactie.
Stephen Earley, de secretaris van Roosevelt,
heeft gezegd, dat te kennen werd gegeven, dat
de „Columbus" door de eigen bemanning was
tot zinken gebracht teneinde te voorkomen dat,
zij door het Britsche oorlogsschip zou worden
buitgemaakt.
Autoriteiten der immigratie-controle te New
York hebben verklaard, dat indien een speciaal
onderzoek zal uitwijzen, dat de overlevenden
bonafide zeelieden ter koopvaardij" zouden
zijn, hun verlof zou worden gegeven voor den
duur van 60 dagen in de Vereenigde Staten te
blijven en dat hun dan „dezelfde hoffelijke be
handeling zal ten deel vallen als aan zee
lieden van ieder ander land".
Doch indien geconstateerd zou worden
dat leden der bemanning handlangers van
spionnen zouden zijn, zij „ter beschikking" zou
den worden gehouden.
Ten kantore van de Norddeutsche Lloyd te
New York had men tevoren de bemanning van
de „Columbus" bij het vertrek uit Vera Cruz op
700 personen geschat.
President Roosevelt heeft aan den „Tusca
loosa" opdracht gegeven de geredden van de
„Columbus" op het Ellis-Island (New York) aan
land te zetten.
In de kringen van het Witte Huis verbergt
men niet tevredenheid over het optreden der
Britsche marine, welke op deze wijze in feite
voor den eersten keer het bestaan heeft erkend
der door de conferentie van Panama vastge
stelde zöne.
De Amerikaansehe radio heeft een waar
schuwing gericht tot de scheepvaart, dat de
„Columbus" en 22 van haar reddingbooten
welke drijvende zijn, een bedreiging vormen
voor de scheepvaart.
De positie van het wrak is ongeveer 500
mijl West-Zuid-West van New York
De „Columbus" meet bruto 32.565 ton (20.182
netto), behoort aan den Noi-ddeutschen Lloyd en
werd in 1922 bij F. Schichau te Dantzig ge
bouwd.
Gedurende den tijd, dat de „Columbus" te Mexico
heeft gelegen, werd het schip geladen met levens
middelen. Vee werd levend aan boord gebracht en
hier geslacht en geconserveerd. Hetzelfde gebeurde
met visch.
Een niet bevestigd bericht meldt, dat de
Finsche kustbatterijen van' Koivosto op de
Karelische Landengte het Sovjet Russische
slagschip „Obtiabrskaya-revolutia" („October-
revolutie"), groot 30.000 ton, tot zinken hebben
gebracht. Het schip was in 1911 gebouwd.
HELSINKI, 20 December (Reuter). In offi-
cieele kringen wordt niet bevestigd, dat een slag
schip van de Sovjet Unie tot zinken is gebracht.
Het onderzoek duurt voort.
De Fransche legerberichten.
Dinsdagavond: „Duidelijke activiteit van de met
elkander in contact zijnde elementen in den loop
van den dag".
Woensdagmorgen: „Niets te melden".
Het Duitsche mailschip „Columbus", dat tot zinken is gebracht.
H. M. de Koningin heeft hedenmiddag om 1
uur door de radio de volgende adventrede voor
Haar volk gehouden:
Zoo vaak als wij spreken of deniken over de
Kerstboodschap worden wij iederen keer op
nieuw als het ware boven onszelf en boven ons
dagelijksch leven uitgeheven; worden wij uit
onzen menschelijken schemer overgezet in het
licht, dat ons uit Bethlehem toestraalt. Als dit
in gewone tijden waar is, hoeveel temeer thans,
nu wij als volk en ook ieder persoonlijk, zwaar
beproefd worden. Sedert menschen heugenis is er
nimmer ontaeschrijfelijker tegenstelling geweest
tusschen de heerlijkheid van Gods belofte en
onze ontredderde en verscheurde wereld. Naar
mate de nood stijgt en het duister zich voor ons
geestesoog verdicht, des te sterker straalt het
licht en de liefde van Christus dwars door dat
donker heen ons tegemoet.
Het is daarom, dat ik vol ontroering en inner
lijke blijdschap, tot u allen het woord richt in
dezen adventstijd.
In de eerste plaats richt ik dit woord tot onze
geheele weermacht, in alle deelen des rijks, tot
allen, die aan onze grenzen en onze kusten de
wacht houden, tot de bemanningen van onze oor
logsschepen die onze wateren bewaken, zoowel
hier als in Oost- en West-Indië, tot allen, die voor
het vaderland ook gedurende de komende feest
dagen aan hun huiselijken haard onttrokken
zijn tot de gezinnen, die man en vader ditmaal
in hun midden zullen moeten missen. Ook denk
ik hier aan de nagelaten betrekkingen van hen,
die vielen In de uitoefening van hun plicht en aan
hen, wien blijvend letsel in 's lands dienst werd
toegebracht; aan onze wakkere zeevaarders en
visschers, die reeds zoo menig offer hebben moe
ten brengen, aan de tallooze anderen wien een
bijzondere beproeving door de tijdsomstandig
heden is opgelegd.
Al zijn voor u allen de uiterlijke omstandig
heden. waaronder u het kerstfeest herdenkt, dit
maal anders, voor sommigen smartelijk, het be
hoeft daarom niet minder u de vervulling te
brengen van het diepste en het beste, dat in u
leeft.
Wij spreken gaarne van de -kracht van het
licht. In dit verband herinner ik mij een onver
getelijk schoonen zomermorgen. Ik was vroeg
naar buiten gegaan om indrukken met mijn pen
seel vast te leggen van hooilandschap en boomen.
De lucht was, jammer genoeg, bedekt en ik vrees
de, dat het tevergeefs wachten zou worden op de
zon. Maar daar plotseling van achter de boomen
kwam een zonnestraal, die het gemaaide gras en
de oppers in goud-rooden gloed zette, en binnen
enkele oogenblikken baadde het geheele land
schap in overweldigende zonnepracht. Het was in
den waren zin des woords eene beleving om dit
alles in zich op te mogen nemen.
Wat het licht van de zon in de natuur vermag,
is slechts zwak naast de kracht, welke wij ont
vangen, indien wij ons leven openstellen voor God
en die kracht willen gebruiken. Onze tijd heeft
zeer veel behoefte aan de kracht uit die bron,
waar iedereen uit kan putten, aan stoere werkers,
aan koele, nuchtere hoofden, aan warme harten,
Het is dan ook met bijzondere vreugde en vol
doening, dat ik getuige ben van zooveel spontane
toewijding en bereidwilligheid om alom in den
lande te helpen, aan de moeilijkheden tegemoet
te komen en het leed te verzachten, in nationalen
zin.
Ik besluit met den wensch, dat het Kerstfeest
onze kracht moge vernieuwen om eensgezind en
met taaie volharding de huidige nationale be
proeving ten einde toe te dragen. Daarbij spreek
ik de hoop uit, dat, ondanks de bewogen tijden,
die wij beleven, de verheven rust en kalmte van
het komende feest ons deel zij en de vrede, dien
de Kerstnacht uitstraalt, in ons allen en de ge
heele menschheid indale.
Ik zal veel aan u denken.
De rede van H.M. de Koningin werd voorafge
gaan door toepasselijken zang. Na de rede werd
gezongen Vcndel's „O, Kerstnacht schooner dan
de dagen waarna nog klokgelui werd ge
hoord.
Uitsluitend
met
Roomboter
bereid
LUXE-BAKKERIJEN
Tel 10876, 13714, 11643, 12193, 21521
(Adv ingez. Med.)
HEDEN: 16 PAGINA'S.
HAARLEM EN OMGEVING
pag.
Te Haarlem zijn zestienduizend ondeugdelijke
gasmaskers in beslag genomen. 3
BINNENLAND
De Koningin heeft heden een adventsrede ge
houden. J
De Spoorwegen laten met de Kerstdagen bus
sen rijden. 2
Brand stagneert de werkzaamheden aan den
N. O. polder. 2
De Staatslecning is niet volteekend. 3
Minister van Boeyen lijdt een nederlaagje. 3
BUITENLAND
Het Duitsche passagiersschip Columbus is door
de bemanning tot zinken gebracht. 1
De Finsche kustplaats Abo staat tengevolge van
een Russischen vliegeraanval gedeeltelijk in
vlammen. 5
De Opperste Oorlogsraad der Geallieerden ver
gaderde gisteren te Parijs. 5
Mr. Spaak sprak Dinsdag in de Belgische Kamer
over de neutraliteit van Nederland en België. 5
ARTIKELEN, enz.
R. P.: Een nieuw Europa. x
J. H. de Bois: Kunst in Haarlem en daarbuiten 3
D.: Kerstversiering. g
J. H. de Bois: Christus' geboorte in de vroeg-
Duitsche graveerkunst. 7
R. Oehmke: Het Kerstfeest van een eenzame. 8 en 9
B. A.: De historische beteekenis van het Kerst
feest. 20
C. J. v. T.: Kerstmis. 2X
Dr. P. H. Schroder: In de Jonge Jan. 13
J. B. Schuil: Een Moeder. 13
De Burgerlijke Stand van Haarlem Is opge
nomen op 24