ï$S4ï&>C'(%t'£4't> Wat de visscherij in 1939 opleverde. WOENSDAG 3 JANUARI 1940 HAARLEM'S DAGBLAD 7 De nieuwe Amerikaansclie slagschepen. WASHINGTON. 3 Januari (Havas) Van wel ingelichte zijde wordt vernomen, dat de nieuwe Amerikaansche slagschepen van 35.00u ton. welke thans op stapel staan, bewapend zullen worden met negen kanonnen van 40 cm. Het zusterschip van de ..North Carolina", de „Washington", welke te Philadelphia wordt ge bouwd, zal vermoedelijk in September van dit jaar van stapel loopen. Contact met Italiaansche autoriteiten. BOEDAPEST, 3 Januari (Reuter). Van wel ingelichte zijde wordt vernomen, dat de Hongaar- sche minister van buitenlandsche zaken, graaf Csaky, nog deze week uit Boedapest zal vertrek ken om eenigen tijd vacantie door te brengen in Italië, waarschijnlijk te San Remo. De correspondent van de „Times" te Boedapest voegt hieraan toe, dat Csaky waarschijnlijk met de hooge Italiaansche autoriteiten de Italiaansch- Hongaarsche betrekkingen wil bespreken in ver band met den oorlog en het tot stand komen van een gemeenschappelijke grens tusschen Hongarije en de Sovjet Unie. Nieuwe aardbeving in Anatolië doet vele huizen instorten. ISTANBOEL, 3 Januari (Havas). Gistermid dag zijn tengevolge van een aardbeving te Yozgad en omgeving 184 huizen ingestort. Tot nu toe is nog geen melding gemaakt van verliezen aan menschenlevens. De overstroomingen te Balikesir, Ismidt en Ada- bazar'hebben 336 huizen doen instorten, 300 wer den door het water meegesleurd en 662 zijn onbe woonbaar geworden. Talrijke bruggen zijn ingestort. Te Dublin gestolen munitie grootendeels terecht. BELFAST 3 Januari (Reuter). Te Clarnagh in het Noord-Iersche graafschap Armagh is ongeveer twee en een halve ton munitie gevonden, welke uit het arsenaal te Dublin was gestolen. Men heeft thans 23 ton van de gestolen 28 ton teruggevonden. DE CHINEESCHE LEERSTOEL AAN DE ÏNDOLOGISCHE FACULTEIT TE UTRECHT. 'sGRAVENHAGE 3 Januari. In de plaats van prof. Thos. T. H. Ferguson, aan wien om gezond heidsredenen eervol ontslag is verleend, is door het college van curatoren van het fonds ten behoeve Van Indologische studiën aan de Rijksuniversiteit te Utrecht tot bijzonder hoogleeraar in de Chinee- sche taal en letterkunde benoemd prof. Jos. L. M. Mullie, hoogleeraar in het Chineesch aan het Theo logisch Seminarium té Leuven. GEMEENTE-SECRETARIS VAN AMSTENRADE STAAT TERECHT. Wegens verduistering van ongeveer zevenduizend gulden. 's-HERTOGENBOSCH, 3 Januari. Het Ge rechtshof alhier behandelde vandaag in hooger beroep de strafzaak tegen J. H. L., oud-gemeente- secretaris van Amstenrade, verdacht van het feit, dat hij, in zijn kwaliteit van administrateur van het kerkbestuur van de R.-K. Parochiekerk te Amstenrade, een bedrag van f 6.889,25 heeft ver duisterd. De verduistering geschiedde tusschen 1 Januari 1929 en 19 Juli 1939, In eerste instantie stond L. terecht voor de rechtbank te Maastricht. De Officier van Justitie eischte een gevangenisstraf van twee jaar. De rechtbank veroordeelde hem tot negen maanden gevangenisstraf. Tegen dit vonnis hadden zoowel de' Officier van Justitie als de verdachte hooger beroep aangetee- kend. L., die een volledige bekentenis aflegde en be- j rouw toonde over zijn misdrijf, riep de clementie I in van het Hof. Ongelukkige speculaties hadden i hem tot deze verduistering gebracht. De advocaat-generaal eischte tegen den ver dachte een gevangenisstraf van een jaar en zes maanden. Poolsche schuldendienst opgeschort NEW YORK. 3 Januari (Havas) De Poolsche ambassade heeft medegedeeld, dat, zoolang de vijandelijkheden duren, de Poolsche republiek niet in staat is rente en aflossing van de Pool sche leeningen te betalen. De ambassaderaad Janusz Zoltowki heeft gezegd, dat de oorlog, welke 1 September is begonnen en de inval in Polen een normaal functioneeren van de regee ring van de Pöolsche republiek en den leenings- dienst onmogelijk maken. Ondertrouwd: 3 Jan., G. J. A. Buijs en H. v. d. Wansen: P. Th. van Schaick en G. L. v. Dijk; A. 1 Teunissen en J. Kuperus; J. W. Lasschuit en C. M. v. Tongeren; J. Janszen en F. Liskar; A. M. H. Bergé en J. M. H. M. Zwart; A. Sweers en A. M. Beumkes; H. G. Töns en E. W. Kramer. Gehuwd: 2 Jan., A. W. E. van der Wal en M. Pannemans; 3 Jan.. D. van Veen en A. E. Wensing; C. Pijpers en A. M. Schieman: E. Hartman en E. Duits: J. W. E. van 't Hof en R. Th. van der Aar; G L. de Zwart en B. H. de Groot: J. Luiten en P. I G. v. Schaik; K. van der Kooi en Z. K. Jansen; H. I Faas en Th. J. Jansen; P. W. Koeleman en S. M. de Kruif; H. Wierïnga en R. Bootsma; A. J. Bootsma en I M. A. W. de Wit; W. J. Cornet en C. Möhringer, H. Veldkamp en M. J. v. d. Kroft; J. B. Voorn en E. E. Laget; J. Bais en T. Weijland; W. van Zomeren en R. Rietman. Bevallen: 30 Dec., M. J. Vrugtvan Dijk, z.\ li. J. Sanberg—Telman, z.; Ch. M. RomijnDuine- veld, z.; P. M. van Balenvan der Meij, d.; 1 Jan., W. ScheerderSteffers, z.; 3 Jan., T. Meinsmade Bock, z. Overleden: 31 Dec., J. G. Hertel, 74 j.. Klever parkweg; 1 Jan.. J. van der Laan, 70 j., Mecklen- burgstraat; A. Vring, 54 j., Obistraat; 2 Jan., M. A. DouglasFrielink, 60 j., Nieuwe Kerksplein; A. Leuverman, 63 j., ten Katestraat. Wielrijder door vrachtauto gegrepen Dinsdagmiddag omstreeks half twee stak de ongeveer dertig jarige wielrijder S. V.. zonder op het verkeer te letten, den provincialen weg ter hoogte van de Coupure te Zaandam over. Een vrachtauto, welke hem op dat moment tot op enkele meters genaderd was, kon niet meer uitwijken en reed den man aan. Met een bek kenfractuur. een beenbreuk en eenige gekneusde ribben werd het slachtoffer in ernstigen toe stand opgenomen en naar het gemeentezieken huis te Zaandam vervoerd. De chauffeur had nog geprobeerd een aanrijding te voorkomen door het stuur om te gooien. Misschien zou deze ma noeuvre nog succes hebben gehad als de wielrij der niet had geweifeld en van zijn fiets was ge stapt. DE KRUISER „ACHILLES" TE BUENOS AIRES. BUENOS AIRES. De Britsche ambassade al- 1 ier verkreeg toestemming den kruiser „Achilles" te Buenos Aires op Woensdagmiddag te doen bin- nenloopen. Het schip mag vierentwintig uur in de haven verblijven met den commandant Harwood aan boord. (United Press). De Jodenwijk van Jeruzalem weer bewoond. JERUZALEM, 3 Januari (Havas) De Jodenwijk van Jeruzalem, welke in de laatste jaren in ver band met de ongeregeldheden verlaten was, heeft het oude schilderachtige aanzien herkregen Men ziet weer de bevolking met de bekende groote hoeden en kaftans op straat. Dit is een sprekend bewijs voor de verbetering van de betrekkingen tusschen Joden en Arabieren. VELSEN Miltvuur in onze gemeente geconstateerd. Bij den veehouder L. van D. te Santpoort was een koe gestorven. Bij onderzoek van het bloed door den Keuringsdienst bleek, dat het dier aan miltvuur had geleden. De inspecteur van den Veterinairen Dienst is gewaarschuwd, die inmiddels de noodige maat regelen heeft genomen. DRIEHUIS GROOTE DRUKTE OP WESTERVELD Gisteren hebben te Westerveld 11 verasschin- gen plaats gehad. Wel werd dit aantal reeds eenige malen bereikt, maar meer zijn er per dag ïog niet geweest. IJMUIDEN Marktberichten en besommingen. (Versche visch). IJmujiden. 3 Januari 1940 (A.N.P.) Tarbot f 1.80 per kilo. Poontjes f 9.50 per 50 kilo. Middel schelvisch f 25 idem. Kleinmiddel schelvisch f 26f 23 idem. Kleine schelvisch f 20.15—f 17 idem. Groote gul f 20 idem. Wijting f 12 idem Kabeljauw f 74f 46 per 125 kilo. Leng f 3.60f 0.25 idem. Vleet f 1.10 per stuk Koolvisch f 1.80—f 0.53 idem. Rog f 11 per koop. Aangevoerd aan den afslag: 2 Januari: 1358 kisten versche haring. BESOMMING TRAWLERS I. S. Groen. IJm. 130 500 manden f 6900. BURGERLIJKE STAND. Bevallen: G. van Veelen-Zomeren, d., de Rijp- straat 50 IJmuiden. M. C, van Westerop-van de Weijer, d., Hofdijklaan 28 Velsen. M. Schoorl-van Schagen. d., Biezenweg 4 Santpoort. A. de Vries-Katers, z Seinpostweg 15 IJmui den. A. Wittebrood-Vesser. z., Hagelingerweg 192 Santpoort. F. Menist-Buitekant, d., Zeeweg 124 IJmuiden. N. J. Steltenpohl-Kleijn, z.. La- gersstraat 10 IJmuiden. S. v. d. Vliet-van Gee- len, z., Kerkweg 134 Velsen. A. C. v. d. Vliet- van der Neut, d.. Beverwijk. W. v. Almeloo- Niewind, d., Carolinastraat 8 IJmuiden. A. van Maas-v. d. Steun, d., de Ruijterstraat 16, IJmui den. Overleden: J. M. v. d. Brink, 21 j., ongehuwd. Wijkerstraatweg 209 Velsen-N. A. Gorneg 42 j., echtgen. van E. L. Meijjes, Wiistelaan 31 Sant poort. P. Post, 71 j., wedr. van P. Otter, Dennen- straat 8 IJmuiden. HEEMSTEDE J. R. v. d. MOER Lzn. In aansluiting aan het overlijdensbericht var, den heer J. R. van de Moer Lznoe majoor der infanterie b.d., in ons nummer van Dinsdag, zij nog gemeld dat de heer Van der Moer 37 Jaar officier en hoofdofficier in het Ned. leger was. Hij nam een vooraanstaande plaats in bij de Nederlandsche Vrijmetselarij. In de jaren 1906—1909 schreef hij 3 romans uit het Zeeuwsche volksleven, die een grooten lezerskring hadden en hebben: „Maria Ver- meere", „De Kaarthoeve" en „Jongen en Ouden". Hij was in zijn militaire loopbaan o.a. com mandant van de Cadettencompagnie aan de Cadettenschool te Alkmaar; in de mobilisatie 1914—1918 depót-commandant ln Assen en Alk maar: later tot 1927 Indeelingsdistrictscom- mandant in en voor de provincies Noord-Holland en Utrecht. Op 1 October 1927 werd hem op zijn verzoek pensioen verleend. Zooals gemeld is de teraardebestelling be paald op Donderdag 4 Januari a.s. te 12 uur op de Alg. Begraafplaats te Heemstede. IJSVERMAAK EN WEDSTRIJDEN. De vrij strenge vorst heeft het ijs op verschillen de plaatsen weer betrouwbaar gemaakt, en op de v. Merlenvaart, de vijvers in Groenendaal, de Wagnerkade en elders werd Dinsdagmiddag al vry druk gereden. De ijspret vond echter haar centrum op de ijsbaan van „De Volharding" waar ook in de avonduren druk gereden werd De baan is goed, ook al vertoonden zich in den avond eenige scheuren, die echter na het sluitings uur dicht gegoten werden. De verlichting is uitstekend, voor de omwonenden is de luidspreker wat te hard, doch het bestuur zal maatregelen nemen om het geluid wat te ver minderen. Als de dooi nu niet weer spelbreker wordt zullen er nog deze week interessante wedstrijden geor ganiseerd worden. Vrijdag zullen de militairen hun krachten weer kunnen toonen. Voor een vlot verloop zullen de wedstrijden reeds des morgens 10 uur beginnen. Donderdagmiddag zal gereden worden om het clubkampioenschap hardrijden, welke titel thans nog in het bezit is van den heer D. Kleen. V ooi den in/iuua ueze> rubnek stelt de Reauctu zich niet verantwoordelijk Van ingezonden stukken, geplaatst oj niet ge plaatst, wordt de kopij den inzender niet terug- qcr n Wie wordt in Don Quicliote uitgebeeld In uw courant las ik een artikel van den heer dr. P. H. Schroder over het meesterwerk van Cervantes „Don Quichote" waarin een karakte ristiek van den held van het boek wordt gegeven, waartegen ik ook en vooral om de voor mij zij het onbedoeld als onduldbare profanatie klinkende conclusie aan het slot met ernst meen te moeten opkomen. De ware waardeering, schrijft hij, kwam eerst in de 18e eeuw, toen ontdekt werd, dat „hij de drager is van een ideaal, van ons aller ideaal en van ieders ideaal afzonderlijk". Want wie iets goeds-wil tot stand brengen, wie onrecht wil keeren, wie strijdt voor waarheid enz., moet Don Quichote worden. Iets dergelijks als wij van den bekenden let terkundige dr. Franzen eenigen tijd geleden door de radio te hoore n kregen. Het is dus wel naar het schijnt de gangbare beschouwing bij de beoefenaren der letterkunde en het vermoeden lag voor de hand dat deze ge baseerd was op de uitspraak van den een of ander, wiens autoriteit een eind scheen te maken aan alle tegenspraak. De schrijver van genoemd artikel had de goedheid hem meteen te noemen en haalt nu als bedoelde autoriteit Fielding aan. Welnu ik, hoewel zonder eenigerlei autoriteit waag het toch met hem van meening te ver schillen en wel op grond van het boek van Cer vantes zelf, dat ik langzaam bij gedeelten in de oorspronkelijke uitgave las en genoten heb. Ik zal dan ook als bewijzen van de onjuistheid van genoemde beschouwing slechts een en ander uit het boek zelf noemen. Don Quichote heet het ls de man die Iets goeds wil tot stand brengen en strijder voor waarheid Nu leze men maar eens hoe hij de ellendige herberg, waar hij onderkomen zoekt aanziet voor een kasteel, en de twee lichtekooien die een muilezeldrijver op zijn tocht vergezelden en zich voor de deur ophielden, voor adellijke Jonkvrouwen, hoe hij zich, na in een stal de voorgeschreven wake te hebben gehouden, door den waard tot ridder laat slaan niet alleen, maar door die mieden zich 't zwaard laat aangespen on 't harnas om doen, terwijl hij ze de edelste titels toekent! Is hij de drager van ons aller Ideaal? Zeker hij vereert de boerendeern als zijn Dulcinea en zegt deeds dat hij haar trouwe ridder wil zijn. Maar lees nu eens wat er 's nachts voorviel in een andere herberg of hoe hij later ln een kasteel zich voor de gek Iaat houden door een schalksch meisje, dat onder zijn raam bij een gitaar min neliedjes zingt. Lees eens hoe hy een leeuw uit daagt die hij in een hok op een kar op straat tegenkomt, waarna hy zich is 't niet kostelijke ydelheid Leeuwenridder" iaat noemen! Wil hy slechts onrecht keeren? Jawel, hy be doelde 't goed. maar intusschen wist hy een troep galeiboeven, die weggebracht werden om hun verdiende straf te ondergaan, aan hun geleiders te ontrukken, een stout stukje, waarvoor hy la ter van den ergsten boef zyn welverdiend loon kreeg. Wat voor mij de deur dicht deed is het slot. wanneer Don Quichote uit zyn droomen ont waakt en van zyn waandenkbeelden bevrijd, zijn dwaling maar ook zyn schuld belijdt en deze mede tegenover zyn knecht, dien hy door val- sche voorspiegelingen en ydele beloften verleid had zijn gezin te verlaten en hem by zyn vaak hachelijke avonturen te vergezellen, zoekt goed te maken. Neen waarlijk: ons voorbeeld, ons ideaal moet hij niet zijn. Veeleer het tegendeel, een afschrikwekkend voorbeeld van hetgeen iehiand en juist een die het goed meent kan worden en doen, maar niet zyn en niet doen mag! De reden waarom dit boek. ook toen ridder romans reeds lang vergeten waren, nog altijd de aandacht bleef boeien, en dit thans nog doet is, naar mijn bescheiden meening een geheel andere dan Fielding en zyn navolgers aangeven, en voor wie het boek met aandacht doorleest is die al lerminst moeilyk te.vinden. Zy is naast de kos- telyke humor geen andere dan die Jo Ammers- Küller aangaf voor de gebleven populariteit van de „Camera". Evenals, zooals zy zeide. wij ook nu nog, zy 't in andere gedaante, de Kegge's, de Pieter Stastoks enz. kennen, zoo kennen wij ook nu nog de Don Quichote's. hen. die 't goed bedoe len. zeer zeker, maar voorthollen op hun ver beelding en geen rekening houden met de wer- kelykheid. waarmede zy dan ook gedurig weer in onzachte aanraking komen. Kent gij, lezer, zulke figuren niet? Ik wel en gy by eenig nadenken toch ook. zou ik meenen. Daarom verschrikte my de slot-conclusie van den heer S. al is deze, waar hy afging op de meening van Fielding, verklaarbaar, Zal de wereld genezen door den éénen Don Quichote. die eens komen zal? Neen, dat is dwaas heid. Erger nog profanatie en ongerymdheid. Van een Quichote is geenszins genezing te ho pen Hy kan slechts lachlust en medelyden op wekken en dienen tot waarschuwing. Genezing kan slechts komen van Hem. die zoo geheel anders de Waarheid, de Weg. het Leven zelf is. die „weet wat in den mensch is", die zich door geen schyn verblinden laat. die de wereld ziet. zooals zij is. vol zonde en schuld, maar zelf zonder zonde en dwaling haar komt redden door de kracht Zy'ner Liefde, door Zijn alles en allen herscheppenden Geest. A. VAN DER FLIER. Ik schreef in mijn artikel dat Cervantes met zyn roman waarschijnlijk niets anders bedoeld heeft dan een parodistische nabootsing van de ridderromans zyner dagen en met Don Quichote zelf dus niets dan een parodie van den ridder uit zulke werken. Daarom doet hy dwaze din gen. waarvan Mr. van der Flier er eenige op noemt. Daardoor komt hij ook aan het slot van het boek tot de erkenning van zyn schuld. Zooals hem de oogen opengaan, zoo zullen ve len de oogen geopend worden, bedoelt Cervan tes. Dat is heel duidelijk. Maar hoe dikwijls is het niet geschied dat een auteur onbewust méér schiep dan hy meende te scheppen Goethes Werther is toch ook niet zoo maar een jonge man die zich voor den kop schiet, omdat zyn liefde niet wordt beantwoord? Hij is een symbool geworden: hy is de dichter lijke natuur die botst tegen de meedogenlooze realiteit en maar één oplossing ziet: de vlucht uit het leven. Zoo hebben latere schryvers ook Don Qui chote als een symbolische figuur gezien en naar mijn opvatting kan men hem niet bestrijden door eenige passages aan te halen en dan te zeg gen- dat klopt niet. Men moet Don Quichote niet episodisch, maar als totaal zien. En als mijn opponent schrijft: „zy die het goed bedoelen, maar voorthollen op hun verbeelding en geen rekening houden met de werkeiykheid, waarmede zij dan ook gedurig weer ln onzachte aanraking komen" dan gaat hit toch ook al in die richting. Alleen: kan men zulke menschen kortweg dwa zen noemen?Als wij bedenken, waartoe de ver- standigen onze wereld hebben gebracht, dan is, meen ik, de verzuchting gewettigd: Geef ons een Don Quichote, een mensch die zoo „dwaas" ls, dat hij strijdt voor een ideaal en bereid is daar voor zijn leven te geven. Dien mensch zie ik na tuurlijk ook niet gezeten op een kreupel rossi nant. met een bordpapieren vizier, vechten te gen windmolens, maar ik zie hem wel bezield met dezelfde geestkracht en onverzettelijken wil iets grootsch tot stand te brengen als de Ridder van de Droevige Figuur. In dezen gedachtengang schuilt geen enkele profanatie. P. H. SCHRÖDER. EEN POLDER-CANTINE BRANDDE AF. WIE HELPT? Ergens in Nederland in een afgelegen oord, ligt een compagnie militairen van het zooveelste regi ment infanterie. Een hooge dijk slingert zich door de uitgestrekte polders en aan den voet van dezen dijk liggen de sober ingerichte boerderijen, waar onze jongens ln schuren zijn ondergebracht. „Hollands trots en glorie" staat in deze eenzaam heid met het. geweer bij den voet, trouw en vastbe raden. De jongens, die hier zijn gelegen, brengen groote offers. Zij moeten veel ontberen. Zij missen de ontspanning en de milde gaven, welke de gemobilL scerdcn in groote steden zoo rijkelyk ontvangen. Om eenige gezelligheid te scheppen, besloten de jongens eenige maanden geleden, wekelijks van hun soldij een klein bedrag af te staan voor het inrichten van een houten gebouwtje. Een dure ta felten nis-installatie werd gekocht: voorts werden sjoelbakken aangeschaft, schaak-, dam- en kaart spelen, een servies, petroleumtoestellen enz. In dit gebouwtje werd na een lange wacht of na moeilij ken prikkeldraad-arbeid menig uurtje op gezellige wijze doorgebracht Deze „Polder-keet" bleek een ware uitkomst te zijn. Een noodlottige brand heeft echter den „polder jongens" hun „rijk bezit" ontnomen. Enkele nach ten geleden brandde het gebouwtje tot den grond toe af. De geheele inventaris ging verloren. En zoo zijn de „polderjongens" beroofd van wat zij bijeen spaarden. Wie helpt hen weer aan hetgeen door het vuur verd verteerd? De schade bedraagt eenige honderden guldens. Als een aantal Nederlanders een bescheiden be drag schenkt, is het leed spoedig ongedaan ge maakt. Ook amusements-spelen zijn welkom. Stuurt uw bijdragen of uw geschenken aan: „De Jntspannïngscommissie van 1I32 R.l., Vesting Holland. Oostfront, Veldpostkantoor no. 6. De „polderinneens" zeggen u bij voorbaat harte lijk dank. BURGERLIJKE STAND HAARLEM 3 Januari 1940. Bij den Zeeburgerdijk is Dinsdag een drijvende bok voorover geslagen, waardoor een arbeider werd gedood. Het gekapseisde gevaarte in de omgeving van Amsterdam. Een normale periode van acht maanden, gevolgd door een abnormale van vier maanden. De omzet in IJmuiden was 1.1 millioen gulden minder dan in 1938. IJMUIDEN Woensdag Bij een beschouwing der uitkomsten van het visscherijbedrijf te IJmuiden dient men het jaar te verdeelen in twee tijdperken, die gescheiden wor den door den dag, waarop in West-Europa de oorlog uitbrak en de Noordzee, het arbeidsveld van IJmui- den's visschersvloot, al spoedig onveilig werd ge maakt, doordat beide partijen tot eigen bescherming verschillende mijnenvelden uitzetten. Het begin van den oorlog was oorzaak, dat de trawlers, die binnen waren, binnen bleven en dat de trawlers, die zich nog op zee bevonden, bijna alle zoo spoedig mogelijk de veilige haven gingen opzoeken. Zoodoende ontstond er een stagnatie in het bedrijf, van welker omvang en duur niemand zich een denkbeeld kon vormen, maar een en ander manifesteerde zich in de omzetcijfers van de eerste oorlogsmaand: f 231.250 of meer dan vier ton minder dan in September 1938. Er was bij het uitbreken van den oorlog gegron de vrees, dat een langdurige stagnatie in het visscherijbedrijf zou ontstaan, doordat verwacht mocht worden dat de visschers, waarvan velen den oorlog van 19141918 hebben meegemaakt, den veiligen wal boven de onveilige zee zouden ver kiezen. Maar alhoewel er vooral bij degenen, die tot het vaste visscherscorps gerekend moeten worden, een grooten tegenzin in het varen merkbaar was, waren er voldoende gegadigden voor een „stee" om er geleidelijk een 25-tal booten mee te beman nen, het waren allen menschen, die in de verwach ting van groote verdiensten, bereid waren de ge varen welke het visschen in een zee vol verrader lijke mijnen oplevert, op den koop toe te nemen, beslist onvoldoende om met winst te varen en om gages te maken, die hoog genoeg zijn „to pay the risk". Met horten en stooten is dus na het uitbreken van den oorlog een 25-tal trawlers weer in de vaart gegaan en ondanks vele moeilijkheden tot voor de Kerstdagen in de vaart gebleven. In totaal werden sedert October, toen er weer vry geregeld gevaren werd, 115 trawlerreizen gemaakt, die aan besom mingen niet minder dan f 725.000 opleverden of gemiddeld ongeveer f 6200. tegenover een gemid delde van iets meer dan f 2500 in de eerste acht maanden van 1939. Dat is dus een aanmerkelijk verschil, maar er mag niet uit het oog worden ver loren, dat na September nagenoeg alleen groote booten in de vaart zijn geweest, waarvan in nor male tijden de gemiddelde leisbesomming eerder boven dan beneden 3000 gld ligt, terwijl tevens de buitengewoon groote haringvangsten, verkocht tegen buitengewoon hooge prijzen, de besommingen sterk omhoog hebben gedreven. De eerste acht maanden. De eerste acht maanden sloten af met een omzet van f4.516.693 tegen f4.254.138 in hetzelfde tijdvak van 1938. Er was dus een voordeelig verschil van ruim f260.000 en alhoewel na het einde der vijfde maand het voordeelige verschil meer dan drie ton was, waarvan dus inmiddels bijna een halve ton was ingeboet, zou 1939, wanneer de oorlog geen spaak Groote verdiensten bleven niet uit, althans voor de opvarenden van enkele groote trawlers, als de Delft, de Haarlem, en de Erin, om maar de grootste te noemen. Maar ook velen werden teleurgesteld; dit geldt niet alleen de opvarenden, maar ook de reeders. Besommingen beneden 4000 gulden zijn in het wiel had gestoken, ongetwyfeld een hooger omzetcijfer opgeleverd hebben dan 1938. De trawlers maakten in deze acht maanden 1097 (v. j. 1126) reizen en besomden f2.845.816 (f2.758.612), de loggers 1571 (1667) reizen met £973.375 (f910.506). Het waren vooral de kleine kustvisschers, die een flinken sprong omhoog maakten. De cijfers voor deze caterogie waren 5947 (4448) reizen en £477.247 (f381.157) aan be sommingen. De laatste vier maanden. Nu de cijfers van het geheele jaar bekend zijn, kunnen we ook den gang van zaken in de laatste vier maanden aan een nadere beschouwing onderwerpen. Alereerst kan worden geconstateerd, dat het droevige lot van de Silvian, die 18 November voor haar eerste reis in oorlogstijd ter visscherij uitvoer, om helaas niet meer terug te keeren, be trekkelijk weinig invloed op den verderen gang van zaken heeft uitgeoefend, want in December werden nog de vangsten gelost van 727 Nederlandsche schepen, n.l. 43 trawlers, 6 motorloggers, 565 kust visschers en 111 open booten, met resp. f269.590. f 10.292, f 73.158 en f 1099 aan besomming. De totalen omzet in December bedroeg nog f 506.481 of ca. f 360.000 minder dan in dezelfde maand van het jaar 1938. De oorlogstoestand blijkt van geen invloed te zijn geweest op het bedrijf der kustvisschers, want in December 1938 kwamen er 481 kustvisschers met f 41.033 besomming aan den afslag. Het beeld, dat deze cijfers geven is echter niet juist ten aanzien van de hoeveelheid aangevoerde visch. Deze is veel geringer dan de cijfers van de opbrengst doen vermoeden, omdat de visch in het algemeen zeer duur was. Het is dan ook geen won der, dat de opbrengst der aanvullende consignatie zendingen uit Denemarken, België enz. zooveel hoo ger was dan in December 1938 n.l. f 57.785, tegen f 5097 verleden jaar. De maand December leverde een grooten achter stand op wat betreft de drijfnet-haring, als gevolg van het feit, dat begin December deze visscherij werd beëindigd. Er kwamen slechts 36 stoom- en motorloggers met versche haring (en wat steur- haring) aan den afslag tegen 310 in December 1938 met besommingen van resp. f82.173 en f311.505. De eyfers voor het geheele jaar. Voor het geheele jaar geeft het Staatsvisschers- havenbedrijf de volgende cijfers: 1248 (1831) stoom- en motortrawlers met f3.663.285 (f4.613.246), 1600 (2128) motorloggers met f997.006 (f 1.162.580), 8485 (7247) motorkust- visschers met f717.950 605.905), 411 (278) open booten met f4781 (f5147), 1 (0) Belgische stoom trawler met f 12.382, 1 (0) Belgische motortrawler met f237, 145 (143) Deensche motorkotters met f 142.865 (f 128.273), 15 (9) Zweedsche met f 14.775 (f6486) en 9 (3) Belgische met f7421 (f1879). Van de drijfnetvisscherij: 37 (188) stoomloggers met f35.605 (f 118.877), 172 (742) motorloggers met f371.239 (f 654.837) en 22 (89) Engelschc drifters met f14.819 98.428). De opbrengst der consignaties bedroeg f 373.658 (l 65.968). Totaal in 1939 f 6.356.026, in 1938 f 7.463.071. Graaf Csaky met vacantie naar Italië.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 9